Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de staat van de Vlaamse fietspaden
Actuele vraag over de kwaliteit van de fietspaden
Verslag
Mevrouw Fournier heeft het woord.
Voorzitter, collega's, minister, vorige week mochten we in de media het rapport van het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) over de fietspaden lezen. Eerlijk gezegd, de cijfers zijn niet goed.
De fietspaden, aangelegd conform ons eigen fietsvademecum, zijn amper met 6 procent gestegen de laatste zes jaar. De gerealiseerde kilometers zijn ook sterk afgenomen. In 2011 was het nog 333 kilometer onder minister Crevits. In 2018 ging het over amper 108 kilometer. Nochtans is het aantal fietsers sterk toegenomen. Meer dan één op tien mensen komt met de fiets naar het werk. Dat is veel, maar nog altijd veel te weinig. Als we echt willen inzetten op de modal shift en op combimobiliteit, dan moeten we geen klein tandje bijsteken maar een grote tand. Daarom zijn we heel tevreden dat in het regeerakkoord – en we hebben dat ook al een paar keer in de commissie gezegd – resoluut wordt gekozen voor Koning Fiets.
Het budget gaat drastisch omhoog en verdubbelt min of meer van 130 naar 300 miljoen euro in 2024. Natuurlijk, het budget is één zaak, het effectief kunnen uitgeven is nog iets anders. Daarom is het belangrijk dat we de hefbomen die we hebben, aanpassen om die 300 miljoen euro in 2024 voor de nieuwe fietspaden te kunnen realiseren.
Een van de hefbomen is het Fietsfonds. Iedereen weet dat dat een enorm goed subsidiëringsproject is voor de lokale gemeenten om op hun lokale wegen ook fietspaden te kunnen aanleggen. De procedure is tamelijk ingewikkeld. Ook in het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk (BFF) moeten er fietspaden zijn om hiervoor in aanmerking te komen.
In het regeerakkoord staat ook dat het Fietsfonds zal worden aangepast. Minister, wat is de timing van de aanpassing van het Fietsfonds? Hoe zult u het Fietsfonds aanpassen zodat de lokale besturen er meer gebruik van kunnen maken?
De heer Rzoska heeft het woord.
Minister, ik wil beginnen met goed nieuws. Er zijn steeds meer mensen die zich verplaatsen met de fiets. Dat is een goede zaak. Dat is belangrijk, zeker op het moment dat u ambities uitspreekt over een modal shift op allerhande plaatsen in het regeerakkoord, maar ook in uw beleidsnota.
Het rapport van het Agentschap Wegen en Verkeer over de staat van de fietspaden zou ons toch wel wat zorgen moeten baren. Ik moet eerlijk zeggen dat ik vind dat het te traag gaat. Als je ziet dat op dit moment maar 56 procent van onze fietspaden langs Vlaamse gewestwegen voldoet aan het Vademecum Fietsvoorzieningen, dan is dat geen goed resultaat. Als we de evolutie zien van de laatste jaren, als we de verbeteringen aan dit tempo gaan doorvoeren, dan hebben we nog meer dan vijftig jaar nodig om de fietspaden langs gewestwegen in orde te brengen conform ons eigen vademecum.
Minister, het is belangrijk dat u hebt aangekondigd dat er een groeipad is voor fietsinvesteringen. Dat hebben we ook toegejuicht. Maar het is ook belangrijk dat de Vlaamse overheid zelf het voorbeeld geeft. Ik hoed me om een bepaald woord uit te spreken ondanks dat het in bepaalde persberichten toch voorkomt, maar de strookjes langs gewestwegen – ik heb daar zelf wel wat ervaring mee – zijn op sommige plaatsen zeer penibel.
Minister, rekening houdend met het feit dat de vorige minister van Mobiliteit in de vorige legislatuur als antwoord op een schriftelijke vraag van toenmalig collega Vandenbroucke zei: ‘Als ik die allemaal conform wil maken aan het eigen Vademecum, dan heb ik 467 miljoen euro nodig om dat te realiseren’, hoe gaat de Vlaamse Regering dan het tempo opdrijven om de fietspaden langs Vlaamse gewestwegen veel sneller dan vandaag conform het fietsvademecum te maken?
Mevrouw Van Volcem heeft het woord.
Minister, een op de tien mensen gaat vandaag al met de fiets naar het werk, en dat is een heel goede zaak. De laatste vijf jaar is dat aantal verdubbeld. Iedereen, lokale overheden, mensen thuis en de Fietsersbond moedigen mensen aan om de fiets te nemen. Het is goed voor het klimaat, het zorgt voor minder files, het is gezond, het is kostenbesparend, er zijn fietspremies, er zijn bakfietsen enzovoort.
Maar wat zien we uiteindelijk in de rapporten? 44 procent van de fietspaden langs gewestwegen zijn niet comfortabel. Dat is een slecht cijfer. Kranten spreken van een slakkengang. Minister, een slakkengang, dat is niets voor u. Die slakkengang heeft ook niets met u te maken, maar wel met het verleden. De laatste twee jaar gaan we slechts 1 procent per jaar vooruit.
Minister, onze partij rekent op u dat u geen slak bent, maar een turbominister, en dat u tegen het einde van de legislatuur de fietspaden in Vlaanderen comfortabeler hebt gemaakt. Hoe zult u met uw verhoogd budget die vooruitgang boeken?
Minister Peeters heeft het woord.
Inderdaad, de cijfers zijn niet goed. Uit de cijfers van 2017 blijkt dat maar 56 procent van onze fietspaden conform het vademecum is en ook dat 40 procent van de fietspaden in een onvoldoende goede staat verkeert.
Dat zijn inderdaad geen goede cijfers. Dat betekent inderdaad dat we een tandje moeten bijsteken om ervoor te zorgen dat die fietspaden zo goed mogelijk zijn. We doen dat natuurlijk door te investeren in het onderhoud van de bestaande fietspaden. Dan kijk ik onmiddellijk naar de vraag van de heer Rzoska. Ongeveer een derde van al onze fietspaden ligt onmiddellijk aansluitend aan de gewestwegen. Dat is vaak het pijnpunt. Men heeft dan niet altijd de ruimte om ervoor te zorgen dat dat onmiddellijk bredere, betere en meer conforme fietspaden zijn. Men moet daarvoor meestal nog ruimte gaan innemen. Het staat ook vermeld in het regeerakkoord dat er moet worden gekeken naar hoe men daar sneller tot kan overgaan in de onteigeningsprocedure maar ook in de andere procedures. Dat is enerzijds een pijnpunt.
Tegelijkertijd moeten we investeren in nieuwe fietspaden, in de missing links die her en der bestaan. Dat zijn vaak projecten die een veel groter infrastructuurwerk noodzakelijk maken. Ik wil alleszins in overleg met de administratie al eens gaan kijken wat er aan quick wins kan worden gerealiseerd. U hebt vorige week ook gehoord dat het aantal gevaarlijke punten gestegen is van 200 naar 314, en vooral omdat we de factor van de fietsongevallen verhoogd hebben. Er zijn helaas heel wat gevaarlijke punten met fietsongevallen bij. Dat betekent 100 gevaarlijke punten extra en dus ook heel wat onveilige fietssituaties. Dat op zich geeft al aan dat we daar enorm in moeten investeren.
Maar men kan ook heel vaak iets doen met kleine quick wins, kleine ingrepen die vaak op een eenvoudige manier kunnen gebeuren. Wat dat betreft kunnen we in de processen en in de administratieve doorlooptijd van die kleine ingrepen al heel wat efficiëntiewinsten boeken. Ik ben in overleg met de administratie om daar zo snel mogelijk werk van te maken. De grotere infrastructuurwerken waar soms onteigeningen voor moeten gebeuren of grotere omgevingsvergunningen moeten worden afgeleverd of zelfs planprocessen voor moeten worden opgestart, zijn natuurlijk zaken van langere adem. Daarvan hebt u ook gezien dat in ons regeerakkoord expliciet vermeld staat dat we op al die procedures willen inzetten en ze willen versnellen.
Mevrouw Fournier, wat betreft uw vragen rond het Fietsfonds, is in het regeerakkoord en in de beleidsnota duidelijk opgenomen dat we die procedure ook willen vereenvoudigen. Nu is het vaak een complex proces van lange adem. We willen dat vereenvoudigen. Vandaag kreeg ik opnieuw de vraag van de Vereniging van de Vlaamse Provincies (VVP) om daarbij input te kunnen leveren. We plannen dat in de loop van volgend jaar en we hopen zeker voor het begin van 2021 een volledig nieuwe Fietsfondsregeling te hebben. Hoe die er precies zal uitzien, kunnen we vandaag nog niet zeggen, maar we pleiten alleszins ook daar voor een vereenvoudiging zodat ook daar de middelen sneller kunnen worden ingezet.
Mevrouw Fournier heeft het woord.
Minister, dank u voor uw antwoord. We zullen het zeker niet nalaten om in de commissie op tijd en stond vragen te stellen over het Fietsfonds zodat dit heel snel kan worden aangepast.
Mijn eerste vraag ging over het Fietsfonds maar ik had graag nog eens de onteigeningsprocedures aangehaald. U hebt er zelf even naar verwezen. Voor onze fractie is het heel belangrijk dat die onteigeningsprocedures aangepakt worden. Er staat ook letterlijk in het regeerakkoord dat er een einddatum zou moeten zijn in de onderhandelingen over grondverwerving. We zouden eigenlijk veel sneller moeten overgaan naar gerechtelijke procedures. Ik verwijs graag naar een dossier van mijn goede collega Ceyssens, een dossier dat u heel goed kent, over 120 verwervingen waarvan de gemeente er 95 zelf heeft kunnen regelen, 15 dossiers overgeheveld zijn naar de Vlaamse administratie en er ondertussen nog 5 dossiers overblijven. We zijn al ettelijke jaren verder en het fietspad kan nog altijd niet worden aangelegd. Dat is eigenlijk een ‘mooi’ voorbeeld van hoe het niet moet. Minister, we zijn dus heel blij dat u ook werk zult maken van de onteigeningsprocedure. We hopen dat u dit zeer snel zult kunnen doen.
De heer Rzoska heeft het woord.
Minister, dank u wel voor uw uitgebreid antwoord. Er zijn een aantal punten die ik kan steunen, zoals de quick wins. Ik denk dat ook de Fietsersbond daarnaar vroeg. Er zijn op heel wat van die punten echt wel quick wins te maken, want wij moeten er natuurlijk als wegbeheerder voor zorgen dat mensen die zich met de fiets verplaatsen dat ook op een veilige manier kunnen doen. Dat is de hoofdmoot.
U wilt die onteigeningsprocedure meer toepassen. Dat was ook een discussie in de vorige legislatuur. Het is belangrijk om, op het moment dat je kunt onteigenen, dat ook te doen, zeker als het in het algemeen belang is. We hebben de regelgeving ook achter ons staan om dat te doen.
Dat zijn allemaal belangrijke punten, maar ik wil toch nog terugkomen op een ander probleem dat in het rapport gesignaleerd werd. Het aantal fietsers neemt toe, en ook het aantal verschillende soorten fietsers. We zien dat in snel tempo groeien, en dat is een goede zaak, maar daardoor zijn zelfs de huidige normen in het fietsvademecum eigenlijk al achterhaald. Ik heb in uw antwoord in de media toch ook wel een opening gezien om het fietsvademecum in deze legislatuur misschien opnieuw onder ogen te nemen en de discussie te openen, om het vademecum op die punten aan te passen, zodat wat we opleggen en zelf zouden moeten doen, ook een antwoord biedt op wat zich vandaag voordoet op de fietspaden. Bent u dat van plan?
Mevrouw Van Volcem heeft het woord.
Minister, u weet zelf dat, als u vandaag de machtigste vrouw over het fietspad en de weg bent, u zich nooit kunt wegstoppen als iets traag gaat. Dan hebben de mensen er ook lak aan dat u zegt: het gaat niet om die of die reden, het is vertraagd om die of die reden. De mensen hebben vertrouwen in politici, en wij hebben ook het allergrootste vertrouwen in u.
Ik vind het zeer goed dat u over quick wins spreekt. Die slakkengang, dat willen wij niet meer. We willen veeleer een Speedy Gonzales, niet op de weg, maar wel in de aanpak. We hebben alle vertrouwen in u, temeer omdat u ook het budget hebt opgetrokken tot 300 miljoen euro.
Mensen rijden op een fietspad, maar weten eigenlijk niet van wie dat fietspad is. Is het van het Vlaamse Gewest, van de provincie of van het lokale bestuur? Stel dat u uw middelen niet op krijgt of u ziet dat het te snel gaat, zult u dan ook aan de lokale partners extra middelen geven om daarop in te schrijven om de fietsveiligheid en het fietscomfort te verhogen?
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
De helft van de fietspaden die niet de norm haalt, vier op de tien fietspaden die slecht of zeer slecht zijn, het aantal kilometers fietspaden dat elk jaar afneemt, dat zijn slechte cijfers, minister. Iedereen zegt het. Ik ken u nu een paar maanden. Ik zie u bezig in de commissie. En ik treed de collega's bij: iedereen ziet in u een ambitieuze vrouw, een vrouw die vooruit wil. Ik ga mijn hoop op u leggen. Ik heb het al een paar keer gezegd.
Ik zou willen vragen dat u in versnelling gaat, dat u concreet wordt en dat u zorgt dat die 300 miljoen euro extra voor fietspaden, die in een groeipad ligt, volgend jaar al kan worden aangewend, niet om geld uit te geven om uit te geven, maar wel enerzijds voor nieuwe fietspaden en anderzijds voor onderhoud van bestaande fietspaden. Het kan toch niet dat wij hier met het schaamrood op de wangen staan voor iets wat iedereen wil: infrastructuur voor de fiets, comfort voor de fiets en vooral verkeersveiligheid. Niemand zal u niet steunen voor betere fietspaden, minister. Vaak is zeer veel politieke moed nodig, hier niet. Ik kan maar zeggen: ga alstublieft snel. (Applaus bij sp.a)
De heer Meremans heeft het woord.
Vertrouwen is goed, hoop is goed, controle is beter. Eerst en vooral wil ik zeggen dat het aan goede wil niet ontbreekt, ook niet bij de vorige minister. Die heeft ook een enorme budgetverhoging gedaan voor fietspaden. Nu gebeurt dat opnieuw. Je kunt wel zeggen: we leggen hoop op u. Iedereen legt hoop op iedereen. Dat is dan fijn. Maar het probleem zit vaak bij de onteigeningen. Je kunt enorm veel geld voorzien, maar het blijft steken bij de onteigeningsprocedures. Het is prioritair dat we daar snel werk van kunnen maken.
Het investeringsprogramma is in opmaak. Gaat u bepaalde accenten leggen, minister, om die strookjes waar we het over gehad hebben, versneld weg te werken, en ook met betrekking tot de vragen vanuit de Fietsersbond?
Minister Peeters heeft het woord.
Collega’s, dank u wel voor de bijkomende suggesties en zeker ook voor de aanmoedigingen die ik hier krijg.
Uiteraard willen we alles op alles zetten om zoveel mogelijk van die erbarmelijke fietspaden die we allemaal her en der kennen, zo snel mogelijk weg te werken. Ik zei daarnet al dat we enerzijds voor een aantal kleine ingrepen echt wel moeten focussen op die quick wins, en moeten bekijken of we met kleine en snelle stappen iets kunnen veranderen. Ik heb zelf ook al een paar keer gezegd dat men heel vaak de ervaring heeft dat men vandaag vergadert en binnen vijf maanden nog eens samenkomt en dan moet dit of dat nog gebeuren, en ondertussen ben je een jaar verder en is er de facto in het straatbeeld niets veranderd. Daar moeten we van af. Wat dat betreft zijn er zeker efficiëntiewinsten te boeken in tal van administratieve procedures. De lokale besturen zijn het best geplaatst om iedereen snel te briefen en snel tot quick wins te kunnen overgaan, die uiteraard door de Vlaamse overheid moeten worden geboekt.
Anderzijds zijn er de onteigeningsprocedures. Het nieuwe Onteigeningsdecreet is in januari 2018 in werking getreden. We horen toch dat heel wat oude procedures nog lam liggen omdat men nog niet is gestart met de gerechtelijke procedure. Ik wil sowieso alle forum geven aan een regeling in der minne om grond te verwerven. Maar die regeling in der minne mag natuurlijk geen twee, drie, vier jaar duren. Wat dat betreft wil ik, zeker in samenspraak met de administratie, bekijken of we niet minstens een afspraak kunnen maken over de timing voor een regeling in der minne. Dat zal natuurlijk een projectmatige benadering moeten zijn. Hoe groot is de inname die moet gebeuren? Maar men moet in elk geval daarover concrete afspraken maken.
Ik hoop dat we in de toekomst zoveel mogelijk kunnen investeren door toedoen van een herwerkte Fietsfondsregeling. Als er middelen over zijn, moeten we heel snel kunnen schakelen. De prioriteit ligt natuurlijk bij de gevaarlijke punten. Dat is niet meer dan logisch. We hebben er zo heel wat. Als we die allemaal kunnen wegwerken, mogen we allemaal zeer tevreden zijn.
Minister, u hebt het grote voordeel dat alle partijen in het halfrond achter u staan. Dat was al duidelijk in de commissie. Maar tegelijkertijd verwachten ze heel veel van u. Dat is ook conform met wat collega Lambrecht zei: wij verwachten daadkracht van u. Ik ben ervan overtuigd dat u ons niet zult ontgoochelen en dat we in 2024 effectief 300 miljoen euro kunnen investeren in onze Vlaamse fietspaden. (Applaus bij de meerderheid)
Minister, u werden hier zeer veel kwaliteiten toegedicht. U bent geen slak maar een turbo. Zelfs Speedy Gonzales bleek een van uw kwaliteiten te zijn. Er werd ook versnelling aan u gevraagd. Dat zijn allemaal termen waarmee het ongeduld niet alleen van dit halfrond maar van alle fietsers in Vlaanderen tot u gericht wordt. Zowel in uw beleidsnota als in uw begroting begint er eindelijk licht te branden om ervoor te zorgen dat de veiligheid van de fietspaden langs de gewestwegen drastisch naar omhoog gaat. Wij zullen dat van kortbij opvolgen. Uiteraard hebben ook wij de ambitie, die wij met u delen, om van Vlaanderen een veel fietsveiliger land te maken.
Zowel de oppositie als de meerderheid steunt u. We kunnen er dus alleen maar vertrouwen in hebben. (Applaus bij de meerderheid)
De actuele vragen zijn afgehandeld.