Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de blokkering van het akkoord in de dienstenchequesector
Verslag
Mevrouw Gennez heeft het woord.
Voorzitter, collega's, sinds vele maanden voeren wij samen met de poetshulpen in de dienstenchequesector de daad bij het woord om te honoreren dat ze een deftig loon naar werken krijgen. Het heeft heel veel sociale actie gevraagd. Iedereen heeft gezegd dat ze die mensen steunen omdat ze een belangrijke maatschappelijke opdracht hebben, eigenlijk voor een hongerloon van 11,5 euro per uur.
Na heel lange onderhandelingen, die ook lang geblokkeerd zaten, is er begin februari een akkoord uit de bus gekomen waarbij de sectororganisatie Federgon akkoord ging met een schamele loonsverhoging van 0,8 procent en een cadeaucheque van 20 euro. Dat is het minimum minimorum waar de medewerkers recht op hebben, denken wij. En ze denken dat zelf ook, want de werknemers hebben – met opmerkingen – het sociaal akkoord goedgekeurd.
Wat blijkt nu? Twee bedrijven binnen Federgon, TRIXXO en Het Poetsbureau, die 15.000 medewerkers tewerkstellen, zeggen: ‘Weet je wat? Fuck, die cao. Wij keuren die niet goed. Wij voeren die niet uit.’ En dus wordt Federgon nu gedwongen om dat te zeggen.
Minister, 1,3 miljard euro Vlaams belastinggeld en het pleidooi om het sociaal overleg hier te respecteren: dat hebben we allemaal gesteund. En nu is de vraag: als één partner zich terugtrekt, wat zal de Vlaamse Regering, die 1,3 miljard euro investeert in die Vlaamse tewerkstelling, dan doen? (Applaus bij Groen, sp.a en de PVDA)
De heer D’Haese heeft het woord.
Minister, 11,13 euro. 11,13 euro: dat is wat een beginnende poetshulp in de dienstenchequesector vandaag verdient. 11,13 euro, om te schrobben, om wc's te kuisen, om de afwas te doen, om te poetsen en te strijken, om je boterhammen op te eten terwijl je met de tram van de ene naar de andere klant gaat. 11,13 euro. Ik ben heel benieuwd hoeveel ministers en parlementsleden daarvoor hun deur zouden uitgaan.
En die mensen vragen nu al 299 dagen om opslag. 299 dagen! Als dat zo doorgaat, dan hebben wij sneller een Federale Regering dan dat die mensen hun geld zien. Maar die mensen hebben recht op een opslag van 1,1 procent. Dat is toch niet zoveel. Maar dat wilden de werkgevers niet geven. De werkgevers hebben gezegd: ‘We gaan een opslag geven van 0,8 procent.’ De vakbonden en de werknemers hebben water bij de wijn gedaan en gezegd: ‘0,8 procent, we zullen daarop afkloppen.’ En nu blijkt dat zelfs dát geblokkeerd wordt door die twee bedrijven. En die bedrijven, dat zijn er niet van de minste. Zo heeft Het Poetsbureau net nog bekendgemaakt dat het 6,8 miljoen euro kapitaal zal uitkeren aan de aandeelhouders. En TRIXXO heeft net nog een aantal andere bedrijven overgenomen. Die twee bedrijven blokkeren nu de loonopslag voor 140.000 poetshulpen in het hele land. 0,8 procent opslag. Weet u over hoeveel dat gaat? 10 cent. 10 cent! 10 cent opslag voor de mensen die de huizen van andere mensen kuisen. Zelfs dát respect kunnen die werkgevers niet opbrengen, om die loonopslag toe te staan.
Minister, we zijn hierover al vaak tussengekomen, misschien tot vervelens toe. U hebt altijd gezegd dat het sociaal overleg moet worden gerespecteerd. Maar het sociaal overleg is nu rond en wordt geblokkeerd door die twee werkgevers. En dan is de vraag: zult u na het blaffen ook eindelijk bijten? Zult u eindelijk maatregelen nemen? (Opmerkingen van minister Hilde Crevits)
Ik zal de exacte vraag stellen, zodat er geen misverstand over kan bestaan: zult u, na een jaar onderhandelingen, eindelijk uw verantwoordelijkheid opnemen en eisen dat de afgesproken loonsopslag wordt toegekend? (Applaus bij de PVDA)
Minister Crevits heeft het woord.
Collega's, vooraleer ik inga op het dossier, wil ik toch nog even, voor collega D’Haese, uitleggen wat mijn verantwoordelijkheid in dezen is. Dit is een sociaal overleg tussen werkgevers en werknemers. De Vlaamse overheid is hierin in eerste instantie geen partij. Het is de uitvoering van het federale 1,1 procentakkoord. Dat weet u. Dus kom mij hier nu niet vertellen dat ik na het blaffen eindelijk moet bijten. Dit betreft het federaal sociaal overleg. Is het nu duidelijk? Het is de vierde keer dat ik het op dit forum uitleg. (Applaus bij de meerderheid)
Het is heel gemakkelijk om hier te staan roepen en te doen. Iedereen heeft zijn verantwoordelijkheden. Het sociaal overleg is het sociaal overleg.
Ten tweede, collega's, dit is inderdaad een zeer gevoelig dossier. Het gaat over mensen die poetshulp zijn bij anderen en ongelooflijk zwaar werk verrichten. U vraagt mij of ze recht hebben op die 1,1 procent. Ik heb het hier al drie of vier keer gezegd. Mijn antwoord is: ja.
Collega's, ik wil in dezen voor één keer echt hulde brengen aan onze vakbonden. Zij waren het die vooraan stonden om die 1,1 procent te vragen. Werkgevers en vakbonden zijn rond de tafel gaan zitten en hebben een akkoord bereikt. Er is water bij de wijn gedaan. En ondertussen hebben onze vakbonden dit akkoord goedgekeurd. Chapeau! Heel goed gedaan! Dat mag ook eens worden gezegd in dit halfrond. (Applaus bij de meerderheid)
Maar daarnaast, collega's, zijn er nog de werkgevers. Gisteren of eergisteren heb ik Federgon ontvangen om te vragen wat er nu in godsnaam aan de hand is. Het antwoord op die vraag is dat ze een paar dagen uitstel vragen om een juridisch element uit te klaren. Waarover gaat het? Het gaat niet over de 0,8 procent, niet over de 20 euro. Het gaat over een federale bepaling die vandaag blijkbaar nog bestaat. Mevrouw Gennez heeft er in haar vraag naar verwezen. Daarin wordt bepaald dat een bedrijf dat een collectieve arbeidsduurvermindering toekent van 38 naar 35 uur, ook een korting krijgt voor parttimewerknemers die eigenlijk niet minder werken.
Die hebben daar geen effect van en toch wordt de RSZ-korting ontvangen. Men zegt dat dat nu in het akkoord zit, maar eigenlijk moet dat via federale regelgeving worden gewijzigd en heeft dat juridisch geen kracht als je dat daar inzet. Ik vind het heel spijtig dat dergelijke zaken nu opduiken, ik zeg u dat eerlijk. Men maakt een ontwerp van akkoord tussen werkgevers en werknemers, men legt dat voor aan de achterban en plots komt daar een juridisch euvel boven. Men heeft me gezegd dat het geen afstel is. Collega Gennez, de onderhandelingen zijn niet weg, men wil dat juridisch uitklaren, maar ik hoop oprecht, samen met jullie dat dit werk is van een paar dagen, zoals men mij heeft bevestigd, en dat er uiteindelijk een goedkeuring komt.
Collega's, daarbij komt dat de bepaling waarover het gaat, eigenlijk maar in werking treedt op 1 januari 2021. Er is dus nog heel veel tijd, mocht dat federaal opgelost moeten worden, om dat ook opgelost te krijgen. Voor mij is het eigenlijk ‘much ado about nothing’. Ik sta erop, als u mij vraagt om een statement te maken, om dit met plezier te doen. Dit is een goed akkoord. Het is een akkoord waar heel lang over onderhandeld is door heel verantwoordelijke partijen, werkgevers en werknemers. Ik ga ervan uit dat binnen een paar dagen het akkoord zoals het vandaag bestaat, effectief zal worden ondertekend.
Het gaat hier inderdaad om een zogenaamd juridisch-technisch probleem. Maar weet je wat het eigenlijke probleem is, minister? TRIXXO en Het Poetsbureau lichten de sociale zekerheid op a rato van 50, 100, 150 tot 200 miljoen euro op jaarbasis en wij in Vlaanderen geven 1,3 miljard euro aan de dienstenchequesector. Die twee freeriders vergallen het voor alle eerlijke werkgevers in die sector, de non-profitorganisaties, de Randstads, de Tempo-Teams, die wel correct omgaan met hun medewerkers. Voor die twee verwacht ik een eensgezind signaal van de Vlaamse Regering, samen met alle partijen hier in het parlement die terecht verontwaardigd zijn en vinden dat die 140.000 poetshulpen recht hebben op dat akkoord, op die loonsverhoging en op dat werkbaar werk. Ik verwacht dat uw geduld, samen met dat van ons en van die 140.000 mensen, eindelijk op is. (Applaus bij sp.a, Groen en de PVDA)
We hebben het hier al vaak gehad over het akkoord van de poetshulpen, en telkens zegt u dat u daar niets mee te maken hebt, dat dat iets is tussen de sociale partners, federaal enzovoort. Minister, er gaat jaarlijks meer dan 1 miljard euro belastinggeld van de Vlaamse overheid naar die bedrijven. Die zouden geen euro winst kunnen maken van hun miljoenenwinsten zonder het belastinggeld dat ze van ons krijgen. Dan moet u mij niet komen vertellen dat u als minister daar niets in te zeggen hebt. Dan moet u mij niet komen zeggen dat u daar geen druk op kunt zetten. Als al die bedrijven, en zeker degenen die vandaag niet eens toestaan dat hun poetshulpen 0,8 procent opslag krijgen, mee willen doen, leg ze dan voorwaarden op om nog belastinggeld te kunnen krijgen, leg ze sancties op als ze zich daar niet aan houden. U hebt toch macht als minister die 1,2 miljard euro in de sector steekt. (Opmerkingen van minister Hilde Crevits)
1,3 miljard, dat is zelfs nog meer. Dat zijn nog 0,1 miljard redenen meer om daarin tussen te komen. Ik ben het een beetje beu dat u zegt dat u daar niets mee te maken hebt, dat het sociaal overleg speelt. Het sociaal overleg is rond, de vakbonden hebben effectief een goede job gedaan. De werkgevers leggen zich daar vandaag blijkbaar niet bij neer en willen dat blokkeren. Gebruik uw macht als minister die 1 miljard euro in die sector steekt, om te zorgen dat er maatregelen worden genomen dat het sneller vooruitgaat.
De heer Ronse heeft het woord.
Mijnheer D'Haese, het is aandoenlijk hoe uw partij telkens wanneer het kan, op het podium begint te dansen, maar wanneer de camera's er niet zijn, afwezig is van de tafel wanneer er gewerkt wordt. Wij hebben twee weken geleden gedurende een uur in de commissie, ook met collega Gennez en met de minister, gediscussieerd over de dienstencheques. Mocht u daar toen geweest zijn, zou u weten dat de minister zich heeft geëngageerd om de rentabiliteit van de sector tot op het bot te laten onderzoeken om, als blijkt dat er in die sector effectief problemen zijn met de marges om levensvatbaar te zijn, maatregelen te kunnen nemen zodat de wens van dit hele halfrond, namelijk dat poetsvrouwen loon naar werken krijgen en dat zij een deftige nettoloonsverhoging krijgen, kan worden waargemaakt. Dus alsjeblieft, wees aanwezig in de commissies, luister, werk en dans niet alleen wanneer de camera's op dit theater gericht zijn, mijnheer D’Haese (Applaus bij de meerderheid)
Minister, voor het overige vraag ik u ook de impact van de arbeidsduurvermindering te bekijken als we de rentabiliteit van de sector nagaan. Ik hoop met heel mijn fractie dat dit akkoord zo snel mogelijk rond zal zijn.
De heer Ongena heeft het woord.
Mijnheer Ronse, ik sluit me bij u aan. We hebben daar in de commissie al verschillende keren zeer uitvoerig over gediscussieerd.
Mijnheer D’Haese, het is spijtig dat u en uw partij daar nooit aanwezig zijn. Ik weet dat uw partij voorstander is van een vierdagenweek, maar ik heb het gevoel dat het in het Vlaams Parlement een eendaagse werkweek is. (Applaus bij de meerderheid)
Minister, we staan volledig achter uw oproep. Het wordt tijd dat het akkoord wordt gesloten en dat die werknemers hun loonopslag krijgen. We hebben het er uitvoerig over gehad dat dit natuurlijk aantoont dat er in de sector een probleem met de rentabiliteit is. U hebt het aanbod gedaan dit ten gronde te onderzoeken zodra het akkoord is gesloten. Ik hoop dat dit aanbod nog geldt, zeker als het akkoord snel wordt gefinaliseerd, wat hopelijk zal gebeuren. (Applaus bij Open Vld)
De heer Annouri heeft het woord.
Voorzitter, ik denk dat het woord ‘vernederend’ hier wel op zijn plaats is. Al die mensen die in de dienstenchequesector werken, krijgen elke keer opnieuw te horen van politici, van iedereen daarbuiten en van die grote bazen dat ze respect hebben voor hun harde werk, maar de loonsverhoging met 1,1 procent is uiteindelijk op 0,8 procent gestrand. Waarover discussiëren we hier? Zelfs dat krijgen we niet gerealiseerd. Ik vind dat vernederend. Hoe groot kan de kloof zijn tussen de woorden die mensen gebruiken en de daden die niet volgen?
Minister, ik wil er geen spelletje van maken. Het gaat niet om wat u allemaal nog kunt doen, wat u nog meer moet doen en wiens verantwoordelijkheid het is. Ik denk dat er een signaal moet komen. Iedereen hier vindt dat die mensen recht hebben op een loonsverhoging met 1,1 procent. Ik verwacht dan ook dat u die twee bedrijven het duidelijk signaal stuurt dat de Vlaamse overheid het absoluut niet in orde vindt dat ze op die manier omgaan met het recht van die mensen op een loonsverhoging en dat de Vlaamse overheid niet zal tolereren dat ze hiermee de boel blokkeren. We zullen die mensen geven waar ze recht op hebben. Dat signaal moet u sturen. (Applaus bij Groen)
De heer Bothuyne heeft het woord.
Mijnheer D’Haese, om te beginnen, wil ik u uitnodigen. We zullen de rentabiliteitsstudie nog deze maand in de commissie bespreken. U bent uitgenodigd. We hopen u daar voor de eerste keer te mogen verwelkomen.
Ten gronde is het bedrag van 1,3 miljard euro voor mijn fractie welbesteed geld, niet enkel voor de 140.000 huishoudhulpen, maar vooral voor de honderdduizenden gezinnen die dankzij het systeem van de dienstencheques gezin en arbeid op een goede manier kunnen combineren. Dit systeem is bijzonder belangrijk voor onze economie en voor het welzijn van de mensen. Die 140.000 huishoudhulpen verdienen dan ook hun loonsverhoging.
Minister, we zijn blij met het ontwerp van sociaal akkoord dat Federgon en de vakbonden hebben bereikt. Zoals u al hebt gezegd, is er moed getoond aan de onderhandelingstafel. We hopen dat dit akkoord aan werkgeverszijde effectief kan worden gehonoreerd. Die twee bedrijven vertegenwoordigen ongeveer 10 procent van de dienstenchequewerknemers, maar die 90 procent andere werknemers en hun werkgevers mogen en moeten op tafel staan om dit akkoord effectief te ondertekenen en te honoreren. Dat is in het belang van de huishoudhulpen en van heel veel Vlaamse gezinnen die een beroep op deze mensen doen. Sociale rust is ook in deze sector bijzonder belangrijk.
Mijnheer Annouri, ik wil met een positieve noot starten. Ik heb hier op bijna alle banken heel grote steun gehoord om effectief tot een ondertekening van het akkoord over te gaan. U hebt een punt. Ik voel ook een beetje plaatsvervangende schaamte om het feit dat dit akkoord nog niet is getekend. Ik kan het zelf niet ondertekenen. Indien ik dat wel zou kunnen doen, zou ik het doen, want het is een regelrechte schande dat na zo lange onderhandelingen uitstel wordt gevraagd. Het is uitstel om iets uit te klaren en niet omdat de werkgevers niet willen tekenen.
De meesten hebben me gevraagd om een oproep aan de sector, maar de sector is al bij mij geweest. Ik heb in mijn eerste antwoord vermeld dat ik de sector heb gezien. Het eerste wat ik met Federgon heb besproken, is hoe het mogelijk is. Ik heb om uitleg gevraagd, want ik wist toen al dat ik in het Vlaams Parlement actuele vragen hierover zou krijgen. Federgon heeft me verteld dat het een kwestie van enkele dagen is en dat de sector iets wil uitklaren. Dat is geen probleem, maar ik heb gevraagd ervoor te zorgen dat het ondertekend geraakt.
Mijnheer Bothuyne, ik verwijs naar uw woord. Indien twee bedrijven dwarsliggen, is dat geen reden om te stellen dat het bedrag van 1,3 miljard euro geen welbesteed geld is. We investeren dat geld in vaak kwetsbare mensen die jonge gezinnen, oudere gezinnen en oudere mensen elementaire hulp bieden.
Er is dus geen haar op mijn hoofd die eraan denkt om daarop in te grijpen. Mijnheer D’Haese, ik wil ook dat de mensen die werken in de bedrijven die nu lastig doen, hun job houden. Ik ga absoluut geen ingrepen doen om te destabiliseren.
Als u zou denken dat wij in Vlaanderen niets willen doen, zal ik misschien uw geheugen toch nog eens opfrissen.
We hebben aan VDAB al ettelijke miljoenen gegeven om de instroom in de sector te verbeteren. We zien immers vaak dat mensen in de sector komen en uitvallen na een paar maanden, omdat je toch echt wel een opleiding gehad moet hebben. Je moet weten hoe je met mensen omgaat. Je moet zelfstandig kunnen werken. De eenzaamheid is soms een probleem. Collega Gennez heeft daar gezegd om te kijken of men niet aan coworking kan doen: schitterend idee. We proberen nu ook met de sector om dat wat populairder te maken, want het kan al.
We zijn ook miljoenen euro’s Europees geld aan het zoeken om de werkbaarheid in de sector te verbeteren. Ondertussen kan de sector beroep doen op werkbaarheidscheques, om een scan te laten doen in de onderneming om te zien waar precies de problemen liggen.
Er is dus een hele batterij aan maatregelen die ik ook echt wil uitrollen in Vlaanderen om ervoor te zorgen dat mensen die in zulke delicate omstandigheden werken, hun job ook kunnen blijven doen en dat het duurzame jobs blijven. Maar nu er inderdaad nog een probleem is dat hopelijk niet lang meer zal aanslepen, mag dat ons niet weghouden van wat we wel zelf kunnen doen.
Ik loop dus helemaal niet weg van mijn verantwoordelijkheid, integendeel, het is een sector die mij enorm nauw aan het hart ligt – en velen onder ons, denk ik. Maar die verantwoordelijkheid over dat akkoord moet nu genomen worden op het niveau waar de verantwoordelijkheid ligt, en dat is tussen sociale partners. Ik hoop dat, als de werkgevers naar dit debat kijken – en er zijn er een aantal die dat doen, heb ik begrepen – men de collectieve verontwaardiging in dit parlement ook voelt voor het feit dat er nog geen ondertekening gebeurd is.
Ik hoop dat dit een duw in de rug kan zijn, collega’s, opdat ik hier volgende week niet opnieuw zou moeten staan om te zeggen dat het nog niet getekend is. Laat ons dit dus als een positief signaal beschouwen. (Applaus bij CD&V en de N-VA)
De medewerkers hebben inderdaad moed getoond door het akkoord te honoreren. De onderhandelaars van Federgon hebben zelfs moed getoond door een oplossing te willen voorzien voor die fraude in de federale sociale zekerheid, maar twee freeriders vergallen het hier, TRIXXO en Het Poetsbureau, voor 140.000 medewerkers, voor 700.000 Vlaamse gezinnen en vooral voor al die bonafide bedrijven in de dienstenchequesector die wel respect opbrengen voor hun medewerkers, die hun wel werkbaar werk proberen te garanderen, en die wel die uitgestoken hand en die vraag van de poetshulpen tot loonsverhoging en werkbaar werk honoreren.
Tot slot, collega’s, hebben we het gehad over moed. Ook vanuit de oppositie wil sp.a de moed opbrengen om een resolutie voor te stellen, hopelijk kamerbreed gesteund, waarbij de loonsverhoging, werkbaar werk en pistes om de rentabiliteit van de sector te verbeteren, gegarandeerd worden. Daarvoor heeft de Vlaamse Regering inzet van mensen en middelen nodig, en wij doen de oproep om dat met zijn allen goed te keuren. (Applaus bij sp.a en de PVDA)
Het gaat hier zoals gezegd over een loonsverhoging van 10 eurocent. Het feit dat die loonsverhoging van 10 eurocent er nog niet kan komen, vind ik een onwaarschijnlijk gebrek aan respect vanuit die bedrijven voor de werknemers. Als ze er binnen het sociaal overleg niet in slagen om dat respect te tonen, vind ik dat het aan u is om dan respect af te dwingen. Blijkbaar is het voor een aantal van die grote winstgevende bedrijven nooit genoeg winst, en blijkbaar zijn voor een aantal van die bedrijven de lonen van die werknemers nooit laag genoeg. Ik vind dat dat moet stoppen, ik vind dat er respect voor moet komen, en ik vind dat u als minister die 1,3 miljard euro belastinggeld in die sector pompt – ik vind dat goed besteed geld, laat dat duidelijk zijn – daar meer over te zeggen hebt dan hier in het parlement een signaal te geven. U kunt harde maatregelen nemen, u kunt voorwaarden opleggen, u kunt sancties nemen als het nodig is, en ik vind het heel jammer om te zien dat het hier blijft bij woorden. Blaffen, maar niet bijten. (Applaus bij de PVDA)
De actuele vragen zijn afgehandeld.