Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw Vanwesenbeeck heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, morgen is het de Internationale dag van de Rechten van de Vrouw. Ik verwijs even naar hun opinie van Ann Caluwaerts van Telenet die pleit voor een vrouwvriendelijk bedrijfsleven. België heeft een slecht rapport gekregen – 38 procent – als het gaat over de economische macht tussen mannen en vrouwen. We doen het niet goed, we zijn gebuisd.
In concrete cijfers wil dat zeggen dat slechts een op vier een vrouw in een topfunctie is. Dat is te weinig. Hoe komt dat? Vrouwen hebben over het algemeen iets minder zelfvertrouwen. Dat is een feit. Er is ‘unconscious bias’, dat wil zeggen dat we toch allemaal wel wat vooroordelen hebben ten opzichte van vrouwen die ambitie hebben en die zich willen profileren. Dat is zo en daar kan nog wel aan worden gewerkt. En dan is er het taalgebruik in vacatures – en dan heb ik het niet over Nederlands of Frans – maar over mannelijk of vrouwelijk taalgebruik.
Vacatures worden heel vaak door mannen in topfuncties geschreven, waardoor ze ook gemakkelijker mannen aantrekken.
Waarom is die gendergelijkheid zo belangrijk? Het gaat over diversiteit. Hoe diverser uw raad van bestuur is of uw directiecomité, hoe beter het resultaat zal zijn in uw bedrijf: meer innovatie, betere financiële resultaten. In de raden van bestuur van beursgenoteerde bedrijven in België zitten 28 procent vrouwen, daar waar het wettelijk minimum op 33 procent ligt. Maar in directiecomités, waar de accenten gelegd worden in het bedrijfsleven, zitten er slechts 13 procent vrouwen. Dat is veel te weinig. Op de genderindex is België uit de top tien verdwenen naar plaats 31.
Minister, wat gaat u ondernemen om gendergelijkheid in topfuncties bij de overheid te verbeteren, en hoe gaat u het bedrijfsleven stimuleren om daar een rol in te spelen?
Minister Homans heeft het woord.
Op de dag voor de Internationale Vrouwendag komt deze vraag niet onverwacht en is ze zelfs heel gepast. Ik heb de open brief gelezen en ik vond het niet alleen een positief signaal, maar ik was ook blij dat veel mannelijke CEO’s die brief mee hebben ondertekend. Ik ben er absoluut voorstander van, en ik meen te mogen spreken namens iedereen die hier aanwezig is, dat er meer vrouwen leidinggevende functies kunnen opnemen, ongeacht of het om de privésector gaat dan wel om de overheid.
Hoe gaan we dat doen? Ik ben geen voorstander van quota. Ik weet dat er op federaal niveau voor beursgenoteerde bedrijven quota zijn ingevoerd. Welnu, ik ben daartegen. Waarom? Omdat ik het principe wil huldigen van de juiste man of vrouw op de juiste plaats. Ik wil niet dat een vrouw zich de rest van haar carrière de vraag moet stellen of ze daar zit vanwege haar capaciteiten of vanwege de quota.
Ik ben wel absoluut voorstander van streefcijfers. Dat is ook niet waterdicht en op het gebied van de communicatie zijn er ook minpunten. Zo hebben we nog niet zo lang geleden met de Vlaamse Regering een vrouw benoemd, als leidend ambtenaar van het Agentschap Informatie Vlaanderen, een redelijk technisch departement waar je niet zoveel vrouwen zou verwachten. De dame in kwestie stak er met kop en schouders bovenuit, en de regering was het er onmiddellijk over eens. In de media ging het enkel over de streefcijfers van de Vlaamse overheid. Dat vind ik bijzonder jammer, want ook zonder die streefcijfers stak die dame boven de andere kandidaten uit.
Wat de Vlaamse overheid betreft, is op 30 januari 2018 in de commissie Bestuurszaken het actieplan gelijke kansen en diversiteit door de Vlaamse diversiteitsambtenaar toegelicht. Die ambtenaar is zeer snel te werk gegaan – zijn voorganger was pas in mei klaar – waardoor de cijfers van 2017 eind januari nog niet beschikbaar waren. We zullen het debat over die cijfers voeren in een volgende commissievergadering, onder het voorzitterschap van mevrouw Van Volcem, zodra de meest recente cijfers beschikbaar zijn. Ik kan u wel al zeggen dat het de goede richting uitgaat. Er zijn niet alleen streefcijfers voor vrouwen, maar ook voor personen met een migratieachtergrond en voor mensen met een beperking. Ik nodig u dus uit om naar die commissie te komen.
Voorzitter, ik sluit af. Naar aanleiding van de vrouwendag krijg ik wel een paar minuten extra van u, niet? De overheid heeft natuurlijk een voorbeeldfunctie en de overheid mag nog zoveel doen, maar er moet ook een mentaliteitswijzing komen. Ik denk aan de heisa over de Brusselse rapper Damso – ik zal checken of hij op de iPod van mijn kinderen staat en zo ja, dan moet hij eraf. Die vrouwonvriendelijke teksten zijn in onze maatschappij ingeworteld.
Mevrouw Vanwesenbeeck, u hebt zelf naar de mentaliteitswijziging verwezen. Ik heb die debatten in de commissie Gelijke Kansen al met mevrouw Brusseel gevoerd. Een vrouw die er in onderling overleg met de partner bewust voor kiest carrière te maken, is geen slechte moeder en een man die er op zijn beurt in overleg met zijn partner voor kiest daarvoor thuis te blijven, is geen sloef. Dat is een mentaliteitswijziging waar we anno 2018 met zijn allen op moeten blijven inzetten.
Minister, we zijn het zo goed als eens met elkaar. Zodra de cijfers bekend zijn, wil ik zeker op uw uitnodiging ingaan. Ik wil ook nog een suggestie doen. Vanavond wordt de WOMED Award uitgereikt. Dat is een project om in de wereld of in Vlaanderen een rolmodel inzake vrouwelijk ondernemerschap naar voren te schuiven. Ik denk dat we dit in het algemeen moeten doen ten aanzien van vrouwen in topfuncties. Minister Muyters heeft het project ‘Failing Forward’ opgezet. Als rolmodellen brengt hij ondernemers naar voren die vertellen dat ze hebben gefaald, maar dat dit zo erg niet is en dat we uit fouten kunnen leren. Mijn suggestie is dit niet enkel te doen met falende ondernemers of vrouwelijke ondernemers, maar ook met vrouwen in topfuncties. U kunt die vrouwen hun verhaal laten delen en laten vertellen dat het allemaal niet gemakkelijk is dit met een gezin te delen, maar dat het toch fantastisch is om te doen. Ik hoop van harte dat u rekening zult houden met mijn suggestie. (Applaus bij Open Vld)
Welke dames vragen het woord? (Opmerkingen van minister Liesbeth Homans)
Het zijn alleen vrouwen. Er is niemand van CD&V en de N-VA. (Opmerkingen van Daniëlle Vanwesenbeeck)
Ik probeer, maar het lukt niet.
Mevrouw Turan heeft het woord.
Voorzitter, de Internationale Vrouwendag hebben de vrouwen aan zichzelf te danken. Als we rolmodellen zoeken, zie ik er twee voor mij. Mevrouw Vanwesenbeeck, minister, wat mij betreft, zijn jullie rolmodellen van vrouwen die een topfunctie hebben en die niet enkel iets kunnen betekenen voor hun naaste omgeving, maar ook voor zo veel andere mensen.
De ingrediënten zijn er, maar de recepten pakken niet altijd om vrouwen in topfuncties in ondernemerschap te stimuleren. De evenredige deelname van vrouwen aan het ondernemerschap is een doelstelling van het Pact 2020. Wat minister Muyters ook moge hebben gedaan, we zullen die doelstelling niet halen.
Minister, ik kijk naar u. Als vrouw kunt u misschien wel de juiste accenten leggen en kunt u de andere leden van de Vlaamse Regering misschien aanmanen. Indien we de quota in de politiek niet hadden ingevoerd, was u in 2009 waarschijnlijk niet vanop de tweede plaats in het Vlaams Parlement verkozen en had ik waarschijnlijk niet op de vierde plaats gestaan en had ik hier ook niet gezeten. We zouden ons moeten schamen niet aan alle vrouwen in alle functies te gunnen wat we onszelf als politici gunnen. Denk aan de quota. Ze werken. U bent er en ik ben er. (Rumoer)
Mevrouw Pira heeft het woord.
Voorzitter, ik denk dat mijn toespraak een beetje saaier wordt.
Minister, ik kijk samen met u uit naar de cijfers voor 2017. De cijfers voor 2016 waren bedroevend laag, want het ging slechts om 21 procent vrouwen in topfuncties. Het streefcijfer is echter 40 procent. U hebt verklaard dat het de goede richting uitgaat en ik heb dan ook goede hoop.
Wat mij stoort, is dat het een streefcijfer voor de globale Vlaamse overheid en niet voor elk beleidsdomein betreft. Daar zien we nochtans heel grote verschillen. Van de twaalf beleidsdomeinen zien we in zes beleidsdomeinen vrouwen in topfuncties en in zes beleidsdomeinen totaal geen vrouwen in topfuncties. Het gaat om de beleidsdomeinen Kanselarij en Bestuur, Financiën en Begroting, Internationaal Vlaanderen, Economie, Wetenschap en Innovatie, Landbouw en Visserij en Mobiliteit en Openbare Werken.
Ik vroeg u dan, minister, waarom u het streefcijfer niet per beleidsdomein hanteert. U zei dat er nu eenmaal jobs zijn die vrouwen niet graag doen. Ik zou heel graag willen, minister, dat u daar anders over denkt, want ik geloof dat gewoon niet. Waarom wilt u vrouwen in die beleidsdomeinen niet stimuleren?
Gelukkig zat ik niet op een stoel of ik was eraf gevallen, mevrouw Turan. Wat u zegt, vind ik echt hemeltergend. Eigenlijk zegt u dat alle vrouwen die hier in dit parlement verkozen zijn, hier zijn gekomen op basis van de quota. (Opmerkingen van Güler Turan. Rumoer)
Dat is wat u zegt. (Opmerkingen van Güler Turan. Rumoer)
Dat kan misschien voor u gelden, maar dat geldt niet voor mij! (Opmerkingen van Güler Turan. Applaus bij de N-VA)
Mevrouw Turan, ik begrijp werkelijk niet dat deze woorden uit uw mond komen. Dat geldt misschien voor u, maar niet voor mij, niet voor mevrouw Vanwesenbeeck, en niet voor alle andere vrouwen hier aanwezig in dit parlement. (Applaus bij de meerderheid)
Wij hadden het ook gehaald zonder dat systeem. (Opmerkingen van Güler Turan)
Mevrouw Turan, u hebt al gezegd wat u te zeggen had.
Mevrouw Vanwesenbeeck, u had hier ook gestaan zonder dat kiessysteem en zonder de quota. Daar ben ik van overtuigd. (Opmerkingen van Güler Turan)
U blijkbaar niet, volgens uzelf.
De acties die u hebt aangehaald, staan in het actieplan. Ik nodig u uit in de commissie Bestuurszaken als de streefcijfers er zijn. U hebt naar een aantal acties gevraagd: Straffe Madammen, Boost en dergelijke meer. Dat wordt toegelicht en besproken tijdens een gedachtewisseling, niet alleen met mij maar ook met de diversiteitsambtenaar. Ik denk dat het heel interessant zou zijn voor u om daarbij te zijn.
Ik ben ook bijna van mijn stoel gevallen, ook al zat ik er niet op, maar goed.
Als liberalen gaan wij nooit pleiten voor quota, zeker niet in de privé, alstublieft niet.
Ik heb ook drie redenen gegeven, beste minister, waarom het allemaal zo moeilijk gaat. Het gaat onder andere over zelfvertrouwen. Denk alstublieft aan dat idee van rolmodellen naar voren te brengen. Voor de onbewuste vooroordelen bestaan programma’s waarmee men de perceptie kan doen keren.
Ten slotte zijn er zelfs taaltesten om de vacatures die in een mannelijke taal zijn geschreven, door een software te halen zodat ze worden geneutraliseerd.
Minister, ik geef u een aantal handvatten om die cijfers weer op te krikken. U hebt alvast mijn hulp.
De actuele vraag is afgehandeld.