Commissie voor Openbare Werken, Mobiliteit en Energie Vergadering van 15/05/2007
Vraag om uitleg van de heer Eloi Glorieux tot de heer Kris Peeters, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, over de impact van het gewijzigde stelsel voor de toekenning van ecologiesteun op duurzame-energieprojecten van KMO´s
De voorzitter: De heer Glorieux heeft het woord.
De heer Eloi Glorieux: Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, de sector van de zonne-energie is wereldwijd in enorme expansie. Ook bij ons in Vlaanderen is er een kentering merkbaar, maar in vergelijking met andere landen hinken we nog steeds ver achterop. In Vlaanderen is er uiteraard onvoldoende ruimte beschikbaar voor de bouw van grootschalige fotovolta?sche zonne-energieparken. In Californië kan dat wel: daar wordt een gigantische zonnecentrale van 345 megawatt gebouwd. Daarnaast loopt in Californië ook een project waarbij men zo veel mogelijk fotovolta?sche zonnepanelen op daken wil plaatsen. Via de zogenaamde ?million solar roofs bill´ werd dit zelfs in een wet gegoten en werd de doelstelling van 60 percent zonnestroom wettelijk verankerd. Dat gebeurde op initiatief van gouverneur Schwarzenegger. Hij gaat daarmee trouwens lijnrecht in tegen zijn partijgenoot president Bush.
Vlaanderen zou best gelijkaardige ambities kunnen koesteren. In Californië haalt men een gemiddelde van 1900 uur zon per jaar. In Vlaanderen ligt dat gemiddelde natuurlijk iets lager: er is ongeveer 1500 uur zon per jaar. Een fotovolta?sch zonnepaneel werkt natuurlijk ook op diffuus licht, en daarom pleiten wij er alleszins voor dat er een Vlaams zonnedakenplan komt. We denken aan 100.000 zonnedaken tegen 2030 in Vlaanderen.
In het buitenland zijn er verschillende initiatieven om de installatie van fotovolta?sche zonnepanelen op daken van particulieren te promoten. Zo loopt in Nederland het Delftsblauwe Dakenplan. Het richt zich zowel op eigenaars als op huurders.
Ook in Vlaanderen werd een heel mooi project gelanceerd, namelijk PV-privé van de co?peratieve Ecopower. Mensen die fotovolta?sche zonnepanelen op hun dak willen installeren, maar zelf niet over het nodige budget beschikken, konden bij Ecopower aankloppen. Ecopower neemt de volledige rompslomp op zich en staat ook in voor de installatie. Men kan de zonnepanelen zelf financieren, maar men kan ook een contract afsluiten met de co?peratie, waarbij Ecopower de PV-installatie volledig financiert. De zonnecellen bleven 20 jaar eigendom van Ecopower, nadien werden ze de eigendom van de mensen op wier dak ze ge?nstalleerd werden. Gedurende de eerste 20 jaar kregen de mensen stroom geleverd aan een verminderd tarief en de opbrengst van de groenestroomcertificaten ging naar Ecopower. Vorig jaar deed Ecopower een eerste oproep. Het project was enorm succesvol. Dit jaar vond de plaatsing plaats. 400 installaties werden door particulieren betaald, 400 door Ecopower.
In het recente verleden hebben we al een paar keer gediscussieerd over de vraag of de toename van de zonne-energie-installaties in Vlaanderen er dankzij of ondanks de subsidieregeling is. We hebben daar duidelijk een andere visie over. Feit is wel dat de verdubbeling van de installatie van fotovolta?sche zonnepanelen in vergelijking met vorig jaar voor het overgrote deel op conto van dit concrete project te schrijven is. Dat toont het belang van dat initiatief aan.
Het project PV-privé van Ecopower werd ondertussen stopgezet. Het krijgt geen vervolg, niet omdat er niet voldoende ge?nteresseerden zouden zijn. Het tegendeel is waar: men heeft heel wat mensen moeten ontgoochelen die hadden ingeschreven voor het volgende jaar. Men heeft hun moeten zeggen dat men ermee ophoudt omdat de Vlaamse overheid het subsidiesysteem voor ecologiesteun veranderde. Met de vroegere subsidieregeling had een kmo, zoals Ecopower, bij investeringen in hernieuwbare energie recht op een ecologiesteun van 35 percent op 70 percent van de investeringskosten. Dat kwam neer op een subsidie van ongeveer 25 percent, waarvan men nagenoeg zeker was bij de indiening van de aanvraag.
Blijkbaar waren de ecologiepremies te succesvol. In plaats van dat de Vlaamse Regering daar positief op inspeelt en het budget voor de ecologiesteun systematisch afstemt op de vraag, wordt beslist om over te schakelen op een callsysteem. Projecten die in aanmerking komen voor ecologiesteun, moeten voortaan eerst meedoen aan een wedstrijd waardoor je nooit zeker weet of je tot de uitverkorenen behoort. Op die manier wordt het risico voor vele kmo´s om duurzame projecten op te starten, veel te groot.
Het project PV-privé impliceert grote investeringen die slechts over langere tijd, ongeveer 15 jaar, kunnen worden teruggewonnen. Daarenboven is er een groot inherent risico omdat het project met een groot aantal kleine installaties werkt die verspreid staan op daken van particulieren. Je hebt zo´n project als projectontwikkelaar niet zomaar onder controle.
Dit is maar één zaak, en eigenlijk is dat al erg genoeg. De projectontwikkelaars zeggen dat ze de uitdaging wel willen aangaan, dat ze ervan overtuigd zijn dat hun project heel goed is, dat het ook wel zo zal worden beoordeeld en een reële kans maakt als het aan een wedstrijdformule deelneemt. Als klap op de vuurpijl is het nu zo dat de administratie een bijzondere interpretatie geeft aan welke bedrijven in aanmerking komen voor die ecologiesteun. Men gaat ervan uit dat het tot de corebusiness behoort van dergelijke bedrijven om die investeringen te doen, dus valt dat buiten het spectrum van de ecologiesteun, want die is bestemd voor bedrijven die iets extra´s doen buiten hun normale activiteiten om. Het zou dus eigenlijk niet van het budget van minister Moerman moeten komen, maar van het budget voor Energie van minister Peeters.
In tijden zoals nu moeten volgens mij alle zeilen worden bijgezet om de bedreiging van de klimaatverandering tegen te gaan. Het is dan ook onaanvaardbaar dat goede projecten die een wezenlijke bijdrage leveren aan de noodzakelijke ommekeer, moeten worden stopgezet omdat administraties en kabinetten het niet eens raken over wie de noodzakelijke ecologiesteun moet leveren. Enerzijds worden miljoenen euro´s gereserveerd om in het buitenland hete lucht te kopen, maar anderzijds worden initiatieven van Vlaamse kmo´s gefnuikt, omdat men het er niet eens over raakt welk regeringslid de ecologiesteun moet verschaffen.
Mijnheer de minister, bent u het als minister bevoegd voor Energie, Leefmilieu en Natuur, eens met de regeringsmaatregel om de ecologiesteun voortaan afhankelijk te maken van een callsysteem waarbij de kmo´s geen rechtszekerheid meer hebben over het feit of hun projecten gesubsidieerd raken? UNIZO heeft daarover duidelijke uitspraken in die zin gedaan.
Bent u het eens met de interpretatie van minister Moerman en haar administratie waardoor kmo´s, zoals Ecopower, geen aanspraak meer kunnen maken op subsidies van projecten zoals het PV-privé-initiatief?
Indien het kabinet en de administratie Economie voet bij stuk houden en energiebedrijven en projectontwikkelaars zoals Ecopower uitsluiten van ecologiesteun, bent u dan bereid om vanuit de begroting Energie projecten zoals PV-privé te subsidiëren?
De voorzitter: Minister Peeters heeft het woord.
Minister Kris Peeters: Mijnheer de voorzitter, collega´s, de regering heeft ter zake nog geen beslissing genomen. Als ik me niet vergis, zal minister Moerman dit morgen (woensdag 16 mei 2007) op de agenda van de ministerraad agenderen. Ik kan daar niet op vooruitlopen. U kunt de vraag misschien opnieuw stellen nadat de beslissing is genomen. Ik hoop dat u begrijpt dat ik daar op dit ogenblik niets zinnigs over kan zeggen. Ik zal de discussie in eerste instantie binnen de regering voeren.
Wat het initiatief PV-privé betreft, ben ik niet bevoegd om vermeende interpretaties van de administratie Economie in twijfel te trekken. Daarom denk ik dat u de vraag misschien opnieuw moet voorleggen aan de bevoegde minister, bijvoorbeeld in de commissie Economie.
In uw derde vraag vraagt u of ik privéprojecten wil subsidiëren als het kabinet en de administratie van Economie voet bij stuk houden en energiebedrijven en projectontwikkelaars als Ecopower uitsluiten van ecologiesteun. Ik begrijp waar u naartoe wilt. Dit is echter een hypothetische vraag, en ik heb niet de gewoonte om op hypothetische vragen te antwoorden. Antwoorden op dat soort van vragen hebben geen zin.
Ik denk dat Ecopower verdiensten heeft. Het is echter niet gebruikelijk om in de commissie concrete dossiers uit te spitten. Begrijp me niet verkeerd: het gaat soms over belangrijke dossiers. Als we daar echter mee beginnen, dan zal elke volksvertegenwoordiger de concrete dossiers die hij of zij belangrijk vindt, hier ter sprake willen brengen. Ik kan tot mijn grote spijt dus niet op deze vraag antwoorden.
De voorzitter: De heer Glorieux heeft het woord.
De heer Eloi Glorieux: Mij is het niet om Ecopower op zich te doen. Ik wil het principe ter discussie stellen. Ik stel vast dat dit fantastische project ervoor heeft gezorgd dat het aantal fotovolta?sche zonnepanelen heel erg is toegenomen. (Minister Kris Peeters schudt het hoofd)
Dit project heeft wel degelijk voor een toename van de installatie van die panelen bij privépersonen gezorgd. Ik heb het niet over de bedrijven. Het nieuwe subsidiesysteem voor fotovolta?sche zonnepanelen zal veel burgers afschrikken. Dankzij dat initiatief konden de burgers opnieuw PV-panelen op hun dak plaatsen. Ik ben bezorgd, want ik vrees dat u volgend jaar niet meer zult kunnen zeggen dat de installatie van zonnepanelen bij burgers is toegenomen.
U zegt dat ik mijn vraag enkele dagen te vroeg stel omdat morgen minister Moerman het callsysteem op de agenda van de Vlaamse Regering zal plaatsen. Ik ga ervan uit dat u hier niet wilt zeggen wat u morgen zult zeggen. Ik ga er wel van uit dat u daarover al een standpunt hebt. Mijn vraag is dus helemaal niet hypothetisch maar erg concreet.
Ik pleit hier niet voor of tegen één bepaald bedrijf. Ik heb het over het principe. Ik heb het over mijn bezorgdheid dat de installatie van panelen bij de burgers zal stilvallen. Het is bijgevolg niet meer dan normaal dat ik u daarover ondervraag. Als minister Moerman niet langer ecologiesteun voor dit soort van projecten wil geven, bent u dan bereid om die steun op u te nemen?
De voorzitter: Minister Peeters heeft het woord.
Minister Kris Peeters: Ik heb er geen problemen mee dat u vragen stelt. Ik heb geen oordeel gegeven over de opportuniteit van uw vraag, maar wel over de opportuniteit van mijn antwoord. Een: u stelt een hypothetische vraag. Twee: twee jaar geleden, toen wij de subsidieregeling voor de installatie van fotovolta?sche zonnepanelen hebben gewijzigd, hebt u dikwijls gezegd dat dit zal leiden tot de stopzetting van de installatie van zonnepanelen. Vandaag zegt u iets anders.
Ik heb waardering voor de inzet van bepaalde bedrijven, ook voor die van Ecopower.
De heer Eloi Glorieux: Wat ik zeg, is wél consistent. Ik vertel altijd hetzelfde verhaal. Uw subsidieregeling schrikt de mensen af. Het project remedieert daaraan, want eigenlijk huurt dit bedrijf het dak van de mensen om er zelf fotovolta?sche zonnepanelen op te exploiteren. De gewijzigde subsidieregeling maakt het voor veel mensen onmogelijk om onmiddellijk 10.000 euro op tafel te leggen voor een PV-systeem. Volksvertegenwoordigers kunnen dat nog wel betalen, en ze zullen dat geld na twintig jaar dubbel en dik hebben terugverdiend. Dankzij het vorige subsidiesysteem was het voor de mensen wel mogelijk om te investeren, maar vandaag kan dat niet meer. We zullen daar volgend jaar de gevolgen van zien.
De voorzitter: Het incident is gesloten.