Verslag plenaire vergadering
Voorstel van resolutie betreffende de nieuwe beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Radio- en Televisieomroeporganisatie (VRT) en de Vlaamse Gemeenschap
Verslag
Voorstellen tot spoedbehandeling
Dames en heren, vanmorgen heeft de heer Björn Rzoska bij motie van orde een voorstel tot spoedbehandeling gedaan van het voorstel van resolutie van Katia Segers en Bart Caron betreffende de nieuwe beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Radio- en Televisieomroeporganisatie (VRT) en de Vlaamse Gemeenschap.
De heer Caron heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, de nieuwe beheersovereenkomst van de VRT wordt met een jaar vervroegd. Die beheersovereenkomst is de wens van de minister en van de Vlaamse Regering. Het is de bedoeling van de regering dat die ingaat op 1 januari 2016, volgend jaar dus.
Dit is de laatste plenaire vergadering van dit parlementaire jaar. Het is de laatste gelegenheid om de talrijke hoorzittingen – het waren er zes – die plaatsvonden in de Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media met betrekking tot de beheersovereenkomst te laten resulteren in een set van aanbevelingen die mevrouw Segers en ikzelf willen doen aan de Vlaamse Regering.
Ik heb begrepen dat er ook vanuit de meerderheid een voorstel van resolutie is met betrekking tot die beheersovereenkomst.
Het is een heel belangrijk document. We willen die aanbevelingen meegeven aan de regering zodat die deze zomer en het begin van de herfst de ruimte krijgt om in het kader van de goedgekeurde resoluties onderhandelingen te voeren met de VRT over de beheersovereenkomst. Het is de laatste kans.
De heer Matthias Diependaele heeft vanmorgen bij motie van orde een voorstel tot spoedbehandeling gedaan van het voorstel van resolutie van Lionel Bajart, Wilfried Vandaele, Karin Brouwers, Manuela Van Werde, Joris Poschet en Marius Meremans betreffende de nieuwe beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Radio- en Televisieomroeporganisatie (VRT) en de Vlaamse Gemeenschap.
U vraagt de spoedbehandeling om dezelfde reden? (Instemming)
Ik veronderstel dat het parlement het ermee eens is om deze twee voorstellen van resolutie nu samen behandelen? (Instemming)
Het incident is gesloten.
Bespreking
Dames en heren, aan de orde zijn de voorstellen van resolutie van Katia Segers en Bart Caron betreffende de nieuwe beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Radio- en Televisieomroeporganisatie (VRT) en de Vlaamse Gemeenschap en van Lionel Bajart, Wilfried Vandaele, Karin Brouwers, Manuela Van Werde, Joris Poschet en Marius Meremans betreffende de nieuwe beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Radio- en Televisieomroeporganisatie (VRT) en de Vlaamse Gemeenschap.
De bespreking is geopend.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Beste collega’s, zo dadelijk zullen we hier stemmen over de goede raad die we vanuit de commissie Media van het Vlaams Parlement willen meegeven aan de Vlaamse Regering, meer bepaald aan minister van Media Gatz. Hopelijk zal hij hiermee deze zomer goed aan de slag gaan voor de opmaak van de nieuwe beheersovereenkomst met de VRT.
Hij zal de contouren en doelstellingen vastleggen waarbinnen de VRT moet werken in de komende vijf jaar. Dat is een heel belangrijk moment voor de VRT. In de voorbije maanden zijn er in de Mediacommissie zes hoorzittingen geweest, waar experts en alle belanghebbenden hun licht lieten schijnen over de rol van de VRT in het medialandschap in Vlaanderen. Die rol is heel belangrijk. De VRT is de spil van het media-ecologische landschap, ze legt de lat heel hoog en jaagt de sector aan.
De heer Caron en ik hebben deze namiddag ons eigen voorstel van resolutie ingediend omdat we het voorstel van resolutie van de meerderheid jammer genoeg niet kunnen steunen. We betreuren dat, want er zijn best een aantal punten waarover we het vast en zeker eens zijn. Toch bleek op een aantal fundamentele punten het water te diep.
De meerderheid gaat eigenlijk voor een fundamenteel andere beleidskeuze. Waar de VRT volgens ons is kunnen bloeien en groeien dankzij een beleid gestoeld op het uitgangspunt van een maatschappelijke verantwoordelijkheidsvisie, een die vertrekt vanuit de rol van een sterke openbare omroep als voorwaarde voor een sterke democratie, dan wordt dit pad door de meerderheid enigszins verlaten. Die weg wordt vandaag geruimd voor een andere blik op de openbare omroep, wat die moet zijn en doen, namelijk, een die past in wat we noemen het marktfalenperspectief. Een afgeslankte VRT mag voortaan alleen nog de gaatjes vullen die de markt laat, en mag zelf geen marktverstorend effect hebben. Een sterke VRT is geen luxe, maar een noodzaak voor de mediasector als geheel en voor alle Vlamingen.
De heer Vandaele heeft het woord.
Mevrouw Segers, u gaat wat te snel door de bocht als u denkt dat de meerderheid nu ineens geen sterke VRT meer wil. We willen allemaal wel een sterke VRT. Maar het is niet omdat van alle sectoren, ook het culturele veld en jeugdorganisaties, efficiëntie-inspanningen worden gevraagd, dat we dat van de VRT niet zouden mogen vragen.
Omdat er nu misschien scherpere keuzes worden gemaakt in ons voorstel van resolutie dan in het verleden, betekent dat niet dat de openbare omroep daardoor verzwakt. Het is juist een garantie voor een duurzame toekomst van de openbare omroep dat we die oefening nu doen. U mag dus zeker niet zeggen dat we een smallere VRT willen.
Mevrouw Bastiaens heeft het woord.
Mevrouw Segers, waar haalt u het idee vandaan dat we niet zeggen dat de VRT een maatschappelijke verantwoordelijkheid te nemen heeft? We zijn daar absoluut van overtuigd, en het staat ook enkele keren in ons voorstel van resolutie. Vandaar mijn vraag: waar leest u dat?
Er zijn drie punten waaruit we dit heel duidelijk afleiden. Een: de VRT heeft de afgelopen jaren al voor grote besparingen gestaan. Dit jaar is daar 27 miljoen euro van afgegaan. In uw tekst staat dat u streeft naar een nog slankere VRT.
Twee: deze beheersovereenkomst gaat volgens uw voorstel van resolutie uit van het feit dat de VRT maar mag doen wat er is bepaald en zich niet verder mag ontwikkelen. We geloven heel sterk dat je in dit medialandschap, dat ongelooflijk snel evolueert op technologisch vlak, niet kunt voorspellen wat er binnen vijf jaar zal gebeuren. Wie heeft een glazen bol? Ik niet en niemand niet. We moeten de VRT dus de vrijheid geven om zich daar te kunnen ontplooien. Volgens jullie voorstel van resolutie zal ze dat niet kunnen doen.
Drie: het grote, belangrijke zit in wat jullie voorstellen voor de kernopdrachten van de VRT. In de jaren 30 omschreef Lord Reith, de godfather van de BBC, de opdracht van een openbare omroep als: to inform, to educate and to entertain. Dat laatste – to entertain – halen jullie volledig uit de kernopdrachten van de VRT. Entertainment zal volgens jullie voorstel van resolutie alleen nog kunnen als een maatschappelijke meerwaarde. Maar het is weg uit de kernopdrachten van de VRT, en dat is veel verregaander dan jullie zelf beseffen.
Uit die drie dingen – en er zijn er nog andere – maken wij op dat de VRT vandaag in een carcan wordt gedwongen, dat ervoor zal zorgen dat zij binnen vijf jaar een kleinere VRT zal zijn. Niet per se een zeer kleine, want de VRT is heel sterk en heel krachtig.
Voorzitter, ik maak kanttekeningen bij de drie punten van mevrouw Segers.
Mevrouw Segers, u zult nergens lezen dat wij naar een kleinere VRT willen. Een slankere, dat zult u wel lezen. Maar ik denk dat iedereen slank wil zijn, dus ook de VRT. (Gelach)
De heer Hellemans, zo lazen wij, gebruikt zelf het woord ‘compacter’. Dus de VRT zelf gebruikt de term ‘compactere VRT’. Zij willen daar zelf ook naartoe. Mevrouw Segers, dat betekent nog altijd niet, wat ons betreft, een zwakkere VRT, wel integendeel.
U zegt dat wij vandaag niet kunnen voorspellen waar het naartoe gaat en waar we over drie, vier, vijf jaar zullen staan. Dat klopt. Daarom zijn er mechanismen mogelijk om tussentijds bij te sturen. Maar we moeten toch ook aandacht hebben – en daarover heb ik u nog niet gehoord – voor het media-ecosysteem waarmee we te maken hebben. We weten allemaal dat dat heel delicaat en broos is, dat dat een verhouding is tussen de openbare omroep enerzijds en de commerciële omroepen anderzijds, tussen de omroepen en de distributeurs, de productiehuizen… Het is een heel delicaat evenwicht. Daar moeten wij de nodige aandacht aan besteden. Inderdaad, mevrouw Segers, dat betekent dat wij vragen dat de openbare omroep niet marktverstorend zou zijn, maar marktversterkend. Ook dat betekent voor ons niet dat dat de doodsteek zou zijn voor de openbare omroep, wel integendeel.
En dan is er het derde element, de kernopdrachten. Wij maken inderdaad een gradatie. Wij zeggen dat de VRT prioritair aandacht moet besteden aan informatie, nieuws, educatie en cultuur, en slechts in tweede orde aan ontspanning en sport. Zeggen wij dat zij dat niet meer mogen doen? Neen. Maar wij geven daar een gradatie aan. Mevrouw Segers, als u het Mediadecreet, dat uw partij indertijd mee heeft mogelijk gemaakt, goed leest, zult u zien dat dat ook zo daarin staat. Ook daar is er sprake van een gradatie en komen die dingen op de tweede plaats. Wij zijn uiteraard niet tegen ontspanning. Wij hechten, zoals het ook in die resolutie staat, groot belang aan de eigen Vlaamse producties en de eigen Vlaamse fictie, en die vind je in dat segment terug.
De heer De Gucht heeft het woord.
Mevrouw Segers, het valt mij op dat u ervan uitgaat dat wij op een eiland zitten waar enkel een openbare omroep bepaalt wat onze media in Vlaanderen zijn. U miskent volledig de plaats van de private sector. U vindt dat die private sector tweederangs is. Ik zeg u dat als je de Vlaamse kijker een brede waaier wilt aanbieden, dat dat kan door een sterke openbare omroep, gebaseerd op goede en duidelijke informatie, en daarnaast entertainment. Mevrouw Segers, vindt u dat Thuis entertainment is? (Instemming van mevrouw Katia Segers)
Wij zijn voor Thuis. Wij vinden dat daarin maatschappijkritische zaken aan bod komen en dat dat op een goede manier gebeurt. Wij zijn niet voor de afschaffing van die zaken. Wij willen een sterke VRT, die niet marktverstorend is, maar juist marktversterkend. Daar slaat u met de socialisten de bal volledig mis. (Applaus bij Open Vld en van de heer Ward Kennes)
De heer Caron heeft het woord.
Collega’s, ik wil wat intellectuele eerlijkheid in het debat. We gaan hier niet beginnen met een cursus Nederlands, maar de woorden ‘slanker’ en ‘compacter’… Mijnheer Vandaele, dat u en ik een beetje zouden kunnen vermageren, daar is iets voor te zeggen.
Mijnheer Caron, spreek voor uzelf!
Als het over de VRT gaat, is de betekenis van die twee woorden wel heel erg duidelijk. Ik zeg niet dat u een zwakke VRT wil, ik zal daar straks op ingaan, maar als u de woorden ‘slanker’ en ‘compacter’ gebruikt, dan bedoelt u toch dat het een beetje minder mag zijn?
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Mevrouw Segers, ik wil u toch een paar passages uit ons voorstel van resolutie voorlezen. Bij de overwegingen staat heel duidelijk dat de Vlaamse openbare omroep centraal staat in het Vlaamse medialandschap. Die centrale positie bevestigen wij hierbij.
Wat het aanbod betreft, zijn er prioritaire pijlers, zoals de informatieve en educatieve opdracht. De aanvullende pijlers zijn sport en ontspanning. Dat staat nu ook al in het decreet. Er staat hierover een hele resem zinnen in het voorstel van resolutie. Ik wil nog een zin voorlezen: “De nadruk ligt steeds op de onderscheidende, innovatieve, kwalitatieve, onafhankelijke en gevarieerde programmering van de openbare omroep om een zo groot mogelijk en gevarieerd publiek te bereiken.”
Ik vind de nadruk op een onderscheidende en een kwalitatieve programmering erg belangrijk. Dat is de reden waarom we vinden dat het op het vlak van sport of ontspanning een beetje meer onderscheidend mag zijn dan we tot nu toe te zien hebben gekregen.
Mevrouw Segers, dat betekent niet dat we Blokken willen afschaffen. In onze ogen is dit een viersterrenontspanningsprogramma dat mag blijven. Het leidt veel mensen naar Het journaal. Hetzelfde geldt voor Thuis. Voor ons moet dit niet verdwijnen. U hebt dat vandaag in de kranten verteld. Dat is totaal niet juist. Dit programma beantwoordt perfect aan alle criteria. Het is net onderscheidend, verbindend en gemeenschapsvormend. Die punten komen nog terug. Het is een typisch programma waar gezinnen samen naar kijken en over praten. Er komen maatschappelijke thema’s aan bod.
Niemand heeft dat ooit gezegd. Ik vind het laag dat u deze namiddag in alle kranten of tenminste op websites hebt verklaard dat u ons ervan verdenkt Thuis of Blokken door de VRT te laten schrappen. Dat is echt een intentieproces. Dit staat in dit voorstel van resolutie niet te lezen.
Wat de slankere, compactere, efficiëntere en kostenbewuste uitvoering van de kernopdrachten betreft, gaat het om de organisatie en niet om het aanbod. Het gaat om de wijze waarop de VRT intern werkt. Daar kunnen nog efficiëntieoefeningen worden gemaakt. Een aantal interne diensten kunnen misschien nog worden geëxternaliseerd. Wat het personeelsbeleid betreft, kan allicht nog een en ander veranderen. Dat is een efficiënte vervulling van de kernopdrachten.
Mevrouw Brouwers, Thuis en Blokken zijn natuurlijk heel mooie voorbeelden waarvan u de meerwaarde inziet. Wij lezen echter wat er te lezen valt. We hebben hier deze voormiddag nog over gediscussieerd. We hebben gevraagd of sport en ontspanning opnieuw op dezelfde hoogte kunnen komen als informatie, cultuur en dergelijke. Dat is voor u onbespreekbaar. We lezen dan ook wat er staat. Ontspanning en sport verdwijnen uit de kernopdrachten van de VRT. Dat baart me veel zorgen. De vraag is immers wie vanaf nu zal bepalen wat de onderscheidende en maatschappelijke meerwaarde van entertainment is.
Wat de slankere en compactere VRT betreft, weten we allemaal dat de VRT ten gevolge van de besparingen van de afgelopen jaren en van dit jaar op zijn tandvlees zit. Er kan in het personeelsbestand allicht hier en daar nog wat worden geschoven. We vragen ook om een innovatief hr-beleid. Met minder geld kan het echter niet. Dat heeft het personeel ons duidelijk verteld.
We weten dat de VRT niet enkel op personeel, maar ook in het aanbod zal besparen. Dat voelen we vandaag al. We kijken, zoals ik in oktober 2014 heb voorspeld, opnieuw elke dag naar De Kampioenen. We zullen nog meer herhalingen zien.
Mijnheer De Gucht, u hebt gesteld dat de socialisten de rest van de sector niet zien staan. Dat klopt niet. We hebben een aantal elementen in ons voorstel van resolutie opgenomen om de belangen van de private spelers te bewaken en te honoreren. We vragen, bijvoorbeeld, een proportioneel plafond voor de reclame-inkomsten. Indien de markt globaal daalt, moeten de reclame-inkomsten van de VRT evenredig dalen.
Alle private spelers hebben ons tijdens de hoorzittingen verteld hoe belangrijk de openbare omroep als aanjager en als motor van de hele sector is. VTM is gekomen in 1989. De VRT deed het op dat moment echt niet goed. De VRT heeft zich herpakt, en vandaag zien we dat we een ongelooflijk rijk landschap hebben in Vlaanderen. Wij zijn verwend. En dat is in de eerste plaats dankzij de VRT, en daarnaast dankzij alle andere privépartners, die worden aangejaagd. Uit onderzoek, ook gepresenteerd tijdens de hoorzittingen, bleek dat een sterke VRT een goede zaak is voor het hele media-ecosysteem. Onze bezorgdheid is net om haar vleugels niet te knippen, zodat we over vijf jaar niet bij een kleine nichezender belanden.
Collega, u verwijst naar de houding van de commerciëlen en het particuliere veld. Het klopt dat zij allemaal van een sterke VRT houden, maar ze hebben ook nog andere dingen gezegd. Zij hebben bijvoorbeeld gevraagd om terughoudend te zijn online, want dat is hun business. Die uitgeschreven artikelen, dat is van ons, zeiden ze. De VRT treft ons daar in het hart. Hetzelfde met online advertenties: beperk dat en sluit dat zo mogelijk uit. Dat wilt u allemaal wel, mevrouw Segers. U zegt dat de VRT online moet kunnen gaan, dat men echt moet kunnen doen wat men wil doen.
Wij draaien het om. Vroeger werd altijd gezegd: wat niet uitgesloten is in de beheersovereenkomst, mogen we doen. Nu draaien we dat om en zeggen we: wat niet toegelaten is in de beheersovereenkomst, doe je beter niet. Behalve met een aantal procedures kan het wel, maar goed. Dat is een belangrijk verschil. Als u de commerciële omroepen citeert, moet u ze volledig citeren.
De heer Bajart heeft het woord.
Voorzitter, we hebben in de pers al een en ander kunnen lezen, en het debat was al wat voorbarig ten opzichte van vandaag, maar alvorens we verder luisteren naar mevrouw Segers en daarna naar de heer Caron, zou ik willen weten waar zij die dotatie van 292,4 miljoen euro, waarvan sprake in hun voorstel van resolutie, gaan halen. Ik zou daar eerst wat duidelijkheid over willen, vooraleer we voortgaan.
In 2015 vertrekken we van een dotatie van 275 miljoen euro. Dat is 17 miljoen euro erbovenop kletsen! Ik zou dat graag kunnen begrijpen.
Dat is 17 miljoen euro die eraf gehaald is aan het begin van het jaar. Die 17 miljoen euro willen wij gewoon terug. (Applaus bij sp.a)
Mijnheer Vandaele, wij vinden dat de VRT moet zijn waar de Vlaming is. Als uit het kijk- en luistergedrag van mensen, en zeker van jongeren, blijkt dat de Vlaming steeds meer op verschillende platformen én online zijn mediaconsumptie doet, dan moet de VRT daar zijn. Wij lezen in uw voorstel van resolutie dat de VRT alleen maar radio en tv mag brengen, en dat is inderdaad de kernopdracht, maar volgens uw voorstel van resolutie moet men zo ver mogelijk wegblijven van het geschrevene. Dat knipt opnieuw de vleugels van de VRT, die effectief moet zijn waar de Vlaming is. En als dat meer en meer online is, dan moet de VRT daar voluit in kunnen gaan.
Dat is niet waar. Waar wij voor pleiten, is dat de VRT een digitaal platform heeft dat een goed platform is, dat zich bezighoudt met de taken die zij heeft – inderdaad vooral televisie en radio. Maar wat wij niet willen, is dat daar informatie doorkomt zoals interviews, zoals we enkele weken geleden gezien hebben, waarmee zij de concurrentie aangaan met online kranten. Het is niet de taak van de VRT om daarin de concurrentie aan te gaan met De Standaard Online en dergelijke. Wat zij moeten doen, zijn eventueel uitgebreidere interviews, waarvan ze stukken op de website plaatsen en dergelijke meer, maar het is niet hun taak om daarin een concurrent te zijn van De Standaard, De Morgen, De Tijd, Het Laatste Nieuws. Wij geven geen dagbladen uit. Wij maken met de VRT een standaard van wat het betekent om goede informatie te geven. We hebben daar de middelen van film en geluid voor, laat ons die maximaal benutten.
Mevrouw Segers, ik wil me aansluiten bij de heer De Gucht. Het is niet waar dat in onze tekst staat dat het enkel radio en televisie mag zijn. Wij zeggen “aanwezig op alle platformen”, en dat betekent ook online. Maar wij vragen inderdaad enige terughoudendheid.
En mag ik u eraan herinneren dat ook in de vorige beheersovereenkomst, die werd afgesloten door de vorige minister, die van uw partij was, stond en staat, want die beheersovereenkomst loopt nog, dat wat betreft de onlineactiviteiten en het online nieuwsaanbod, de klemtoon op het audiovisuele moet liggen. Dat stond er al in, en dat staat er nu dus nog in.
Ter aanvulling van de vorige sprekers en omdat mevrouw Segers een wel heel selectieve lezing geeft van ons voorstel van resolutie, wil ik kort twee stukjes eruit voorlezen. Wanneer het gaat over het aanbod voor kinderen en jongeren op Ketnet staat er: “(…) en worden de nodige garanties geboden voor een kwaliteitsvol aanbod op radio, televisie en andere mediaplatformen.” Een beetje verder lees ik: “De VRT vervult zijn informatieve opdracht via alle relevante platformen.” Dit zijn gewoon twee citaten uit ons voorstel van resolutie, dat u precies nog niet gelezen had.
Jawel, ik heb uw voorstel van resolutie heel grondig gelezen. En wat betreft het aanbod voor kinderen en jongeren: dat hebben we niet geamendeerd, we waren het er volledig mee eens.
Mijnheer Vandaele, u refereert aan de beheersovereenkomst van vijf jaar geleden. Dat is natuurlijk vijf jaar geleden: ondertussen zijn de technologische evoluties zodanig veranderd, we kunnen die niet meer tegenhouden.
Ik heb in de commissie trouwens ook het omgekeerde voorbeeld gegeven, mijnheer De Gucht. Het is zo dat vandaag ook kranten steeds meer online gaan. Ze beseffen dat een deel van hun businessmodel, hun betaalmodel, online moet worden verdiend. Daarbij gaan ze ook steeds meer beeld en geluid integreren. Ze zoeken naar nieuwe formats. The Guardian doet fantastische dingen met ‘digital storytelling’. Er zijn ook filmpjes, dat is geluid.
De realiteit is dat de grenzen tussen de verschillende media verdwijnen. Over vijf jaar zullen die wellicht nog meer verdwenen zijn. We kunnen dat niet stoppen. De kranten weten dat en ze beseffen heel goed dat ze de VRT daar eigenlijk niet van kunnen weghouden. Hun reactie was begrijpelijk, ze zeggen dat de VRT zo ver mogelijk moet wegblijven van het geschrevene. En dat staat wel gewoon in uw tekst, dat de VRT moet wegblijven van het geschrevene. Dat is hun eis die u erin hebt opgenomen. Ze beseffen ook heel goed dat dat in realiteit niet houdbaar is.
Daarom vragen wij trouwens ook in ons voorstel van resolutie dat er halverwege de legislatuur een evaluatiemoment zou komen. We vragen dat om precies met de private sector, met de partners samen te zien wat we kunnen herbekijken en zien hoe ze elkaar kunnen aanvullen. De VRT toont zich ook altijd heel open ten aanzien van de privépartners en is bereid om haar content te delen. Daar wordt ook gretig gebruik van gemaakt.
De VRT is vandaag het huis van vertrouwen, van kwaliteit, van nieuws en van ontspanning. Het is het huis dat alle Vlamingen ook verbindt dankzij steengoede programma’s waar we terecht trots op mogen zijn. Er is natuurlijk altijd ruimte voor kritiek en verbetering.
De VRT vervult de publieke opdracht die de overheid oplegt, heel goed. We zullen dat allemaal moeten beamen. Dat doen we ook. Dat blijkt uit de jaarlijks positieve doorlichting van de mediaregulator VRM. Dat blijkt uit de kijk- en tevredenheidscijfers en dat werd ook tijdens de hoorzittingen meermaals bevestigd. Uit de publieksbevraging kwam bijvoorbeeld mooi naar voren dat de VRT sterk gewaardeerd wordt door de Vlaming, die ook heel duidelijke verwachtingen koestert van zijn openbare omroep. U zult het zich herinneren dat de Vlaming eigenlijk vraagt om meer ontspanning en meer sport. Dat verlanglijstje van de Vlaming staat dus in schril contrast met wat u in uw voorstel van resolutie voorstelt.
Waarom verschillen we zo grondig van mening met de meerderheid?
Mevrouw Segers, u laat uitschijnen dat de Vlaamse kijker maar één medium heeft, en dat is de VRT. Als er geen sport op de VRT komt, dan heeft de Vlaamse kijker geen sport. Als er geen ontspanning op de VRT komt, dan heeft de Vlaamse kijker geen ontspanning. Dat is natuurlijk niet de realiteit. De realiteit is dat we een veelkleurig en veelzijdig medialandschap hebben met een groot aanbod. Juist dat willen wij in leven houden en versterken. Dat de VRT daar een belangrijke rol in moet spelen en blijven spelen, daar zijn wij, de meerderheid, het helemaal mee eens.
Het is een kwestie van accentverschuiving. U mag het niet voorstellen alsof alleen de openbare omroep de enige speler op het veld is.
U doet een beetje aan stemmingmakerij door ervoor te zorgen dat het overkomt alsof de meerderheid totaal geen aandacht meer wil hebben voor sport. De realiteit is dat er duidelijk in de resolutie staat dat wij aandacht willen hebben voor sport, maar dat het niet marktverstorend mag werken. Dat betekent dat bij biedingen voor voetbal en andere sporten, de VRT de prijs niet mag opdrijven voor de private zenders in het Vlaams medialandschap. De VRT moet ervoor zorgen dat wij een brede waaier te zien krijgen van de verschillende sporten die Vlaanderen en de wereld rijk zijn zodat we er op een goede manier kennis mee maken. Als er een minder populaire sport meer in de spotlight komt te staan, dan worden er meer mensen naartoe getrokken. We hebben dat gezien met hockey. Dat is ondersteunend werken voor die sector, voor de hele sportieve sector in Vlaanderen.
We zijn allemaal pleitbezorgers van die minder populaire sporten. Het is ongelooflijk belangrijk maar het is ook een voorbeeld van waar het voor de VRT moeilijker wordt om dat te blijven handhaven omdat ook OP12 is verdwenen.
U verwijst naar de sportrechten. Er wordt vaak gezegd dat de VRT de commerciële zenders overbiedt. Dat is niet vaak het geval. Vaak kan de VRT niet mee bieden. U weet ook heel goed dat er bepaalde sportevenementen zijn waar de commerciële zenders niet in geïnteresseerd zijn. In de Olympische Spelen zijn ze niet geïnteresseerd. Gelukkig dat er dan de VRT is.
Bijvoorbeeld de Tour de France. Gaan we de Vlamingen zeggen dat ze naar de Tour de France op Franse zenders moeten kijken? (Rumoer)
De heer Van Campenhout heeft het woord.
Mevrouw Segers, het is bijna een persoonlijk feit. Maandag was de Ronde van Frankrijk te zien vanaf de eerste minuut in de mooiste stad van Vlaanderen. Ze was dus vanaf de eerste minuut te zien op de VRT.
We willen toch dat de VRT dat kan blijven doen, ook al is het een commercieel evenement?
De heer Van Dijck heeft het woord.
Ik wil aan mevrouw Segers een vraag stellen. Ik volg nu het mediadossier minder dan vroeger. Als bepaalde populaire sporten op het open net, toegankelijk voor elke kijker, commercieel worden aangeboden – waar dus geld voor moet worden betaald –, vindt u dan dat de VRT moet concurreren met belastinggeld? Dat is de vraag. Ik denk dat de VRT zich moet focussen op sport, maar als de Vlaamse kijker op het open net diezelfde sport kan bekijken, wat is daar dan mis mee?
De VRT doet dat ook niet. Het is normaal dat de VRT beslist, zoals de andere zenders, wat er op de zender komt. Een Ronde van Frankrijk – daar zijn we het over eens – is voor de VRT een goede zaak. Er worden fabeltjes verteld dat de VRT overbiedt, maar dat is niet de realiteit. De zenders maken ook onderling heel goede afspraken, namelijk het delen van beelden die de andere hebben. Laat ons dat ook zo houden. Ik snap niet wat uw punt is.
Mevrouw Segers, u weet niet wat het punt is, maar u hebt geprobeerd het punt te maken.
Wij willen dat de VRT kan blijven meespelen voor grote en kleine sporten.
Ik heb me in mijn uiteenzetting vooral toegespitst op de grote discrepanties, maar er is al heel veel aan bod gekomen. Collega Caron zal na mij spreken. We hebben het netjes verdeeld zodat onze toelichtingen complementair zijn en wij onszelf niet herhalen. Beide betogen moeten dus als één geheel worden beschouwd.
Voor ons is de VRT niet te sterk en niet marktverstorend. Wij blijven gaan voor een holistische en brede omroep. Er is onderzoek genoeg dat aantoont dat landen met een sterke openbare omroep gewoon ook een betere democratie hebben.
Net dankzij die visie op de maatschappelijke verantwoordelijkheid, met een klemtoon op de publieke meerwaarde van public service, is de VRT kunnen uitgroeien tot een sterke openbare omroep. Inzetten op een holistische VRT was de sleutel tot dit succes: door te focussen op een breed opdrachtenpakket – informatie, cultuur, kwaliteitsvolle ontspanning, sport en vorming – worden kijkers en luisteraars uit hun comfortzone gehaald en worden ze met informatie en duiding in contact gebracht.
De VRT moet haar maatschappelijke rol ten volle blijven spelen, zodat de omroep zijn legitimiteit niet verliest. In die zin werkt de VRT niet marktverstorend, maar marktversterkend, want de VRT legt de lat voor alle spelers heel hoog en fungeert ook als katalysator. De uitbouw van een sterke VRT vergt dat de omroep kan rekenen op voldoende middelen en zekerheid. In de hoorzitting zei de European Broadcasting Union (EBU) dat de VRT bij de beste van de klas in Europa hoort: de derde meest efficiënte omroep wat betreft het aantal personeelsleden in verhouding tot het aantal inwoners én eentje die de hoogste kijk- en luistercijfers kan voorleggen. Het beeld dat de VRT een geldverslindende machine zou zijn, klopt niet met de realiteit. Met 45 euro per jaar per Vlaming krijgt de Vlaming bijzonder veel waar voor zijn geld. Voor ons is het dus niet onredelijk dat de VRT voor de hele duur van de beheersovereenkomst kan rekenen op de dotatie van 2014, namelijk 292 miljoen euro. Wij willen dat er in de loop van de beheersovereenkomst op dit engagement niet kan worden teruggekomen of beknibbeld.
Tegenover dit engagement van de Vlaamse Regering moet de VRT volgens ons zich engageren en een voorbeeldfunctie opnemen door werk te maken van een innovatief talentmanagement en de ontwikkeling en implementering van een innovatief hrm-beleid. Het personeelsbeleid moet ervoor zorgen dat de mensen op de juiste werkplek zitten en ook groeikansen krijgen.
De heer Poschet heeft het woord.
Ik vind het wat jammer dat we hier nu een vrij hevig debat voeren, terwijl ik het gevoel had dat in de hoorzittingen een breed draagvlak groeide, over alle partijen heen. Ik heb het gevoel dat u tegenstellingen creëert die er eigenlijk niet zijn. U kiest per doelgroep van Vlamingen een programma dat hen aanbelangt, in de hoop dat ze opgejut kunnen worden wanneer hun programma zou verdwijnen. Ik blijf met een aantal vragen zitten over het financiële luik. De heer Bajart vroeg waar u die 17 miljoen euro extra zult halen, U hebt daar nog altijd niet op geantwoord. In uw voorstel bij punt 16 pleit u voor een proportioneel plafond voor inkomsten die op de onlinemarkt worden gegenereerd. U zei dat de VRT ook zou terugvallen als de onlinemarkt in haar geheel in elkaar zou zakken. Hoe moet dat dan worden gecompenseerd? Moeten er dan nieuwe overheidsmiddelen worden gevonden? Of moet de VRT zelf dan inkrimpen? Dat rijmt dus niet met uw stelling dat er in stabiele inkomsten moet worden voorzien, wat wij wél doen in punt 40. Ik vind het dus jammer dat u een consensus die aan het groeien was op die manier onderuithaalt. (Applaus bij CD&V en de N-VA)
Ik ben mijn uiteenzetting begonnen met te zeggen dat we het over zeer veel punten eens waren. Als we de tekst vorige week – of toch enkele dagen eerder – hadden kunnen krijgen, dan waren we er misschien uit geraakt. Vanochtend bleek dat over een aantal zaken het water tussen ons te diep is. Het gaat over fundamentele beleidskeuzes, zoals het betonneren van de beheersovereenkomst, zodat achteraf niets nog mag worden gewijzigd; het verwijderen van ontspanning uit de kernopdrachten en het beperken van het online-aanbod. Wat de inkomsten betreft, vragen we een stabiele dotatie. Daar zou de VRT heel gelukkig mee zijn. De inkomsten uit advertenties fluctueren. Dat weet men zeer goed, en ook hoe daarmee om te gaan. Onze tegemoetkoming aan de privépartners betreft de toestand op het moment dat de reclamemarkt behoorlijk krimpt. Het hangt er dan van af met welke cijfers men zal werken – al maakt dat niets uit, want ons voorstel van resolutie wordt toch weggestemd.
Er moet bijvoorbeeld met de Unie van Belgische Adverteerders (UBA) worden bekeken hoe dat kan worden berekend. Ofwel moet het worden berekend via de adverteerders, ofwel via de mediahuizen. Er zijn dus manieren om ervoor te zorgen dat iedereen een fair aandeel blijft halen uit de advertentiemarkt.
Ik zal niet op alles terugkomen want anderen hebben die drie hoofdpunten van u al weerlegd. Ik kom wel nog eens expliciet op het tweede terug. U spreekt steeds over het betonneren van de beheersovereenkomst. Die wordt niet gebetonneerd. U hebt toch ook punt 22 gelezen? Daarin staat dat er een coherente toetsingsprocedure wordt opgenomen waarbij de VRT nog nieuwe initiatieven kan ontwikkelen en dat daarvoor een drietrapsraket wordt toegepast, namelijk het moet marktversterkend zijn, er moeten noodzakelijke financiële middelen zijn en er moet een kwalitatieve meerwaarde zijn. Waar ziet u die betonnering?
Tijdens de uiteenzetting van EBU is heel duidelijk gebleken dat in landen waar zoiets bestaat er alleen maar consultants rijker van worden. Het vertraagt de boel ook ongelooflijk. Als je wilt innoveren en nieuwe toepassingen ontwikkelen en je moet daarvoor een hele toetsingsprocedure opzetten – het is trouwens niet duidelijk wie dat moet toetsen –, dan is dat een ongelooflijk log instrument dat handenvol geld zal kosten. Ik zeg eerder: vertrouw de VRT, vertrouw hen in hoe ze denken te moeten ontwikkelen en ze zullen wel degelijk rekening houden met de privépartners. Het is ook in het belang van de openbare omroep dat het evenwicht in het media-ecologisch systeem wordt bewaard.
De toetsingsprocedure voor nieuwe initiatieven hoeft helemaal geen logge procedure te zijn. De dame van EBU heeft inderdaad gezegd dat het in sommige landen zo is geëvolueerd dat de studiebureaus er rijker van worden. Dat is hier zeker niet de bedoeling. Het moet een lichte procedure zijn, maar het moet marktversterkend zijn, de financiële middelen moeten er zijn en er moet een kwalitatieve meerwaarde zijn voor de samenleving. Er moet minstens voor die drie punten worden nagegaan of eraan voldaan is. Dan kan er worden beslist. Nu hebben we niet altijd de indruk dat er op die manier wordt gewerkt. Het is een manier van werken die wordt meegegeven, en dat hoeft geen logge procedure te worden.
Ik ben blij dat te horen.
Wij willen dat de VRT zich de komende jaren maximaal kan ontplooien via alle platformen. De VRT moet zijn waar de Vlaming is. Wanneer de Vlaming steeds meer online is, moet de VRT daar ook zeker zijn. Vastleggen wat vooraf mag en niet mag, is geen goede zaak. Bij mijn weten staat Madame Soleil nog niet op de loonlijst van de VRT.
Diversiteit is voor ons een heel belangrijk aandachtspunt. We waren bijzonder teleurgesteld over de passage over diversiteit in jullie voorstel van resolutie. We willen meer. Het wordt echt tijd dat de VRT zowel op als achter de schermen een getrouwe weerspiegeling kan zijn van de hedendaagse Vlaamse samenleving. Daarom willen wij dat de VRT meer aandacht schenkt aan diversiteit in de meest ruime betekenis van het woord.
Het streefcijfer voor vrouwen ligt nu op 33 procent en ze halen dat probleemloos. Maar we zijn wel met 51 procent vrouwen in onze maatschappij. Het aantal personen met een etnisch-culturele achtergrond moet gevoelig opgetrokken worden om zoveel mogelijk overeen te stemmen met het werkelijke bevolkingsaandeel. We moeten ook veel meer ambitie tonen op het vlak van personen met een functionele beperking. De mensen van GRIP waren daar sterk vragende partij voor. We willen dat er streefcijfers worden opgenomen en dat de VRT erop toeziet dat diversiteit niet louter vanuit een kwantitatief perspectief wordt benaderd, maar dat er ook inhoudelijk gefocust wordt op niet-stereotiepe, positieve beeldvorming.
Dat veronderstelt, beste collega’s, dat de VRT een versnelling hoger schakelt ook op het vlak van toegankelijkheid van het VRT-aanbod: concrete en ambitieuze afspraken inzake ondertiteling, audiodescriptie en Vlaamse gebarentaal dienen te worden vastgelegd. Ik ben blij dat we elkaar vinden voor dat laatste.
In dat verband vragen wij dat de verschillende levensbeschouwingen voldoende hun plaats krijgen in het programma-aanbod. Ik weet niet of alle collega’s beseffen dat er vanaf volgend jaar geen uitzendingen meer zijn door de levensbeschouwelijke organisaties. We denken dat de VRT haar rol moet opnemen en een beroep moet doen op de door die organisaties zelf opgebouwde expertise.
Inzake de educatieve opdracht willen we dat de VRT nog sterker inzet op mediawijsheid als vitaal onderdeel van de educatieve opdracht. Ook daar vinden we elkaar, maar waar wij een stukje verder in gaan is dat we aan de VRT vragen om een trekkersrol op te nemen inzake de ontwikkeling van een uniform classificatiesysteem voor media, naar analogie met de Nederlandse Kijkwijzer. Kijkwijzer is een gigantisch succes in Nederland, omdat het ouders, kinderen en jongeren zelf helpt om te weten welke inhoud voor hen de juiste is. We willen ook dat de VRT actief samenwerkt met het Vlaams Instituut voor Archivering (VIAA) om het gebruik van audiovisueel materiaal in het onderwijs te stimuleren.
Daarnaast is privacy een hot issue waar de VRT een voortrekkersrol moet opnemen, zeker in het kader van nieuwe advertentiemodellen, zoals targeted advertising. Die modellen komen op ons af. Telecomoperatoren zijn ermee bezig. Ze ontwikkelen modellen waarbij we niet meer massaal een reclameblok krijgen, maar reclame die voor ons geschikt is. Op zich kunnen we dat niet tegenhouden, het is ook goed, maar privacy is daarbij een heel belangrijk issue en de VRT moet echt het voortouw nemen.
Dus, collega’s, ondanks de grote overeenkomsten, is het duidelijk dat onze visie op de VRT lichtelijk anders is. Daarom willen wij een oproep doen aan de minister. Ons voorstel van resolutie wordt straks weggestemd. Maar we vragen de minister onze aanbevelingen mee te nemen. (Opmerkingen)
Als we u hebben overtuigd, des te beter. We vragen minister Gatz te vermijden dat de vleugels van de VRT zodanig worden geknipt dat de Vlaming het binnen vijf jaar met een kleine zender moet rooien. Hij heeft ook de resultaten van de publieksbevraging doorgenomen en vastgesteld dat dat niet overeenstemt met wat de Vlaming specifiek van de VRT verwacht.
We hebben een sterke VRT nodig, niet uit luxe, maar uit noodzaak. In deze tijd van digitalisering, convergentie en commercialisering van de media is die vanuit democratisch oogpunt meer dan ooit broodnodig. Precies omdat een openbare omroep meer moet doen dan de gaatjes opvullen die de – overigens eveneens kwaliteitsvolle, mijnheer De Gucht – commerciële media in Vlaanderen laten. U bent aan zet, minister Gatz. (Applaus bij sp.a en Groen)
De heer Caron heeft het woord.
Waarde collega’s, voorzitter, ik wil beginnen met mijn spijt uit te drukken over het feit dat we er niet in geslaagd zijn om één voorstel van resolutie voor te leggen. Zoals mevrouw Segers zei, hebben we de twee voorstellen naast elkaar gelegd. 80 procent was identiek, 15 procent was lichtelijk anders en er waren twee fundamentele knelpunten.
Ik vind het jammer, en ik ga er niet over zaniken, maar ik wil het zeggen. Gisteren om 15.00 uur hebben we uw ontwerptekst gekregen, nadat die ons wekenlang beloofd was. We hebben tegen 17.00 uur onze voorstellen van amendering bezorgd. Oké, ze waren vrij talrijk, dat moet u ook begrijpen. Er was geen ruimte meer om erover te discussiëren. Dat is jammer omdat de VRT zo’n belangrijke instelling is en de consensus in dit parlement zou dat belang hebben onderstreept. Niettemin, we zijn volwassen mensen, dus gaan we het debat aan en laten we onze meningsverschillen blijken.
Ik wil beginnen met de vraag te stellen: hebben wij een evenwichtig landschap van radio en televisie in Vlaanderen? Is het te remediëren? Is het ziek? Is het ongezond? Worstelt een van die omroepen met diepe schulden op dit ogenblik, en kan hij geen goede balans voorleggen op het einde van het jaar? Natuurlijk willen ze allemaal groeien, meer kijkers hebben en nog een beter saldo hebben. Hoe zijn we zelf? Wel, er is geen enkele van die zenders die zijn beklag maakt. Geen enkele van die zenders heeft trouwens op die zes hoorzittingen gevraagd dat de VRT minder zou krijgen. Geen enkele van die zenders heeft dat gevraagd. Dat is vreemd. Integendeel, allemaal hebben ze onderstreept – dat zegt wel iets over de evolutie in de geesten ten opzichte van de vorige discussie in dit parlement – hoe belangrijk die openbare omroep was in de kwaliteitsontwikkeling van het hele medialandschap, het ecosysteem zoals we dat met een symbolisch woord uitdrukken.
Natuurlijk staan de traditionele reclamemodellen onder druk. Dat weet ik ook, dat zeggen ze ook. Het vergt bij iedereen creativiteit om inkomsten op een andere manier te werven. Maar het landschap is niet ziek. Ik zou zelfs meer zeggen. Als u wel eens in het buitenland komt, collega’s, en u zapt naar de lokale televisie in uw hotelkamer of waar dan ook, dan denk ik dat u heel blij bent dat u in Vlaanderen naar de televisie kunt kijken en naar de radio luisteren. De kwaliteit bij ons is heel hoog. Ik praat zowel over VTM als over VIER, ik praat zelfs over doelgroepzenders, en ik praat over de VRT. We hebben van de beste radio en televisie van heel Europa. De rest van de wereld ken ik niet, anders zou ik het vergelijken. We hebben geen ziek landschap.
Daarenboven werken we niet alleen voor die openbare omroep. We hebben vorige legislatuur de reclameregels voor de commerciële zenders versoepeld. We hebben een mediafonds ingericht zodat ook commerciële zenders Vlaamse fictie kunnen maken en daar deels subsidie voor kunnen krijgen, net om de positie van al die zenders sterk te houden, net om elkaar te versterken. Dat is de kern van het verhaal. Toen VTM werd opgericht, was de VRT ziek en heeft VTM de VRT weer helpen opstaan en helpen groeien. Sindsdien is de VRT de motor van de kwaliteit van het Vlaamse medialandschap. Als de VRT meer Vlaamse fictie maakt, dan moet die VTM mee, zo gaat dat. En dan probeert SBS via VIER en VIJF ook goede fictie te maken. Als de ene Familie maakt, maakt de andere Thuis. Als de ene een goed journaalrapport krijgt, wil de andere ook zijn journaals verbeteren. Is het niet prachtig dat we dat landschap kunnen hebben?
Het is wel degelijk delicaat, zoals collega Vandaele het uitdrukte. Dat evenwicht is delicaat en daar moet je omzichtig mee omgaan. Hoed u, collega’s-politici, om te veel in dat landschap in te grijpen. Het is niet onze competentie en we dreigen dat ecosysteem misschien wel zelf te ontwrichten. Maar waar ik echt van af wil, is van de gedachte dat de openbare omroep in dat verhaal een storende factor is. Geen enkele reclamemaker, de UBA of welke speler dan ook, heeft zijn beklag gemaakt over de commerciële inkomsten van de VRT. Ook dat is niet meer gezegd op de hoorzittingen. De VRT doet dat op zijn eigen manier, op een andere manier dan de andere zenders. Ook dat is niet verstoord. Waar is dit landschap dan wel verstoord? Welke markt is hier wel verstoord? O ja, VTM zal natuurlijk graag wat meer bereik hebben, en VIER en VIJF zullen dat ook graag hebben, alsof het alleen de VRT is die haar kijkcijfers aanvreet, alsof het ook niet zou gebeuren onder elkaar, alsof ook niet de Vitaya’s van deze wereld, de BBC, de NOS of welke sportnetten van Telenet of de primezenders dan ook, niet aan de kijkcijfers van onze commerciële omroep vreten.
De heer Vandaele heeft het woord.
Collega Caron, u zegt dat ons Vlaams medialandschap niet ziek is. Neen, dat klopt, en daar zijn we met zijn allen blij om. Maar we willen het natuurlijk ook zo houden, dat het niet ziek is maar dat het gezond is. Daarom willen wij met ons voorstel van resolutie inspelen op een aantal mogelijke bedreigingen die we zien komen. We denken dat we door een aantal dingen hier voor te stellen, ervoor kunnen zorgen dat het gezonde medialandschap van vandaag, inderdaad ook morgen nog gezond zal zijn.
U citeert de UBA en u zegt dat ook de reclamemakers op de hoorzitting geen enkel probleem met de VRT hebben laten blijken. Dat is zo, ze vinden traditioneel zeker VRT radio een uitstekende drager voor hun boodschappen, met een uitstekend bereik. Dat was ook al zo bij de vorige beheersovereenkomst.
Wat u niet zegt, is dat de UBA heeft gepleit om de VRT online reclamevrij te houden. U hebt dat ook gehoord. (Opmerkingen van de heer Bart Caron)
In die zin moet u uw pleidooi toch een beetje nuanceren.
Mijnheer Vandaele, ik zal u meteen aanvullen, zo zijn we, collegiaal. Econopolis, toch een gewaardeerd huis in economische kringen, heeft op dat punt in een andere hoorzitting gezegd dat we in Vlaanderen stapelgek zijn dat we 70 procent van de onlinereclamemarkt naar het buitenland laten vertrekken, vooral naar de Googles van deze wereld. We zouden een platform moeten oprichten met de commerciële en de openbare omroepen samen om die inkomsten in Vlaanderen te houden. Creëer ruimte. Dat zijn de vernieuwende ideeën. (Applaus)
Precies dat stellen wij voor in ons voorstel van resolutie, collega. Als er een platform mogelijk is tussen de commerciële en de openbare omroep, graag. Dan kunnen we inderdaad voor dat plafond dat we nu voorstellen voor de onlinereclame bij de VRT de handrem lossen. (Opmerkingen van de heer Bart Caron. Applaus)
Ik wou eigenlijk net hetzelfde zeggen. Lees punt 43 van ons voorstel van resolutie.
Ik heb het gelezen, mevrouw Brouwers, maar de tekst van gisterennamiddag was niet genummerd. Dat is lastig. (Gelach. Applaus)
Aansluitend wou ik zeggen: dat is gepland. Maar eerst moet worden aangetoond dat het marktversterkend effect speelt.
Mevrouw Lieten heeft het woord.
Collega’s, dit is een gemiste kans. We willen graag dat de VRT en de private zenders samenwerken en samen innoveren om de concurrentie vanuit het buitenland samen het hoofd te bieden. We zouden het toejuichen dat ze samen een platform zouden ontwikkelen.
Ik vind het jammer dat deze regering de financiering van het media-innovatieplatform MiX, dat we in de vorige legislatuur net hebben ontwikkeld om alle zenders en mediaspelers te laten innoveren, drastisch afbouwt. Eigenlijk breekt men de gedachte om dat te doen niet vanuit één bedrijf, een commercieel of een publiek, maar door samenwerking, juist af. Ik zou echt willen vragen, als het u menens is, ‘practice as you preach’. Stimuleer die innovatie binnen de VRT, maar ook in heel de sector. U doet jammer genoeg net het tegenovergestelde.
Ik wil graag spreektijd afstaan aan de collega’s, antwoord maar, als het daarover gaat. Dat is een terechte opmerking. Er is toen namelijk gekozen om de innovatie niet meer in de openbare omroep alleen te financieren, maar praktisch en toegankelijk te maken voor alle spelers, ook de commerciële.
Wij willen niemand verzwakken. Dat is niet nodig. Wij willen het sterke veld ook sterk houden. Maar weet u, als u 27 miljoen euro wegknipt… Mijnheer Vandaele, die slankere en compactere omroep uit de nota van de heer Hellemans, komt ofwel uit de meerjarenbegroting, ofwel uit een atomaschrift. Dat weet u toch wel? De heer Hellemans vertrekt van het gegeven dat hij zoveel zal krijgen, en niet van zijn dromen, alsof hij 400 miljoen euro dotatie zou krijgen.
Denkt u dat we het landschap sterker gaan maken door een van de actoren, de belangrijkste in dit geval, 10 procent van zijn middelen af te nemen? Dat is die 27 miljoen euro. De heer Bajart kon dat daarnet goed uitrekenen, ik denk dat het zelfs iets meer is dan 10 procent. Gaan we daar iets mee winnen? Worden de commerciële zenders daar beter van? Neen. Maar we verzwakken wel de openbare omroep.
Oh, u kunt op het apparaat besparen misschien. Hebt u het al eens berekend? De gemiddelde loonkost van een technieker bedraagt misschien 50.000 euro. Dan zitten in die 27 miljoen euro 500 jobs. De BBC schrapt er maar liefst 1000, maar die hebben er dan ook 22.000 in dienst. Ze schrappen 22.000 jobs omdat de licence fee vermindert. Hier gaat men ofwel een kwart in het apparaat snoeien, en misschien wat aan de administratiekosten straks. Ofwel gaat men nog eens drastisch in het aanbod moeten snoeien. De Kampioenen en de oude Blokken bovenhalen om de dagen te vullen? Of rolkranten zoals we nu op Canvas krijgen? Dat is tof. Dat is interessant. Daar maken we het landschap in Vlaanderen sterker mee.
Ik wil maar zeggen: het is niet door het verzwakken van de ene dat je de andere gaat versterken, collega’s. Dat is absoluut een misvatting. Er is al 30 miljoen euro weggesneden, helaas. Op een bepaald moment kom je echter op een ondergrens, een ondergrens qua capaciteit, qua mogelijkheden, en vooral op het vlak van het aanbod.
Vindt u dat het apparaat van de VRT vandaag inderdaad zo efficiënt is? Vindt u niet dat het efficiënter kan? Die dotatie die we jaarlijks geven, is toch geen kleine dotatie. Iedereen doet hier alsof dat een kleine dotatie is. In 2015 gaat dat over 275 miljoen euro. Als men dat combineert met een efficiënt apparaat, dan ben ik ervan overtuigd dat men een kwaliteitsvolle zender met kwaliteitsvolle programma’s kan aanbieden. Als u daar niet van overtuigd bent, dan moet u dat zeggen, maar ik ben er niet van overtuigd dat die 292 miljoen euro die u voorstelt, zoveel beter zal zijn. In navolging van wat de heer Bajart daarnet al heeft gevraagd, en waarop uw collega niet heeft geantwoord: u moet me nog altijd zeggen waar u dat zult halen. In elk debat dat hier wordt gevoerd, hoor ik immers van de oppositie dat er zoveel meer geld bij moet. Maar probeer dan te zeggen waar u dat zult halen. Of zult u gewoon de belastingen verhogen?
Mijnheer De Gucht, dat is bijna het niveau van de titel van ons persbericht.
Die hebt u wel gekozen!
Mijnheer De Gucht, de dotatie voor de VRT bedraagt 46 euro per Vlaming. Straks wordt dat 42 euro per Vlaming. Met die 46 euro hebben we de laagste dotatie per inwoner van alle kleine Europese landen. We zijn de goedkoopste van alle kleine landen. Kijk naar landen als Oostenrijk, Denemarken, Duitsland en het vermaledijde Verenigd Koninkrijk. Met ‘vermaledijd’ bedoel ik: is er een meer commercieel geëxploiteerd land qua media dan het Verenigd Koninkrijk? Weet u dat die landen meer dan 100 euro per inwoner aan hun openbare omroep spenderen? Is er daar geen ruimte voor ITV, voor satelliettelevisie? Oké, het gebied is veel groter, maar ook Oostenrijk en Denemarken besteden meer dan 100 euro. De waarheid zal in het midden liggen. Wie ben ik om te beoordelen of het personeelsbeleid, of de efficiëntie in dat huis perfect zijn? Ik heb ook de verhalen gelezen over de zwarte lijst die de heer Bracke onlangs heeft verspreid, en die hevig werden tegengesproken door VRT-insiders. Ik weet het niet. Ik kan daar niet over oordelen. Ik ben ervoor dat elke openbare instelling transparant en efficiënt werkt en haar middelen goed inzet. Wat ik wil zeggen, is dat we straks met die 42 euro of vandaag met die 46 euro heus niet zo fier hoeven te zijn, en moeten zeggen dat we hier morsen met centen. We zijn ongeveer bij de laagsten in Europa. Dat we daar dan nog zo’n grote kwaliteit mee halen, kan alleen maar wijzen op een efficiënte aanpak van de zaken. Ik zeg niet dat dit zo is in het personeelsbeleid. Ik weet het niet. Dat kan alleen maar wijzen op die efficiënte aanpak. Zo veel geld is dat dus niet, en als men er dan nog eens 27 miljoen euro afdoet...
Overigens, mijnheer Bajart, het is niet aan mij om aan u uit te leggen waar de door u weggesaneerde middelen nu vandaan moeten komen. Dat is de wereld op zijn kop! Wij hebben niet gevraagd om er nog eens zoveel procent af te doen, en nu komt u aan mij vragen hoe die moeten terugkeren! Zou u dan ook eens de moed durven te hebben om in uw voorstel van resolutie ook te schrijven hoeveel u wel aan de VRT wilt geven? Durft u te garanderen dat dit over de beleidsperiode, over de volgende vijf jaar stabiel zal blijven?
Wij zijn er om duidelijke principes te stellen, maar de invulling daarvan moeten we aan de onderhandelingen overlaten. Nu gaan zeggen dat we daarvoor die bepaalde som geld moeten uittrekken, dan is beknottend, dat heeft nu geen zin.
Wij keuren wel de begroting goed, mijnheer Bajart. Laten we eerlijk zijn.
Mijnheer Caron, u vraagt of wij een stabiele dotatie willen geven. Wel, dat staat onder punt 40: “de openbare omroep moet voor de uitvoering van zijn taken kunnen rekenen op een adequate en stabiele financiering, rekening houdend met de reeds gemaakte besparingsafspraken.”
Dus dat betekent dat men probeert te blijven op het huidige niveau waar er al bespaard is. Dat staat daar volgens mij.
Mevrouw Brouwers, de VRT heeft tijdens de hoorzitting ook gevraagd om een deel van de kosten die de sanering personeelsmatig zal veroorzaken, te helpen betalen. Bent u daartoe bereid?
Neen, er worden afspraken gemaakt over de vergrijzingskost. Verder staat er ook dat de openbare omroep zal worden ondersteund in zijn herstructurering door een oplossing te zoeken voor de hieraan verbonden kost. Dat is letterlijk wat er staat. Ik denk dat dit een redelijke garantie biedt op wat u eigenlijk vraagt, behalve dat u de besparing die al gerealiseerd is, plots ongedaan wilt maken in het voorstel van resolutie. Dat is onmogelijk. De vraag is dan waar u dat gaat halen. Dat is een vraag waar geen antwoord op komt.
Mijnheer Caron, ik wil een kleine kanttekening maken bij de cijfers die u noemt. U hebt het voortdurend over 42 en 46 euro belastinggeld per inwoner. Het gaat dan over die 275 miljoen euro dotatie. Maar er zijn natuurlijk ook andere inkomsten en die moeten er ook bij worden genomen. Dat is niet het budget waar de openbare omroep over beschikt want er komt nog onder andere 70 miljoen euro reclame-inkomsten bij. Men komt aan een totaalbudget van 450 miljoen euro waarvan er 190 miljoen naar het personeel gaat.
Als u de vergelijking maakt met de BBC – en dat is meteen mijn laatste zin – dan moet u er wel bij zeggen dat de BBC geen reclame werft. U mag geen appelen met citroenen vergelijken.
Dat was uw laatste zin voor vandaag, mijnheer Vandaele.
Absoluut niet, voorzitter.
Mijnheer Caron, mevrouw Segers, jullie hebben de luxe om voorstellen te formuleren die volledig losstaan van de budgettaire realiteit waarin wij vandaag vertoeven.
Wij zweven.
Eerst wat afslanken.
De meerderheid moet haar verantwoordelijkheid nemen samen met de raad van bestuur en het management van de VRT, en die gaan daar ook mee akkoord. Dat is gebleken tijdens de hoorzitting.
Ik denk niet dat ze veel keuze hebben gehad. Ze krijgen een bepaalde dotatie en moeten daarbinnen een plan maken.
Dat is een politieke keuze, mijnheer Bajart. Onze keuze is de uwe niet en daarom zijn we misschien ook meerderheid en oppositie.
Als we een beheersovereenkomst maken voor de VRT, dan is dat niet voor een bedrijf, niet in het belang – maar ook niet tegen het belang – van commerciële concurrenten maar voor de Vlaamse kijker en luisteraar. We hebben een hoog kwalitatief en gediversifieerd landschap, waar de komende jaren wel nog wat moet gebeuren aan het radiolandschap. We moeten dat gezichtspunt voor ogen houden. Op het randje af van de populistische toer op te gaan, wil ik ook wijzen op het aantal herhalingen van bekende series. U moet maar eens een Twitter- of Facebookbericht in die richting lanceren en de vloed aan reacties is niet te stelpen. De grens is bereikt, men kan niet blijven herhalen.
Wij willen een brede omroep die relevant is voor elke Vlaming, ook voor personen met een handicap, dove personen of personen met een andere etnisch-culturele achtergrond. We moeten dat uitdrukkelijk blijven opnemen in het concept. We maken niet alleen televisie voor een bepaalde doelgroep zoals sommige commerciële actoren, het moet breder gaan. En dat mag wat kosten. We betalen veel en zullen dat blijven doen voor audiodescriptie, ondertiteling, Vlaamse Gebarentaal. We financieren dat trouwens ook bij de commerciële actoren om diezelfde reden van toegankelijkheid.
Een volgend punt is heel delicaat. Mevrouw Segers heeft het al aangehaald. Ik ben ervan overtuigd dat we, mochten we lang genoeg hebben gepraat, niet in deze, maar in een belendende zaal, misschien wel een akkoord hadden bereikt. Dit is het moeilijkste. Het medialandschap verandert heel sterk. Nieuwe technologie komt bij wijze van spreken elke week op de markt, er zijn nieuwe apps, nieuwe programmaformats en uw kinderen kijken al lang niet meer samen met u in uw salon naar dezelfde televisie-uitzending, maar op hun eigen computer. In dat snel evoluerende landschap moet je de openbare omroep ruimte geven voor innovatie, technologie en ontwikkeling. We moeten die ruimte niet afbakenen en een procedure instellen van drie stappen, zoals het inderdaad in sommige Europese landen bestaat, om die vernieuwingen toe te laten.
Ik zal u een voorbeeld geven. Vandaag hebben we eigenlijk een omgekeerde benadering. De VRT mag doen wat niet verboden is. Zo is het. Dat levert vaak pittige discussies op in de commissie, mijnheer Vandaele. We zullen die missen! We zullen die missen als u dat wilt invoeren. Ik geef het voorbeeld. U hebt het ook gehoord tijdens de hoorzitting: de VRT is een van de openbare zenders die het minst van al van zijn content, zijn programma’s ontsluit via het internet. Alle Europese openbare omroepen tonen al hun programma’s live, rechtstreeks. Maar ook uitgesteld of on demand, meestal niet betalend, zijn die toegankelijk voor elkeen op zijn pc, zijn tablet. Wilt u bij wijze van spreken een uitzending zien van de eerste reeks van de fictieserie Eigen Kweek, dan kan u, als u in het buitenland zou wonen en het zou een buitenlandse fictieserie zijn, dat daar ook op bekijken.
We hebben een achterstand opgebouwd, ondanks al die vernieuwingen. Het is een absolute prioriteit dat er wordt geïnvesteerd in die innovatie en dat onze content op alle platformen maximaal toegankelijk wordt. Daarop moet je inzetten. Dat zal ook iets kosten, hoor, mijnheer Bajart. Dat is een keuze die we moeten maken. We moeten onze content maximaal inzetten op alle platformen. Ik denk dat VTM vandaag meer online toont dan onze eigen openbare omroep. Dat is doodjammer. Innovatieve ontwikkelingen moeten maximaal kansen krijgen. We kunnen niet anders.
We mogen de ruimte niet vooraf afbakenen, dat alleen mag wat niet verboden is. Als ik sommige dingen lees, val ik van mijn stoel. We hebben nu eens een performant overheidsbedrijf en dan remmen we dat af – have you ever! Meestal klagen de Vlamingen over een gebrekkige efficiëntie, een gebrek aan dynamiek. Nu hebben we de VRT, een fantastisch huis dat van alles doet. Maar nee, nee, opgepast: ze doen te veel, ze zijn te innovatief en te vooruitstrevend. Dat betreur ik in de grond van mijn hart. Van mij mogen ze ook niet alles doen, weet u. Daarvoor maken ze een beheersovereenkomst. U hebt het gehoord: in vele landen is de beheersovereenkomst veel dunner dan de onze, net omdat de intellectuele mediaruimte, de innovatieve ruimte, wel geboden is aan de openbare omroep en bij ons dus in de toekomst helaas zal worden afgebakend.
Collega’s, waarover u ook niets zegt, is de radio. Oh ja, mevrouw Brouwers, u zegt dat er een breed en gevarieerd aanbod van radioprogramma’s is.
Mijnheer Caron, in verband met die toetsingsprocedure en het eerste criterium dat het marktversterkend moet zijn, is er toch niemand die zegt dat het een omslachtige, onoverwinbare administratieve procedure zal zijn?
Nee, maar ik lees ook niet hoe stringent of soepel ze wel zal zijn. Ik lees ook niet wie ze zal behandelen, wie daarover gaat. Dat moet allemaal nog worden uitgemaakt.
Waarom zult u die inbinden? Welk belang hebt u daarbij? Waarom doet u dat? Leg dat mij dat eens uit.
Mijnheer Caron, dit is een voorstel van resolutie. Het is niet de beheersovereenkomst zelf. We moeten onze ministers toch ook nog een beetje werk laten.
Voorzitter, ik wil nog even heel duidelijk aansluiten bij wat de heer Caron zegt. Ik begrijp het absoluut ook niet, zeker niet van partijen die het ondernemerschap hoog in het vaandel dragen. Hoe kunnen we nu tegen een performant overheidsbedrijf zeggen dat ze niet meer mogen vernieuwen? Stelt u zich eens voor dat u in zo’n bedrijf werkt en zo’n beheersovereenkomst krijgt.
Zo zet je hen onder een stolp. U moet zich eens voorstellen welk effect dat zal hebben op de bedrijfscultuur. Dit is het tegenovergestelde van de beweging die eind jaren negentig werd ingezet, ook in dit parlement, om de VRT om te vormen van een administratie en bureaucratie tot een performant overheidsbedrijf. Dit is de klok twintig jaar terugdraaien.
U kunt nu komen aandraven met de mogelijkheid om procedures in te stellen. Stelt u zich eens voor welke impact dat zal hebben op de bedrijfscultuur. Dan zult u aan de mensen van de VRT kunnen zeggen: “Weet ge wat, als er iemand met een goed idee afkomt, zal de directeur of de baas zeggen: ‘We zullen een nota moeten maken, en we zullen naar de minister moeten gaan, en we zullen daartussenin nog drie stappen moeten zetten.’” Dat doodt toch elke vorm van creativiteit en innovatie? Ik ben ervan overtuigd dat niemand in dit parlement in zo’n bedrijf wil werken, waar van bovenaf door de aandeelhouder wordt gezegd dat je er niet zal mogen innoveren. Collega’s, ik vind dat echt verschrikkelijk. Ik wil jullie echt uit de grond van mijn hart vragen om dit alsjeblieft te heroverwegen. Dit is zo, zo dodelijk voor het ondernemerschap en de bedrijfscultuur. Jullie willen gewoon opnieuw een bureaucratie installeren. Dat zal jammer genoeg, vrees ik, het gevolg zijn.
Collega’s, ik wil het nog even over de radio hebben. In jullie eigen voorstel van resolutie hebben jullie het over een breed radioaanbod. Maar we moeten ook durven te zeggen dat we de radiozenders die we hebben, moeten behouden. De voorbije maanden en jaren hebben daarover allerlei gedachten de ronde gedaan: al dan niet Klara alleen digitaal op het internet uitzenden, MNM verkopen aan de privésector, enzovoort. We hebben een breed aanbod, dat alle doelgroepen kan bereiken, ook met nieuws en muziek. Ik wil tegelijkertijd pleiten voor een zeer grote muzikale diversiteit, ook van de zwakke genres zoals jazz, klassiek, folk en noem maar op. Die worden nu zelfs al wat onderdrukt op de VRT. De VRT moet aan die kwaliteiten ook aandacht geven. De meerwaarde zit daarin. De meerwaarde zit niet in de mainstream, maar in de toegevoegde waarde. Behoud dus alstublieft die zenders, al was het maar omdat je bijvoorbeeld jongeren met MNM bereikt voor nieuws en informatie, of omdat je geen klassieke zender meer hebt als je Klara verschuift.
Wij pleiten in ons voorstel van resolutie, net als jullie, voor een zeer groot aanbod van Vlaamse fictie. De identiteit van onze Vlaamse televisie, niet alleen de openbare maar ook de commerciële, wordt daardoor zeer sterk bepaald. We kunnen helaas nog niet de kwaliteit van Scandinavische series zoals Borgen evenaren. Dat is de uitdaging die we moeten opnemen. Zou dat nu niet een mooie ambitie zijn? Helaas, die kosten ook geld. En veel meer geld! De mensen die mee waren naar de set van Eigen Kweek hebben geen cadeau gekregen – helaas! Toen we daar vertrokken, hadden we een gesprek over de kost van dit soort fictie in Vlaanderen en in het buitenland. Wij doen dat zeer goedkoop. Dat siert ons allemaal. We kunnen het niet met elke serie, maar het zou toch fantastisch zijn mochten we net zoals in het boekenvak op de Frankfurter Buchmesse ook met televisiefictie een internationale ambitie kunnen ontwikkelen. We zullen wel iets meer moeten investeren om dat te kunnen doen. Maar het is zo belangrijk. Laten we daarvoor gaan, ook voor onze artiesten, acteurs, regisseurs en schrijvers.
Mijnheer Vandaele, u hebt daarnet gezegd dat u een laatste zin zou spreken bij de heer Caron en dat straks… (Opmerkingen van de heer Bart Caron)
Ik dacht dat de heer Caron nog één zin zou zeggen, maar hij blijft maar doorgaan. (Gelach)
Mijnheer Caron, ik ben het helemaal eens met u als u het hebt over de eigen Vlaamse fictie. Dat moeten we zeker ondersteunen. Dat is niet alleen om de Vlaamse identiteit te versterken, enzovoort, maar ook om de creatieve industrie te ondersteunen.
Mevrouw Lieten, u zegt dat de VRT niet meer mag innoveren. In het voorstel van resolutie staat onder de punten 27 en 28 uitdrukkelijk: “De VRT heeft in al zijn facetten aandacht voor innovatie. De VRT innoveert niet enkel op technologisch vlak, maar evenzeer inzake programmatie, creativiteit, formats en toegankelijkheid; de openbare omroep werkt in het kader van innovatie maximaal samen met andere Vlaamse mediabedrijven”. Er staat ook dat de VRT – waar mogelijk – maximaal de kennis deelt. Innovatie staat hier dus wel degelijk in. Dat wordt niet afgeblokt.
Mijnheer Vandaele, u en ik zijn te intelligent om hier tjeverig over te doen. We weten allebei wat jullie bedoelen en wat de realiteit op het terrein zal zijn.
Met dat eerste ben ik het eens. (Gelach)
Fictie kost veel geld. U schrijft in uw voorstel van resolutie dat u het maken van programma’s meer wilt toewijzen aan externe productiehuizen. In ons voorstel van resolutie schrijven wij dat er een transparante verdeling moet gebeuren en dat de rechten eerlijk moeten worden verdeeld via een digital rights management, en dat er helderheid moet komen. We weten dat, maar het is niet altijd zo duidelijk.
Ik wil heel graag de Vlaamse productiesector, de creatieve industrie ondersteunen met heel veel opdrachten. Maar als u daar 10 procent bespaart, zal ofwel bij de VRT ofwel bij de externe productiehuizen 10 procent personeel moeten verdwijnen. U zegt dat er meer moet worden besteld buitenshuis, dus zal er nog meer bloed vloeien om dat te realiseren. Mij goed, maar u kleedt daar de interne productiecapaciteit van de VRT deels mee uit. Let daar goed mee op. Nieuws, duiding en informatie zijn kernopdrachten van de VRT. Die worden in principe niet uitbesteed. Die gebeuren binnenshuis en daarvoor zijn middelen nodig. Je moet ook artistiek talent, regisseurs en spelers, aan het huis kunnen verbinden, zodat je die niet alleen extern moet vinden. Daar wil ik voor waarschuwen.
Het belang van onderzoeksjournalistiek, van trage journalistiek delen we. Laat ons daar goed op toezien. Het is een onderscheidend element ten opzichte van de andere zenders, heel belangrijk in de toekomst en vooral ook online. Er is veel discussie geweest over de positie van deredactie.be en van de andere netten. Kijk rond u in Europa, collega’s. Alle openbare omroepen hebben performante internetsites waar ze vaak als eerste nieuws en duiding brengen. Het vertrekpunt is natuurlijk audiovisueel, dat is ook hun competentie, maar ze zijn snel op de bal en daarmee stimuleren ze ook de andere mediahuizen. Daar mogen we niet op afkorten omdat dit de voorbije maanden wel aan bod is gekomen. Sommige concurrenten willen een betaalmodel ontwikkelen en willen daardoor de VRT in haar ontwikkelingskansen fnuiken of beperken. Ik heb veel begrip voor de commerciële actoren, maar op dit punt kunnen we niet afkorten. Informatie en duiding zijn kernopdrachten van de openbare omroep en horen ook bij onze democratische principes.
Er staat ook een heel stuk over cultuur in het voorstel van resolutie. Cultuur gaat over fictie, maar ook over veel meer. Het gaat ook over de kunsten, over de zorg voor ons erfgoed. De diverse disciplines en werksoorten moeten op de VRT een centrale plaats krijgen. De halvering van het aantal live-captaties op Klara in het voorbije jaar is geen goede evolutie. We moeten zeer attent zijn. Ze zeggen van zichzelf dat ze het belangrijkste cultuurhuis zijn, maar ze moeten dat doen in nauwe samenspraak met het culturele veld. Ik ben ongerust dat, als ze besparen, net daar een eerste snede zal gebeuren. Het wegsnijden van cobra.be is wel een eerste stap geweest in die richting. Laat ons dus zeer waakzaam zijn. Dat is nu een meerwaarde die alleen de openbare omroep kan bieden: inzetten op cultuur in al zijn dimensies.
Collega’s, ik betreur uw zeer magere aandacht voor diversiteit in en op de VRT. Het gaat over het huis, het personeelsbestand, over personen met een etnisch-culturele achtergrond, personen met een handicap, de verhouding man-vrouw in leidinggevende functies. U haalt daar niets voor aan, u vraagt geen quota, en u weet zeer goed uit het jaarverslag van de VRT van twee weken geleden dat er op al die terreinen een grote achterstand is. Zelfs VTM scoort op die indicatoren beter dan de openbare omroep. Dat moet pijn doen.
Het gaat niet enkel om wat in het huis gebeurt, maar ook om wat op het scherm verschijnt. Wat de schermzichtbaarheid van de andere groepen betreft, scoren de commerciële zenders ook beter. De VRT moet het huis zijn dat de Vlaamse samenleving in al zijn facetten weerspiegelt. Dit omvat ook de diversiteitsfacetten. We mogen daar niet op afkorten. We moeten quota durven stellen. De VRT heeft minister Gatz gevraagd hierover iets in de beheersovereenkomst op te nemen. Dit lijkt me essentieel.
Ik hoop dat we in de toekomst op een aantal vlakken dichter naar elkaar toe kunnen groeien. Dit is een belangrijke discussie. Voor zeer weinig geld krijgen we ontzaglijk veel kwaliteit, maatschappelijke meerwaarde en sensibilisering. Dat is wat meer waard. (Applaus bij Groen en sp.a)
De heer Bajart heeft het woord.
Voorzitter, hoewel al veel is gezegd, wil ik nog even om aandacht verzoeken. Gedurende de komende minuten zal ik de krachtlijnen van het voorliggend voorstel van resolutie toelichten. Het uitgangspunt van het voorstel van resolutie is niet de VRT in een vacuüm. We vertrekken van het Vlaams medialandschap in zijn totaliteit.
De VRT speelt een belangrijke rol. Als belangrijke speler moet de VRT echter een afgelijnde taak met duidelijke prioriteiten krijgen. We moeten hierbij rekening met het belang van de mediasector in zijn geheel houden. Ik citeer het Vlaams regeerakkoord: “Het Vlaams mediabeleid moet zowel de verschillende spelers in de audiovisuele sector als de mediagebruiker ten goede komen.”
We zijn het er allemaal over eens dat de openbare omroep een belangrijke schakel in de mediasector vormt. De VRT heeft een belangrijk marktaandeel en een zeer uitgebreid bereik. Dat betekent ook dat de VRT een zeer grote verantwoordelijkheid draagt. Als openbare omroep moet de VRT zich ten dienste stellen van de Vlaamse mediagebruiker, maar ook van het ecosysteem waar de omroep deel van uitmaakt.
De mediasector is momenteel in volle verandering. We zien dit. Dit heeft uiteraard te maken met de digitalisering, met de internationalisering, met de integratie- en concentratiebewegingen en met de zoektocht naar nieuwe businessmodellen. Ik heb het dan voornamelijk om de zoektocht naar nieuwe verdienmodellen in de geschreven pers in de hedendaagse digitale realiteit. Die evolutie is nog volop aan de gang. Er moet elke dag op innovatie en op creativiteit worden ingezet. Als mediagebruiker en als burger ondervinden we hier dagelijks enorme voordelen van.
In de huidige situatie, met een sector die zichzelf heruitvindt, hebben we de luxe over een performante openbare omroep in een sterk medialandschap te beschikken. We kiezen voluit voor een VRT die in het media-ecosysteem een marktversterkende rol speelt. Dat is niet enkel de rol die de VRT kan spelen, het is ook de rol die de VRT in de toekomst moet spelen. De duidelijke keuze voor een marktversterkende VRT komt doorheen heel het voorstel van resolutie terug. Het is de lijn.
We hebben een op vier pijlers gebaseerde visie op de VRT uitgewerkt. Die pijlers zijn de invulling van het aanbod, de markt- en maatschappijversterkende opdracht, de interne organisatie en de financiering van de openbare omroep.
Onze fractie zal als volgt te werk gaan. Collega De Gucht zal het aanbod voor zijn rekening nemen, waarbij we de VRT herpositioneren naar de prioritaire opdrachten informatie, duiding, cultuur en educatie. Ik zal zelf de drie andere pijlers toelichten.
Ik start met de maatschappelijke meerwaarde van de VRT, die zo ingevuld moet worden dat alle Vlaamse mediabedrijven beter in staat zijn om bij te dragen aan een democratische en diverse Vlaamse samenleving. En net daarom kiezen we voor machtsversterking. Dat betekent dat de VRT aan de ene kant een duidelijke focus moet hebben, maar aan de andere kant ook zeer breed moet gaan in de samenwerkingen die ze aangaat. Dat geldt voor samenwerkingen met andere Vlaamse mediaspelers, maar ook met partners uit de cultuur-, onderwijs- en sportwereld. Maar we moeten toezien op de manier waarop participaties worden genomen. We vragen dan ook zeer duidelijk dat daarvoor een strikt kader wordt gecreëerd. Exclusiviteitscontracten en discriminatie van partners kunnen niet.
We vragen ook aan de regering om ervoor te zorgen dat alles wat niet uitdrukkelijk geregeld wordt in de beheersovereenkomst, enkel kan als dat een toetsingsprocedure doorloopt, waarbij opnieuw als eerste criterium geldt dat moet worden bewezen dat het marktversterkend zal werken op het Vlaamse medialandschap. Daarnaast moet natuurlijk het kostenplaatje kloppen en moet worden aangetoond wat de kwalitatieve meerwaarde is voor de democratische, sociale en culturele behoeften van de Vlaamse samenleving.
Wij kiezen voor een stijging van het aandeel externe producties binnen het aanbod van de VRT. Op die manier ondersteunen we ook de productiehuizen. We vragen dat er bij de samenwerking met de onafhankelijke productiehuizen duidelijke definities gehanteerd worden. Dat is ook terecht aangehaald tijdens de vele hoorzittingen. De huidige situatie, met discussie over wat nu juist externe of interne productie is en wat de VRT nu al dan niet mag opleggen aan de productiesector, moet worden uitgeklaard. Dat volgt na dit voorstel van resolutie.
Maar we gaan verder. De rechten op de programma’s en alles wat daarbij hoort, kunnen het best uitgebaat worden door de partij die daarvoor de juiste expertise in huis heeft. We zijn daar ook op zoek naar een logische benadering. Door onrechtstreeks de externe productiehuizen te ondersteunen, collega’s, stimuleren we op lange termijn de kwaliteit, maar ook de diversiteit van content, zodat de Vlaamse mediagebruiker kan blijven genieten, nog meer dan nu, van kwalitatief hoogstaande programma’s, en uiteraard niet enkel bij de VRT, maar bij de hele sector.
Wij vragen daarbij om niet enkel te investeren in de vernieuwing op het vlak van programmatie. De VRT heeft een rol te spelen op het vlak van innovatie, in al haar vormen, in al haar facetten, zowel qua programma-aanbod, technologisch, digitale opnamemogelijkheden, creatief, als wat betreft formats, maar zeker ook wat betreft de toegankelijkheid. De heer Caron heeft het al aangehaald: ondertiteling, audiodescriptie, Vlaamse Gebarentaal. Daarbij moet de VRT ook samenwerken binnen de Vlaamse mediasector, via iMinds Media, maar ook met de andere Europese openbare omroepen. De innovatieve kennis en knowhow die de VRT verwerft, moet vervolgens maximaal gedeeld worden met de geïnteresseerde mediabedrijven.
Een moderne en innovatieve VRT moet natuurlijk ook meegaan in de digitalisering. Dat zijn de uitdagingen van vandaag, maar vooral van morgen. En hoewel de openbare omroep zijn informatieve opdracht op alle relevante platformen moet kunnen invullen, kan het niet de bedoeling zijn dat er geconcurreerd wordt met de geschreven pers. De dag- en weekbladen verkeren ook in volle transformatie. Zelfs internationaal is er op dit moment geen duidelijkheid over welk businessmodel het beste zal blijken om de nood aan digitalisering tot een goed einde te brengen. De geschreven pers moet de ruimte krijgen om verschillende nieuwe verdienmodellen uit te proberen. Hoe ze dat precies doen, dat is aan de private mediabedrijven. Maar de openbare omroep mag daarvoor geen barrière vormen, confer de weekendinterviews.
De VRT moet natuurlijk ook altijd vertrekken vanuit haar audiovisuele opdracht en blijft dus het best zo ver mogelijk weg van het louter geschrevene op haar websites. Duiding bij de audiovisuele fragmenten kan wel. Daarnaast moet de VRT ook meewerken aan de evolutie naar de digitale radio, samen met de Vlaamse Regering en de hele radiosector.
Als organisatie moet de VRT ook een voorbeeldfunctie opnemen, daarmee gaan we allemaal akkoord. De VRT moet een flexibel, creatief en compact mediabedrijf worden met een modern personeelsbeleid, met talentmanagement, met maatschappelijk ondernemen, zowel intern als extern met de contractanten. Daarbij moet ook de aandacht voor diversiteit centraal staan.
Als mediabedrijf horen daar uiteraard ook het programmacharter bij, de deontologie van de programma’s, het redactiestatuut, de onafhankelijke nieuwsdienst of -redactie en de deontologische code. En binnen de nieuwsdienst laten we onderzoeken of er kan worden gewerkt aan een proactieve ombudsdienst om zo de maatschappelijke meerwaarde en de dienstverlening van de openbare omroep nog te versterken. Dit is in feite: op basis van klachten zichzelf in vraag durven te stellen, iets wat elk gezonde onderneming moet doen. Om te komen tot een slankere en kostenbewuste organisatie zal de VRT een gericht personeelsbeleid kunnen voeren en ook het plan voor een nieuw en duurzaam gebouw verder moeten vormgeven.
Voor de uitvoering van haar opdrachten zal de VRT kunnen rekenen op een stabiel financieringskader, uiteraard rekening houdend met de reeds gemaakte besparingsafspraken. Voor de vergrijzingskost worden ook afspraken gemaakt, de openbare omroep zal ook ondersteund worden in een oplossing voor een mogelijke herstructureringskost.
Zoals ook afgesproken in het regeerakkoord, zullen we een maximumplafond voor commerciële inkomsten handhaven en ook de online advertentie-inkomsten worden geplafonneerd. Indien het mogelijk is om een gezamenlijk initiatief rond online advertentiebestedingen uit te werken met de private mediaspelers, kan dit plafond opgeheven worden. Dat kan, maar het uitgangspunt daarbij is duidelijk: het kan enkel en alleen als dit opnieuw marktversterkend is.
De VRT zou voortaan ook gebruikmaken van de verschillende preview- en reviewverdienmodellen. Dat moet ook voor een modern mediabedrijf dat mee is met zijn tijd.
Ten slotte staat het lineaire kijken, in real time, onder druk. De consument wil boven alles zelf kiezen wanneer hij of zij televisie kijkt. De VRT staat zo meer ten dienste van het publiek. De opbrengsten van deze mogelijkheden moeten zo veel mogelijk terugvloeien naar de markt en mogen uiteraard geen afbreuk doen aan de prioritaire opdrachten van de VRT.
Voorzitter, collega’s, we willen een aantal duidelijkere krijtlijnen in dit voorstel van resolutie trekken. We kiezen voor de VRT als een modern en innovatief mediabedrijf, voor een VRT met een duidelijker opdracht, voor een VRT in een sterk media-ecosysteem. Elke euro die we investeren, moet een investering zijn in de hele mediasector. Geen marktverstoring, geen concurrentievervalsing, maar een marktversterking. Zo kan de maatschappelijke rol van de hele sector optimaal ingevuld worden en kan de hele sector bijdragen aan een kwalitatieve en een democratische samenleving.
Mijnheer Bajart, ik heb eigenlijk maar één vraagje, want ik denk dat ik het met 95 procent van uw betoog eens kan zijn. U vertrekt wel heel erg van een bedrijfslogica, van de bedrijven in het ecosysteem media. Daarnet heb ik in mijn betoog heel erg beklemtoond dat het voor ons gaat over de Vlamingen, over de Vlaamse kijker en de Vlaamse luisteraar. U bent erg bekommerd om de bedrijven, prima, goed zo, maar vindt u de Vlamingen als uitgangspunt niet sterker om uw verhaal op te bouwen? Moet dat niet onze bekommernis zijn als vertegenwoordigers van die Vlamingen?
Het is complementair: de Vlaming enerzijds maar ook het media-ecosysteem en de bedrijven anderzijds. Het loopt hand in hand.
Centraal in uw betoog staat ‘marktversterking’ voor de sector. Collega Caron heeft terecht de opmerking gemaakt dat het gaat over ‘ons’, de burgers. U moet mij echt nog eens kort verduidelijken hoe u die marktversterking wilt realiseren als u de VRT minder dotatie geeft, minder personeel – in de resolutie staat ‘slankere’ en ‘compactere’, in overtreffende trap, hoeveel lager moet het dan nog gaan? – en de kernopdrachten worden beperkt, want ontspanning, een wezenskenmerk, wordt eruit gehaald. U zegt bovendien dat innovatie absoluut mogelijk moet zijn maar dat elke vorm van innovatie zal moeten worden getoetst. Dat moet u me echt uitleggen.
Het is niet zo dat elke vorm van innovatie zal moeten worden getoetst. Het is een mogelijkheid om te kunnen inspelen op marktversterkende omstandigheden.
Marktversterking overstijgt in feite de discussie die al zeer lang woedt tussen de VRT en de rest. We gaan uit van de rol van de VRT in de hele mediasector. Dat heb ik willen onderstrepen. Tijdens de hoorzittingen stelde een academicus in feite diende te worden afgerekend op de sterkte van de mediasector. Door de markt te versterken, willen we in feite de verschraling van het media-aanbod tegengaan. Dat zorgt ervoor dat de rijkheid aan opinies overeind blijft en dat we kunnen streven en blijven streven naar dat diverse, kwalitatieve hoogstaande aanbod.
Het gaat natuurlijk over het beter werken met de andere mediaspelers, met de onafhankelijke producenten. Daarnaast zijn er ook de duidelijke criteria van de toetsingsprocedure in de context: wat niet gepland is, dient een goedkeuring.
Ik wou nog even toevoegen dat het geen keuze is tussen bedrijven, kijkers of luisteraars. Zonder gezonde bedrijven bewijzen we de kijkers en luisteraars ook geen dienst. Het is een en-enverhaal.
Mevrouw Segers, u had het over een slankere, compactere, efficiëntere VRT. Vindt u dan dat de VRT nog steeds een eigen securitydienst moet hebben? Dit soort vragen moeten we ons toch nog mogen stellen in de komende jaren.
De heer De Gucht heeft het woord.
Voorzitter, hoewel u het graag anders zou zien, heeft elk parlementslid onder ons een smartphone op zak. Elk laatste nieuwtje bereikt ons meteen, ofwel via een krantenapp ofwel via 140 tekens, 24 uur op 24, 7 dagen op 7. We zijn ons hier met andere woorden allen bewust van het snel veranderende medialandschap. Digitalisering, internationalisering en innovatie plaatsen de verschillende Vlaamse mediaspelers voor immense uitdagingen. Maar tegelijk liggen er ook enorme mogelijkheden voor het rapen. Het is een trein die we niet mogen missen indien we het enorm rijke en kwaliteitsvolle aanbod voor de Vlaamse mediagebruiker willen vrijwaren en verder voeden.
De weg die de VRT inslaat, collega’s, zal hierbij van enorm belang zijn. Zoals mijn partijgenoot Lionel al aangaf, zal de openbare omroep zich niet enkel moeten hoeden marktverstorend te werken, maar zal hij bovendien marktversterkend moeten optreden. Enkel zo zullen we ook in de toekomst kunnen genieten van een divers, leefbaar en duurzaam media-ecosysteem.
De heer Caron heeft het woord.
Mijnheer De Gucht, ik hoorde nu al duizend keer spreken van marktverstoring. Zegt u mij eens op welke terreinen de openbare omroep marktverstorend werkt?
Ook in de commissie hebben we het daarover al gehad. Neem bijvoorbeeld de sportrechten. U zult zeggen dat de VRT op dat vlak niet marktverstorend optreedt. Het is wel zo dat de VRT dat minder doet dan vroeger. Maar vandaag werkt de VRT nog geregeld marktverstorend. Wij pleiten ervoor dat de VRT een breed gamma aanbiedt, maar niet in concurrentie gaat met privéspelers wanneer het terrein open ligt. Wanneer men zegt dat VTM de Olympische Spelen niet integraal zal uitzenden, dan heb ik er geen probleem mee dat we dat bekijken. Ik heb er problemen mee dat men met belastinggeld voor uitzendrechten de concurrentie aangaat, terwijl die belastingbetaler al via andere kanalen de mogelijkheid heeft om die programma’s te bekijken.
Ik ben het helemaal met u eens. Maar ik geef u een voorbeeld. Op de hoorzitting gaf de heer Bonamie van SBS – VIER en VIJF – een vlammend betoog tegen de hoge biedingen van de VRT op sportrechten. Hij gaf het concrete voorbeeld van de vriendschappelijke interland tussen Frankrijk en België, die – als ik me niet vergis – glorierijk door de Belgen is gewonnen. Hij zei dat het schandalig was dat de VRT het voor SBS onmogelijk had gemaakt om dat programma uit te zenden. Maar twee dagen later bleek dat VTM de wedstrijd had gekocht, voor een nog hoger bod. Dat is de realiteit. De commerciële actoren spelen hun rol. Met de komst van de Italiaanse sportzenders zullen veel zenders problemen krijgen – zelfs Telenet, dat sportrechten heeft verworven. De VRT is uitgespeeld als het gaat over topsport. Alleen nog de wedstrijden die in het decreet zijn opgenomen en door de EBU worden gekocht, zoals de EK’s voetbal en de Olympische Spelen, zijn voor de openbare omroep. Commerciële actoren zijn trouwens niet geïnteresseerd in de uitzending van de kwartfinales van de 50 meter schoolslag om 2 uur ’s ochtends. Bekijk de jaarverslagen van de VRT en kijk naar de evolutie: in de loop der jaren zijn de sportrechten met meer dan 70 procent gedaald. Inhoudelijk hebt u gelijk, maar het is al zo.
Als het al zo is, dan is het toch geen probleem om nog eens te benadrukken dat we het ook in de toekomst zo willen houden.
Ik wil graag een antwoord op mijn vraag: geef eens een voorbeeld van een echt marktverstorende werking van de VRT.
Ik gaf u zo-even dat voorbeeld. U zegt dat men de weg van de afbouw van de marktverstoring al is ingeslagen. Ik zeg dat men daarmee moet doorgaan. Het feit dat meer en meer privézenders tegen elkaar bieden om sportrechten te verwerven, zorgt ervoor dat men meer uitzendingen naar het Vlaamse publiek kan brengen. Ik neem aan dat ook u dat als een ongelooflijk voordeel opvat.
De vraag om marktversterkend te werken en de gemaakte besparingsafspraken betekent echter niet dat we van de VRT geen ambitieuze doelstellingen zouden mogen verwachten wanneer het gaat over de invulling van de programmatie. Naast een marktversterkende VRT is er ook nood aan een maatschappijversterkende VRT, in de eerste plaats door te allen tijde voorrang te geven aan de prioritaire opdrachten. Informatie, duiding, cultuur en educatie moeten met klem de spil van het aanbod vormen.
De VRT Nieuwsdienst zorgt voor berichtgeving die objectief en juist, onpartijdig en onafhankelijk en kwaliteitsvol en onderscheidend is. Deze kenmerken hebben uitdrukkelijk voorrang op de snelheid van berichtgeving. Als objectieve informatieverschaffer heeft de VRT daarbij steeds de nodige aandacht voor duiding en context. Zonder de kijker al te paternalistisch bij de hand te willen nemen, biedt de openbare omroep een meerwaarde door oog te hebben voor nuance en pluralisme bij het uittekenen van het kader waarbinnen informatie gezien en geïnterpreteerd moet worden. De reeds vermelde internationalisering maakt dat er ook de nodige aandacht moet zijn voor buitenlandberichtgeving. Geen navelstaarderij maar een open blik van de VRT biedt de Vlamingen een venster op de wereld. De VRT moet als het ware de standaard zijn wat betreft berichtgeving.
Naast informatie en duiding horen ook kunst en cultuur een prominente plaats in te nemen in het aanbod. Samenwerking met de culturele sector is hierin onontbeerlijk. De expertise die de VRT hieruit kan putten, moet ertoe bijdragen dat het publiek kan proeven van wat deze sector allemaal te bieden heeft. Geen enkele discipline, populair of niet, mag daarbij a priori uitgesloten worden. Integendeel moet onze openbare omroep haar kijkers laten proeven van bekende en minder bekende artistieke disciplines en creatieve talenten die ons land rijk is. Een sterk digitaal platform is hierbij van cruciaal belang.
Eenzelfde samenwerking met de onderwijssector maakt deel uit van de educatieve opdracht van de VRT. Een van de prioriteiten zal hierbij zijn te komen tot de verdere digitalisering en vervolgens ontsluiting van het enorme VRT-archief voor het onderwijs.
Ook haar rol in de promotie van mediawijsheid mag de VRT hierbij niet uit het oog verliezen. De digitalisering van onze samenleving en het steeds uitgebreider gebruikmaken van alle mogelijke mediadragers door de consument is niet enkel een zaak waar de openbare omroep zich aan moet aanpassen, omgekeerd moet zij de gebruiker ook vergezellen in de toenemende complexe stroom aan informatie en prikkels.
Naast deze prioritaire opdrachten zal er ook in de toekomst op de VRT plaats zijn voor sport en ontspanning. Op deze manier wordt de mediagebruiker warm gemaakt voor het cultuur-, educatief en nieuwsaanbod van de VRT. De openbare omroep kan immers enkel haar maatschappijversterkende rol ten volle vervullen wanneer zoveel mogelijk consumenten bereikt worden. Het neemt niet weg dat het uitgangspunt ook dan blijft dat het aanbod een publieke meerwaarde moet bieden. Bij het sportaanbod betekent dit dat er gefocust wordt op sporten die voor commerciële zenders misschien minder interessant zijn.
Bij ontspanning ligt de nadruk steeds op kwaliteit en maatschappelijke relevantie. Het versterken van de samenleving betekent het aankaarten van maatschappelijke uitdagingen, gevoeligheden en problemen, en dit op een inclusieve manier, met andere woorden niet enkel wanneer het gaat over de nieuws- en duidingsprogramma’s, maar ook wanneer het gaat over een programma gericht op entertainment. Tijdens Het journaal van 7 uur kwamen we met de nodige duiding te weten dat het Amerikaanse Hooggerechtshof het homohuwelijk in de Verenigde Staten heeft gelegaliseerd. Een uur later maakt Franky in Thuis bekend dat hij niet enkel homoseksueel is, maar ook dat hij zich als vrouw gevangen voelt in een mannenlichaam. Dat is op een inclusieve wijze invulling geven aan je programma’s. Zo hoort het.
Tot slot zou ik nog twee zaken willen aankaarten waar de VRT in de toekomst in zal moeten investeren. Ten eerste is er nood aan een versterkt documentairebeleid. Hierin wordt momenteel tekortgeschoten. Ten tweede zal de VRT door het verdwijnen van de levensbeschouwelijke derden meer dan voordien zelf aandacht moeten schenken aan levensbeschouwing. Dat zal ook noodzakelijk zijn indien de VRT haar maatschappijversterkende rol wil vervullen. De laatste maanden en jaren hebben immers getoond hoe onze hedendaagse geglobaliseerde en multilevensbeschouwelijke samenleving meer dan ooit nood heeft aan een dialoog die een weerspiegeling is van onze pluralistische samenleving. We leven niet langer in een samenleving waar katholiek en Vlaming zijn, gezien wordt als twee zijden van dezelfde medaille. De publieke radio en tv gebruiken voor de eigen achterban als een venster op de eigen religie, is dan ook achterhaald. De maatschappij is multilevensbeschouwelijk. Laat ons de publieke radio en tv dan ook gebruiken om het diverse kijkpubliek via inclusieve en actief pluralistische programma’s een correct en genuanceerd beeld te bieden van onze samenleving, zonder stereotypering.
Het weren van stereotypering gebeurt bovendien doorheen het hele aanbod. Maatschappijversterkend werken betekent immers dat je een juiste weerspiegeling van de hele samenleving biedt. Het betekent ook dat je die gehele samenleving zoveel als mogelijk bereikt. Een divers aanbod dient een divers publiek te bereiken. Inclusief de moeilijk bereikbare en commercieel minder interessante doelgroepen.
Collega’s, zoals u kunt merken, betekenen de besparingen en de vraag om marktversterkend op te treden allesbehalve dat de ondertekenaars van dit voorstel van resolutie de VRT geen ambitieuze opdracht zouden willen meegeven. Integendeel, wij zijn ervan overtuigd dat een performante openbare omroep bijdraagt tot een verdraagzame, sterke en democratische samenleving. Een omroep die naast marktversterkend ook maatschappijversterkend werkt, is de ambitieuze, uitdagende opdracht waaraan wij de VRT de komende vijf jaar invulling willen zien geven. Ik dank u. (Applaus)
De heer Vandaele heeft het woord.
Hebt u niet alles gezegd?
Voorzitter, misschien wel, maar ik zal misschien enkele dingen herhalen.
Collega’s, de goede traditie wil dat dit parlement in de aanloop naar een nieuwe beheersovereenkomst voor onze openbare omroep een resolutie voorbereidt. Ook voor de beheersovereenkomst 2016-2021 hebben we die oefening gedaan. Onze fractie dankt de collega’s voor hun medewerking bij het tot stand komen van dit voorstel van resolutie: niet enkel de collega’s van de meerderheid trouwens, maar ook die van de oppositie, voor hun constructieve inbreng zeker ook in de commissie Media. Het is trouwens een aangename commissie met aangename mensen, niet allemaal, maar de meeste. Zij hadden inderdaad ook voorstellen om onze teksten te amenderen, maar enkele daarvan lagen toch iets te ver af van wat de meerderheid voor ogen heeft om op voort te kunnen werken.
– Peter Van Rompuy, ondervoorzitter, treedt als voorzitter op.
Met ons voorstel van resolutie, collega’s, willen wij een aantal krachtlijnen aanreiken voor de onderhandelingen tussen de regering en de openbare omroep. De mechanismen die in de vorige beheersovereenkomst goed hebben gewerkt, hebben we behouden, maar omdat weinig sectoren zo snel evolueren als de mediasector, hebben we ook enkele nieuwe klemtonen gelegd, op basis van ervaringen van de laatste jaren en maanden, en op basis van knel- en pijnpunten die ook in de commissie Media onder de aandacht werden gebracht. Die konden we ook horen op de hoorzittingen de voorbije weken.
Een heel belangrijk aandachtspunt – het is al gezegd – is voor ons de broosheid van ons media-ecosysteem, met een wijzigende en complexer wordende verhouding tussen de commerciële omroepen en de openbare omroep, tussen distributeurs en omroepen, tussen omroepen en externe productiehuizen. En er is de rol van krachtige internationale spelers die ook bij ons steeds nadrukkelijker aanwezig zijn. In ons voorstel van resolutie zoeken we een manier om om te gaan met een aantal van die uitdagingen.
De N-VA wordt wel eens omschreven, collega’s, als een partij die veel kritiek heeft op de VRT. Dat is te kort door de bocht. Onze partij blijft een groot belang hechten aan de openbare omroep. Voor ons moet die in de eerste plaats gemeenschapsvormend zijn en de sociale cohesie versterken. Een openbare omroep hebben, zit in het DNA van onze partij. Dat houdt onder meer in dat de prioritaire opdrachten voor de VRT informatie, duiding, cultuur en educatie moeten zijn. Het is al gezegd: sport en ontspanning horen erbij, maar komen op de tweede plaats.
Eerst informatie. De VRT moet gaan voor een correcte, objectieve, onpartijdige en kwalitatieve berichtgeving. Kwaliteit krijgt altijd voorrang op snelheid. Voor ons houdt dat ook in dat de VRT zich terughoudend opstelt bijvoorbeeld als ze columns, blogs of opiniestukken van interne of externe medewerkers de wereld in wil sturen. De nieuwsdienst is het kloppende hart van de openbare omroep. Onderzoeksjournalistiek en buitenlandberichtgeving blijven belangrijke hoekstenen, maar ook het informeren van Vlamingen in het buitenland en buitenlanders bij ons. Dat laatste kan met name door de anderstalige nieuwssites van de VRT.
Wij pleiten ervoor dat binnen de informatieprogramma’s voldoende aandacht gaat naar berichtgeving over ondernemerschap, wetenschap en techniek. Cultuur met kleine en grote c moet een van de kerntaken van de openbare omroep blijven. De VRT blijft onder meer inzetten op kwaliteitsvolle eigen Vlaamse fictie, en ondersteunt op die manier onze Vlaamse creatieve industrie. Ook in de toekomst verplichten we de VRT producties uit te besteden, maar de criteria, de definities, en de rechtenverdeling moeten worden verfijnd.
N-VA ziet liever niet dat de VRT zelf participaties neemt in andere bedrijven. We hadden het er deze week over in de commissie. Als dat toch gebeurt – en het kan volgens dit voorstel van resolutie – dan moet dat binnen een zeer strikt kader waarbij transparante criteria worden gehanteerd, waarbij verschillende kandidaten de kans krijgen en waarbij er ook duidelijke afspraken gemaakt worden met betrekking tot controle en rapportering.
Wat de muzieksector betreft: verschillende muziekgenres komen aan bod. We bestendigen de bestaande quota voor Vlaamse en Nederlandstalige muziek. Het is geen geheim dat wij dit van buitengewoon belang vinden.
Naast informatie, educatie en cultuur, zijn er dus in tweede orde sport en ontspanning. Ik spring daarover omdat we het er al uitvoerig over gehad hebben.
Wat betreft de toegankelijkheid van het VRT-aanbod, vragen we ambitieuze afspraken wat betreft ondertiteling, ook online, audiodescriptie en het gebruik van de Vlaamse Gebarentaal. De VRT gebruikt en propageert de Nederlandse standaardtaal. De VRT is immers de belangrijkste bewaker van het Standaardnederlands in Vlaanderen. De omroep moet wat ons betreft met die verantwoordelijkheid actiever aan de slag gaan dan vandaag het geval is. Dat is voor ons ook een reden om nauwer samen te werken met de Nederlandse publieke omroep. We denken aan coproducties, structureel overleg tussen management en programmamakers, aan uitwisseling van beeldmateriaal, aan delen van correspondenten enzovoort. Meer dan in het verleden moet de VRT de Vlaamse audiovisuele sector versterken. Ze mag dus niet marktverstorend zijn en moet andere spelers voldoende ademruimte laten.
Het is al gezegd, we keren in deze beheersovereenkomst dan ook de redenering om die in het verleden steeds gevolgd werd. Vroeger gold dat wat niet uitdrukkelijk verboden was, toegelaten was, toch in grote lijnen. Nu zeggen we het omgekeerde: wat niet uitdrukkelijk is toegestaan, mag niet. Voor nieuwe dingen die zich aandienen, komt er een toetsingsprocedure, waarbij wordt aangetoond dat het nieuwe initiatief marktversterkend is, het ecosysteem versterkt, dat de financiële middelen er zijn en dat er een kwalitatieve meerwaarde is voor de democratische, culturele en sociale behoeften van de samenleving.
– Jan Peumans, voorzitter, treedt als voorzitter op.
Ik wil ook nog een kanttekening maken bij wat collega Lieten daarnet zei, namelijk “jullie gaan alles dichttimmeren”. Collega, ik weet dat ook vandaag in de beheersovereenkomst, als de VRT nieuwe diensten wil aanbieden of belangrijke nieuwe initiatieven wil nemen, daar ook de toestemming van de regering voor nodig is. Dat is ook vandaag in de beheersovereenkomst zo. Het is dus allemaal niet zo erg nieuw, maar het is een kwestie van accenten, van dat wat helderder af te lijnen dan in het verleden.
Collega Vandaele, wat in de beheersovereenkomst staat, staat in de beheersovereenkomst. Als je daarvan wil afwijken, vind ik het nogal vanzelfsprekend dat er een afweging door de regering moet gebeuren. Mijn vraag aan u is: wilt u dan een telefoonboek met maatregelen? Als u zegt dat u alleen maar toelaat wat in de beheersovereenkomst staat, en al de rest niet, dan zijn er twee opties: ofwel maakt u een telefoonboek met duizend mogelijkheden en waarin u zegt wat kan en wat niet kan, ofwel maakt u een heel dunne beheersovereenkomst, maar dan worden we constant geconfronteerd met die toetsingsprocedure. Waarom kunt u die intellectuele ruimte niet laten, die creatieve ruimte voor een dergelijk creatief bedrijf als de VRT? Wat is de grond daarvan? Geef me eens het waarom.
Collega, ik heb u door. U hebt uzelf daarnet verraden. U hebt gezegd: we gaan geen vragen meer kunnen stellen in de commissie. Dat is uw bedoeling. U zult geen vragen meer kunnen stellen.
Aan een telefoonboek hebben we geen behoefte, maar we gaan ervan uit dat de VRT in overleg met de regering daar wel een keurige formulering voor vindt. We hebben behoefte aan een aantal krijtlijnen, aan een kader. Zoals al herhaaldelijk is gezegd door verschillende collega’s: het feit dat die procedure er is, dat er een mogelijkheid is tot toetsen – je zou bijna kunnen zeggen dat het een tussentijdse evaluatie is – biedt ook de mogelijkheid om bij te sturen. Ik zie daar eigenlijk niet echt het probleem.
De VRT vervult haar informatieve opdracht via alle relevante platformen: tv, radio en online – ik herhaal het nog eens – maar vermijdt inderdaad zo veel mogelijk de concurrentie met de schrijvende pers. Er zullen altijd grijze zones zijn, dus die vragen blijven we stellen. De VRT vertrekt nog steeds van die audiovisuele opdracht en blijft zo veel mogelijk weg van de louter en uitvoerige geschreven stukken.
De openbare omroep evolueert naar een efficiëntere, compactere, slankere en kostenbewuste organisatie. In ruil moet de openbare omroep voor de uitvoering van haar taken kunnen rekenen op een adequate en stabiele financiering, rekening houdend met de reeds gemaakte besparingsafspraken. De gemengde financiering blijft behouden – ook daarover bestaat geen discussie – maar de commerciële inkomsten moeten marktconform worden gerealiseerd en het plafond voor commerciële inkomsten blijft bestaan.
Een belangrijke discussie is die over de online advertentie-inkomsten. De N-VA is daar een koele minnaar van. De inkomsten moeten dus minstens worden geplafonneerd. Enkel als er op de online advertentiemarkt een gezamenlijk initiatief komt van de openbare omroep met de privémediaspelers, kan de handrem worden gelost. De mogelijkheden van zo’n gezamenlijk initiatief moeten worden onderzocht.
Het aanbieden van zogenaamde previews is voor ons voortaan mogelijk, waarbij geen afbreuk wordt gedaan aan het principiële free-to-airkarakter van de openbare omroep. De opbrengsten moeten zo veel mogelijk ingezet worden om de markt te versterken.
Ik besluit: de N-VA is, ook vanuit haar ideologie, een pleitbezorger voor een sterke openbare omroep. We hebben vandaag een sterke, performante openbare omroep. Daar zijn we allemaal blij mee. Dat er efficiëntie-inspanningen worden gevraagd, en dat er scherpe keuzes worden gemaakt, zal de openbare omroep onzes inziens niet verzwakken. Wel integendeel: het garandeert de openbare omroep volgens ons een duurzame toekomst. Dat geldt, denk ik, voor alle partijen in de meerderheid, en ik vermoed ook bij de oppositie. (Applaus bij de meerderheid)
Mijnheer Vandaele, dank u voor het compliment dat wij inderdaad in de commissie samen goed en grondig hebben nagedacht. Ik moet u ook bedanken omdat u de eerste bent die hier heel onomwonden en heel expliciet heeft gezegd dat vanaf nu sport en ontspanning op de tweede plaats komen. Daarvoor is dat hier in alle toonaarden ontkend; dankzij u is het duidelijk dat het van tweede orde is.
In het voorstel van resolutie staat dat ontspanning alleen maar kan als deze niet vrijblijvend is, maar vertrekt van een verbindende maatschappelijke rol. De heer De Gucht heeft zich dan uitgeput om aan te tonen dat Thuis inderdaad die maatschappelijke meerwaarde heeft, en daar is iedereen het over eens. De rol van Thuis inzake het bespreekbaar maken van thema’s en waardeverandering is onschatbaar.
Deze namiddag hebt u al laten weten dat Blokken mag blijven. Wel, voor mij mag dat ook. Absoluut. Dat is puur kwalitatief pretentieloos entertainment. Maar waar of hoe gaat u verantwoorden dat Blokken die maatschappelijk verbindende rol heeft? Hoe gaat de VRT of de minister bepalen wat kwalitatieve meerwaarde heeft?
Het is niet aan de politici om dat te bepalen. (Applaus bij de N-VA)
U hebt deze namiddag al laten weten dat Blokken mag blijven. (Rumoer)
Neen, we waren eigenlijk kwaad. Ik heb u wat bejubeld en ik mocht dat eigenlijk niet gedaan hebben, want we waren kwaad vanmiddag toen we uw tweet lazen. U schreef dat de meerderheid Blokken weg wil, Thuis weg wil. Dat is populisme van de laagste soort. Dat is echt de mensen opjutten, de mensen angst inboezemen dat ze hun favoriete programma gaan kwijtraken. Dat is niet de bedoeling.
Ik denk dus niet dat we tot op het programmaniveau moeten zeggen wat kan en wat niet kan. Ik denk zelfs niet dat de minister dat moet doen. Ik denk ook niet dat de raad van bestuur dat doet. Dat is ook zijn taak niet. Ter zake is al gepleit voor wijsheid bij de VRT. We gaan er natuurlijk wel nog altijd van uit dat die wijsheid bij de VRT ook bestaat. U zei daarnet dat we sport en ontspanning op de tweede plaats zetten. Ik heb daarnet ook al gezegd dat dit in mijn lezing van het Mediadecreet eigenlijk ook zo is. Het moet, het is belangrijk, we vinden dat ook belangrijk, maar we vinden nieuws en informatie enzovoort net iets belangrijker. Ook als we sport en ontspanning noemen, dan gaan we daar uiteraard niet licht over, want we zeggen dat iets belangrijk voor de samenleving en gemeenschapsvormend moet zijn, en sport is dat. We gooien dat dus zeker niet weg. Als we zeggen die eigen Vlaamse creatieve industrie te willen aanmoedigen en versterken, als we die Vlaamse fictie willen ondersteunen, dan zit dat voor het grootste deel bij die ontspanning. We gooien die ontspanning dus zeker niet weg, als dat een geruststelling kan zijn. We zeggen echter gewoon dat het voor ons belangrijk is dat dat onderscheidende er altijd is bij de openbare omroep, dat die lat net iets hoger ligt, en dat willen we dan op de eerste plaats zien bij nieuws, bij duiding, bij informatie en cultuur, en dan op de tweede plaats bij sport en ontspanning.
Ik heb geen antwoord gekregen. Ik vraag heel concreet...
U wilt dat ik zeg welke programma’s moeten verdwijnen, zodat u een nieuwe tweet kunt versturen, maar ik zal u dat plezier echt niet doen.
We hadden het over het voorbeeld van Blokken. Jullie hebben gezegd dat Blokken zeker mag blijven. Voor mij zeker ook. Hoe definieert u voor Blokken...
Laten we zeggen dat We’re going to Ibiza er niet bij hoort. Is dat een antwoord? (Gelach. Applaus bij de N-VA)
Mijnheer Vandaele, alstublieft. Ik heb niet begrepen wat mevrouw Segers heeft gezegd, en ik heb uw antwoord ook niet begrepen. (Opmerkingen van mevrouw Annick De Ridder)
U ook niet?
Het ging over We’re going to Ibiza. Voor uw informatie herhaal ik dat even. Daar hebben we immers een uitspraak over gedaan, velen van ons trouwens.
Dit is kenmerkend. Mijnheer Vandaele, ik denk dat het niet gaat over wel of geen ontspanning. Het gaat over de wijze waarop de VRT met ontspanning en met lichtere toonaarden in de samenleving omgaat. Ook daarin moet een vorm van maatschappelijke meerwaarde zitten, een vorm van zich onderscheiden ten opzichte van commerciële producten die ontspanning bieden. Thuis, het door velen vervloekte, maar ook beminde Thuis, is een voorbeeld: men brengt er maatschappelijke thema’s aan de orde die niet altijd gemakkelijk zijn in de samenleving, met een lichte toonaard en met een heel groot bereik. Dát is het onderscheidende van de VRT. Op die manier kan men elke dag 2 miljoen mensen bereiken met moeilijkere thema’s, op een lichte manier. Dat is het typische van de wijze waarop de VRT ontspanning biedt en zich onderscheidt van de wijze waarop commerciële zenders ontspanning bieden. Het is dus niet al dan niet ontspanning, al dan niet cultuur. Neen, het is de wijze waarop het gebeurt. Ik wil me niet bemoeien op het programmaniveau, net zomin als u, maar dat lijkt me eigenlijk een kerntaak, en ik hoop dat u het daarmee eens bent.
Collega Caron, ik ben het daar uiteraard mee eens. Dat weet u natuurlijk. Voorzitter, u had het niet gehoord, maar omdat mevrouw Segers me vroeg toch voorbeelden te geven van programma’s, heb ik dan We’re going to Ibiza genoemd. Ik denk dat we inderdaad niet moeten beginnen met het opsommen van programma’s, maar dat was een voorbeeld van iets dat ik niet verwacht bij de openbare omroep en wat ik daar ook liefst niet meer terug wil zien.
Het ging specifiek over Blokken. (Rumoer. Opmerkingen)
Wij willen allemaal Blokken behouden, maar volgens uw definitie van entertainment hoort Blokken niet op de VRT, want waar zit de verbindende maatschappelijke rol?
Ik denk dat daar ook wel een verbindende maatschappelijke rol in zit, alleen al door het feit dat dit zo lang bestaat, dat mensen dat als een referentiepunt bekijken. Een collega heeft het al gezegd: dat zit in de aanloopstrook naar het nieuws. Waarom niet?
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Ik kijk even op de klok en ik zie dat we met zijn allen de heruitzending van De Kampioenen al hebben gemist. Binnen 10 minuten begint Vive le vélo. Of ik zo snel zal klaar zijn, weet ik niet, maar als we een beetje doorzetten, kunnen we er vanavond misschien nog een stukje van zien.
We hebben een lang en boeiend proces achter de rug. De collega’s die media niet volgen, zullen wel vinden dat deze bespreking erg lang duurt, maar die beheersovereenkomst is dan ook heel belangrijk en wordt pas om de vijf jaar gesloten. Wij hebben lange hoorzittingen gehouden gedurende zes halve dagen, we hebben werkbezoeken afgelegd en veel informele contacten gehad.
CD&V is tevreden dat dit vandaag kan worden afgesloten met een uitgebreid voorstel van resolutie met 44 afzonderlijke aanbevelingen van het parlement waarvan we aan de Vlaamse Regering vragen daar rekening mee te houden bij de onderhandelingen over de nieuwe beheersovereenkomst met de openbare omroep. Alles wat hier gezegd wordt, gaat nog niet over de beheersovereenkomst maar over aanbevelingen aan de regering. Ik had soms de indruk in dit debat dat we al over dé beheersovereenkomst aan het praten waren, maar daar kan de commissie in het najaar discussie over voeren.
Mijn persoonlijke conclusies over het Vlaams media-ecosysteem als nieuw lid van de commissie Media is dat het Vlaamse media-ecosysteem springlevend is, maar wel als een kaartenhuisje heel wankel staat in tijden van digitale omwentelingen. Het is bijzonder delicaat om als wetgever die kaarten te schudden of te verplaatsen.
De VRT daarentegen is een heel stevig huis dat ook bij sterke tegenwind, zoals die recente besparingen, sterk stand houdt en kan rekenen op een ruime waardering bij kijkers en luisteraars. Uit de benchmark waar hier al uitgebreid uit geciteerd is en de EBU-analyse bleek duidelijk dat de VRT erg goed scoort in vergelijking met andere Noord-West-Europese openbare omroepen.
De openbare omroep moet daarom een marktaanvullende en marktversterkende rol blijven spelen zodat alle Vlaamse mediabedrijven beter in staat zijn om hun maatschappelijke waarde te leveren en bij te dragen aan de kwaliteit van de Vlaamse samenleving.
Ik zal nu een aantal punten overlopen waarbij wij de VRT als een dienstverlenend overheidsbedrijf zien. De VRT heeft een ruime decretale opdracht. Daar is vandaag al veel over gezegd. Er moet een kwalitatief hoogstaand aanbod blijven in de sectoren informatie, cultuur en educatie waarbij de VRT prioritair op de kijker en luisteraar gerichte informatie- en cultuurprogramma’s brengt maar daarnaast ook sport, eigentijdse educatie, eigen drama en ontspanning. Daarbij moet altijd de nadruk liggen op de onderscheiden, innovatieve, kwalitatieve, onafhankelijke en gevarieerde programmering van de openbare omroep om een zo groot mogelijk en gevarieerd publiek te bereiken.
Die zin – ik zie mevrouw Segers niet meer – komt letterlijk uit de vorige resolutie van vijf jaar geleden. Men vond dat toen dus al. We blijven dat vinden.
Er is iets belangrijks dat misschien nog onvoldoende aan bod is gekomen, namelijk dat de VRT voor ons ook als grootste cultuurinstituut gemeenschapsvormend moet zijn en de Vlamingen moet verbinden door in haar programma’s aandacht te hebben voor brede maatschappelijke discussies, maar ook door een signaalfunctie te hebben in plaats van een volger te zijn van de waan van dag en door kwaliteit en respect als basiswaarden te hebben voor al haar activiteiten.
Wat sport betreft, wordt de klemtoon inderdaad verlegd van live-sportverslaggeving – niet dat die er niet meer zal zijn, maar er is een verschuiving – naar duiding, vanuit die verbindende maatschappelijke rol en gelet op de aanvullende decretale opdracht inzake sport. Het is inderdaad aanvullend, niet prioritair. Het staat zo al in het decreet. Ik snap soms niet dat dat hier allemaal zoveel beroering met zich meebrengt.
De VRT moet een meer uitgesproken rol vervullen inzake mediawijsheid, dit als intrinsiek onderdeel van haar educatieve opdracht. Ook na de stopzetting van OP12 moet de VRT voor ons – en dat is heel belangrijk – een uitgebreid en kwaliteitsvol aanbod op radio, televisie en andere mediaplatformen aanbieden, zowel voor de kinderen als voor jongeren die uit Ketnet zijn gegroeid.
Wij vragen heel uitdrukkelijk dat er een duurzame oplossing komt voor het VRT-archief, in samenwerking met het Vlaams Instituut voor Archivering, met het oog op prioritaire ontsluiting voor onderwijs en lokale bibliotheken. De VRT moet voor ons ook in samenwerking met de onderwijssector op basis van het beschikbare actuele materiaal een aanbod uitwerken van gebruiksklare audiovisuele producten die aansluiten bij de leerplannen en handboeken, vergelijkbaar met het proefproject Testbeeld van VIAA met het VRT-archief.
Ook de ondersteuning van het verenigingsleven – dat is nog helemaal niet aan bod gekomen – en het bevorderen van het wederzijds begrip in onze samenleving behoort tot die educatieve opdracht van de openbare omroep.
Diversiteit is al uitgebreid aan bod gekomen. We denken dat die centraler in de organisatie mag worden gezet zodat de hedendaagse superdiverse samenleving op een meer accurate manier aan bod komt en stereotypering wordt geweerd.
Verder herhalen we iets dat al in de vorige beheersovereenkomst stond. We wensen namelijk dat er in het VRT-jaarverslag een concreet meetbaar geheel van performantiemaatstaven wordt gehanteerd om de maatschappelijke meerwaarde van de openbare omroep te evalueren. Ook de maatschappelijke en gemeenschapsvormende meerwaarde van alle radionetten moet daarin worden aangetoond. We hebben bij de laatste jaarverslagen ondervonden dat dat niet zo’n evidente oefening is voor de VRT, maar we hebben het er toch in laten staan.
CD&V denkt dat de VRT voor nieuws en duiding een voorbeeldfunctie moet vervullen inzake een waarheidsgetrouwe, deontologisch verantwoorde pluralistische en onpartijdige berichtgeving. De VRT-nieuwsprogramma’s moeten zo veel mogelijk mensen bereiken om hen als een betrouwbare gids te leiden doorheen de overvloed aan informatie die er op de mensen afkomt en daarbij ook duiding en tekst bieden.
De VRT moet ook een sterk aandeel buitenlandberichtgeving, onderzoeksjournalistiek en berichtgeving over cultuur doen. We denken ook dat het interessant is om via de openbare omroep wat meer informatie te krijgen over de Brusselaars en over het Waalse Gewest, via journaals, informatieprogramma’s enzovoort. Heel specifiek is er deze keer in het voorstel van resolutie extra aandacht gevraagd voor een documentairebeleid.
Het is essentieel dat alle Vlamingen worden bereikt door de VRT-radio, inclusief de moeilijk bereikbare en commercieel misschien wat minder interessante doelgroepen. CD&V verstaat daar onder andere onder dat medioren, senioren en hoogbejaarden toch ook een aangepast radioaanbod zouden moeten kunnen krijgen. Nu krijgen we op een aantal zenders toch enkel het hippe te horen.
Mevrouw Brouwers, ik neem aan dat u niet pleit voor een aparte seniorenzender?
Dat heb ik niet gezegd.
Dat is niet mijn vraag. Ik las in de krant dat u die groeiende doelgroep wilt bedienen.
In uw voorstel van resolutie doet u geen uitspraak over de radiozenders. De VRT heeft vijf radiozenders. Dat zijn stabiele, stevige merken: Radio 1, Radio 2, MNM, StuBru en Klara. Mag ik eens aan de meerderheid vragen wat de visie is?
Het is niet omdat we daarover op dit moment geen uitspraken doen, dat er op termijn geen dingen kunnen gebeuren in het radiodossier. Maar op dit moment is er geen aanwijzing dat er voor de VRT iets moet veranderen. Meer kan ik daarover niet zeggen.
Mogen we het zo begrijpen: u spreekt zich er niet over uit omdat u de opening wilt laten om toch, eventueel, een zender, MNM of Klara, te laten verdwijnen?
Men is nog volop bezig met alle frequenties mooi naast elkaar te leggen. Dat is een project waar ingenieurs mee bezig zijn. Men moet bekijken wat mogelijk is. Maar als er bij de VRT geen radiozender moet verdwijnen, zal er ook geen verdwijnen. Ik veronderstel dat het, volgens de informatie die wij hebben, niet eens nodig zal zijn. Daarom hebben wij er zelfs geen aandacht meer aan besteed. Maar ik kan net zoals u, mevrouw Segers, niet in een glazen bol kijken. Ik zal daar dus voorzichtig over zijn.
Met betrekking tot het radioaanbod vinden wij natuurlijk dat er een grote diversiteit aan muziekgenres moet zijn. Ook in primetime. De muzieksector heeft ons laten weten dat dat ook eens moet worden bekeken.
Dan moet ik het nogmaals hebben over die drietrapsraket. Die is er net om die tussentijdse evaluatie te vermijden. Volgens mij is er onder het beleid van toenmalig minister Lieten nooit echt een tussentijdse evaluatie geweest. De tussentijdse evaluatie die nu, vanwege de besparingen, bezig is, is na een jaar nog altijd niet afgerond. Dat is ook een moeilijke oefening. Daarom denken wij dat een lichte procedure, met die drietrapsraket, de zaken wat vlotter kan trekken. Zo kunnen wij vermijden dat wij om de haverklap vragen moeten laten stellen in de commissie. Nietwaar, voorzitter? Onlangs ging het weer over Wieni, enzovoort. Ofwel worden die zaken goed afgesproken in de beheersovereenkomst, ofwel gebruik je de drietrapsraket, zonder die hele overeenkomst te moeten heronderhandelen, en daar maanden of zelfs een jaar over te doen.
Over de stabiele financiering heb ik daarnet al iets gezegd. De financiering moet behouden blijven, maar de commerciële inkomsten moeten marktconform gerealiseerd worden. De inkomsten die hoger zijn dan het huidige vastgelegde plafond, of het plafond dat zal worden vastgelegd, moeten worden geïnvesteerd in het Mediafonds van het VAF.
Net zoals de heer Vandaele zijn wij met betrekking tot de betalende previews enigszins teruggekomen op onze eerste stappen. Eerst zeiden we dat we toch het kijk- en luistergeld niet opnieuw zouden invoeren. Neen, ik denk het ook niet. Zelfs niet door hier de deur op een kier te zetten. Wat ons betreft, zou dit eigenlijk best enkel toegelaten worden, bijvoorbeeld voor fictiereeksen die met de steun van het VAF-Mediafonds gerealiseerd werden. Dat moet in een beperkend kader gegoten worden.
CD&V hecht erg veel belang aan de levensbeschouwelijke uitzendingen op de openbare omroep. Het huidige systeem van erkende organisaties heeft heel wat voordelen. Het is gebaseerd op de expertise en de betrokkenheid van de levensbeschouwelijke organisaties. De zendtijd wordt evenredig verdeeld. Het is een relatief goedkoop systeem.
De CD&V wenst dat het nieuwe model, dat nu wordt geïnitieerd, rekening houdt met de volgende aspecten: de blijvende betrokkenheid van de huidige erkende verenigingen bij het format en de inhoud van de levensbeschouwelijke programmatie op de VRT. In die programmatie moet men specifieke aandacht besteden aan iedere levensbeschouwing vanuit de eigenheid, kennis en expertise van de levensbeschouwing zelf. Het moet ook gaan om intellectueel eerlijke informatie en geen potpourri of een amusementsprogramma worden, dat mag dus ernstig worden. De aandacht en zendtijd zijn het best evenredig met het gewicht van de levensbeschouwing in de Vlaamse samenleving, hoewel je dat niet precies kunt afmeten. Meer dan in het verleden kan er aandacht gaan naar dialoog tussen de verschillende levensbeschouwingen door met een nieuw systeem te werken.
Het is eigenlijk zeer jammer dat de minister hier niet aanwezig was. Ik zou hem anders heel veel succes willen toewensen om de onderhandelingen met de openbare omroep tot een goed einde te brengen, zodat de VRT de opportuniteiten die de digitale revolutie biedt om nieuwe vormen van connectie tot stand te brengen, optimaal kan benutten als verbindend en gemeenschapsvormend, dienstverlenend overheidsbedrijf.
Mevrouw Brouwers, ik ben het met 95 procent van uw woorden eens.
Dat is al meer dan 80 procent.
U zegt het ook op een milde manier, in tegenstelling tot ons, die misschien iets agressiever zijn geweest.
Helemaal in het begin van uw betoog had u het over de marktaanvullende en marktversterkende rol van de VRT. Ik heb enige moeite met het begrip marktaanvullende rol. Zo maak je geen nevenstelling tussen de commerciële omroepen en de openbare omroep. Als je alles wat de commerciële wereld zou kunnen doen, overlaat aan de commerciële wereld, dan moet je geen fictie en geen nieuws maken, want ook de commerciële wereld maakt nieuws. In deze delicate materie kunnen we niet louter vanuit dat marktfalen denken. De VRT heeft een nevengeschikte positie ten aanzien van de rest van het veld en dat moeten we ook zo vasthouden. Ik wil deze bekommernis nog eens uiten.
Mijnheer Caron, misschien hebt u mij niet juist begrepen. Ik heb het woord ‘marktverstorend’ niet in de mond genomen. Hoewel het in het voorstel van resolutie staat, waar het gaat over de sportrechten. Ik wil daar niets van afdoen. Ik heb wel gesproken over marktversterkend blijven. Ik zei dat we net een heel goed uitgebalanceerd media-ecosysteem hebben en dat de rol van de VRT zoals die tot op heden is gespeeld, over het algemeen net die marktversterkende rol is. Dat is ons uitgangspunt. Dat de markt hier en daar al eens wordt verstoord, onder andere online en met het bedreigen van de geschreven pers, dat weten we en dat moeten we blijven vermijden. Het marktversterkende is, zoals collega De Gucht al zei, een van de grote lijnen in het voorstel van resolutie. Het is iets wat de VRT al doet en nog meer zal moeten doen in de toekomst. (Applaus bij CD&V)
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemmingen over de voorstellen van resolutie houden.