Verslag plenaire vergadering
Verslag
Voorstel tot spoedbehandeling
Dames en heren, vanmiddag heeft de heer Matthias Diependaele bij motie van orde een voorstel tot spoedbehandeling gedaan van het voorstel van resolutie van Grete Remen, Francesco Vanderjeugd, Ward Kennes, Tine Soens en Wouter Vanbesien betreffende het ethisch verantwoord en duurzaam ondernemen, meer specifiek met betrekking tot de kledingproductie in het kader van het Bangladesh-charter.
Mevrouw Remen heeft het woord.
Voorzitter, de hoogdringendheid wordt ingeroepen wegens de timing, want het is vrijdag aanstaande de Internationale Dag tegen Kinderarbeid.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
Dan stemmen wij bij zitten en opstaan over het voorstel tot spoedbehandeling.
De volksvertegenwoordigers die het voorstel wensen aan te nemen, wordt verzocht op te staan.
De tegenproef.
Het voorstel tot spoedbehandeling is aangenomen. Dan stel ik voor dat het voorstel van resolutie van Grete Remen, Francesco Vanderjeugd, Ward Kennes, Tine Soens en Wouter Vanbesien betreffende het ethisch verantwoord en duurzaam ondernemen, meer specifiek met betrekking tot de kledingproductie in het kader van het Bangladesh-charter onmiddellijk wordt behandeld.
Is het parlement het daarmee eens? (Instemming)
Het incident is gesloten.
Bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van resolutie van Grete Remen, Francesco Vanderjeugd, Ward Kennes, Tine Soens en Wouter Vanbesien betreffende het ethisch verantwoord en duurzaam ondernemen, meer specifiek met betrekking tot de kledingproductie in het kader van het Bangladesh-charter.
De bespreking is geopend.
Mevrouw Remen heeft het woord.
Geduld is een ethische deugd. We hebben lang moeten wachten. Vrijdag 12 juni is het de Internationale Dag tegen Kinderarbeid. Voor mijn en uw kinderen is dat gelukkig een ver-van-ons-bedshow maar voor duizenden gezinnen en meer bepaald voor 220 miljoen kinderen is dat een harde dagelijkse realiteit. Het is nu het moment om dit aan te grijpen.
De recente tweede verjaardag van de instorting van de Bengaalse fabriek Rana Plaza en het debat over de Indische kasseien tonen nog maar eens aan dat we nu moeten handelen tegen kinderarbeid en andere mensonwaardige werkomstandigheden.
Onze verontwaardiging is vaak van korte duur en geconcentreerd in enkele tweets of opiniestukken, maar we kunnen niet eindeloos ter plaatse blijven trappelen en blijven debatteren over hoe misnoegd we allemaal zijn. Daarom hebben alle Vlaamse partijen in dit halfrond deze verontwaardiging vastgegrepen en gebruiken ze die als noodzakelijke olie om de motor van duurzaam en ethisch ondernemen te doen starten. Maar het momentum is breder dan dat. We hebben vandaag genoeg in handen om die motor ook te doen blijven draaien. Deze thematiek raakt zowel consument als overheden, en dat is positief. De consument is zich steeds meer bewust van de implicaties op mens en natuur van onze materiële behoeften en de keten die deze op gang brengen, een keten die vaak nog de halve of hele wereld rond gaat.
Recent nog toonde onderzoek aan dat de Belgische consumenten wel belang hechten aan duurzaamheid, maar tegelijk zijn ze het gewauwel beu, zo toonde diezelfde bevraging aan. Mensen willen ethischer kopen maar er ook zeker van zijn dat ze dat dan werkelijk doen. Ze willen transparantie en duidelijkheid. En net van die transparantie en duidelijkheid is er momenteel geen sprake.
Hoe staat het aan de andere kant, bij onze bedrijven? Zij bevinden zich te midden van een aantal onomkeerbare evoluties: nieuwe businessmodellen dringen zich op, de digitalisering brengt vraagstukken met zich mee en de globalisering krijgt steeds meer facetten, en niet enkel positieve.
Productieketens werden de voorbije jaren steeds meer uitgerekt en gespreid, vaak met productiekost als enige verdeelsleutel. Voor zover het eigen geweten van onze bedrijfsleiders, zowel kmo’s als multinationals, niet begint te knagen, zijn er ook nog de sociale media die hen op de hielen zitten en breed schandalen rapporteren aan consumenten over de hele wereld. Reputatieschade is een van de voornaamste risico’s waar bedrijven zich vandaag tegen willen wapenen en die hen doet beseffen dat ze niet anders kunnen dan hun keten aan te passen aan de vereisten van hun klanten.
En dan is er nog een derde partij in het spel, mat name wij of de overheid. In dit verhaal kunnen en willen we niet optreden als een autoritaire regulator. Maar we moeten wel de rol opnemen die ons is toegeschreven, namelijk het algemeen belang vrijwaren en maatschappelijke ontwikkelingen faciliteren. En dat is wat we vandaag vragen met dit voorstel van resolutie. De kern van deze resolutie ligt in de transparantie van die productieketen, in dit geval de textielsector. De consument en alle tussenhandelaars willen weten hoe en waar kleding geproduceerd is.
De Europese richtlijnen met betrekking tot niet-financiële rapportering zullen al een deel van de lucht doen opklaren, maar we kunnen zelf meer doen en in beweging brengen. Voor ons is het van groot belang dat we, samen met de federale overheid, de sectorfederaties Fedustria, Creamoda en Comeos aanmoedigen hun leden en retailers actief te doen toetreden tot het Bangladesh Akkoord en de Fair Wear Foundation. Het Bangladesh Akkoord zorgt ervoor dat alle ondertekenaars hun leverancierslijsten met elkaar delen. Op die manier wordt de kledingproductieketen een stuk transparanter. Vandaag hebben amper zes Belgische bedrijven dit gedaan.
Ten slotte moeten we ook in eigen boezem durven te kijken. Ook de Vlaamse Regering moet rekening houden met de basisbeginselen van een ethisch en duurzaam aankoopbeleid. Dat wordt gesteld door verschillende beleidsnota’s en vandaag al in de praktijk omgezet. Maar het kan altijd beter, natuurlijk.
Daarom, beste collega’s, vraag ik jullie vandaag om mee in dit positivisme te stappen, om ons knagende geweten en dat van de burgers alvast in een eerste stap te proberen concretiseren en ons voorstel van resolutie te aanvaarden, kamerbreed gedragen. Ik dank u. (Applaus)
De heer Vanderjeugd heeft het woord.
Voorzitter, beste collega’s, eerst en vooral wil ik van de gelegenheid gebruikmaken om mijn collega’s die mee hebben gewerkt aan dit voorstel van resolutie te bedanken.
Wie van ons reageerde niet verontwaardigd toen hij het nieuws hoorde van de instorting van het Rana Plaza-gebouw in Bangladesh nu ongeveer iets meer dan twee jaar geleden? Wie van ons kreeg geen koude rillingen bij het zien van deze foto: een jong koppel, arm in arm bedolven onder het puin? (De heer Francesco Vanderjeugd toont een foto)
Een omhelzing uit angst, een omhelzing tot in de dood. Een gigantisch drama, dat, zoveel is duidelijk, kon worden vermeden. Deze twee jonge mensen, die in mensonwaardige omstandigheden onze kleren maakten, hebben nooit de kans gekregen om de toekomst te omarmen!
De internationale druk op de Bengaalse overheid was groot, ook vanuit ons land. Maar zoals met zoveel zaken, doet tijd vergeten. Nu twee jaar verder zijn de veertig miljoen arbeiders die actief zijn in de confectie-industrie in Bangladesh nog steeds niet beschermd tot op een internationaal aanvaardbaar niveau, zoals beloofd door de Bengaalse overheid.
Beste collega’s, of het nu gaat om goedkope of dure kledij, de consument heeft het recht om te weten waar zijn aankopen vandaan komen en op welke manier ze worden geproduceerd. Als daar kinderarbeid bij te pas komt, moeten wij dat een halt toeroepen! Kinderen horen niet in een fabriek, zij horen op de schoolbanken waar zij een betere toekomst tegemoetzien en vooral een menswaardig bestaan.
Beste collega’s, met dit voorstel van resolutie willen we niet alleen de aandacht vragen voor deze problematiek, maar wij willen ook voor onze eigen deur vegen. We vragen dan ook aan de Vlaamse Regering om een verantwoord ethisch aankoopbeleid te stimuleren, ook bij de lokale overheden. Als initiatiefnemers vinden we het dan ook belangrijk om in te zetten op bewustwording. Daarom vragen we ook aan de Vlaamse overheid om samen met de federale overheid en de sectorfederaties hun leden aan te moedigen om het Bangladesh Veiligheidsakkoord te ondertekenen en toe te treden tot de Fair Wear Foundation. Vlaamse ondernemingen die hier een voorbeeldrol vervullen, zouden daarbij visibel kunnen worden gemaakt.
Een laatste belangrijk punt uit dit voorstel van resolutie is dat wij druk moeten blijven zetten op de Bengaalse overheid om de arbeidswet te amenderen. Uiteraard is Bangladesh maar het topje van de ijsberg.
Uiteraard is Bangladesh maar het topje van de ijsberg. Het einddoel is voor ons in ieder geval duidelijk. Het einddoel moet een wereld zijn waar ethisch ondernemen de norm is, waar kinderarbeid verleden tijd is en rechten van arbeiders geen bijzaak zijn.
Beste collega’s, ik vraag dan ook aan dit parlement om dit voorstel van resolutie te steunen en de Vlaamse Regering te verzoeken extra in te zetten op initiatieven die ethisch ondernemen ondersteunen, wereldwijd. (Applaus)
De heer Kennes heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, met dit voorstel van resolutie willen we een aantal schrijnende problematieken onder de aandacht brengen. Het voorstel van resolutie klaagt niet alleen de misstanden aan in Bangladesh. Door dit specifieke probleem naar voren te brengen, roepen we de kledingindustrie en alle actoren die daarbij betrokken zijn, op om hun verantwoordelijkheid te nemen. Ik wil benadrukken dat, ook al focust dit voorstel van resolutie op één specifiek land en één specifieke sector, dit voor ons maar een symbool is waarmee we ook aandacht vragen voor alle andere sectoren en landen. Ik denk dan aan Argentinië en de kledingindustrie, India en de thuisarbeid, kledingproductie en de steenkappers, kinderarbeid bij de katoenpluk in Turkije of de bouw van stadions in de Golfstaten. De rij kan nog worden aangevuld.
Wat zijn de wezenlijke punten? Zelfregulering, waarmee men begonnen is in Bangladesh, verdient een kans. Maar als manifest blijkt dat die zelfregulering faalt, zoals de rampen in Bangladesh, waarvan er een aantal zijn opgenomen in het voorstel van resolutie, aantonen, dan moet men een stap verder gaan. Dan is een onafhankelijke controle broodnodig. Uiteraard moeten ook de inkopende modebedrijven mee die controles verrichten, want zij zijn verantwoordelijk voor wat er in hun rekken belandt.
In 2015 werden in het kader van het Bangladesh Akkoord al 2700 fabrieken geïnspecteerd op het vlak van gebouwveiligheid, brandveiligheid en elektriciteit. In nagenoeg alle fabrieken werden veiligheidsrisico’s vastgesteld, ook dit jaar nog. In 26 fabrieken was het risico zo groot dat ze definitief of tijdelijk werden gesloten.
Het is belangrijk om vast te stellen dat het Bangladesh Akkoord op het terrein zijn nut bewijst en dat er zaken kunnen worden veranderd als men dat wil. Daarom willen we de Vlaamse bedrijven ertoe aanzetten om dat akkoord te ondertekenen waardoor zij zich engageren om de producerende bedrijven in het buitenland veiliger te maken en om mee te investeren in de noodzakelijke verbeteringen. Met in verhouding beperkte middelen kunnen zeer grote stappen vooruit worden gezet.
Het is belangrijk dat de plaatselijke overheid erop toeziet dat de arbeidswetgeving wordt nageleefd. Maar de arbeidswetgeving is in een aantal landen onvoldoende uitgewerkt. Vaak beschikt het betrokken land ook niet over de capaciteit om ze af te dwingen. Daarom is het ook een aandachtspunt om onze ontwikkelingshulp mee in te zetten als een hefboom om landen in het Zuiden te helpen bij de uitbouw van afdwingbare arbeidsrechten en sociale bescherming.
Voorzitter, ik heb nog twee bemerkingen. Aandacht voor de textielfabrieken is belangrijk, maar er is natuurlijk ook nog een achterliggende schakel in de productieketen, zoals de spinnerijen. Ook daar zijn er schendingen van de arbeidsrechten.
Ten slotte: veiligheid is absoluut noodzakelijk, net als respect voor de arbeidsnormen. Het Bangladesh Akkoord regelt dat, maar zegt verder niets over een leefbaar loon. Het is noodzakelijk om dit niet uit het oog te verliezen. In het kader van het actieplan van de Nederlandse textielsector werd er afgesproken om een leefbaar loon in de toeleveringsketens te realiseren tegen 2020. Een leefbaar loon is nog iets anders dan de arbeidsveiligheid. Ik ben van oordeel dat we ook in Vlaanderen en België van zo’n initiatief werk moeten kunnen maken. (Applaus)
Mevrouw Soens heeft het woord.
Onze fractie ondersteunt dit voorstel van resolutie uiteraard. Ik sluit mij aan bij de vorige sprekers. We hopen wel dat het niet alleen over de kledingsector gaat, maar dat het ook in alle andere sectoren geldt waar kinderen aan het werk zijn en waar er slechte arbeidsomstandigheden zijn.
In samenspraak met de andere indieners zou er nog een kleine aanpassing moeten gebeuren. Daarom licht ik het mondeling toe. In het stukje “vraagt de Vlaamse Regering” moet “2° in de textielsector” worden aangepast naar “2° onder andere in de textielsector”.
Ik dank u alvast.
De heer Rzoska heeft het woord.
Ik wil ook onze steun voor dit voorstel van resolutie uitspreken, omdat het een aantal zaken terecht stelt, ook op basis van internationale gebeurtenissen die iedereen toen geschokt hebben. Wat ook zeer belangrijk is en wat wij zeer waarderen in dit voorstel van resolutie, is dat er ook voor eigen deur wordt geveegd en dat er een aantal dingen worden gevraagd van de Vlaamse Regering, maar ook van andere regeringen, om in het eigen aankoopbeleid dat maatschappelijk verantwoord ondernemen in de praktijk om te zetten. Wat voor ons ook belangrijk is, en wat we in het verleden ook al benadrukt hebben, heeft te maken met die internationaliseringsstrategie. Die scope moet er ook in komen bij wat we zelf doen via Flanders Investment & Trade.
Ook vanuit onze fractie zullen we het voorstel van resolutie dus steunen.
De heer Janssens heeft het woord.
Voorzitter, ik wil mij alleen maar aansluiten bij de vorige collega’s: dit is een thema dat kamerbrede steun verdient. Wij zullen dit dan ook, zoals zal blijken bij de stemming, van ganser harte steunen.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van resolutie houden.