Verslag plenaire vergadering
Verslag
Voorstel tot spoedbehandeling
Dames en heren, vanmiddag heeft de heer Björn Rzoska bij motie van orde een voorstel tot spoedbehandeling gedaan van het voorstel van resolutie van Elke Van den Brandt betreffende het Brussels medialandschap.
Mevrouw Van den Brandt heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, het inhoudelijke debat hebben we daarnet gevoerd, maar de hoogdringendheid betreft het feit dat het plan dat deze week door de raad van bestuur werd goedgekeurd, onmiddellijk in uitvoering is. Er is al iemand ontslagen en tegen het einde van de maand zullen nog een hoop mensen hun ontslag krijgen. Tegen het einde van de maand zal ook de zender FM Brussel, waar het vooral om draait, ophouden te bestaan.
Als wij nu naar een normale procedure in de commissie gaan, zullen wij vijgen na Pasen krijgen. Als we een serieus debat willen voeren over het voorbestaan van die Brusselse media, dan moeten we hierover onmiddellijk uitspraken doen. Het is nu het moment om te zeggen dat de politiek de beslissing van de raad van bestuur niet steunt. Het is de raad van bestuur die onafhankelijk een keuze maakt. Als politici kunnen we ons daarover uitspreken. Dit is een kans om een signaal te geven aan Brussel en aan het massale protest dat nu ontstaat, om de ongeruste personeelsleden bij te staan en om te vragen dat dit strategische plan on hold wordt gezet.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
Dan stemmen wij bij zitten en opstaan over het voorstel tot spoedbehandeling.
De volksvertegenwoordigers die het voorstel tot spoedbehandeling wensen aan te nemen, wordt verzocht op te staan.
De tegenproef.
Het voorstel tot spoedbehandeling is aangenomen. Dan stel ik voor dat het voorstel van resolutie van Elke Van den Brandt betreffende het Brussels medialandschap onmiddellijk wordt behandeld.
Is het parlement het daarmee eens? (Instemming)
Het incident is gesloten.
Bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van resolutie van Elke Van den Brandt betreffende het Brussels medialandschap.
De bespreking is geopend.
Mevrouw Van den Brandt heeft het woord.
Heel veel inhoudelijke elementen zijn daarstraks al aangehaald. Ik zal die niet herhalen. De kern van het verhaal is dat er een strategisch plan is uitgerold voor een nieuwe strategie voor de Vlaams-Brusselse media. Die nieuwe strategie is uitgedokterd door een aantal consultants en in overleg met de raad van bestuur, maar die heeft geen breed overleg gehad en wordt heel duidelijk niet gedragen, noch door de personeelsgroep van de Vlaams-Brusselse media – dat zijn dan toch experten ter zake – noch door de Brusselaars zelf, die het gevoel hebben dat hun radiozender hun wordt ontnomen.
Bovendien kregen we verschillende hints over wat er mogelijk nog in dat strategische plan kan staan. Zo zouden er nog een aantal hervormingen zijn en zijn een aantal zaken nog onduidelijk. Kortom: de impact van de beslissing die genomen zal worden, is heel groot. Als politici kunnen wij het niet maken om ons niet te mengen in dat debat, om aan de zijlijn te blijven staan en te kijken hoe een raad van bestuur beslissingen neemt, temeer ook omdat minister Gatz een parallel trok met de VRT en aangaf dat we een gelijkaardige oefening moeten doen bij de VRT.
Het is belangrijk dat wij als politici, als parlement, een signaal geven dat wij vinden dat een multimediaal landschap samengesteld is uit meerdere media. Dat is de definitie van multimediaal. Als je dan één mediapoot wegneemt, zijnde de radio, ben je niet meer multimediaal. Het is dus essentieel dat een multimediaal landschap uit verschillende media bestaat. Radio is niet dood, radio heeft nog een functie in onze maatschappij. Dat is algemeen erkend. Zomaar een volledige mediapoot schrappen, is een domme beslissing.
In heel die toestand werd de kwaliteit van FM Brussel op nog geen enkel moment in twijfel getrokken. Iedereen erkent de kwaliteit van de zender en de nieuwsberichtgeving. Iedereen waardeert de inzet van de zender. Het gemeenschapsvormende aspect wordt door niemand betwist. We zien wat de zender betekent, hoe de mensen emotioneel geraakt zijn door de beslissing dat hun radio wordt afgenomen. Dat is zo omdat die radio meer is dan enkel een nieuwszender. Die radio is een wezenlijk deel van de Brusselse identiteit en van de Brusselaars.
Met dit voorstel van resolutie vragen wij een aantal zaken. Met name, om de uitrol van de beslissingen op te schorten. Er zijn beslissingen genomen door de raad van bestuur, maar het is nu aan de politiek om het signaal te geven dat deze beslissingen on hold moeten worden gezet. Vooraleer ze worden uitgevoerd, willen wij een debat. Er moet met spoed overleg komen met de raad van bestuur van de Vlaams-Brusselse Media (VBM). Er moet een publiek debat komen over dit strategisch plan, en een maatschappelijk debat gevoerd worden.
Verder vragen we om het belang van een radiozender in een brede waaier van mediakanalen te erkennen en om na te gaan of alle regels correct zijn gevolgd in deze besluitvorming. Ik hoop dat de collega’s die op verschillende manieren hun twijfels hebben geuit, ofwel zich hierachter scharen, ofwel zeggen wat niet goed is. Ik ben helemaal bereid om amendementen op deze tekst met u te bespreken. De conclusie moet vooral zijn dat we een debat voeren en dat de beslissingen worden stopgezet.
De heer Bajart heeft het woord.
Mevrouw Van den Brandt, ik versta natuurlijk uw beweegredenen en uw bekommernissen. Maar als ik uw voorstel van resolutie lees, zie ik dat de vijf eerste vragen vertrekken van een wantrouwen tegenover de beheersorganen en de bestuurders van de VBM. Uiteraard is de communicatie niet feilloos verlopen, maar dat betekent volgens mij niet dat we ons geloof in de organisatie moeten en kunnen verliezen. De vzw is autonoom, van de omvang van een belangrijkere kmo, en is samengesteld op basis van de cultuurpactwetgeving. Alle partijen zijn betrokken, ook de vertegenwoordigers van Groen stemden daar vóór.
De minister haalde aan dat iedereen zijn rol moet spelen. Het beleid en de politiek zetten de krachtlijnen uit. Dat is één zaak. De partner vult dit in met de nodige autonomie en vrijheid. Uit het antwoord op de actuele vragen van mezelf en de collega’s begrijpen wij dat het project qua ambitie verder reikt dan de som van de ambities van de aparte media. Het doel is – en dat bleek uit het antwoord – dat het Vlaams media-aanbod in Brussel sterker moet worden op langere termijn. Laat ons het vertrouwen behouden in het lopende besluitvormingsproces en in de kennis en expertise van de bestuurders van de VBM. Dat is het voor de eerste vijf vragen.
Ik sluit af met de zesde vraag. Uiteraard is de minister bereid om uitleg te geven over die nieuwe strategie. Dat spreekt voor zich.
Mevrouw Idrissi heeft het woord.
Voorzitter, we hebben al een debat gehad. Ik heb al enkele argumenten naar voren geschoven. Ik blijf daarachter staan.
We hebben onze bekommernissen medegedeeld. We hebben aan de minister gevraagd om de raad van bestuur daarvan op de hoogte te brengen en het plan bij te sturen. Ik heb begrepen via de media dat zowel minister Gatz als minister Smet die bekommernissen gaan meenemen en aan de raad van bestuur voorleggen, en dat ze gaan vragen om het plan bij te sturen. Ik denk dat we gaan afwachten wat daarvan in huis komt en daarna onze reactie gaan bepalen.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, het debat is al grotendeels gevoerd. De fusieoperatie op zich is al een hele tijd aan de gang. Het lijkt ons logisch en absoluut noodzakelijk dat er gezocht wordt naar efficiëntiewinsten. De crossmediale samenwerking is inderdaad essentieel. De minister heeft daarnet al gezegd dat veranderingen altijd op til zijn, zeker in de media. Dat is logisch. Dat is eigen aan de media. Laat ons alstublieft niet terugkeren naar een BRT-verhaal.
De 21e eeuw is de 20e eeuw niet. Denken we dus ook aan de rol van het onlinegebeuren als portaal en de rol van sociale media. Er is ook voldoende de nadruk gelegd op het digitaal mediaplatform dat al dan niet rond Brusselnieuws zal worden opgebouwd.
We zijn een partij die voorstander is van verandering. We willen dus ook met een open blik zoeken naar de beste toekomst voor die Brussels-Vlaamse media. Die media zijn absoluut nodig en wat ons betreft, vormen ze ook een meerwaarde in Brussel, maar dan verder uitgebouwd rond een digitaal mediaplatform.
Voor ons moet de zichtbaarheid van Vlaanderen in Brussel worden versterkt, maar dan wel op een eigentijdse manier. We denken dat dat wel degelijk mogelijk is.
De zin van dit voorstel van resolutie is voor ons absoluut niet duidelijk. Er is overleg. Er mag zeker en vast nog bijkomend duidelijkheid worden gegeven en daarvoor moeten er nog afspraken worden gemaakt. Ik hoorde daarstraks dat er nog bijkomend overleg geweest is met het personeel. Ik stel vast dat er in het voorstel van resolutie weinig wordt gesproken over dat digitaal mediaplatform. Voor ons is de verdere uitbouw alleszins een stap voorwaarts.
Ik kan dus aankondigen dat wij dit voorstel van resolutie niet zullen steunen.
De heer Poschet heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, dit parlement heeft deze middag uiting gegeven aan een breed gedragen bezorgdheid en ook een sterk signaal gegeven aan de minister en aan de buitenwereld, een signaal dat is opgepikt. De bal ligt nu in het kamp van de raad van bestuur van de vzw Vlaams Brusselse Media. Dit voorstel van resolutie biedt voor de rest geen meerwaarde. Onze fractie zal dit dan ook niet steunen.
Ik heb van de heer Vanlouwe van de N-VA een duidelijk standpunt gehoord. Hij zegt eigenlijk dat men de vooruitgang die er is, steunt. Wij verschillen van mening en dat mag, maar het is een duidelijk standpunt. Dat u daarom dit voorstel van resolutie niet goedkeurt, begrijp ik, want u staat achter de beslissingen van de raad van bestuur en u wilt daarmee voortgaan.
Collega’s, van de anderen heb ik eigenlijk geen standpunt gehoord waarin u achter de raad van bestuur staat. Mijnheer Poschet, u zegt dat er een breed gedragen bezorgdheid is, maar dat u de bal in het kamp van de raad van bestuur legt. Wel, dat is net het probleem. De raad van bestuur heeft een strategische beslissing genomen waar u zelf heel wat kritische vragen bij hebt. U hebt als parlementslid de bevoegdheid – u bent daarvoor verkozen – om een signaal te geven. U gaat dat niet doen en afwachten wat eruit zal komen.
Mevrouw Idrissi, u zegt dat u de bekommernissen deelt – ik ben uiteraard blij om dat te horen – maar dat u van minister Gatz en minister Smet hebt gehoord dat ze de bezorgdheden zullen overmaken. U kunt er vertrouwen in hebben dat ze die zullen overmaken, maar dit ontwerp van resolutie geeft hun het mandaat om ze verplicht over te maken en ook actie te ondernemen. Er is vanmiddag overleg geweest met het personeel van de Vlaams Brusselse Media en de voorzitter van de raad van bestuur heeft daar alvast te verstaan gegeven dat het plan niet zal worden gewijzigd en wel zal worden uitgevoerd. Als u zoveel vertrouwen hebt in het verder functioneren van die raad van bestuur, dan stemt u eigenlijk impliciet in met wat er gebeurd is. Dan moet u dat ook met zoveel openheid zeggen en toegeven dat u hiermee akkoord gaat.
Mijnheer Bajart, u zegt dat dit ontwerp van resolutie vertrekt van wantrouwen in de beheersorganen. Ik vrees dat dit inderdaad zo is. Ik heb wantrouwen in een bestuursploeg die deze beslissing heeft genomen. De vzw heeft autonoom een beslissing genomen. Ze is effectief samengesteld volgens het Cultuurpact, maar er zitten experts in die autonoom een beslissing hebben genomen. Het is nu aan de politici om een standpunt in te nemen. Het standpunt van Groen is niet hetzelfde als de visie van de strategische nota. Ik vind het jammer dat we hier als politici niet de kans nemen om dat duidelijk te maken, om onze rol als volksvertegenwoordiger op te nemen en publiek en politiek een standpunt in te nemen in een moeilijk debat. (Applaus bij Groen)
Voorzitter, ik wou even reageren op wat mevrouw Van den Brandt probeert in mijn mond te leggen. In die raad van bestuur zijn ook heel wat kritische vragen en bedenkingen gesteld. In het parlement zijn ook heel wat kritische vragen en bedenkingen gesteld. Er blijft nog steeds een bepaalde onduidelijkheid bestaan. Daarvoor is er in de toekomst nog overleg tussen politici, de raad van bestuur en het personeel.
U moet mij geen woorden in de mond leggen die ik niet heb uitgesproken. Wij willen vooruitkijken. Het is noodzakelijk om te werken aan een digitaal mediaplatform, de basis voor de crossmediale samenwerking, waarmee u tot voor kort geen problemen had.
De beleidsdiscussie tussen de twee bevoegde ministers en de vzw, het strategisch comité, heeft plaatsgevonden. Die was kritisch en tegelijk constructief. Met die input ging de vzw aan de slag. De uitwerking van de strategische visie gebeurde op basis van de input van mediaspecialisten, Brusselkenners en personeelsleden. Daarna volgde natuurlijk de besluitvorming in de raad van bestuur.
Dit debat is nog niet afgesloten. We volgen het met argusogen op. Er is een duidelijk politiek signaal gekomen van twee ministers die de bekommernissen zullen overmaken aan de raad van bestuur en die zullen vragen om bij te sturen. Als blijkt dat het niet gebeurt, gaan we er opnieuw het debat over aan in het parlement.
De beslissingen zijn in uitvoering. Vandaag hebben we twee keuzes. Ofwel vragen we om die beslissingen op te schorten en er eerst een debat over te voeren, ofwel leggen we ons erbij neer en laten we gebeuren wat er gebeurt. Ik ben voorstander van de eerste optie. Groen wil nu de vraag stellen om te stoppen, het niet uit te rollen, en eerst een debat te voeren. Daarover gaat het voorstel van resolutie. Wie hiermee niet wil instemmen, stemt mee met de uitrol van de plannen zoals voorgelegd door de raad van bestuur.
U legt me woorden in de mond die ik niet heb gezegd.
‘Face’ de feiten. Er is al iemand ontslagen. Er zullen deze maand nog zes of zeven mensen worden ontslagen. Contracten met freelancers worden stopgezet. En op het einde van de maand stopt FM Brussel met uitzenden. U kunt dan zeggen: we zullen wel zien in juli of augustus of FM Brussel nog draait. Ik zeg u: als we vandaag niet beslissen dat die radiozender essentieel is, zal er enkel nog ruis uit uw radio komen op 1 juli.
De heer Crombez heeft het woord.
Iedereen heeft zijn mening gezegd. Het parlement heeft vandaag gereageerd. Twee ministers zeggen dat ze met wat er vandaag is, terugkeren om te kijken wat er moet gebeuren. Mevrouw Van den Brandt, u vindt dat u de rekening moet maken, maar die is heel simpel. Ofwel doen de ministers dat, en dan zullen we het redelijk snel weten. Ofwel niet, en ik engageer me om er dan volgende week opnieuw over te beginnen. Het is belangrijk genoeg. Maar zeggen dat het voorstel van resolutie nu niet goedkeuren, maakt dat er enkel ruis uit de radio zal komen? Dat is dan omdat uw batterijen op zijn. (Applaus)
U hebt wellicht een betere lijn met minister Smet dan ik, maar ik lees dat dit zijn standpunt is: “Aanvankelijk had ik moeite met de beslissing om FM Brussel op te doeken, maar eens ik zag wat de plannen waren, begreep ik wat er gebeurde en ik steun deze plannen.” Dat is zijn communicatie. Hij gelooft in de wederopstanding van het nieuwe digitale platform en hij gaat ermee akkoord dat FM Brussel daardoor stopt te bestaan. Mocht minister Smet een ander standpunt hebben, zal ik daar heel blij mee zijn en dan zal ik er meer respect voor hebben dat u dit voorstel van resolutie wegstemt. Als FM Brussel op 1 juli niet meer uitzendt, hoop ik dat u beseft dat u mee verantwoordelijk bent geweest.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van resolutie houden.