Verslag plenaire vergadering
Verslag
Dames en heren, het debat is geopend.
De heer Reekmans heeft het woord.
Voorzitter, minister, collegas, op de algemene jaarvergadering van Eandis werd vorige vrijdag verklaard dat door het succes van de zonnepanelen, vooral de grote projecten door bedrijven, en door de komst van windparken op zee de totale stroomfactuur in 2013 zal stijgen met minimum 20 percent. Netbeheerder Eandis vraagt daarom aan de overheid om een deel van die extra factuur nu al te mogen doorrekenen.
Minister, onverwacht is dit alles niet. De denktank Itinera schreef in juni 2009 in zijn studie The Day After: Het blijven promoten van ultradure projecten zoals zonnepanelen, zal op termijn de prijs per kilowattuur gevoelig doen opdrijven terwijl het ecologische rendement van zonnepanelen twijfelachtig is. Maar Vlaanderen bleef dogmatisch investeringen in zonnepanelen subsidiëren.
Minister, het is ook niet voor het eerst dat ik hier vanop dit spreekgestoelte aantoon op welke verborgen manier de burger financieel gepakt wordt door de distributienetbeheerders, beter bekend als energie-intercommunales. Vorig jaar boekten de twaalf beheerders, gegroepeerd in Eandis enerzijds en in Infrax anderzijds, samen een omzet van 1,93 miljard euro, gas incluis, en een winst van 345 miljoen euro. Dat is omgerekend een winst van bijna 18 percent op de omzet, een marge waar elk bedrijf onmiddellijk zou voor tekenen. Maar is dit vandaag nog wel te verantwoorden voor publieke nutsbedrijven?
Tussen 2007 en 2008 stegen de distributienettarieven onverklaarbaar met 35 percent. Wat deed u daar al aan het afgelopen jaar, minister? Niets. Ik wil deze willekeur in de distributienettarieven van elektriciteit blijven aanklagen. Het distributienettarief bedraagt ongeveer 30 percent van onze elektriciteitsfactuur en verdwijnt volledig in de zakken van de netbeheerders.
Nog vreemder is dat de distributienettarieven fel kunnen verschillen van streek tot streek, van intercommunale tot intercommunale. Minister, hoe legt u het volgende uit aan uw socialistische achterban en kiezers in Oost-Vlaanderen? De inwoners van de Oost-Vlaamse gemeenten betalen via Gaselwest maar liefst 230 euro voor hun distributiekost. Dat is 75 euro meer dan een gezin in pakweg Merksplas, dat via AGEM slechts 155 euro betaalt. Gaselwest, actief in Oost- en West-Vlaanderen, is de duurste.
Er zijn nog andere verschillen. Je verwacht dat de prijzen zijn gestegen om te investeren. Maar er gebeurden weinig tot geen investeringen door deze intercommunales. Schaalvoordelen zijn er blijkbaar ook niet. Het is eerder: hoe groter de netbeheerder, hoe duurder. Het verschil tussen Gaselwest en AGEM is immens.
Stel paal en perk aan de almacht van deze gemengde en zuivere intercommunales, minister. Als u echt sociaal bent, volgt u het gezond verstand dat zegt dat elke Vlaming hetzelfde zou moeten worden aangerekend voor de levering van elektriciteit. Vanzelfsprekend vinden deze misbruiken ook plaats bij de distributie van aardgas. Een doorlichting van deze sector van intercommunales is hoognodig.
Ons land is qua energieprijzen nu al een van de duurste landen. Dat is nogmaals gebleken in een onderzoek van Test-Aankoop, dat de energieprijzen in acht Europese landen heeft vergeleken. Een alleenstaande met een jaarlijks verbruik van 1200 kilowattuur zou in Vlaanderen 306 euro moeten betalen. In Nederland is dat slechts 114 euro. België is hiermee 43 percent duurder dan de buurlanden. Voor een Belgisch of een Vlaams gezin met een gemiddeld jaarlijks verbruik van 3500 kilowattuur is de energiefactuur tot 17 percent hoger dan in onze buurlanden.
En dan zwijgt iedereen vandaag nog over de kosten van de zogenaamde slimme energiemeters. Eandis gaat binnenkort 1,5 miljard euro investeren voor de uitrol van de energiemeters. Minister, wie gaat dat betalen? Ik vrees dat het opnieuw de doorsnee burger zal zijn. We hoorden u daar nog niet over. Vlaanderen zal naar het schijnt straks een Vlaams energiebedrijf oprichten. Misschien kunt u even toelichten hoe dit energiebedrijf deze kosten kan opvangen.
In het regeerakkoord staat dat gezinnen gestimuleerd en ondersteund worden in verband met hun energieprofiel. Dat is heel onduidelijk voor mij. Wat dat in de praktijk betekent voor de burger, buiten betalen en betalen, zou ik graag vandaag vernemen. Ik kan niet anders dan hier aan de alarmbel trekken, want er is totaal geen sprake van een energiebeleid van deze regering, laat staan van een sociaal energiebeleid. Trouwens, minister, wie gaat tegen 2018 de 1 miljard euro op tafel leggen om Electrabel eindelijk uit alle gemengde intercommunales van de Eandis-groep te kopen?
De heer Bothuyne heeft het woord.
Mijnheer Reekmans, u gooit alles over het energiebeleid en de energieprijzen op een hoopje. Ik hoor uw gekende boutades over bepaalde intercommunales. Ik dacht dat dit debat ging over hoe we vanuit Vlaanderen de productie van groene stroom kunnen stimuleren en hoe we dat het best doen. Ik heb u daarover letterlijk nog niets horen vertellen. Ik zou graag eens weten wat uw visie is en wat we moeten doen om groene stroom te produceren. Ik neem aan dat u de doelstellingen deelt die we ons hebben gesteld vanuit Vlaanderen.
De heer Penris heeft het woord.
Ik moet de heer Bothuyne toch een beetje tegenspreken. Ik geef hem gelijk dat LDD voor een open doel staat, maar blijkbaar weigert de bal binnen te koppen. Mocht ik in de plaats van de heer Reekmans zijn, ik zou dat al lang hebben gedaan. De voorzitter van LDD, de heer Dedecker zelf, heeft niets aan de verbeelding overgelaten.
Ik moet de heer Bothuyne wel tegenspreken wanneer hij stelt dat dit debat moet gaan over de manier waarop Vlaanderen groene stroom moet opwekken. Ik denk dat dit debat moet gaan over de wijze waarop wij de elektriciteitsfactuur beheersbaar moeten houden. Mijn fractie en ikzelf stellen vast dat het groenestroomverhaal de energiefactuur van de Vlaming dermate bezwaart dat een parlementair initiatief zich opdringt. Ik ga ervan uit dat dit een andere insteek is dan die van de heer Bothuyne. Ik hoop wel dat het dezelfde insteek is als die van de heer Reekmans, al heb ik dat tot nu nog niet mogen horen.
Mijnheer Bothuyne, klopt er iets niet wat ik zei? Is het niet juist dat 1,5 miljard euro boven ons hoofd hangt? Als dat zo is, dan verneem ik dat graag. Ik weet een zaak: het interesseert uw kiezers te vernemen wat hun energiefactuur zal kosten en of die betaalbaar blijft. Dat is het debat dat ik hier in het parlement wil voeren. Ik wil weten welke kosten er nog op ons afkomen. We zijn vandaag al de duurste. Dat is belangrijk.
Ik kom nu tot het onderwerp waar u ongeduldig op wacht. Mevrouw de minister, laat ons elkaar geen Liesbeth noemen, de vraag van energieverdeler Eandis om de prijzen met 20 percent te verhogen is voor mijn partij een voorbeeld van hoe staatsbemoeienis compleet averechts kan werken. De mensen die meedoen of mee hebben gedaan aan de groene hype profiteren maximaal van toelagen, maar uiteindelijk wordt die subsidie verhaald op alle verbruikers. Elektriciteit die wordt opgewekt met zonnepanelen kost negen tot zelfs tien keer meer dan elektriciteit die wordt opgewekt in een klassieke centrale. De overheid vraagt dus te investeren in zeer dure energietechnologie.
Bovendien komt de helft van de groenestroomcertificaten in ons land uit biomassa, dat is afval van de landbouw, industrie en huishoudens. Daarom heeft men in Duitsland deze sector uitgesloten. Wij doen dit niet. Deze overheid heeft het kostenplaatje helemaal niet onder controle. En nu staat ze daar weer met open mond naar de gevolgen te gapen. De modale consument mag betalen, en u doet er niks aan, mevrouw de minister. Het Duitse economische onderzoeksinstituut, het RWI Essen, is duidelijk. Het heeft berekend dat het installeren van zonnepanelen en windmolens bij onze oosterburen tussen 2000 en 2010 respectievelijk 53,3 miljard euro en 20,5 miljard euro heeft gekost. De elektriciteitsprijzen zijn daar op 5 jaar tijd met 40 procent toegenomen.
Lets face it: de groene economie bestaat enkel bij de gratie van subsidies. En subsidies, dat is niets anders dan het toewijzen van eerder geïnd belastinggeld. Zo moet de belastingbetaler twee keer betalen voor zijn energie. Daarom moet er in dit land dringend worden geïnvesteerd in kernenergie, die bovendien schoner is dan windmolens of panelen. Kernenergie wekt geen CO2 op, en is zes keer goedkoper dan stroom uit gasturbines. De vorige federale regering is plat op de buik gegaan voor de Franse elektriciteitsboeren van GDF Suez. Het enige wat die regering interesseerde, was het gat in de begroting te dichten. U had beter en optimaal samengewerkt met uw rode federale energiecollega, want vandaag is het resultaat over de hele lijn negatief.
Mevrouw Homans heeft het woord.
U hebt natuurlijk recht op uw mening, maar het zal u niet verbazen dat ik die niet deel. Maar hoe wil LLD tegemoetkomen aan de Europese doelstelling die oplegt dat we tegen 2020 13 percent uit hernieuwbare energie moeten halen? Geen probleem als u wilt investeren in kernenergie. Maar hoe wilt u die doelstelling dan halen? We zijn daartoe verplicht.
Mevrouw Homans, u hebt daar misschien wel een punt. Maar hoe wilt u dat realiseren zonder de consument daar extra voor te belasten?
Mevrouw Homans, ik buig me vandaag over de voorliggende factuur. Ik vat nog even samen waarover het gaat. In 2007 en 2008 stegen de distributiekosten met 35 percent. Ze verschillen nog altijd naargelang de plaats waar men in Vlaanderen woont. Ik vind dat het niet sociaal gerechtvaardigd is dat de enen meer moeten betalen dan de anderen. Dat is één.
Twee: de factuur voor de groenestroomcertificaten zal zorgen voor een stijging van de prijzen. Die factuur is door de meerderheid waartoe mevrouw Homans behoort, verkeerd ingeschat. En drie: wie zal de rekening betalen van de slimme meters: 1,5 miljard euro?
Ik hoop dat er nog partijen en parlementsleden zijn die het eindelijk eens opnemen voor de modale Vlaming, voor de lage inkomens die geen subsidies kunnen aanvragen, en die geen investeringen kunnen doen. Of die mensen hun elektriciteitsfactuur nog kunnen betalen, dat debat wil ik hier vandaag voeren. We moeten de lijsten van de mensen die hun factuur niet betaald krijgen, niet laten groeien.
Elektriciteit was een dure nieuwigheid voor onze groot- en zelfs overgrootouders. Gaat het opnieuw een luxeproduct worden voor onze kinderen, mevrouw Homans? De lokale adviescommissies (LACs) van de OCMWs draaien vandaag al overuren. Energiefacturen betalen brengt zelfs mensen in de problemen die nooit eerder een voet bij het OCMW hebben gezet. Wat gaat deze meerderheid daaraan doen in de komende maanden en jaren?
Minister, waar maakt u als energieminister nog het verschil? Dit is een asociaal beleid zonder voorgaande. Eerlijk gezegd, voor dit asociaal energiebeleid hebben we zelfs geen regering, laat staan een energieminister nodig. U staat erbij en kijkt ernaar, terwijl de modale Vlaming een dubbele energiefactuur betaalt voor de totale afwezigheid van een doortastend energiebeleid. Wat u de afgelopen dagen als maatregelen aankondigde, is minder dan niets, zelfs geen pleister op een houten been. In die optiek is mijn enige vraag, minister, wat gaat u eindelijk concreet doen om te beletten dat de verbruiker, het modaal Vlaams gezin, steeds opnieuw het gelag moet betalen via zijn of haar energiefactuur? (Applaus bij LDD en het Vlaams Belang)
De heer Decaluwe heeft het woord.
Mijnheer Reekmans, ik heb u aandachtig beluisterd. Ik dacht dat dit debat ging over de gevolgen van het huidige subsidiesysteem voor de groene stroom in Vlaanderen. Ik heb ongeveer alles gehoord, van slimme meters tot kernenergie, van federaal tot Vlaams, van te laks tot alles. Maar mijnheer Reekmans, u mag de mensen niet bedriegen. U haspelt de energieprijs en de distributienetprijs door elkaar. U weet dat 57 percent van de elektriciteitsfactuur die we thuis ontvangen, gaat over de energieprijs en 15 percent over de distributienetprijs.
Voor 2013 is er geen sprake is van een aanvraag tot stijging. De meerjarentarieven liggen vast, en we discussiëren hier over een stijging met 15 percent. De vraag is hoe we de distributienetkosten proberen te verminderen. U haspelt hier alles door elkaar. Maak de mensen niet wijs dat de energieprijzen met 20 percent stijgen, want dat is niet waar. Als de energieprijzen stijgen, heeft dat weinig te maken met de distributienetbeheerder, maar alles met de prijs van de olie op de markt.
Als dat geen populisme is, mijnheer Decaluwe. Dit is plat populisme en heeft niets met de realiteit te maken.
Het is de harde realiteit. Als de olieprijs stijgt, dan stijgen de energieprijzen. Ik denk niet dat minister Van den Bossche en zelfs de federale regering bij machte zijn om tegen de oliebaronnen in te gaan. Dat is de essentie. Het enige dat we in Vlaanderen kunnen doen, is zo veel mogelijk energie besparen en er rationeel mee omgaan. Daar gaat het over. Uw verhakselde tussenkomst is puur populisme, mijnheer Reekmans. (Applaus bij de meerderheid)
Mijnheer Reekmans, ik heb daarnet een heel simpele vraag gesteld, maar helaas geen antwoord gekregen. Het gaat over het Vlaamse energiebeleid. Gaat LDD voor de Europees vastgelegde groenestroomdoelstellingen en doelstellingen inzake hernieuwbare energie of legt u dat naast zich neer?
U haspelt inderdaad alles door elkaar. Kernenergie is voorlopig nog geen Vlaamse bevoegdheid. Misschien moet u over enkele weken op een andere lijst gaan staan. Dan kunt u het debat voeren in de juiste kamer.
Mijnheer Bothuyne, het is heel duidelijk waar wij voor staan, maar u wilt het niet begrijpen. Ik kan dat snappen. Jullie moeten wat jullie hier vertellen, op elkaar afstemmen en dan liefst voor de zitting begint. Dan kan elk lid van uw fractie hier hetzelfde komen vertellen.
Het enige wat ons vandaag interesseert, is dat het modaal Vlaams gezin zijn elektriciteitsfactuur kan blijven betalen. U weet misschien niet dat die problemen bestaan, maar ik weet dat wel.
Mijnheer Bothuyne, een klein beetje respect. Dat was ooit een van uw slogans.
Mijnheer Decaluwe, Eandis is vandaag gecrasht op de uitbetaling van de groenestroomcertificaten en moet die nu doorrekenen. U zegt dat ik alles op een hoopje gooi. De slimme meters 1,5 miljard euro en de uitstap van Electrabel 1 miljard euro komen op ons af. Wie zal dat betalen? De meerderheid weigert daarop te antwoorden. Deze crash is ontstaan door deze meerderheid en door niemand anders. (Applaus bij LDD en bij het Vlaams Belang)
Mevrouw Homans heeft het woord.
Voorzitter, minister, iedereen heeft de berichten gehoord en gelezen. Distributienetbeheerder Eandis kondigde recent aan dat de stroomfactuur 20 percent duurder zal worden door het succes van de zonnepanelen. Mijnheer Reekmans, ik dacht dat het debat daarover moest gaan. Ik zal me daar dan ook aan houden.
Iedereen kent het systeem. Iemand die zonnepanelen plaatst, krijgt een groenestroomcertificaat per 1000 kilowattuur groene stroom die opgewekt wordt. Dit groenestroomcertificaat wordt doorverkocht aan de distributienetbeheerders die dat certificaat op hun beurt doorverkopen aan leveranciers zodat zij kunnen tegemoetkomen aan de certificatenverplichting.
Het succes van de zonnepanelen is veel groter dan verwacht. Het gebeurt wel vaker dat men het succes van bepaalde initiatieven niet juist inschat en zelfs onderschat.
Het blijft natuurlijk wel een feit dat wij tegen 2020 bepaalde doelstellingen inzake hernieuwbare energie moeten halen. Minstens 13 percent van het totale aanbod aan energie moet uit hernieuwbare energie bestaan. Initiatieven die ons helpen bij het behalen van deze doelstellingen kunnen wij alleen maar aanmoedigen.
Eandis heeft berekend dat het succes van de zonnepanelen voor de periode 2009-2012 een extra uitgave van 300 miljoen euro betekent. Dat bedrag willen zij nu recupereren door de stroomfactuur met 20 percent duurder te maken. Hiervoor willen zij toelating vragen aan de Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas (CREG).
Minister, u hebt daar tijdens het weekend al uitvoerig op gereageerd. U hebt aangekondigd dat u het ondersteuningsmechanisme voor groenestroomprojecten van grote bedrijven zult herbekijken. N-VA vindt het nogal kort door de bocht om enkel de grote bedrijven hiervoor verantwoordelijk te stellen. Niet enkel bedrijven zetten grote groenestroomprojecten op stapel, ook intercommunales doen dat. Ik denk dan aan de windmolenparken, zonnepanelendorpen enzovoort. We zijn ervan overtuigd dat u zich misschien hebt laten leiden door één groot project van één groot bedrijf dat de laatste tijd wel wat media-aandacht heeft gekregen. Wij zijn ervan overtuigd dat er ook andere bedrijven zijn die op een verantwoorde manier groenestroomprojecten op poten zetten. Probleem is wel dat deze bedrijven niet altijd de nodige steun en middelen krijgen om die projecten op poten te zetten. Met middelen bedoel ik niet alleen financiële middelen, maar bijvoorbeeld ook gronden en infrastructuur.
Minister, ik wil daarmee aantonen dat het wat kortzichtig is om de bedrijfswereld voor de meerkost te laten opdraaien. Eandis zou zich om de meerkost te recupereren ook kunnen richten tot de aandeelhouders, met name Electrabel, dat vooralsnog 30 percent van de aandelen bezit. Electrabel rekent wel kunstmatig hoge productiekosten aan, terwijl het de winst voor het openhouden van kerncentrales laat afvloeien naar Frankrijk. Dit vinden wij de wereld op zijn kop.
Mevrouw Homans, dat is het verhaal dat de minister ook in de media vertelde. Eandis zou beter niet bij de overheid komen aankloppen, maar bij de aandeelhouder Electrabel. Hoe de afspraken met Electrabel verlopen, wordt geregeld op federaal niveau. Men is plat op de buik gegaan om de begroting te doen kloppen.
Mevrouw Homans, denkt u nu echt dat, na wat er op het federale niveau is gebeurd, Electrabel hier nu toegevingen zal doen? Ik herhaal dat we in 2018 Electrabel moeten uitkopen. Daarmee is een bedrag van ongeveer 1 miljard euro gemoeid. Ik zal u ook de cijfers voor Eandis geven. Dat bedrijf maakt zelf jaarlijks een winst van 18 percent. Heel veel Vlaamse bedrijven zouden daarvoor tekenen. We moeten ons de vraag durven stellen of publieke nutsbedrijven effectief die winstcijfers moeten halen. Ik denk dat de N-VA hierin een partner kan zijn. Het gaat om een nutsvoorziening voor de mensen. Het moet geen winstgevend bedrijf zijn.
De heer Martens heeft het woord.
Ik weet niet waar de heer Reekmans dat cijfer van 18 percent vandaan haalt. De Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas (CREG) staat enkel een billijke vergoeding toe. Die is stevig gereglementeerd. Het komt erop neer dat Eandis en de distributienetbeheerders (DNBs) een vergoeding van 6 percent krijgen op het geïnvesteerd kapitaal. Dat is iets heel anders dan 18 percent winst.
Maar stel nu nog dat het cijfer van 18 percent correct is. Ik zie niet in wat het probleem zou zijn om Electrabel uit te kopen. Verschillende gemeentebesturen zouden dat liever vandaag dan morgen doen. Het is veel goedkoper om kapitaal aan te trekken dan voor die 18 percent. Een openbaar bestuur kan kapitaal aantrekken tegen 5 percent. Daarmee kan men dan Electrabel uitkopen en ook op die 30 percent die Electrabel nu heeft, de 18 percent winst, waar de heer Reekmans van uitgaat, opstrijken. Ik zie niet in waar uw economische logica zit. Ik zou u aanraden om de regels van de CREG ter zake grondig te lezen. De vergoeding van de netbeheerders is de WACC vermenigvuldigd met de RAB, de weighted average cost of capital maal de regulatory asset base. Dat komt erop neer dat men 6 percent krijgt op het geïnvesteerd kapitaal. Dat is iets heel anders dan de cowboycijfers van 18 percent. (Applaus)
Voorzitter, we zijn het erover eens dat de productie van groene stroom niet marktconform kan gebeuren en dat er dus subsidies nodig zijn om de groene stroom gefinancierd te krijgen. De vraag is wie uiteindelijk de rekening van die subsidies zal betalen. Eandis zegt dat dat de consument is. De wet staat toe dat die kost wordt doorgerekend aan de consument. Op het einde van de rit zal dat een meerkost van nu 20 percent betekenen. In Duitsland was dat op 10 jaar 40 percent. Wees daar maar van overtuigd.
Mevrouw Homans en haar partij zeggen dat de consument dat niet moet betalen. De kost zal verhaald worden bij een van de aandeelhouders van die distributeurs, bij Electrabel. Mevrouw Homans, ik volg u nog enigszins, want ik ben nog meer nationalist dan u. Ik vloek ook omdat Franse bedrijven hier gegenereerde winst afromen naar het moederland en de aandeelhouders in dat moederland. U moet echter niet naïef zijn. Als we Electrabel en de aandeelhouders in Frankrijk daarover aanspreken, dan is ons geweten misschien gesust. Maar dat bedrijf zal de eindafrekening ook weer presenteren aan die brave Vlaamse consument. Hetzelfde zal gebeuren met die olieramp in Amerika. Obama zegt dat BP dat moet opkuisen. BP zegt dat ze dat zal doen. BP zal dat ook doen en zal die kost betalen. Maar wie betaalt de uiteindelijke kost aan de pomp? De prijs van de olie zal verhogen. Zo zal het ook gebeuren met de kost van de energie. (Opmerkingen)
Mijnheer Decaluwe, ik zal het straks proberen uiteen te zetten. Het is een denkpiste die mevrouw Homans en haar partij misschien kan bevredigen.
Ik zal het er straks nog over hebben. Mijnheer Reekmans, op uw vragen heeft de heer Martens op een zeer uitgebreide en degelijker manier dan ik geantwoord. Ik trek zijn expertise ter zake niet in twijfel. (Opmerkingen van de heer Peter Reekmans)
Verder staat het voor de N-VA buiten kijf dat het systeem van de groenestroomcertificaten herbekeken moet worden. Ik dacht dat het debat vandaag daarover zou gaan. De minister heeft een schot voor de boeg gelost. We komen hier zelf nog met een aantal voorstellen naar voren. We zijn er wel van overtuigd dat de zaak herbekeken moet worden, maar het mag niet zo zijn dat een bepaalde groep wordt geviseerd. Het mag niet ten koste gaan van particulieren, niet ten koste van kmos en ook niet van de grote bedrijven. Het eerste doel blijft immers de mensen aan te moedigen te investeren in hernieuwbare energie en rationeler met energie te laten omgaan. Dit zal ons ook in staat stellen de opgelegde doelstelling tegen 2020 te halen.
Vlaanderen werkt met een vast systeem: per 1000 kilowattuur opgewekte groene stroom krijg je momenteel een certificaat en dit wordt voor een bepaalde periode gewaarborgd. In Wallonië en Brussel daarentegen werkt men met een gedifferentieerd systeem dat bovendien maar garantie biedt voor een periode van 10 jaar. N-VA ziet wel iets in een dergelijk gedifferentieerd systeem. Het zal u misschien verbazen, maar we zijn ervan overtuigd dat je niet altijd zelf het warm water moet uitvinden en dat we ook wel eens iets kunnen leren van onze zuiderburen.
We zijn van oordeel dat we moeten evolueren naar een systeem waarin de waarde van het certificaat nauwer aansluit bij de effectieve meerkost van het opwekken van de groene stroom. Hier zouden we dan wel met verschillende parameters rekening moeten houden zoals de gebruikte technologie en de meerkost ervan. Een andere parameter zou de grootte van de installatie kunnen zijn, net zoals tijd. Technologieën worden na verloop van tijd ook meer rendabel. Men zou jaarlijks het systeem kunnen evalueren waarbij bijvoorbeeld de VITO een belangrijke rol zou kunnen spelen.
Trouwens, het regelmatig evalueren van een systeem is niet nieuw want ook de ecologiepremies worden jaarlijks geëvalueerd en indien nodig, bijgestuurd. Het huidige certificatensysteem is volgens ons te statisch en houdt bovendien geen rekening met de marktprijs van energie die kan stijgen, maar hopelijk ook wel eens zal dalen.
Wat voor onze partij wel absoluut gegarandeerd moet blijven, is de rechtszekerheid voor de investeerder dat de investering na verloop van tijd zal lonen. Ook de gerealiseerde winst op de energiefactuur moet ten bate van de investeerder zijn. Voor wat hoort immers wat, en bovendien helpen alle initiatieven, hoe groot of hoe klein ze ook zijn, ons bij het verwezenlijken van de doelstellingen inzake hernieuwbare energie tegen 2020.
Ten slotte wil ik hier nogmaals pleiten voor meer homogene bevoegdheidspakketten. De heer Reekmans kan me hierin misschien wel gelijk geven, want dat heeft hij in de commissie al verschillende keren gedaan, net zoals de heer Penris overigens. Vlaanderen is momenteel bevoegd voor de distributienetten, terwijl de federale overheid dat voor de tarieven is. In het verleden hebben wij al meermaals aangekaart dat alle bevoegdheden die onder andere energie betreffen, naar de deelstaten zouden moeten worden overgeheveld. Nu is er absoluut geen duidelijk zicht op de kostenstructuur. Wanneer de bevoegdheden worden gekoppeld, kan de VREG zowel inhoudelijk als op vlak van de prijs een degelijke evaluatie maken. Bovendien zou Vlaanderen Electrabel dan kunnen verplichten meer te investeren in groenestroomproductie. Electrabel koopt nu immers wel de certificaten op de markt aan tegen 110 euro, waardoor de verplichting omtrent het quotum groene stroom behaald wordt, maar de Vlaamse consument draait op deze manier op voor de verplichtingen van Electrabel die alle winst naar Frankrijk laat vloeien. (Applaus bij de meerderheid)
De heer Penris heeft het woord.
Voorzitter, minister, collegas, het voordeel van het feit dat er al sprekers aan mij zijn voorafgegaan in het debat, is dat er al veel is gezegd. Derhalve kan ik kort zijn.
Vrijdagmiddag zijn we allemaal geschrokken van de mededelingen van Eandis dat ons aankondigde hoe dan ook op termijn een meerkost van 20 percent in de totale energiefactuur, 50 percent van de distributiekosten, te moeten aanrekenen. Eandis zou dat geleidelijk willen doen, gespreid over de volgende 2 jaar. Op het einde van de rit zal de consument hoe dan ook deze meerkost moeten betalen. We hebben het voorbeeld van Duitsland al aangehaald. Ook daar heeft men iets gelijkaardigs meegemaakt. Doordat de invoering van zonne-energie en windenergie niet marktconform kan gebeuren, moet er worden gesubsidieerd. Die meerkosten voor de subsidie worden uiteindelijk gedragen door de consument. Voor de Duitse consument betekende dat op 10 jaar tijd een meerkost van 40 percent. Ook wij worden met die meerkost geconfronteerd.
We kunnen er misschien ideologisch blij over zijn dat we groene en schone energie aan het gebruiken zijn, want het sust ons groene geweten. Vooral de mensen die zonnepanelen plaatsen, hebben een gerust groen geweten. In 2007 waren er 3000 zonnecentrales. Op dit moment is er een zeer groot veelvoud van. Dat maakt dat de energiedistributeurs, onder andere Eandis, die daarvoor een aantal reserves hadden aangelegd, vandaag moeten vaststellen dat omwille van het succes van het verhaal, die reserves niet meer volstaan.
Ze hadden dat aanvankelijk op 80 miljoen euro begroot, maar stellen nu vast dat ze in 300 miljoen euro hadden moeten voorzien. Dat verklaart die meerkost en het feit dat onze energierekening op het einde van de rit, tijdens de volgende 2 jaar, zeker zal moeten stijgen.
De vraag is hoe we daar dan mee moeten omgaan. Dat moet de essentie zijn van het debat van vandaag. In allerhande commissies wordt steeds gesteld dat onze energierekeningen betaalbaar moeten blijven en dat we niet willen dat de zwaksten in onze samenleving worden geconfronteerd met onbetaalbare rekeningen. Daar hebben we steeds de mond van vol, maar laten we daar met zijn allen dan iets aan doen.
Vandaag stellen we echter vast dat, omdat de gedwongen invoering van die schone groene energie niet marktconform is geweest, aan onze klanten een meerkost moet worden aangerekend die sociaal onrechtvaardig en totaal onaanvaardbaar is. Het zijn de betere bourgeois-bohemiens in de steden en de groene rand die zich zonnepanelen kunnen veroorloven en zo nog mooie extra winsten genereren. Dat is meegenomen. Mijnheer Decaluwe, het gaat over de grote bedrijven. Ik ken er een aantal in de haven. Het gaat over vrienden van mij. Het zijn die bedrijven die met dergelijke projecten niet alleen hun imago oppoetsen, maar ook nog eens extra winsten genereren. Het is de man in de straat, die het al moeilijk heeft, die op het einde van de rit de rekening van dit mooie verhaal moet betalen.
Ik zal straks verder ingaan op wat de heer Penris probeert te ontwikkelen. Ook in de media wordt gesteld dat de hogere inkomens zogezegd alles krijgen en de sukkelaars niets. Daar valt natuurlijk wel iets voor te zeggen, maar men moet ook het totaalbeeld durven te bekijken. We werken aan gratis kilowatturen. Het gaat over bepaalde maatregelen qua rationeel energiegebruik (REG), die ook worden verrekend in die distributienettarieven. Dan is er een ander beeld, maar hier wordt er steeds iets uit gepikt en dat wordt dan zwart-wit gesteld. Ik zal straks een betoog houden over het totaalbeeld.
Ik heb ook gezien dat men twee buren heeft geïnterviewd, waarbij de ene het een schande vond dat hij moest betalen voor de andere, en waarbij die dan een flesje wijn zou geven. Dat is het niveau waarop men die problematiek naar voren probeert te brengen. Het is veel complexer dan dat. Voorzitter, daarom had ik een interpellatieverzoek in de commissie ingediend, om daar eens ten gronde over te debatteren. Maar goed, het is goed dat dit debat nu kan. Mijnheer Penris, u moet zich richten op het totaalbeeld en niet populistisch doen, zoals een aantal mensen dat proberen.
Mijnheer Decaluwe, nu doet u wat u de heer Reekmans verwijt. U verruimt het debat nu, en u hebt deels gelijk. De heer Reekmans heeft gezegd dat de beheerskosten van die distributeurs vaak de spuigaten uitlopen en dat de overheadkosten van een aantal van die bedrijven niet te rechtvaardigen zijn. U stelt dat die distributeurs nog worden geconfronteerd met een aantal taken die wij hen nota bene hebben opgelegd en die ze uiteindelijk ook aan de klant zullen moeten doorrekenen.
Dat is een deel van de kwestie, maar daarover gaat het vandaag niet. Vandaag gaat het alleen over de meerkosten die worden veroorzaakt door de invoering of de uitbouw van het groenestroomcertificatenstysteem. U hebt gelijk: er zijn nog andere elementen die een meerkost voor de consument zullen betekenen. De heer Reekmans heeft er ook op gewezen. De invoering van een slimme grid zal op het einde van de rit uiteindelijk ook haar weerslag hebben op de energierekening, maar daarover gaat het vandaag niet. Vandaag gaat het alleen over de groenestroomcertificaten, over hun kostprijs en de meerkosten die dat met zich meebrengt voor de klant, en over de vraag hoe we daarmee omgaan.
Uiteindelijk zal iemand die rekening moeten betalen. De politieke vraag die we ons moeten stellen, is: willen we wel die rekening betalen? Hebben we het ervoor over, om groen te zijn, dat we onze consumenten, die het vandaag al moeilijk hebben, een rekening voorleggen die met 20 percent stijgt, zoals ze in Duitsland op 10 jaar tijd met 40 percent is gestegen? Ik heb het er niet voor over, en mijn partij al evenmin. Ik heb geen groen geweten, ik heb een sociaal geweten. Ik wil dat de gewone mensen op het einde van de maand hun energierekening kunnen blijven betalen. Ik denk dat u dat allemaal wilt. Laten we dan maar op zoek gaan naar energiebronnen die zowel schoon als goedkoop zijn, en dat marktconform.
Mevrouw Homans, dan komt voor mij kernenergie terug in het vizier. Ik denk dat er voor kernenergie een belangrijke rol weggelegd moet blijven.
De heer Sanctorum heeft het woord.
Voorzitter, ik heb gemerkt dat ieder zijn punt probeert te maken in het begin van het debat, in plaats van te wachten tot je vooraan staat. Ik zal dus ook even voor mijn beurt spreken omdat de heer Penris een aantal zaken aanhaalt waar ik het totaal niet mee eens ben.
De enige manier om de elektriciteitsfactuur, zeker voor armere gezinnen, betaalbaar te houden, zijn energiebesparende maatregelen. Dat is de nummer 1-maatregel die ervoor zorgt dat de elektriciteitsfactuur betaalbaar wordt, omdat er minder wordt verbruikt.
U haalt kernenergie aan. Mijnheer Penris, het Nucleair Forum heeft het voorbije weekend een bezoek aan Finland georganiseerd. Enkel Bart Martens en ikzelf waren daar aanwezig om de nieuwe kernreactor in aanbouw te bezoeken. Ik heb daar geen andere partijen gezien, wat natuurlijk een spijtige zaak is. Mocht er iemand, ook van uw partij, aanwezig geweest zijn, dan zou u ook geïnformeerd zijn over de prijs van de nieuwe centrale en de prijs van de berging van het radioactief afval. Dat zijn gigantische bedragen. Mijnheer Penris, ik vraag me echt af hoe wij dit in Vlaanderen en in België zullen financieren. Het gaat over miljarden euros.
Voorzitter, ik was niet uitgenodigd in Finland. Ik moet trouwens niet naar Finland gaan om het probleem van kernenergie te bestuderen. Mijn ecologische voetafdruk staat me dat niet toe. Ik blijf liever in eigen land, in Doel. In Doel is er genoeg kennis, genoeg ervaring en zijn er genoeg mensen die mij willen inlichten om ingelicht te zijn.(Opmerkingen van de heer Hermes Sanctorum. Applaus bij het Vlaams Belang en CD&V)
Ik heb regelmatig overleg met de mensen van Doel, zij het, mevrouw Homans, dat ze tot de clan van Electrabel behoren en dus tot nader order van een Franse maatschappij, maar zelfs met Franse maatschappijen moet men af en toe in overleg kunnen gaan.
Ik wil een eind weegs uw idee volgen om een groep die in dit land bepaalde voordelen geniet, te verplichten ook een sociale rol te vervullen. Maar ik stel u de vraag of het niet beter zou zijn ik denk maar hardop dat we in Vlaanderen het heft in eigen handen nemen.
We hebben de ambitie om een energiebedrijf op te richten, maar we weten nog niet goed wat we met dat energiebedrijf gaan doen. Zal dat een instelling zijn die alleen maar, zoals Freddy Van Gaever destijds zei, goedbedoeld breigoed verkoopt, of zal dat een organisatie met een visie zijn die verder gaat dan wat we in Vlaanderen misschien gewoon zijn? Zou het een denkpiste kunnen zijn om in dat Vlaams energiebedrijf bijvoorbeeld en nu word ik heel stout en ik loop voorop op wat de politiek ons morgen en overmorgen gaat brengen en wat de staatshervorming die ons te wachten staat, gaat brengen zelf kernenergie te ontwikkelen en zo energie te produceren die de consument in Vlaanderen ten goede komt? (Opmerkingen van de heer Hermes Sanctorum)
Mijnheer Sanctorum, mevrouw Homans heeft het woord. Als u het woord vraagt, krijgt u het woord. Als iedereen hier de microfoon begint te grijpen en zomaar begint te roepen, dan wordt het hier een Babylonische spraakverwarring.
Voorzitter, ik deel met de heer Penris de passie voor het Vlaams energiebedrijf, maar ik denk dat we toch realistisch moeten blijven. De heer Penris weet ook dat er in de begroting slechts 200 miljoen euro is ingeschreven. Het lijkt me nogal onrealistisch om daarmee in Vlaanderen zelf kernenergie te gaan produceren. Wat niet is, kan misschien nog komen, maar ik denk dat u toch een beetje vooruitloopt op de zaken.
De heer de Kort heeft het woord.
Mijnheer Penris, als wij soms iets willen verwezenlijken, wordt er altijd verwezen naar een komende staatshervorming. Ik ben ervan overtuigd dat wij nu al, met de bestaande mogelijkheden en bevoegdheden die wij al hebben, veel kunnen doen. Als er zich op dit moment nieuwe spelers aandienen op onze markt, dan is er een problematiek van ruimtelijke ordening. Denk maar aan de discussies die we hebben gehad over steenkool-gascentrales of biomassa. Voor wat betreft de ruimtelijke ordening kunnen we zelf mee de verantwoordelijkheid opnemen om na te gaan waar we die centrales het best strategisch kunnen inplanten. Dat past perfect binnen onze bevoegdheden. Als we in Vlaanderen meer spelers toelaten, zullen we daadwerkelijk iets kunnen doen aan de energieprijs.
Voorzitter, sorry voor mijn tussenkomst van daarnet zonder het woord te vragen.
Ik herhaal mijn vraag: wie zal die miljarden euros ophoesten voor die kerncentrale die dan in Vlaamse handen zou zijn? Wie gaat dat betalen, mijnheer Penris? De consument?
De heer Penris geeft non-verbaal aan dat hij niet wenst te antwoorden. De heer Martens heeft het woord.
Voorzitter, minister, collegas, het lijkt erop dat net nu hernieuwbare energie eindelijk van de grond komt en zonnepanelen een vaste waarde aan het worden zijn in onze straten, de controverse over de kostprijs ervan volop de kop opsteekt. Ik hoorde de heer Penris hier al zeggen dat het weer de gewone man is die de dadas en de gadgets van de bobos moet betalen. Ik hoorde dat er hier sprake was van kostprijsstijgingen tot 20 percent en meer van de eindfactuur. Ik zag op tv dat er nieuwe burenruzies in de maak zijn. Mensen die zich geen zonnepanelen kunnen permitteren, gunnen hun buren het licht op hun zonnedak niet meer. Kortom, het is paniek alom.
Minister, wij moeten eerst duidelijkheid krijgen over de reële kost van dit alles. Er was sprake van kostprijsstijgingen van 10, 20 en ik las in sommige kranten zelfs 30 percent. Maar dan gaat het vaak over de distributienetkosten. Die maken op zich maar een derde uit van de totale kost. Het gaat vaak over gepronostikeerde, toekomstige kosten, die geen rekening houden met de kostenbeheersingsmaatregelen die we al hebben ingezet. We moeten duidelijkheid krijgen over de mate waarin de netbeheerders dit in hun tarieven kunnen of mogen doorrekenen en hoe ze daarmee omgaan. Het Vlaams Energieagentschap moet daar nog wat nadere analyses maken. Maar in elk geval, de kosten die er ontegensprekelijk zijn, moeten beheerst worden.
Tijdens de vorige legislatuur, in 2009, hebben we daar al de eerste stappen gezet. Toen hebben we vorm gegeven aan een beleid dat een stabiel investeringsklimaat op peil wil houden voor investeringen in hernieuwbare energie, maar dat langs de andere kant ook oversubsidiëring wil vermijden. Specifiek voor de zonnepanelen zullen we de steun tegen 2020 afbouwen. Panelen die dit jaar in dienst worden genomen, krijgen per certificaat 100 euro minder dan panelen die vorig jaar in gebruik zijn genomen. We bouwen die steun gradueel af, samensporend met het goedkoper worden van die technologie.
Mijnheer Penris, een van de punten waarop ik u wil tegenspreken, is dat dit beleid moet leiden tot subsidies tot het einde der tijden. Dat is uitdrukkelijk niet het geval. De bedoeling van ons ondersteuningsbeleid is om via investeringen in onderzoek en ontwikkeling van nieuwe technologieën, en via het creëren van een markt voor een toepassing van die nieuwe technologieën, de inzet daarvan te vergroten, zodanig dat die technologieën goedkoper worden. En dat lukt ons ook. Een zonnepaneel is vandaag al minstens 40 percent goedkoper dan een van 2008. We zien dat die technologieën gestaag goedkoper worden en dat we dus, samensporend met die goedkopere technieken, de subsidies verder kunnen afbouwen. Tussen dit en 10, 15 jaar zullen we die subsidies zelfs volledig kunnen laten wegvallen. Volgens het decreet dat wij de vorige legislatuur hebben goedgekeurd, houden ze voor de zonnepanelen op in 2020.
Op dat ogenblik zullen de hernieuwbare vormen van energie even goedkoop worden als de conventionele vormen van energie. De mensen die nu niet over voldoende geld beschikken om daarin te investeren, zullen dan op een goedkope manier toegang tot hernieuwbare energie krijgen.
Mijnheer Martens, u vindt dat de kosten moeten worden beheerst. Deze technologie en de zonnepanelen kosten nu al veel minder dan een jaar geleden. Ten gevolge van deze technologie en de plaatsing van zonnepanelen worden de slimme meters ook noodzakelijk. U weet dat dit op ons afkomt. Dit zal 1,5 miljard euro kosten. Wie moet dat volgens u betalen?
Met betrekking tot de slimme meters is een maatschappelijke kosten-batenanalyse uitgevoerd. Uit die analyse blijkt dat de maatschappelijke baten de investeringskosten ruimschoots overschrijden. De heer Reekmans heeft het over 1,5 miljard euro. Dat is inderdaad het investeringsbedrag zoals het nu wordt ingeschat. Daartegenover staat dat de meteropname minder zal kosten. Een slimme meter kan immers telemetrisch digitaal worden gelezen. Daartegenover staat tevens dat gezinnen zullen worden vergoed indien ze automatisch vanop een afstand hun diepvries voor een kwartiertje zullen uitschakelen. Ze zullen worden vergoed voor het produceren van negawatts. Het uitschakelen van verbruik zal maatschappelijk veel goedkoper zijn dan het inschakelen van piekvermogen op die momenten dat er een piekvraag is. We moeten al die baten op een rijtje zetten.
Na hoeveel jaar zal er een rendement zijn?
De investeringen moeten niet tijdens het eerste jaar worden betaald. Dat wordt allemaal netjes afgeschreven.
Mijnheer Martens, ik heb een concrete vraag gesteld. Durft u eerlijk zeggen na hoeveel jaar er een rendement zal zijn?
Mijnheer Reekmans, hebt u goed naar de communicatie hierover in de pers geluisterd? We voeren momenteel een proefproject uit. Het gaat hier om 4000 meter. Indien dit positief wordt geëvalueerd, zal in 2012 een proefproject voor 40.000 meter van start gaan. We moeten nagaan of dit net bidirectionaal kan worden aangestuurd. De stromen moeten in verschillende richtingen kunnen worden gestuurd. De nieuwe technologie moet kunnen worden geïmplementeerd. Indien de resultaten positief blijken, zal het licht op groen worden gezet voor een brede uitrolling over heel Vlaanderen.
Ik denk dat u zich hier aan de verkeerde kant van de geschiedenis plaatst. De vraag naar slimme netten is in het licht van het Pact 2020 gesteld. Alle maatschappelijke actoren die aan Vlaanderen in Actie hebben deelgenomen, hebben collectief gevraagd om onze netten tegen 2020 tot slimme netten uit te bouwen.
Dit is de enige manier om ons los te maken van de monopolisten op de stroommarkt die nu over enkele centrales beschikken en die hun stroom langs hoogspanning, middenspanning en laagspanning naar tienduizenden afnemers leiden. De toekomst is aan de prosumenten, de consumenten die ook producenten kunnen worden. Als ze een tekort hebben, kunnen ze stroom van het net afnemen. Als ze een overschot hebben, kunnen ze die stroom op het net plaatsen. Het gaat hier als het ware om een internet voor de elektriciteit.
Dit is de vraag die alle maatschappelijke stakeholders in Vlaanderen collectief hebben gesteld. Ik stel vast dat LDD hieraan voorbijgaat. U wilt bij de elektriciteitsnetten van de 19de eeuw blijven. U hoeft die modernisering en die ontwikkelingen niet. Ik laat die uitspraak uiteraard geheel voor uw eigen rekening.
Het beleid dat we nu in Vlaanderen willen voeren, is een beleid dat door alle maatschappelijke actoren in Vlaanderen wordt gevraagd. We zullen niet over een nacht ijs gaan. Pas nadat het pilootproject positief is geëvalueerd, zullen we een beslissing met betrekking tot de volledige uitrolling nemen.
Mijnheer Martens, volgens u is de toekomst aan de consumenten die ook produceren. Wilt u dat ook eens gaan vertellen aan al die mensen die hun energiefactuur amper kunnen betalen? Ik vind dat u op dit vlak eerlijk en sociaal moet zijn.
We zijn op dit vlak eerlijk en sociaal. We hebben voor de netbeheerders in een heleboel sociale openbaredienstverplichtingen voorzien. Dit moet hen in staat stellen de facturen beter te beheersen. Ik denk hierbij aan de budgetmeters en aan de 100 kilowattuur groene stroom. Ik denk aan de premies voor energiebesparing en aan de gratis energiescans die mensen kunnen krijgen. Al die maatregelen zijn erop gericht gezinnen in staat te stellen hun factuur te beheersen.
Volgens de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt (VREG) kosten de steunmaatregelen inzake de groene energie, indien het succes van de zonnepanelen even groot blijft als tijdens de voorbije jaren, de netbeheerders in 2010 100 miljoen euro. Dat is 10 percent van het distributienettarief. Dat is minder dan 3 percent van het bedrag op de eindfactuur die de mensen ontvangen.
Wat ons betreft, is de vraag dus niet of hernieuwbare energie op grote schaal zal leiden tot grote commerciële toepassingen. De vraag is of we eigen bedrijven zullen hebben die op die golf mee kunnen. Daarom is het noodzakelijk dat we die technologie, nu ze nog in haar kinderschoenen staat, met voldoende steunmaatregelen ondersteunen.
Mevrouw De Waele heeft het woord.
Mijnheer Martens, u verwijst naar de vele sociale maatregelen die worden genomen om de elektriciteitsrekeningen vlotter te kunnen laten betalen. Ik veronderstel dat dat ook een maatschappelijke kostprijs heeft. Ik zou van u eens willen weten hoeveel dossiers er de laatste tijd zijn geopend bij de lokale adviescommissies (LACs) en hoeveel er dat 5 jaar geleden waren.
Er is een duidelijke stijging merkbaar van klanten die gedropt worden door hun commerciële leverancier. Er zijn vandaag zelfs tv-programmas over mensen die spijtig genoeg in schuldenproblemen zitten. Uiteraard is dat een algemeen maatschappelijk probleem dat we het hoofd moeten bieden, maar ik denk eerlijk gezegd dat de netbeheerders daar hun rol in spelen en juist proberen om, via overleg in de LACs, die mensen uit hun schuldenspiraal te krijgen. In tegenstelling tot andere schulden die die mensen opbouwen bij de aankoop van elektromateriaal en dies meer, wordt er hier op zijn minst voorzien in een methode om te bemiddelen en een schuldenafbetalingsplan op te maken, zodat die mensen niet verder wegzinken in hun miserie, maar net uit hun put kunnen worden gehaald.
Mevrouw De Knop heeft het woord.
Het is natuurlijk een complexe materie, maar ik heb soms het gevoel dat de mensen die daar vooraan staan, de materie nog complexer willen maken dan ze is. Eigenlijk moeten we een evaluatie maken van het subsidiebeleid dat we voeren met betrekking tot de groenestroomcertificaten. Ik heb daar nog geen helder ja op gekregen, nog geen bevestiging dat dat inderdaad dringend moeten gebeuren. Dat lijkt mij nochtans echt cruciaal.
Ik hoor wat het systeem nu al kost. Stel dat steeds meer mensen instappen in het systeem van groenestroomcertificaten, is dat dan nog wel betaalbaar voor ons als overheid? Ook dat is een cruciale vraag. We zouden dat moeten promoten, zodat meer mensen kunnen instappen, ook mensen die het financieel moeilijk hebben. Misschien wordt het op termijn financieel interessanter, maar is het dan nog betaalbaar voor de overheid?
U zei daarnet dat die panelen steeds goedkoper worden, mijnheer Martens. Akkoord, maar is de prijs van de groenestroomcertificaten nu al afgestemd op de fabricatieprijs? Volgt u dat nauwkeurig op? Zijn daar tabellen van beschikbaar? Kunnen we dat dan ook meteen maar invoeren?
De heer Bothuyne heeft het woord.
Ik wil mevrouw De Knop eraan herinneren dat het huidige systeem van groenestroomcertificaten is ontworpen door de vorige Vlaamse Regering, waar Open Vld mee aan participeerde. Maar dat was ze daarnet blijkbaar even vergeten.
Mevrouw De Knop, het is inderdaad zo dat het decreet voorziet in een afbouw van de subsidie, samen sporend met het goedkoper worden van die panelen, en in een driejaarlijks evaluatiemoment waarop net zal worden gedaan wat u vraagt. Dan zal opnieuw gekeken worden wat de kostprijs is van groene stroom, hoeveel we extra moeten toeleggen om die groene stroom rendabel te maken en in welke mate we de waarde van die stroomcertificaten kunnen afstemmen op die onrendabele top. Dat is perfect zo vastgelegd in het decreet. Ik ga er ook van uit dat de minister daar uitvoering aan zal geven en opnieuw zal bekijken in welke mate hier al dan niet sprake is van oversubsidiëring.
Zeker wat betreft de grote zonneparken van de kmos, is er al sprake van subsidiëring. Als we de studies van de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek mogen geloven, is wat we extra moeten subsidiëren aan dat soort grote zonneparken, veel lager dan wat er momenteel aan steun naartoe gaat. Het is niet onze bedoeling om investeringen van bedrijven minder rendabel te maken dan investeringen van particulieren, maar die oversubsidiëring, die er vandaag ontegensprekelijk is voor die zeer grote zonneparken, moeten we wegwerken, zodat we de kosten voor de consument verder kunnen beperken.
Ik kom tot mijn laatste punt. In de mededeling van Eandis was niet alleen sprake van de meerkost van de zonnepanelen maar ook van de windmolenparken op zee. Ik denk, eerlijk gezegd, dat daar, zoals mevrouw Homans al heeft vermeld, de historische monopolist, Electrabel om hem niet te noemen, ook op zijn verantwoordelijkheid moet worden aangesproken. Iedereen heeft het nu over die 100 miljoen euro die de zonnepanelen ons kosten. Electrabel maakte met de afgeschreven kerncentrales afgeschreven in de periode vóór de vrijgemaakte markt een winst van 1,5 miljard euro per jaar! Dat wordt ook doorgerekend in de facturen, mijnheer Penris. Ik vind dat we van de winst die vandaag integraal naar Parijs wordt doorgesluisd, op zijn minst een deel moeten gaan afromen om bijvoorbeeld die windmolenparken op zee mee te financieren zodat de consument dat niet alleen moet betalen via de doorgerekende transportkosten op zijn stroomfactuur. Laat ons die oude technologie laten meebetalen voor de nieuwe technologie. Zo zullen we de kosten kunnen drukken.
Uiteraard is er een termijn van 3 jaar. U gaf net aan dat het tegenwoordig veel sneller evolueert, dat de prijzen veel sneller dalen. Minister Van den Bossche is als minister van Energie bij machte om een decreetswijziging voor te stellen.
Telkens opnieuw als sp.a hier in de hoek wordt gedrumd, haalt u er de grote verhalen bij en is het de federale regering die in de fout gegaan is. wij stellen hier en nu allemaal vragen over een Vlaamse subsidieregeling. We willen dat evalueren. Het hele energiebeleid is uiteraard veel ruimer, maar is nu niet aan de orde. Het valt niet onder onze bevoegdheid.
De aanleiding van dit debat was de kostprijsverhoging die in de pers is verschenen. Die heeft niet alleen te maken met de Vlaamse groenestroomcertificaten, maar minstens evenzeer met de federale ondersteuningsmaatregelen voor de windmolenparken op zee. Wij vragen u om u niet blind te staren op die 100 miljoen euro in 2010 voor die zonnepanelen. Kijk ook eens naar de 1,5 miljard euro winst die Electrabel met de melkkoeien van de afgeschreven centrales op onze markt maakt. Daar hebben we niets aan voor onze economie. Wij willen ook die middelen aanspreken om de technologie van de toekomst te financieren.
Collegas, het antwoord op dit vraagstuk moet een antwoord zijn van verdere kostenbeheersing en een andere financiering. Het antwoord mag niet zijn dat we het investeringsklimaat voor groene stroom nu het eindelijk resultaat begint op te leveren mogen ondergraven. We hebben juist meer investeringen in hernieuwbare energie nodig om die op termijn toegankelijk en betaalbaar te maken voor iedereen. Dat is de enige manier om de gezinnen onafhankelijk te maken van monopolisten, buitenlandse spelers en schaarser wordende, eindige energiebronnen. Juist die afhankelijkheid belooft ons nog veel verdergaande prijsstijgingen dan wat ons nu wordt voorgespiegeld omwille van de steunmaatregelen op het vlak van de hernieuwbare energie.
Kijk naar de Golf van Mexico, naar de rapporten over de beschikbare energievoorraden op wereldvlak, naar de mate waarin het energieverbruik van opkomende economieën zoals India, China en Brazilië aan het stijgen is. De kostprijsverhoging als gevolg daarvan zal veel hoger liggen dan de ondersteunende maatregelen van hernieuwbare energie ons vandaag kosten.
Mevrouw Van Volcem heeft het woord.
Voorzitter, minister, collegas, we hebben hier nu een uur geluisterd, maar eigenlijk hebben we, dat merkte mevrouw De Knop al op, over de herziening van de groenestroomcertificaten en het beleid gericht op de toekomst, niet zoveel gehoord.
Wat wij allemaal horen, is dat het niet eerlijk meer is, minister. Het is niet eerlijk, niet alleen omwille van het feit en het verhaaltje dat we zien op tv over de buur die moet meebetalen aan het zonnepaneel van een ander. Overheidsmiddelen: als je meer verdient, betaal je ook meer voor de infrastructuur van een weg, daar gaat het niet over.
Wat eigenlijk oneerlijk is, en dat weet u heel goed, want ik heb u daar in de commissie Energie al meermaals op gewezen en ik heb trouwens ook gevraagd of er een hoorzitting kon komen voor het actualiteitsdebat van vandaag, is dat het de bedoeling van de groenestroomcertificaten was om groene stroom in Vlaanderen te promoten. Op een bepaald moment, in 2006, was er een studie van de VITO en werd gezegd dat de productietechnologie voor 1000 kilowattuur energie komende van zonnepanelen, ongeveer 400 à 450 euro kostte. Men is gestart met een systeem dat een goed doel voor ogen had: investeringen aanwakkeren in de groene stroom waarbij men zei dat een stukje moest worden bijgepast voor de energie uit zonnepanelen, omdat die anders niet rendabel was in vergelijking met de gewone elektriciteit.
Welke evolutie merken we nu op? Tussen 2005 en 2010 is de kostprijs voor de zonnepanelen, want de productietechnologie dateert van 2005, enorm gedaald. Dat is de kern van de zaak, maar daarover heeft niemand iets durven zeggen. Het standpunt van Open Vld, dat ik straks zal verkondigen, is misschien een niet zo populair standpunt, maar het is alleszins wel een eerlijk en moedig standpunt. Het kan niet zijn dat de consument moet blijven meebetalen aan de productietechnologie die vandaag dubbel zo rendabel is geworden. Daar draait het allemaal om.
Men heeft op 1 januari 2010 het groenestroomcertificaat al verlaagd van 450 naar 350 euro, maar men merkt dat het een zodanig succes kent dat men op wereldvlak zonnepanelen is beginnen maken, onder meer in China. Ik heb overal rondgevraagd, ook bij mensen in de sector, en het blijkt dat die zonnepanelen vandaag kunnen worden aangekocht voor één derde van de prijs. Eén derde van de prijs heeft tot gevolg dat de productietechnologie per 1000 kilowattuur geen 350 euro meer waard is, maar eigenlijk aan een herevaluatie toe is.
En daarom, minister, menen wij dat u snel moet handelen. U hebt de bui zien hangen en u hebt ook altijd heel voorzichtig geantwoord in de commissie, maar wat ik u een beetje kwalijk neem, is dat u evenwel hebt getalmd. De VREG heeft al aangekondigd dat de subsidies overdreven zijn. Eandis trekt aan de alarmbel en zegt dat het 20 percent van de tarieven zal moeten verhogen via het distributietarief. Van sp.a hoor ik het pleidooi dat de herziening maar voor 2013 is. Als u op korte termijn niet ingrijpt, dan zal de factuur steeds meer oplopen en zal het niet om 20 percent gaan, maar om meer!
Eerlijkheidshalve, mijnheer Martens, ik heb uw visienota gelezen over sp.a en zelfs in deze nota, die u toch ook moet hebben, staat duidelijk dat indien men niet handelt, de kostprijs van het distributietarief van 80 euro naar 240 euro zal gaan.
Minister, ik vind dat dit geen eerlijk verhaal meer is. We moeten dit zeggen aan de bevolking. Heel het systeem van die zonnepanelen is niet langer houdbaar. We vragen aan u en aan de Vlaamse Regering dat u een maatregel zou nemen om vanaf 1 juli de groenestroomcertificaten versneld te verlagen van 350 euro naar 250 euro, en tegen het einde van het jaar nog een keer. We vragen dat omdat we denken dat alle projecten die nu nog lopen, allemaal tevens op het distributietarief zullen komen in de toekomst. Dit is niet eerlijk ten aanzien van de consument omwille van het feit dat de steun voor de productietechnologie, waarvoor de steun was bedoeld en heeft gediend, niet meer nodig is.
Als je zonnepanelen aan een derde van de prijs kunt leggen, moet je je subsidie niet via het distributietarief blijven doorrekenen. Alle grote spelers zeggen zelf dat het systeem om te lachen is. Maar de wetgeving is er. De decreetgever voorziet het. Dus investeren zij.
De heer Vandaele heeft het woord.
Ik vind het moeilijk om in de loop van het spel de spelregels te veranderen. Je hebt met mensen afgesproken wat het scenario is. Om dan versneld af te bouwen, daar zou ik moeite mee hebben.
Ik begrijp uw opmerking volledig. Zeker als jurist heb ik ook oog voor de rechtszekerheid. Voor wat in het verleden is toegekend, moeten we op de blaren zitten. Maar we mogen onze ogen niet sluiten voor de toekomst, zeker niet een minister van Energie. Ze zegt dat ze haar ogen toedoet tot 2013. Dan komt de herziening van Eandis en verhoogt de factuur met 20 percent. 4 jaar later zal het nog eens worden doorgerekend. Dat is een eerlijk verhaal.
We willen geen heksenjacht. We vragen niet om alle certificaten in te leveren of niets meer te geven voor de investeringen. Wij willen nieuwe maatregelen in de toekomst.
Mijnheer Vandaele, u zegt dat we de spelregels niet kunnen wijzigen tijdens het spel. Hoe is dat dan gebeurd met de renovatiepremie?
Over de renovatiepremie heb ik ook mijn mening gehad. Daar gaat het nu niet over. Ik waak erover dat de energie in Vlaanderen betaalbaar moet blijven. Dat is een collectieve verantwoordelijkheid. Nu omwille van electorale redenen zeggen dat er niets aan de hand is en de producenten de zwartepiet toespelen is ook niet eerlijk. We hebben juist een splitsing gehad tussen de producenten en de distributeurs. Zij kunnen via de regelgeving de investeringen die moeten gebeuren op het distributietarief doorrekenen. Deze kosten zal de VREG zeker toestaan.
Minister, wilt u het systeem van de groenestroomcertificaten aanpassen? Wij bekennen kleur. Wij willen vanaf 1 juli naar 250 euro en vanaf 1 januari 2011 naar 175 euro. Al het getalm zal enkel de rekening van de consument in de toekomst verhogen. (Applaus bij Open Vld)
De heer Decaluwe heeft het woord.
Voorzitter, minister, er is al veel gezegd. Er is in dit debat en in de kranten al veel gesproken over de stijging van de energieprijzen. Het is belangrijk om het tot zijn essentie terug te brengen: het gaat over de stijging van de distributienettarieven. Dat kan 1 tot 1,5 percent zijn.
De aanleiding is een algemene vergadering van Eandis. Waarom heeft Eandis dit op deze manier naar voren gebracht? Stelt men de vraag om een prijsverhoging te doen of wil men een signaal geven aan de politiek? Ik weet het niet.
De oorzaak is het succes van de zonnepanelen en de problematiek van de groenestroomcertificaten. De collegas hebben er al naar verwezen. In maart 2009 heeft het de vorige minister van Energie Crevits bloed, zweet en tranen gekost om het bedrag in dat decreet over de groenestroomcertificaten van 450 naar 350 euro te brengen. Het heeft veel moeite gekost om het systeem uitdovend te maken en de steun per kilowattuur naar beneden te halen.
Want het is onbetaalbaar. En het is ook zo dat een aantal grote projecten die in de steigers stonden 50 hectare hier en 50 hectare daar op zich financieel wel interessant zijn, maar gezien de milieudoelstellingen een budgettair zware dobber zijn. Bovendien is er het probleem van de solidarisering, een kwestie waarover we in de vorige legislatuur hebben gedebatteerd.
Uiteindelijk moet de modale consument voor alles opdraaien. In de uiteenzetting van mevrouw Van Volcem zit veel waarheid. Maar als we het systeem zouden afbouwen, dan kan dat enkel voor nieuwe projecten. De rechtszekerheid moet immers gewaarborgd blijven.
Steunend op het Regeerakkoord wil CD&V het debat wat opentrekken. In de totale elektriciteitsfactuur vormen de distributienettarieven, inclusief de openbaredienstverplichtingen, ongeveer 15 tot 17 percent. Verschillende collegas zegden het al: het parlement en de regering leggen allerlei zaken op aan de distributienetbeheerders. Op een of andere manier wordt dat doorgeschoven. Men had het over de bobos en de rijken die alles gratis krijgen, maar ik wil het hele plaatje zien. Er wordt ook gratis kilowattuur geleverd. We hebben daarover al gedebatteerd. Een evaluatie dringt zich misschien op. Misschien moeten de mensen die het echt nodig hebben meer krijgen, en de mensen die het niet nodig hebben, zouden misschien niets meer moeten krijgen. Toen ik nog voorzitter van de commissie Energiearmoede was, werden simulaties uitgevoerd waarbij iedereen won: de prijs per kilowattuur zou zakken, de zwaksten zouden meer krijgen dan vandaag en voor de distributienetbeheerder zou het ook voordeliger worden. Misschien moeten we dat eens goed bekijken.
Wat de toekomst betreft, moeten we het probleem globaal aanpakken. Afgelopen weekend hebt u het nog eens gezegd, en dat is geruststellend: de meerjarentarieven liggen vast tot 2013. Tot dan kan de consument dus geen hinder ondervinden. En we moeten nagaan of nieuwe projecten inzake zonnepanelen nog wel kunnen. De moraal van het verhaal is toch wel dat we niet alles zo maar naar de distributienetbeheerders kunnen doorschuiven. Zoals mevrouw De Knop zei, pleit ik ook voor een globale evaluatie.
Het belangrijkste lijkt me wel te zijn dat het systeem van groenestroomcertificaten uitdovend is. Misschien moeten we daar een datum op plakken, hoewel dat het risico inhoudt dat vlak voor die datum nog zeer veel dossiers worden ingediend. Uit de literatuur weten we ook dat het economisch omslagpunt van de fotovoltaïsche elektriciteit er misschien binnen 10 jaar aankomt. Dat kan budgettair natuurlijk zeer zwaar zijn.
Ook de SERV heeft een evaluatie gevraagd van het geheel, tegen 2012. Dat is belangrijk. We moeten dat in alle rust bekijken, samen met de meerjarentarieven die dus vastliggen tot 2013. Ook de cijfers van Eandis en de marktwerking van de certificaten kunnen tegen het licht worden gehouden. De heer Aviel Verbruggen heeft over dat laatste een aantal waardevolle ideeën geformuleerd.
De kostprijs zou misschien door de grote producenten moeten gedragen worden. Mevrouw Homans had het daarover. Maar over welke wapens beschikken we om te verhinderen dat de grote producenten dat doorschuiven naar de gewone consumenten? Dat moet eens samen met de federale collegas worden bekeken.
Er is ook verwezen naar de aanpassing van de netten voor de decentrale producties. Dat is steeds succesvoller, niet alleen voor zonnepanelen, maar ook voor warmte-krachtkoppeling en biomassa. De investering van 280 miljoen euro zal op de een of andere manier moeten worden verrekend.
Mijnheer Reekmans verwijst naar de slimme meters. Daarvoor komt een kost van 1,5 miljard euro op ons af, maar er zijn ook veel baten. Dit moet allemaal eens samen worden bekeken en geëvalueerd. Ook voor de goede werking van de markt is er meer interconnectie nodig. Groenestroomcertificaten, zonnepanelen, het is veel ruimer dan dat. Ik roep dan ook op om dit op die manier te benaderen. We hebben daarvoor nog wat tijd.
De CD&V-fractie stelt duidelijk dat het potentieel aan hernieuwbare energie maximaal moet worden aangesproken. We zullen altijd ondersteuning nodig hebben om dat te doen. Waarom is zonne-energie populair geworden? Zonder subsidies en ondersteuning zouden we nooit staan waar we vandaag staan. We moeten dit evalueren en downsizen.
Minister, misschien moeten we ook onderzoeken welke maatregelen de grootste toegevoegde waarde hebben voor het milieu, het gezin en de consument. Ik denk dat het niet de zonnepanelen zijn. Isolatie is veel efficiënter. Als we de distributienettarieven willen drukken, moeten we alle openbare dienstverplichtingen op een efficiënte manier evalueren en de nodige conclusies durven trekken.
Bepaalde acties hebben een heel hoge kostprijs, maar op het vlak van energie-efficiëntie en zelfs sociaal scoren ze heel laag. Vaak gaat het over goedbedoelde symbooldossiers. We moeten alle heilige huisjes neerhalen en rustig evalueren in het belang van het milieu en van de consument, vooral de zwakste consument. Op die manier kunnen we misschien tot een efficiëntere bijsturing komen. De overheidsmiddelen zijn schaars.
Minister, we hebben enkel gepraat over Eandis. Er is echter nog een andere distributienetbeheerder. Hebt u diezelfde signalen ontvangen van die andere distributienetbeheerder? Het is wellicht interessant om dat te horen. Daarover bestaat ook een benchmark. We moeten goed kijken waarover het gaat.
Minister, u hebt ook een differentiatie aangekondigd inzake de groenestroomcertificaten. U verwees naar de grote projecten. Wat bedoelt u daarmee? In welke mate is een evaluatie van de openbaredienstverplichtingen niet dringend? Moet de overheid de prioriteiten niet vastleggen met de nadruk op de grootst toegevoegde waarde op het vlak van het milieu en de zwaksten in deze maatschappij? (Applaus bij CD&V en de N-VA)
De heer Sanctorum heeft het woord.
Minister, toen ik de voorbije dagen de reacties las op de aankondiging van Eandis, dan waren er enkele zaken die me stoorden. Ik heb bijvoorbeeld sterk de indruk dat groene stroom steeds meer in een slecht daglicht wordt gesteld. Zonder te denken aan grote complottheorieën, stellen we toch al enkele maanden vast dat er stelselmatig kritiek wordt geuit op hernieuwbare energie. Kritiek op zich is goed, nuttig en nodig, maar stilaan dat merk je aan die Facebookgroep wordt ook het fundament van ondersteuning van groene stroom in vraag gesteld, en dat vind ik problematisch.
Dat fundament stelt dat zolang groene stroom duurder is in productie dan vervuilende stroom, er financieel wordt bijgesprongen. Voor alle duidelijkheid: energiebesparing is nog belangrijker dan de productie van hernieuwbare energie, in die zin dat een dak nu goed geïsoleerd moet zijn vooraleer zonne-energie wordt ondersteund. Maar uiteindelijk is het toch perfect verdedigbaar dat we met zn allen groenestroomproductie stimuleren, net zoals iedereen ook meebetaalt aan andere maatschappelijk belangrijke correcties.
Misschien moet ik ook even in de kantlijn vermelden dat voor kernenergie ook heel wat kosten worden verhaald op de burger. Het is niet altijd even duidelijk waar die zitten, onder andere in de algemene middelen. Ik denk dan aan het Studiecentrum voor Kernenergie.
Minister, ik vrees dat door de berichtgeving van de laatste maanden het draagvlak voor groene stroom aan het afnemen is, terwijl het net alle hens aan dek zou moeten zijn om onze klimaatdoelstellingen te halen, om onze afhankelijkheid van vervuilende fossiele brandstoffen te doen afnemen en ook om groenestroomproductie steeds goedkoper te maken. We zullen dus de keuze moeten maken of we nu echt de kaart willen trekken van groene stroom of niet.
We hebben met een kleine delegatie van dit parlement een bezoek gebracht aan de kerncentrale in Finland. Dat was heel interessant. Ik ben er echter van overtuigd dat dit niet de oplossing is voor het energievraagstuk. De olieramp in de Verenigde Staten illustreert ook wat onze olieafhankelijkheid kan teweegbrengen.
Dat betekent niet dat we groene stroom mogen oversubsidiëren. We zullen moeten bepalen welke groene stroom we sterk willen ondersteunen via de groenestroomcertifïcaten. Nu worden bijvoorbeeld elektriciteit uit afvalverbranding, bijstook in inefficiënte steenkoolcentrales en centrales op palmolie ondersteund via het systeem van groenestroomcertifïcaten. Om het systeem betaalbaar te houden, maar ook omwille van ecologische overwegingen en het behouden of versterken van het draagvlak bij de burger, moeten we ook hier keuzes durven maken. Het wordt dus tijd dat we een uitzuivering organiseren van het systeem voor groenestroomcertifïcaten.
Minister, stilaan verschuift de vraag van Zullen we de Europese doelstellingen halen voor hernieuwbare energie tegen 2020? naar Op welke manier zullen we die Europese doelstellingen halen? Daar zult u de komende weken en maanden uitsluitsel over moeten geven. Ik denk dan aan het nationaal actieplan hernieuwbare energie dat binnenkort moet worden ingediend bij de Europese Commissie.
Tot slot wil ik nog kort iets zeggen over het mattheuseffect en de groenestroomcertificaten. Het is duidelijk dat de wijziging van het subsidiemechanisme voor groene stroom naar een investeringsmechanisme, zoals dat van de groenestroomcertificaten, vooral de goede middenklasse ten goede komt. Vandaar dat we ook moeten inzetten op een derdebetalerssysteem voor onder meer zonnepanelen, zodat de overheid, de netbeheerder of het privébedrijf zonnepanelen financiert of prefinanciert voor mensen die het niet kunnen betalen. Via het uitgespaarde verbruik kunnen de investeringen worden afbetaald.
Minister, de tarieven van de distributienetbeheerders worden vastgelegd voor een periode van 4 jaar. Wat is het standpunt van de Vlaamse Regering ten aanzien van de vraag van Eandis om die tarieven aan te passen/te verhogen?
Bent u bereid om de groenestroomcertifïcaten aan te passen voor afvalverbrandingsovens, steenkoolcentrales met biomassabijstook of palmoliecentrales? Op welke manier zult u dat doen?
Wanneer komen er volwaardige duurzaamheidscriteria voor biomassa en biogas?
Hoe kan worden vermeden dat Eandis in de toekomst alle noodzakelijke investeringen voor de expansie van groene stroom, zoals de aanpassing van het net tot een smart grid, de installatie van slimme meters, enzovoort, gaat doorrekenen aan de consument? In welke mate zal een Vlaams energiebedrijf daar een rol in spelen?
Mijn volgende vraag overstijgt de Vlaamse bevoegdheid. Ze is echter wel relevant. Is er met de federale regering overleg geweest of zijn er afspraken gemaakt over de besteding van de middelen van de nucleaire rente? Ik denk dan aan het Fonds voor Hernieuwbare Energie. (Applaus bij Groen!)
Minister Van den Bossche heeft het woord.
Collegas, ik zal beginnen met een aantal zaken duidelijk te stellen. Vlaanderen haalt op dit moment 2,2 percent. 2,2 percent van onze energie is hernieuwbaar. We moeten 13 percent halen. Dat betekent dat we nog een hele weg hebben af te leggen. We willen en moeten die weg afleggen tegen 2020. Dat betekent dus ook dat we het samen eens moeten zijn over een manier om dat te doen. Dat is een engagement en verplichting die we moeten nakomen.
De tweede belangrijke doelstelling voor Vlaanderen is natuurlijk ervoor zorgen dat we ook zo veel mogelijk energie niet nodig hebben. Energie besparen is nog altijd de goedkoopste energie. Verschillende parlementsleden hebben daar ook naar verwezen.
Net zoals andere vormen van energie heeft groene energie een kost. Ik neem het een aantal van de mensen die het woord heb genomen kwalijk dat ze zeggen dat kernenergie geen kost heeft. De kost op de kerncentrales is weliswaar afgeschreven, maar de lusten daarvan liggen niet bij de consument, wel bij Electrabel. Het is misschien wel goedkoop op dat vlak, maar niet voor de consument. Een aantal mensen hebben ook verwezen naar het feit dat er een niet-onbelangrijke kost is voor de berging van kernafval. Die kost is ook verrekend in de stroomfactuur. Vele consumenten weten dat misschien niet, maar dat bedrag wordt betaald via de stroomfactuur. Daar waar het goedkoper had gekund, is de winst voor Electrabel en daar waar er een kost is, betaalt de consument. Ik zeg dat toch maar even omdat men doet alsof kernenergie én goedkoop is voor de consument, én schoon. Dat schone slaat dan wellicht op een aantal andere aspecten dan het geproduceerde afval. Dat moest me toch even van het hart.
Er is ook een kost voor de groene energie. En zoals u allen weet, als iets iets kost, dan moet er ergens geld worden gehaald en verrekend. Soms doet men dat via de algemene middelen, die we innen via de belastingen. Soms gebeurt dat door iets te verrekenen in een tarief. Voor energie is het logisch om dat te doen via een tarief, omdat er op die manier een stimulans is om zuinig om te springen met een schaars product. Dat is niet onbelangrijk.
Wat ook belangrijk is, is dat we elke vorm van energiearmoede tegengaan. Ook daarover heeft men het gehad. We moeten ervoor zorgen dat iedereen zich voldoende kan bevoorraden met energie. Maar dat is een doelstelling naast die andere, namelijk ervoor zorgen dat we allemaal zo zuinig mogelijk omspringen met energie.
Men heeft me ook gevraagd om een aantal cijfers te checken. Ik moet toch zeggen dat ik ietwat verbaasd was over de aangehaalde percentages. De stroomprijs wordt voor één derde bepaald door het distributienetwerk. Dat betekent dus dat als er al een vraag is van Eandis, en op die vraag heeft de CREG nog niet geantwoord, voor een toelating om de tarieven te laten stijgen met 20 percent, dan gaat het niet om 20 percent op uw factuur. Want zo werd dat wel uitgelegd. Dat betekent 20 percent op het tarief van de DNB, zijnde Eandis. Dat betekent één derde van dat effect op uw eindfactuur. En dan moet de CREG die verhoging nog toestaan. Of de CREG die verhoging toestaat, is momenteel niet duidelijk. Er zijn meerjarentarieven afgesproken. Eandis stelt dat ze niet echt rekening heeft gehouden met het succes van de zonnepanelen en dat ze sneller door wil verrekenen.
Het is misschien logischer om juist te kunnen uitrekenen wat iets kost en om grote schokeffecten in de prijs te vermijden. Maar daarnaast is het ook zo dat de prijs vastligt en dat Eandis niet zomaar kan vragen aan de CREG of dat ze daar kan afdwingen om die prijs te mogen doorrekenen. Ik heb dat ook heel duidelijk gezegd.
De tarieven zijn natuurlijk een federale bevoegdheid. Het zou beter zijn mochten we met een homogener pakket aan het werk kunnen, maar dat is helaas niet het geval. Of de verhoging oorbaar is, moet worden beoordeeld door de CREG.
Mij is opgevallen dat Infrax met heel andere informatie komt. Infrax zegt me dat het de tarieven niet moet verhogen. Het kent ook een stijgend succes van zonnepanelen en een verhoging van de uitgekeerde groenestroomcertificaten. Op een jaar tijd gingen de uitgekeerde certificaten van 8 miljoen euro naar 22 miljoen euro. Infrax zegt dat het niet nodig is om die kosten nu door te rekenen en het hoeft die achteraf ook niet te compenseren, want het budget van Infrax is in orde. Men heeft bespaard op onder andere operationele kosten.
Het is belangrijk om dat te vermelden omdat dat toch een heel ander geluid is bij deze distributienetbeheerder. We moeten alles eens naast elkaar leggen en bekijken hoe het komt dat de ene zo een verhoging ambieert en de andere zegt dat dat niet nodig is. Dat verdient een nadere studie van de boekhoudingen. Ik stel voor om dat in alle rust eens te bekijken want ik heb daar zelf ook een aantal vragen bij.
Het aandeel van de totale elektriciteitsfactuur was in 2009 1,4 percent voor wat betreft groene energie. Bij ongewijzigd beleid en op het jaar dat het het allerduurste wordt, namelijk in 2018, zal maximaal het aandeel van de elektriciteitsfactuur 4 tot 7 percent bedragen voor de groenestroomopwekking. Dat zegt de VREG. Dat zijn heel andere cijfers, maar we mogen ervan uitgaan dat ze kloppen.
Het succes van de zonnepanelen is inderdaad groot. Bij Infrax is er een stijging van 8 miljoen euro naar 22 miljoen en bij Eandis is er een stijging 31 miljoen naar 110 miljoen. Dat is grofweg een verdrievoudiging van de cijfers.
Als dat onmiddellijk zou worden aangerekend maar daarvoor moet Eandis toestemming hebben en Infrax vraagt niet eens om dat te mogen doorrekenen , dan nog zou dat een stijging van 5 percent op de factuur betekenen. Ik heb geprobeerd te begrijpen hoe men aan die hallucinante cijfers komt. Sommigen zeggen zelfs dat er een meerkost zou zijn van 50 percent. Ik heb dat niet kunnen reconstrueren op basis van de cijfers van de VREG. Ik geef grif toe dat het hoge cijfers zijn. Ik wil u ook even meegeven want sommigen van u hebben ernaar verwezen dat er andere betalingen zijn die gebeuren door Eandis. Ik heb het meest recente cijfer van uitbetaalde dividenden, namelijk van 2008. Dan bedroeg het dividend dat Eandis aan Electrabel heeft uitgekeerd, 72,5 miljoen euro. In datzelfde jaar bedroeg de uitgave aan groenestroomcertificaten 6,7 miljoen euro. We moeten de dingen in het juiste perspectief zien. Er zijn grote bedragen, maar er zijn nog een aantal andere grote bedragen en daar heb ik Eandis niet over horen klagen. Dat moet me ook even van het hart in dit debat.
Waar we investeren in decentrale productie, zal onze afhankelijkheid van een aantal producenten, ik bedoel degene die het monopolie in handen heeft, verminderen. Het belang dat Electrabel in dezen heeft, is helemaal anders dan het maatschappelijke belang.
Ik ben het eens met een aantal mensen die zeggen dat de doelmatigheid voorop moet staan als het gaat over een subsidiëringsbeleid om groene stroom te stimuleren. Ja, we moeten stimuleren, maar dat moet ook doelmatig gebeuren. We weten dat technologieën snel veranderen en de kostprijs ervan ook. Er kunnen nieuwe fiscale maatregelen zijn. Er zijn ook andere randfactoren waardoor het opportuun is om die maatregelen vaak te evalueren.
Men vraagt me om erover na te denken om de evaluatie vervroegd te doen. Normaal is die gepland in 2012. Ik wil dat voor een aantal aspecten absoluut doen. Er is geen reden waarom we dat niet kunnen bekijken. Het spreekt voor zich dat we de data zoals voorgesteld in het decreet, aanhouden, namelijk om de 3 jaar een evaluatie. Als er een specifieke maatschappelijke aanleiding is om een aantal aspecten eerder te bekijken, dan kunnen we dat doen, maar voor alle duidelijkheid, zonder aan onze grote algemene doelstelling te raken, zijnde het bereiken van 13 percent hernieuwbare energie.
Wat kunnen we zoal onderzoeken? Er zijn een aantal suggesties geweest. Wat zonne-energie betreft, kunnen we een aantal aspecten evalueren. Er werd me gezegd dat ik eens het financieel rendement onder de loep moet nemen. Ik ben het ermee eens dat dit een degelijk en goed rendement moet zijn. Het moet ook niet overdreven zijn. Een degelijk en goed rendement moet volstaan.
Daarvoor moeten we twee dingen bekijken. Er is de minimumprijs van de certificaten, die nu inderdaad van 450 naar 350 euro is verlaagd. Die moeten we bekijken. Nu is voorzien in een degressiviteit in de tijd. We moeten bekijken of het zinvol is om te voorzien in een degressiviteit naargelang de grootte, de oppervlakte van een installatie. Mevrouw Homans, dat betekent niet noodzakelijk dat, hoe groter het bedrijf is, hoe meer we dit degressief zullen toepassen. Het gaat echt over de grootte van de installaties, ongeacht wie die installatie heeft geplaatst.
Laat me duidelijk zijn: ik viseer in dezen niet de bedrijven, al is het vaak zo dat vooral bedrijven zich kunnen veroorloven om dergelijke mega-installaties te zetten. Zoals u echter zegt, kunnen dat net zo goed intercommunales zijn. Dat spreekt vanzelf.
Er zijn ook vragen geweest om een en ander uit te zuiveren. Mijnheer Sanctorum, ik ben het met u eens dat we onder meer de bijstook van biomassa en de verbranding van restafval eens moeten bekijken. We moeten er allemaal over waken dat we reële groene stroom subsidiëren. Ook moeten we, waar de investering klein is in verhouding tot de subsidiëring, zoals bij de bijstook, dat durven bekijken. Daar hebt u een punt.
Een aantal technologieën zijn vandaag niet in de regeling opgenomen, zoals voorvergisting gecombineerd met compostering. Misschien is het interessant om die steun ter zake eens te bekijken. Die is erg gering.
Ik ben dus bereid om een aantal dingen te bekijken. Een aantal maatregelen kunnen eventueel een milderend effect hebben op de prijs, maar ik zal u niets wijsmaken: groene stroom heeft een kostprijs, net als elke manier van stroom opwekken. Alleen denk ik dat, niet enkel om milieuredenen, maar ook omwille van de onafhankelijkheid qua energiebevoorrading, het interessant is en noodzakelijk blijft te investeren in die decentrale productie, in die groene energie.
Er moet dus aan die randvoorwaarden worden voldaan van een toename van decentrale en kleinschalige productie. Ik geloof daar echt in, net als deze regering. We moeten een mix van hernieuwbare energiebronnen hebben, een duidelijke en haalbare tijdshorizon en een draagvlak bij de sector. Als daaraan wordt voldaan, dan kunnen we een aantal maatregelen nemen, zonder aan de rechtszekerheid voor investeerders te tornen, want dat is natuurlijk belangrijk.
Ik ben het niet eens met Open Vld dat we over 7 weken al de prijzen van de certificaten met 100 euro moeten doen dalen, en nog een aantal maanden nog eens met 75 euro. Toen het ging over de renovatiepremie, heeft de regering het verwijt gekregen dat de aanpassing te snel is gevolgd op de beslissing. Ik heb toen gezegd dat de budgettaire context ons daartoe verplichtte. U weet: daar gaat het ook om het geld van de mensen. Mevrouw Van Volcem, als u iets bestelt met belastinggeld, dan haalt u dat ook weg bij de mensen. Misschien heb ik bijvoorbeeld uw renovatie wel betaald. Dat kan. Of uw buurvrouw heeft misschien uw renovatie betaald. Ook dat gebeurt immers met algemene middelen. Als u dus rechtszekerheid vraagt met betrekking tot het ene, kunt u misschien ook consequent zijn wat het andere betreft.
Momenteel staan een aantal projecten op stapel. Ik zal niet degene zijn die nu gaat zeggen aan al die mensen en kmos die iets hebben gepland en besteld en dat over een paar weken of maanden geïnstalleerd willen zien, dat het me spijt, maar dat we de regels helemaal hebben veranderd. Neen, we zullen bekijken welke bijsturingen er kunnen gebeuren, maar ik zal niet alles en iedereen in de rechtsonzekerheid onderdompelen. We moeten nu, op korte termijn beslissen, om op middellange termijn een belangrijk effect te hebben en te voorkomen dat de stroomprijs op lange termijn te veel zou stijgen, omwille van een ondoelmatige subsidiëring. Dat wil ik niet op mijn geweten hebben. Laten we dat alstublieft niet doen als een kip zonder kop, en daarmee bedoel ik niemand in het bijzonder. Laten we dat rustig doen, en op een redelijke manier. (Applaus bij de meerderheid)
Minister, met wat u vandaag hebt verteld, weet ik eigenlijk niets nieuws, buiten datgene dat ik verleden week in de krant heb gelezen. Ik heb hier enkele dingen aangehaald. Sommige leden vinden dat ik alles op één hoopje gooi.
In deze tijden van crisis hebben heel veel mensen het moeilijk om hun facturen te betalen. Bovendien weten we u hebt er zelf nooit op kunnen antwoorden omdat u in bevallingsverlof was, maar minister Lieten heeft geantwoord dat we in een land leven waar van streek tot streek en van intercommunale tot intercommunale een andere distributiekost wordt aangerekend. In uw eigen streek zijn er verschillen tot 75 euro per gezin, gewoon om elektriciteit in uw stopcontact te krijgen. Als u dat nog niet kunt gelijkschakelen, dan hou ik mijn hart vast voor wat er nu op ons afkomt. U kunt natuurlijk zeggen dat Infrax van de heer Stevaert geen problemen heeft het zou me verbazen mochten er wel zijn. Ik denk dat Eandis ons een eerlijk en correct beeld geeft.
De heer Martens zei dat de uitrol van de slimme meters nog niet zeker is. Eén ding is wel zeker: Eandis gaat 1,5 miljard euro investeren om 5 miljoen slimme meters te plaatsen. Dat is de intentie van Eandis. Ook dat zal betaald moeten worden. Waar gaan we de middelen halen om in 2018 Electrabel uit te kopen uit Eandis? Wie gaat dit betalen?
U hebt veel verteld, maar ik heb nergens gehoord hoe u de factuur stabiel gaat houden. Ik hou mijn hart vast voor hoever de energieprijs nog uit de pan zal swingen.
Ik heb het antwoord van de minister beluisterd en ik heb nog drie kleine opmerkingen.
Minister, ik heb u een beetje schamper is misschien een zwaar woord cynisch horen doen over die schone kernenergie. U wijst ons terecht op het feit dat er natuurlijk het probleem is van het kernafval. Maar ik wil u er toch op wijzen dat het leren omgaan met dat afval een meerwaarde betekent voor onze Vlaamse kenniseconomie. Wij hebben wat dat betreft heel wat ervaring. Wij weten ook hoe we met die dingen moeten omgaan. Wij weten ook hoe we onze centrales veilig kunnen en moeten bouwen. Ik zou daar niet schamper en niet cynisch over doen, want voor Vlaanderen is dat een niet onbelangrijk element in, wat ik noem, de kenniseconomie.
U hebt een punt, op voorzet van de heer Decaluwe, als u zegt dat Infrax en Eandis totaal andere cijfers brengen. Ik kan er een aantal redenen voor bedenken: het consumentenprofiel kan verschillend zijn, Infrax heeft 110 gemeenten, Eandis heeft er wel wat meer, maar ook het budgettaire beleid van de firmas kan verschillend zijn. Misschien is Eandis iets voorzichtiger bij het aanleggen van reserves dan Infrax. Ik weet dat niet, maar u hebt gelijk dat we dat zouden moeten weten. Voormalig minister Marino Keulen had een slagzinnetje: Meten is weten. Ik denk dat we dat hier ook moeten doen en dat we daaruit kunnen leren waarom de twee maatschappijen zo verschillend zijn.
Minister, u geeft toe dat groene stroom zijn kost heeft, maar u vindt het dat waard omdat we zo onafhankelijkheid verwerven van de monopolisten of bijna-monopolisten uit deze regio. U hebt daar een punt. Ik wil ook van dat monopolie of dat bijna-monopolie af. Ik ga niet zover als onze voorzitter, die in de vorige legislatuur de mensen van Electrabel gangsters noemde, maar ik heb het met die maatschappij ook niet gemakkelijk, dat mag u gerust weten.
Het antwoord dat ik vandaag heb proberen te suggereren, is het volgende: plaats naast de centrales van die monopolist eigen centrales en gebruik de infrastructuur die er nu is, zodat er geen meerkost moet worden aangerekend aan de consument voor het ombouwen van de verdeelinfrastructuur, wat u van plan bent. Inderdaad, groene energie heeft een meerkost, maar het ombouwen van de verdeelinfrastructuur heeft ook nog eens een meerkost, en op het einde van de rit vrees ik dat de energiefactuur onbetaalbaar zal worden.
Maar over dit zullen wij van mening blijven verschillen. Uit de confrontatie der ideeën kan alleen maar meer licht komen.
De heer Martens heeft het woord.
Voorzitter, ik wou nog even reageren op twee puntjes van de heer Reekmans.
Hij komt nog eens terug op de verschillen in distributietarieven in de verschillende distributienetzones. Ik vind het merkwaardig dat collega Reekmans als heraut van de vrije markt daar een probleem van maakt. Ook de kostprijs van bouwgrond verschilt overal. Het is zo dat de kosten van de distributienettarieven de reële kosten van de netten in die gebieden weerspiegelt.
Zolang dat het geval blijft, zolang de netbeheerder niet wordt toegestaan om superwinsten te maken en zolang de kostprijs gereguleerd blijft en een afspiegeling is van de reële kosten, zal dat ook zo blijven.
Mijnheer Reekmans, u zegt dat die slimme netten al allemaal beslist zijn en dat de 1,5 miljard euro al bijna is uitgegeven. Ik heb u daarnet proberen duidelijk te maken dat dat niet zo is. Er is nu een proefproject van vierduizend meters. Volgend jaar komt er een van veertigduizend meters. Pas dan zal de go/no-gobeslissing worden genomen over het al dan niet uitrollen van dat systeem over heel Vlaanderen. Dat zal alleen maar gebeuren als de evaluatie positief is, als de maatschappelijke baten veel hoger zijn dan de investeringskost.
Minister, met uw opmerking over de renovatiepremie bent u niet consequent. U hebt meteen een nieuwe renovatie ingevoerd zonder één dag overgangsregeling, en u hebt daarbij uw communicatie zeer tendentieus gevoerd. U zei dat marmeren faience en dergelijke moesten verdwijnen. Ik heb uw tendentieuze communicatie aangeklaagd, en ook het feit dat er totaal geen overgangsmaatregel was. Wij stellen een overgangsmaatregel voor, een die alleen in de toekomst van toepassing is.
Bovendien is uw communicatie over het feit dat Eandis die kosten niet zal mogen doorrekenen op dat distributietarief niet juist. U zei dat zij dat niet mogen doorrekenen, dat zij dat pas in 2013 voor het eerst zullen mogen doorrekenen. Aan de ene zijde heb je een opsplitsing tussen beheersbare en niet-beheersbare kosten, maar de niet-beheersbare of voorziene kosten kunnen zij wel effectief doorrekenen vanaf 2013. Dat wil ik hier nog eens onder de aandacht brengen. Het heeft totaal geen nut om tot 2013 de ogen te sluiten.
Minister, ik vind het alvast heel positief dat u daarnet zei dat u het systeem van de groenestroomcertificaten voor afvalverbranding en biomassabijstook wilt herzien. Kunt u een tipje van de sluier oplichten? Misschien kunt u vertellen wat u precies van plan bent? Misschien kunt u een tijdslijn geven?
U haalde daarnet het cijfer van 5 percent aan. Dat is iets totaal anders dan wat Eandis heeft gesteld. Ik stel mij vragen bij dat grote verschil. Betekent het dat Eandis aan stemmingmakerij heeft gedaan? Wat is dan de agenda van die stemmingmakerij?
U bent niet dieper ingegaan op het Vlaams energiebedrijf. Ik weet dat dat niet uw bevoegdheid is. De bevoegde minister is net aangekomen. Zal dat Vlaams energiebedrijf een belangrijke rol spelen bij het uitwerken van het systeem van de smart grids and smart metering? Of zal het enkel gaan over kapitaalinjecties in een aantal groene-energiebedrijven?
U hebt ook niets meer gezegd over de nucleaire rente. Misschien kunt u zeggen of er afspraken zijn met de federale overheid?
Mevrouw Van Volcem, ik had niet de indruk dat ik in mijn antwoord mijn ogen aan het sluiten was. Ik heb u zelfs gezegd dat we vervroegd zullen evalueren. Ik heb alleen gezegd dat we dat niet gaan doen als een kip zonder kop. Ik weet niet wat u nu nog wilt horen. Ik heb erkend dat wij eventueel maatregelen kunnen nemen. Ik heb er zelfs een aantal opgesomd. Ik begrijp uw kritiek niet.
Ik heb ook gezegd dat Eandis niet zomaar zelf kan beslissen om de factuur met 20 percent te verhogen. De CREG zal daarover beslissen. Dat is de federale regulator. Ik kan die tarieven niet bepalen. Ik weet wel dat Vlaanderen een indirecte impact heeft op die tarieven omdat wij regelgeving maken en zeggen aan de distributienetbeheerders dat zij verplicht zijn om bepaalde certificaten uit te betalen die zij op hun beurt als kost kunnen doorrekenen als de CREG dat goedkeurt.
Ik ben ervan overtuigd dat we een indirect effect op de prijs kunnen hebben. Alle bevoegdheden inzake de tarieven bevinden zich echter bij de federale overheid en bij de regulator. Eandis kan die beslissing niet zomaar nemen. Dat is wat Eandis heeft gecommuniceerd. Het zou om een verhoging van de stroomfactuur gaan en iedereen zou 20 percent meer moeten betalen. Dat lijkt me veeleer een onvoorzichtige communicatie. Eandis had kunnen verklaren dat de meerkost van de groene energieproductie ergens moet worden verhaald. In dat geval was de communicatie allicht evenwichtiger verlopen. Volgens mij is hierover minstens onvoorzichtig gecommuniceerd.
De heer Penris heeft nog een vraag over de meerwaarde van onze kenniseconomie gesteld. De nucleaire centrales zetten ongetwijfeld een aantal onderzoekers aan het werk. Ik ga er echter van uit dat de groene economie voor onze export en voor onze economie een veelvoud aan investeringen inhoudt van wat de onderzoekers in kernenergie op dit vlak betekenen. Indien we het over de impact op onze economie hebben, kunnen we de cijfers van de groene economie met grote fierheid naast de cijfers van de heer Penris leggen.
Mijnheer Reekmans, er is nog niet beslist overal slimme meters te plaatsen. Momenteel loopt een proefproject in twee tijden. De Vlaamse Regering wil hierover niet zomaar een beslissing nemen. We willen zien wat de concrete voordelen van een dergelijk systeem zijn. Op basis van die voordelen zullen we zorgvuldig afwegen of we hier al dan niet mee voortgaan en of we al dan niet tot een algemene uitrolling zullen overgaan. Dit is ook de reden waarom we die proefprojecten hebben opgezet. We moeten weten of dit technisch kan werken. We moeten de impact op de maatschappij en op de consument kennen. Beide proefprojecten zullen tussentijds tweemaal worden geëvalueerd.
Minister, de heer Reekmans zou graag het woord nemen. Ik stel voor dat u eerst uitspreekt. Elke keer iemand zijn naam uitspreekt, gaat zijn vinger automatisch de hoogte in. Het lijkt op de hond van Pavlov.
Mijnheer Sanctorum, u hebt me gevraagd een aantal tipjes van de sluiers op te lichten. Minister Lieten kan allicht een aantal van die tipjes oplichten. Misschien moet u haar hierover eens een paar vragen stellen. Wat de andere tipjes van de sluiers betreft, wil ik eerst overleg plegen met de overige leden van de Vlaamse Regering. We moeten nagaan welke maatregelen we precies op welke termijn kunnen nemen. Ik verwacht tevens een aantal rapporten van de administratie en van de sector. Ik ben bereid alle cijfers in die rapporten met u in de commissie te bespreken. Over de maatregelen kan ik op dit ogenblik nog niet gedetailleerder zijn. Over de nucleaire rente heb ik in elk geval geen afspraken gemaakt.
Voorzitter, ik moet u tegenspreken. Ik reageer niet continu. In dat geval zou u volgens mij trouwens gestresseerd geraken.
Mijnheer Reekmans, u weet niet of ik al niet gestresseerd ben.
Voorzitter, ik ga ervan uit dat u de rust zelve bent.
Minister, als het over de kosten gaat, blijft u een bocht nemen. U weet nochtans dat die kosten op ons afkomen. U kunt niet verkondigen dat u steeds meer in zonnepanelen wilt investeren zonder ook slimme meters te plaatsen. Vroeg of laat moeten die slimme meters er komen. We kunnen de consument niet zonder meters laten produceren. Die productie moet worden gemeten. U weet maar al te goed dat dit moet worden ingevoerd.
Er zijn proefprojecten. Ik stel u enkel een duidelijke vraag. Er komen twee belangrijke kosten op ons af. Iemand zal de uitrolling van de slimme meters na de proefprojecten moeten betalen. Ik vraag u wie dat zal zijn. In 2018 moet Eandis Electrabel uitkopen. Dat zal 1 miljard euro kosten. Wie zal dat betalen? Dat zijn concrete vragen. Indien u hier vandaag geen antwoord op kunt geven, wachten ons nog heel hoge energiefacturen.
Algemeen gezien, zijn er twee manieren om een kost door te trekken. We kunnen dit met de algemene middelen betalen. Daarvoor moeten we belastingen innen. We kunnen dit in het tarief voor het gebruikte product verrekenen. Dat zijn de twee mogelijkheden. We zullen daarover nog een beslissing nemen.
Minister, blijkbaar hebt u hier nog geen visie op. Dat is een heel sterk beleid.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
Het debat is gesloten.
Actualiteitsmoties
Door Groen!, door het Vlaams Belang, door Lijst Dedecker, door Open Vld en door de meerderheid werden tot besluit van dit actualiteitsdebat actualiteitsmoties aangekondigd. Ze moeten uiterlijk om 18.45 uur zijn ingediend.
Het parlement zal zich daar straks over uitspreken.
Het incident is gesloten.