Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Dewinter heeft het woord.
Mijnheer de minister-president, collega's, Guy Verhofstadt is back. Hij is niet alleen onverwacht terug eerste minister geworden. Wellicht tot groot ongenoegen van de CD&V-N-VA-fractie, en zeker tot de onze, leidt hij nu ook de besprekingen betreffende de staatshervorming.
Mijnheer de minister-president, de convergentienota staat toch wel in schril contrast met de door u ooit bepleite copernicaanse omwenteling. Hij zegt dat hij de versterking van de federatie wil door middel van convergentiecriteria. U wilt eigenlijk dat de federale overheid zich dienstbaar zou opstellen ten opzichte van de deelstaten en niet omgekeerd.
Maar er is meer. Als we de resoluties van het Vlaams Parlement van maart 1999 als uitgangspunt nemen, zien we dat daarin wordt gepleit voor de overheveling van de personenbelasting, voor de overheveling van de gezondheidszorg, van de kinderbijslag en de financiering ervan, voor fiscale autonomie. Dat zijn allemaal zaken die we op geen enkel moment in de negentien bladzijden tellende nota terugvinden.
Als kers op de taart vindt premier Verhofstadt ook dat we het BHV-dossier nog eens moeten heronderhandelen. Er komt een inschrijvingsrecht voor de Franstaligen uit de Rand in Brussel. En men wil ook zowaar een federale kieskring voor het federale parlement. Daarmee hollen we natuurlijk de splitsing van BHV ongeveer volledig uit. De Franstaligen zullen zich immers niet alleen kandidaat kunnen stellen tot tegen Leuven en Mechelen, ze kunnen dat dan doen in heel Vlaanderen. Het inschrijvingsrecht voor Franstaligen uit de Rand is natuurlijk een aantasting van het territorialiteitsprincipe.
Deze nota staat haaks op alles wat de meerderheidspartijen hier ooit hebben beslist en op wat in de beruchte resoluties van het Vlaams Parlement staat neergeschreven. Desondanks stel ik bij de verschillende partijen een zeker enthousiasme vast. Open Vld, de partij van premier Verhofstadt, is uiteraard bijzonder enthousiast en staat volledig achter de nota. De sp.a is niet helemaal afkerig. Sinds hij voorzitter van CD&V is geworden, kan voor de heer Schouppe alles. Hij heeft alle principes overboord gegooid. Zo kennen we de heer Schouppe natuurlijk. Hij is zelfs gematigd tevreden over de uitgangspunten van premier Verhofstadt.
Mijnheer de minister-president, wat is uw standpunt? Zult u de eer van het Vlaams Parlement of toch minstens de geloofwaardigheid van de resoluties van het Vlaams Parlement blijven verdedigen? Wilt u dit alles overboord gooien en de logica van de convergentienota van premier Verhofstadt bijtreden? U zult alvast moeten toegeven dat premier Verhofstadt er een potje van heeft gemaakt. We krijgen een hutsepot met slechte ingrediënten en een slechte smaak voorgeschoteld. Ik hoop dat u zich hier krachtig tegen zult verzetten, dat u iedereen aan de resoluties van het Vlaams Parlement zult herinneren, dat u de door u ooit verdedigde copernicaanse omwenteling gestand zult doen en dat u zich tegen de convergentienota van premier Verhofstadt zult keren.
Ik heb vernomen dat de beruchte conventie, waar u ook aan zult deelnemen, op 15 januari met een vergadering in de Senaat zal aanvatten. Op dat ogenblik zullen we uw standpunt moeten kennen. Dit standpunt moet vrij zijn van hypocrisie. Aan de overkant van de straat, in het federale parlement, neemt iedereen een spreidstand aan. De meerderheidspartijen verklaren daar het tegendeel van wat ze in het Vlaams Parlement en in de Vlaamse Regering verklaren. Welk standpunt zult u tijdens de conventie verdedigen? Wat is uw mening over de bijzonder schadelijke en destructieve convergentienota van premier Verhofstadt? (Applaus bij het Vlaams Belang)
Minister-president Peeters heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, er is blijkbaar een misverstand ontstaan. Ik zal dinsdag de start van die werkgroep niet bijwonen. De Vlaamse Regering maakt geen deel uit van de Octopuswerkgroep en zal tijdens de vergaderingen van die werkgroep bijgevolg geen standpunt innemen. Als ik me niet vergis, is de samenstelling van de werkgroep overigens opgenomen in het persbericht dat Belga deze middag heeft verzonden.
Ik heb deze ochtend een onderhoud met vicepremier Leterme gehad. We hebben het heel nadrukkelijk over de betrokkenheid van de Vlaamse Regering en van de deelstaten in het algemeen gehad. De vicepremier heeft me die betrokkenheid gegarandeerd. Er zal op regelmatige tijdstippen overleg met de Vlaamse Regering worden gevoerd.
Het gaat hier overigens om een persoonlijke nota van premier Verhofstadt. (Opmerkingen van de heer Joris Van Hauthem)
Het is duidelijk niet mijn nota. Het is een nota van premier Verhofstadt. Hij heeft verklaard dat hij een persoonlijke nota heeft ingediend. Ik ga er trouwens van uit dat nog andere nota's zullen volgen.
Mijns inziens is de nota van premier Verhofstadt verdienstelijk. Ze vormt een synthese van alle punten die tot op heden zijn bekeken of besproken. Vanuit die invalshoek heeft de nota haar verdiensten. Voor het overige kies ik mijn woorden zeer zorgvuldig. Vanuit het oogpunt van het Vlaams regeerakkoord en van de door de heer Dewinter aangehaalde resoluties van het Vlaams Parlement bevat deze nota heel wat onvolkomenheden.
Ik ben verrast door en bezorgd om de Waalse reacties op de nota van premier Verhofstadt. In mijn ogen is deze nota verdienstelijk, maar onvolkomen. Er zijn nog heel wat onvolkomenheden. Ik vind het beangstigend dat de Waalse reactie vooral luidt dat de inhoud van de nota onaanvaardbaar is. Een aantal voor ons essentiële elementen zijn immers niet in deze nota opgenomen. Ik vraag me af waar we zullen uitkomen.
Er is in dit parlement door verschillende sprekers in het verleden gepleit voor artikel 35, de copernicaanse omwenteling. In dit artikel, wat maar een instrument is, zit de filosofie dat alles naar de regio's gaat en dat we dan kijken wat er het best op federaal niveau gebeurt. Ik vind dat een interessante benadering, maar voor mij - en ik denk ook voor u - telt het resultaat. De sociaaleconomische hefbomen waar Vlaanderen al heel lang naar vraagt, moeten uiteindelijk binnen onze bevoegdheden komen.
Het is heel belangrijk dat de Vlaamse Regering betrokken wordt en met de vicepremiers heel duidelijke punten formuleert. De nota-Verhofstadt is verdienstelijk, maar kan de toets niet doorstaan en bevat heel wat tekortkomingen. Ik ga ervan uit dat we dit verder zullen opvolgen en dat we in onze standpunten en reacties heel duidelijke taal zullen spreken.
Mijnheer de minister-president, ik heb uw antwoord gehoord. U zegt dat de nota verdienstelijk is, maar onvolkomen. Neen, deze nota is onaanvaardbaar indien we als uitgangspunt de resoluties van het Vlaams Parlement van maart 1999 blijven gestand doen. 'Onvolkomen' is voor mij een veel te brave, veel te zachte uitdrukking als afkeuring van deze nota. Ik ben vooral verontrust door de permanente hypocrisie en spreidstand van de meerderheidspartijen hier ten aanzien van de nota.
De voorzitter van CD&V zegt dat dit een nuttige bijdrage is aan het debat en dat sommige hefbomen volledig parallel lopen met wat Leterme had besproken tijdens de onderhandelingen. Hij vindt het een interessant en belangrijk document. Ik noem dat geen afkeuring, integendeel. Het is een positieve evaluatie. U gaat een beetje verder door te zeggen dat de nota onvolkomen is, maar niet veel meer. Mevrouw Gennez spreekt van een constructieve basis voor verdere dialoog en discussie over de staatshervoming. Open Vld gaat nog verder en spreekt van een belangrijk document en een goede constructieve poging om de communautaire tegenstellingen te overstijgen. Hiermee ligt een totaalvoorstel op tafel, zegt Open Vld, waar voor iedereen eten en drinken in zit.
Zijn dat dan dezelfde Open Vld, dezelfde sp.a en dezelfde CD&V die het Vlaamse regeerakkoord hebben ondertekend waarin staat dat de resoluties van 1999 de uitgangspunten zijn en waarvan u altijd komt vertellen dat ze te nemen of te laten zijn? U zegt dat de Vlaamse Regering daarmee naar de onderhandelingen, conventie en aanverwanten trekt. Ik weet het niet meer. Die schizofrenie, die hypocrisie die we hier al zo lang meemaken en die schadelijk is voor datgene wat we uiteindelijk willen bereiken, moet ophouden. Er moet een einde komen aan de spreidstand waarbij men hier zwart zegt en aan de overkant wit.
Mijnheer de minister-president, ik ben blij dat u zegt 'onvolkomenheden', maar ik had van u een krachtdadiger reactie verwacht. Deze nota is en blijft voor ons en ik hoop ook voor u - ik denk dat dit diep in uw binnenste ook zo is - onaanvaardbaar. (Applaus bij het Vlaamse Belang)
De heer Caluwé heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, ik sluit me aan bij de minister-president. De nota bevat verdienstelijke elementen, maar houdt een bijzonder gevaar in als we naar enkele reacties kijken. Ik verwijs naar de wijze waarop een groot gedeelte van de Franstaligen erop reageert en haar beschouwt als het Vlaamse standpunt. We moeten er uitdrukkelijk op wijzen dat dit volstrekt niet het geval is. De nota levert een bijdrage aan het debat, maar is uiteraard niet het Vlaamse standpunt als dusdanig. Er staan verdienstelijke elementen in met betrekking tot de bevoegdheden, maar ze is onvolkomen.
Wat in onze resoluties staat en ook wat we de afgelopen maanden inzake gezondheidszorg hebben besproken, is ruimer dan wat in die nota staat. Dat is een eerste punt.
Ten tweede: wat de instellingen betreft, is dit ruim onvoldoende. De federale kieskring, de paritaire samenstelling van de Senaat, het samenvallen van de verkiezingen, de kleine lettertjes over de taalwetgeving en dergelijke: het zijn zaken waar we ten zeerste moeten op letten. Verder is er het standpunt van de Franstaligen die deze nota voorstellen als een samenvatting van het Vlaamse standpunt waar zij dan moeten op afdingen. Dat is volstrekt niet juist. Dit is een bijdrage aan het debat. De tekst ligt mee op tafel, maar verwoordt zeker niet het Vlaamse standpunt.
De heer Gatz heeft het woord.
Uw afwijzing, mijnheer Dewinter, verrast ons natuurlijk niet. U bevindt zich in goed gezelschap: ook een aantal belangrijke Franstalige partijen hebben de nota afgewezen. Hun afwijzing is inmiddels wat afgezwakt, maar ze zijn toch helemaal ontevreden over de tekst. Dergelijke afwijzing is meestal het kenmerk van een goede communautaire nota. (Rumoer en gelach bij het Vlaams Belang)
Als langs beide kanten van de taalgrens ernstige kanttekeningen worden gemaakt bij serieuze pogingen om dit land een nieuw federaal evenwicht te bezorgen, dan gaat het meestal om goede initiatieven. De heer Dewinter heeft trouwens bewust de zinnen over een grotere fiscale autonomie en een grotere autonomie op het vlak van de personenbelasting niet vermeld. Dat zijn elementen die wel degelijk in de nota staan.
U zweert bij de resoluties zoals een ayatollah bij zijn heilige schriften, maar u hebt wel nog nooit iets verwezenlijkt. Wij zullen dat wél doen. (Rumoer bij het Vlaams Belang)
Wij zullen dat wel doen, omdat onze partij in haar rangen staatsmannen telt. We zijn trouwens niet de enige partij die dat kan claimen. Onze staatsmannen gooien zich met een visie in de strijd, en ze behalen resultaten. Dat is wat premier Verhofstadt heeft gedaan, en daarvoor verdient hij ons respect. (Applaus bij de meerderheid)
De heer Peumans heeft het woord.
De minister-president is een wijs man. Hij heeft, zoals de heer Caluwé, gezegd dat deze nota een bijdrage is aan het debat. Het is geweten dat de heer Dewinter gewoon de kranten leest. Hij zegt dan dat de heer Schouppe dit heeft gezegd en iemand anders weer iets anders enzovoorts. Ik heb de moeite gedaan om de nota-Verhofstadt in haar geheel door te lezen. Het debat zal volgende week worden gevoerd waar het moet worden gevoerd, en deze nota is daartoe een bijdrage.
Ik ben blij dat de heer Dewinter zich over het standpunt van N-VA ongerust maakt, al is dat natuurlijk schijnheilig van hem. Hij zou immers niet liever zien dan dat we eens goed op onze bek gaan. Dat is het enige wat hem interesseert. Wat er met Vlaanderen gebeurt, interesseert hem eigenlijk niet. (Rumoer bij het Vlaams Belang)
In de nota staan positieve zaken. Wat er staat over de homogene bevoegdheidspakketten, is knap van de interimpremier. Er staan evenwel ook zaken in die totaal onaanvaardbaar zijn. Ik zal dus het debat in de Octopuswerkgroep afwachten en dan onderzoeken waar het allemaal naartoe gaat.
De heer Verstrepen heeft het woord.
Over de nota van Verhofstadt wil ik het eigenlijk niet hebben, want het woord zegt het zelf: het is maar een nota. En we weten wat er gebeurt met datgene wat Verhofstadt op papier zet. Herinner u de Burgermanifesten: meestal blijft er niets van over, tenzij de bladvulling. (Rumoer bij Open Vld)
Ik wil het dus niet hebben over die nota. Maar ik heb daarnet op het radionieuws gehoord dat u vraagt dat de Vlaamse Regering kan deelnemen aan de Octopuswerkgroep. U wilt dus mee in het overleg. Mijn vraag is dan wat u gaat doen als u niet wordt geraadpleegd. Wat dan? Ik vraag u al een tijdje of u de resoluties gaat handhaven. U zegt van wel. Ik geloof u niet maar het tegendeel is nog niet bewezen. Ik kijk vooruit. Als u niet wordt geraadpleegd, wat is dan uw volgende stap?
Ik heb de vraag gesteld om betrokken te worden als Vlaamse Regering. De betrokkenheid is gegarandeerd door vicepremier Yves Leterme. Die betrokkenheid komt er niet via de Octopuswerkgroep. De Vlaamse Regering maakt daar geen deel van uit. Maar er zal rechtstreeks met de vicepremiers overlegd worden. Rechtstreeks dus en niet via de Octopuswerkgroep.
Ik heb een tijdje geleden in dit parlement gezegd dat men maar doet in die werkgroep, maar dat ik als Vlaamse Regering daar wel rechtstreeks bij betrokken wil worden. Dat is duidelijk. Waar het op aankomt, is het resultaat. Er is tussen u, mijnheer Dewinter, en mij enig verschil in de werkwijze om tot een maximaal resultaat te komen. U hebt daar een duidelijke visie over. Ik denk dat we met veel geduld en duidelijke standpunten op het juiste moment een maximaal resultaat zullen behalen. Het zal veel werk vragen. U zult me daarover nog wel een paar keer een actuele vraag stellen.
Ik heb nog drie korte opmerkingen. Eerst en vooral heb ik de indruk dat men in de klassieke val van de Franstaligen loopt. Men gebruikt het feit dat de Franstaligen altijd en tegen alles 'non' zeggen, nu als een argument om de lat voor onszelf nog veel lager dan ooit te leggen. In plaats van zelf maximalistisch te zijn, doet men net datgene wat de Franstaligen willen en bereidt men de buiklanding voor die men zal maken met Pasen. Pas toch eens dezelfde strategie toe als de Franstaligen. Zij zeggen nu al sowieso 'non'. Durf dat ook eens te doen en leg de lat zo hoog mogelijk in plaats van nu al de lat maximaal laag te leggen.
Ten tweede, de staatsmannen. Van zodra men rond die onderhandelingstafel komt te zitten, gedraagt men zich telkens als een staatsman, maar dan wel als een Belgische staatsman. Altijd in functie van de Belgische belangen. Altijd in functie van die belangen die niet de Vlaamse belangen zijn. Het is alsof er een soort virus rond die onderhandelingstafel waart dat ervoor zorgt dat men alles onmiddellijk verbrandt wat men in het verleden aanbeden heeft en alleen nog de Belgische belangen dient. Dan ben ik liever geen staatsman. Dan ben ik liever een rebel of noem het een revolutionair of een staatsgevaarlijk individu of een inciviek, maar alleszins iemand die trouw is aan datgene wat hij in het verleden heeft verklaard en aanbeden. En dat is alles behalve een Belgisch staatsman en daar ben ik nog fier op ook. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Ten derde moet men bij de N-VA en CD&V toch eens goed nadenken over de convergentienota die men als uitgangspunt gebruikt. Men is in snelheid genomen. Het is Verhofstadt die de dans leidt en niet Leterme en al zeker niet minister-president Kris Peeters. Het is Verhofstadt die de leiding neemt. Hij zet de bakens uit. Hij heeft een nota klaar die als onderhandelingsbasis zal gebruikt worden. Niemand anders. Hij is trouwens eerste minister en niet Leterme, die er nog maar wat bij hangt in de hoop met Pasen zelf eerste minister te kunnen worden. Ik heb de indruk dat dit de enige bekommernis is die nog overeind blijft op dit moment.
We hebben zo lang gevochten voor de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde en hebben dat goedgekeurd in de Kamer. Nu zegt men dat men dat opnieuw gaat onderhandelen, een federale kieskring wil maken, waarbij de Franstaligen niet alleen tot Leuven en Mechelen, maar tot aan de kust kandidaat zullen zijn. Men gaat hen nog inschrijvingsrecht geven ook en het territorialiteitsprincipe overboord gooien. Waarom hebben we dan de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde in de praktijk doorgevoerd, mijnheer Demesmaeker? Leg me dat eens uit. We hollen de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde volledig uit door dit allemaal in de praktijk te brengen.
De convergentienota van Verhofstadt is in de praktijk nog vele malen erger dan het fameuze Egmontpact van eertijds, waartegen we, mijnheer Van Rompuy, nog samen betoogd hebben, tegen het inschrijvingsrecht voor de Franstaligen en tegen federale kieskringen. (Opmerkingen van de heer Eric Van Rompuy)
De convergentienota van Verhofstadt is het Egmontpact en het Lambermontakkoord in het kwadraat en voor ons, en ik hoop ook voor u, totaal onaanvaardbaar. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Mijnheer Dewinter, het valt me op dat u, als ik zeg dat het een persoonlijke nota is en waarschijnlijk een van de eerste nota's die gaan volgen, meer gewicht geeft aan deze nota dan echt noodzakelijk. (Opmerkingen bij het Vlaams Belang)
De premier zegt zelf dat het een persoonlijke nota is.
Het incident is gesloten.