Verslag plenaire vergadering
Verslag
Aan de orde is de actuele vraag van de heer Glorieux tot de heer Peeters, Vlaams minister van Openbare Wereken, Energie, Leefmilieu en Natuur, over de recente verklaringen van de minister aangaande windenergie.
Recent ging minister Peeters voor een revival van kernenergie, vorige week deed hij in Trends windenergie af als een dure hype. Hoe valt dat laatste te rijmen met de doelstellingen van het regeerakkoord en van de beleidsnota van de minister en met het pleidooi van zijn sp·a-coalitiepartner om tegen 2010 het aandeel van de windenergie in Vlaanderen te vertienvoudigen?
In het bewuste artikel geeft de minister bovendien blijk van een gebrek aan dossierkennis. Hij stelt dat Vlaanderen 83 miljoen ton CO²-equivalenten moet uitsparen. Dat is ongeveer 90 procent van de huidige Vlaamse CO²-uitstoot. Ik wist niet dat de minister zo ambitieus was.
De minister zegt dat windenergie een hype is, die wel overwaait. Hopelijk waait hij dan sneller over dan de kankerverwekkende Tsjernobylwolk. Door zijn uitspraken ondergraaft minister Peeters het investeringsklimaat voor deze hernieuwbare energiebron. Eerder trok hij al de gratis distributie van groene stroom in, zonder compenserende maatregelen. Ik begin hem ervan te verdenken dat dit een bewuste strategie is.
Is de minister nu voor of tegen de realisatie van de doelstellingen op het vlak van hernieuwbare energie in het algemeen en windenergie in het bijzonder? En wat is het standpunt van de Vlaamse Regering, waarvan de ene minister ja zegt en de andere neen?
Trends publiceerde inderdaad een interview met mij, waarin staat dat windmolens niet voor permanente energietoevoer zorgen en dat derhalve back-ups nodig zijn, wat duur is. Datzelfde geldt bovendien voor de bijkomende aansluitingskosten die een windmolenpark in zee met zich meebrengt.
De regering gaat nochtans degelijk voor haar voornemen om het aandeel van hernieuwbare energie op te drijven tot 6%, zoals in het regeerakkoord staat. Van waterkracht en biomassa valt evenwel meer te verwachten als energiebron dan van wind, wat niet wil zeggen dat die laatste geen bijdrage kan leveren.
De minister bevestigt dat hij voor windenergie geen toekomstperspectief ziet. Hij spreekt van een hype, wat zoveel betekent als modeverschijnsel of sensatie. Welnu, dat modeverschijnsel levert in Denemarken meer banen op dan de automobielsector in Vlaanderen. De minister herhaalt ook de foute argumenten van de mensen die de nucleaire kaart trekken. Om zich te informeren over de voor- en nadelen van de verschillende alternatieven zou hij beter ook een keer te rade gaan met de mensen uit de sector van de hernieuwbare energie, in de plaats van zich alleen te laten voorlichten door de kerningenieurs.
Ik ga het debat over de invulling van de beoogde 6 procent niet uit de weg. Elke bijdrage is welkom.
Het incident is gesloten.