Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de boosterprik bij 11- tot 18-jarigen
Actuele vraag over de boostervaccinatie van minderjarigen
Verslag
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Minister, collega’s, de voorbije weken kregen heel veel mensen in Vlaanderen een boostervaccin. En alle kinderen tussen 5 jaar en 11 jaar werden uitgenodigd en heel veel ouders gingen daar gelukkig ook op in. Enkele dagen geleden, minister, werd de beslissing genomen om een vierde prik toe te kennen aan kwetsbare mensen.
Maar waar we nog altijd op wachten, is de booster voor de 12-tot-17-jarigen, niettegenstaande het feit dat u al heel wat inspanningen hebt geleverd om een goedkeuring te krijgen van het Europees Geneesmiddelenagentschap en nadien het advies van de Hoge Gezondheidsraad. Die jongeren dreigen nu het slachtoffer te worden van het feit dat Vlaanderen in het begin zo snel gevaccineerd heeft dat daardoor hun vaccin al een aantal maanden geleden is gebeurd waardoor ze minder beschermd zijn. Het boostervaccin is nodig voor bijkomende bescherming. We zien dat jongeren ook nog ziek kunnen worden. Het is ook nodig omwille van de bescherming van kwetsbaren en om de circulatie van het virus in te dijken in onze secundaire scholen. Daarbovenop is het nu zo dat de jongeren niet zullen kunnen deelnemen aan reizen, bijvoorbeeld reizen met de school, of in de krokusvakantie, terwijl die jongeren al twee jaar zoveel inspanningen hebben moeten leveren.
Minister, we lazen dat u vanmorgen in de interministeriële conferentie (IMC) het punt op de tafel hebt gelegd en dat er aan de Hoge Gezondheidsraad gevraagd wordt om voor dit weekend advies te geven over die boosterprik voor die 12-tot-17-jarigen. En we lazen ook dat dit dan zou gebeuren op basis van de zogenaamde ‘informed consent’, de keuze die jongeren vrijwillig kunnen maken om nu al dat vaccin te laten zetten. Minister, het is heel belangrijk dat er duidelijkheid is voor die jongeren en dat zij de kans hebben om, zij het nu nog helemaal op basis van eigen keuze, die booster te laten zetten.
Minister, kunt u toelichting geven bij de beslissing die de IMC vanmorgen heeft genomen en bij de stappen die u zult zetten met betrekking tot dat boostervaccin voor 12-tot-17-jarigen?
De heer Parys heeft het woord.
Collega’s, Vlaanderen is eigenlijk slachtoffer van de wet van de remmende voorsprong. Wij zijn wereldkampioen boosteren, wereldkampioen vaccineren. Jongeren die nu in februari willen gaan skiën in Italië of Oostenrijk, zullen inderdaad geconfronteerd worden met de verplichting om ofwel een vaccin te hebben dat minder dan 180 dagen oud is of om een booster gehad te hebben. En dat is twee keer een probleem. Want de meeste jongeren van 16 en 17 jaar zijn in juli en augustus gevaccineerd met hun tweede prik, dus die voldoen niet aan dat criterium, en de boostercampagne voor jongeren is bij ons nog niet van start gegaan, want er is Europees nog geen groen licht.
Ik vind het een goed idee om dat op eigen verantwoordelijkheid te laten gebeuren, ‘informed consent’. U hebt een advies gevraagd aan de Hoge Gezondheidsraad. De vraag van al die jongeren en hun ouders is: zullen we in de krokusvakantie met vakantie kunnen gaan, naar Italië, Frankrijk of Oostenrijk? Kunt u daarvoor zorgen?
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Minister, wanneer wordt het ei gelegd? De beslissing over een mogelijke boostervaccinatie bij onze jongeren laat op zich wachten. Er is wel een advies gevraagd aan de Hoge Gezondheidsraad, maar zij hebben altijd gezegd dat ze wachten op de beslissing van het Europees Geneesmiddelenagentschap (EMA). Reisorganisaties, jongeren en gezinnen vragen zo snel mogelijk duidelijkheid. Binnenkort hebben we krokusvakantie, en traditioneel gezien gaan jongeren dan op skivakantie. Maar er is een probleem. In sommige landen zoals Oostenrijk en Italië mag daar vanaf februari je boosterprik niet ouder zijn dan zes maanden. Onze jongeren hebben hun vaccinatie gekregen in de zomer, dus eigenlijk gaat hun vaccinatiebewijs niet meer geldig zijn tegen de krokusvakantie. Het is dus heel belangrijk dat daar snel duidelijkheid over komt. Ook voor de vaccinatiecentra, die willen zich zo snel mogelijk kunnen voorbereiden en organiseren.
Minister, we hebben nog één maand de tijd tot die vakantie. Ik denk dat we echt geen tijd te verliezen hebben. We moeten alle zeilen bijzetten om zo snel mogelijk een advies te hebben. Dat advies moet wetenschappelijk onderbouwd en gemotiveerd zijn. Maar we kunnen ook niet rond het feit dat ons mentaal welzijn zwaar onder druk staat. Reisorganisaties, jongeren, gezinnen verdienen meer zekerheid, ongeacht het resultaat van het advies. Dat moet er zeer snel komen. Zal er op zeer korte termijn duidelijkheid komen of jongeren al dan niet hun vaccinatie met boosterprik krijgen?
Minister Beke heeft het woord.
Collega’s, ik deel helemaal uw bezorgdheid. Ik heb die vorige week al op de interministeriële conferentie (IMC) meegegeven. Toen is de reactie gekomen van de experten: ‘We wachten op het advies van het EMA.’ Maar het thema wordt elke dag natuurlijk meer urgent. Ik lees u een stukje voor uit een mail die ik gisteren kreeg van Zoë.
“Mijnheer de minister, ik ben dubbel gevaccineerd en nog nooit besmet geraakt omdat ik de maatregelen zo goed als mogelijk probeer na te leven. Ik zie vakanties in het buitenland aan mijn neus voorbijgaan, en nu ook weer de krokusvakantie want er is in België niets voorzien voor een boosterprik voor jongeren van 12+, terwijl andere landen dat wel vragen. Ik heb twee opties: ik krijg een boostervaccin, ik laat me besmetten. Maar ik heb eigenlijk meer verstand dan Pieter Loridon, dus dat is ook geen optie.”
Die mail vat alles samen; die vat ook mijn pleidooi samen, vorige week op de IMC en vanmorgen opnieuw. Voor mij kan het niet dat een EMA zijn ei niet legt maar dat lidstaten dit wel als voorwaarde opleggen. Er is vrij verkeer van personen, en dat er voorwaarden gelden, daar kan ik achter staan, maar die moeten dan wel vervulbaar zijn. Ik heb dat besproken met minister Vandenbroucke, met minister-president Jambon, met de premier. Ik heb gezegd dat het voor Europa het een of het ander moet zijn. Ofwel zegt het EMA dat het niet hoeft – er kunnen redenen zijn, medische redenen, dat het eigenlijk niet nodig is voor jongeren onder de 18 jaar –, en dan kunnen de lidstaten dat niet opleggen als een voorwaarde. Ofwel zegt het EMA dat het wel verantwoord is, en dan moeten ze dat ei snel leggen, zodat die kinderen aan de voorwaarde kunnen voldoen.
Want nota bene onze jongeren zijn daar het grootste slachtoffer van. Er is geen enkele regio die zo snel gevaccineerd heeft als wij, met één zaak voor ogen: we wilden tegen 1 september onze jongeren gevaccineerd krijgen zodat de scholen konden opengaan.
En 87 procent van onze jongeren is erop ingegaan. Dat is een ontzettend hoog cijfer. 87 procent van onze jongeren heeft daarnaar geluisterd, en heeft die verantwoordelijkheid genomen, voor 1 september. Tel daar zes maanden bij, en dan zit je eind februari. Dat betekent dus dat zij vanaf 1 maart eigenlijk als niet-gevaccineerd worden beschouwd. En als de Zoë’s van deze wereld zeggen ‘geef me een booster, want ik wil gevaccineerd worden’, dan zeggen wij dat het eigenlijk nog niet kan, dat we het nog niet zo goed weten.
Ik vind dat dat ei gelegd moet worden. Daarom heb ik vanmorgen voorgesteld: ‘We hoeven het niet aan te bevelen, maar laat ons het toch wel aanbieden.’ Volgens mij – dat is mijn persoonlijke mening – is het aanbieden van een booster voor 12-tot-18-jarigen beter dan besmettingsfeestjes organiseren, zodat men met een herstelcertificaat toch op vakantie zou kunnen vertrekken. Dit is de heel concrete vraag die ik aan onze experten heb voorgelegd: leg dat in balans en geef ons een advies, en laat ons daar niet te lang op wachten. Mijn voorstel was om met een ‘informed consent’ te werken, namelijk door te zeggen dat het nog niet wordt aanbevolen.
Men kan dus wachten op een advies van het Europees Geneesmiddelenagentschap. Er zijn, nota bene, landen die daar niet op gewacht hebben, maar als onze Hoge Gezondheidsraad (HGR) daarop wil wachten: alle begrip daarvoor, maar bied het aan. Beveel het niet aan, maar bied het aan. Zodoende kunnen de jongeren zelf, op een verstandige manier, de keuze maken. Ofwel beslissen ze om het vaccin niet te nemen, en dan ook niet op vakantie te kunnen gaan, niet met de school, niet met de vrienden, niet met Kazou of andere. Ofwel nemen ze de booster wel, na alles goed op een rijtje gezet te hebben, en dan zijn ze tenminste beschermd. Ik heb gevraagd om tegen het weekend dat advies te krijgen, en mijn collega-ministers van Volksgezondheid zijn me daarin gevolgd.
Ik hoop dat het advies dan positief is, en dat men ook de balans goed durft te maken. Niet alleen de gezondheidsvoordelen van de 12-tot-18-jarigen bekijken, maar het ook plaatsen tegenover het alternatief dat Zoë vermeldde: zich laten besmetten zoals Pieter Loridon. Ik denk dat niemand dat eigenlijk voor ogen heeft. Zorg er dan voor dat we ons goed kunnen organiseren. Dat geeft zekerheid aan de jongeren, dat geeft zekerheid aan de ouders, die nu met de handen in het haar zitten, met de vraag: wat is het nu? We willen wel, maar we mogen niet? Het geeft ook zekerheid aan onze vaccinatiecentra, die klaarstaan om ook de nieuwe campagne voor deze groep jongeren te kunnen doen, zoals ze ook al tientallen keren klaarstonden in de weken en maanden daarvoor. Maar zij willen wel weten waaraan en waaraf. Ik sta aan hun kant. (Applaus bij CD&V en de N-VA)
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Dank u wel, minister. Ik deel absoluut het onbegrip dat het enerzijds wachten is op een goedkeuring door het Europees Geneesmiddelenagentschap, terwijl anderzijds Europese landen alsmaar andere eisen stellen tegenover mensen die het land binnen willen of er met vakantie willen gaan. Wie dreigt daarvan het slachtoffer te worden? Dat zijn juist onze jongeren, want zij hebben niet de kans gehad om die boosterprik te krijgen. Het is dus heel goed dat u nu het voortouw neemt, en dat u zegt: ‘We gaan daar niet op wachten. Jongeren die dat al wensen, zullen die boosterprik kunnen krijgen, tenminste als er tegen dit weekend een positief advies komt van de Hoge Gezondheidsraad.’ Daar hopen we allemaal op.
Minister, onze vaccinatiecentra zijn de voorbije periode al onvoorstelbaar wendbaar geweest, en hebben zich telkens weer georganiseerd, en versneld wanneer dat kon. Zij gaan dat ook nu doen. Maar het is natuurlijk ook belangrijk dat we de jongeren en hun ouders op een goede manier informeren over hoe ze zich moeten registreren. Want dit zal op een andere manier verlopen dan gewoon via een uitnodiging op basis van leeftijd. Hoe zal dat gebeuren, minister?
De heer Parys heeft het woord.
Goed gedaan, minister. De vraag is natuurlijk of we dan op tijd klaar zullen zijn, zodanig dat die jongeren ten minste in de krokusvakantie – dat is binnen vier weken – allemaal geboosterd zijn, wanneer ze dat zelf beslissen en zelf willen. Dat is mijn heel concrete vraag.
Ten tweede, het gaat natuurlijk wel wat verder dan dat. We vragen u om het ook Europees wat te coördineren. Er zijn bijvoorbeeld jongeren die wel een land binnen mogen, maar dan niet in het hotel waar ze geboekt hebben. Als klap op de vuurpijl is het zo dat de verzekering in dat geval niet terugbetaalt. Dus: wat meer Europese coördinatie, dat is mijn tweede vraag.
Minister, in het slechtste geval zitten we in de zomer in juist hetzelfde schuitje, maar dan de volwassenen incluis. Hoe gaat u dat aanpakken, om ervoor te zorgen dat we daar niet in terechtkomen?
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Minister, ik vind het eigenlijk heel erg dat het EMA geen advies geeft, maar dat ondertussen andere Europese landen wel eigen beslissingen aan het nemen zijn wat die boosterprik betreft, en voorwaarden aan het stellen zijn, terwijl onze jongeren, die inderdaad al twee jaar het beste van zichzelf geven en voorzichtig zijn om kwetsbaren te beschermen, nu inderdaad de dupe zijn van dat systeem.
Ik vind het een goede zaak dat u zegt dat je natuurlijk het wetenschappelijk onderbouwde hebt dat belangrijk is, maar zoals ik zelf ook zei, dat mentaal welzijn is ook wel heel belangrijk. Als we inderdaad moeten kiezen tussen enerzijds besmettingsfeestjes en anderzijds het aanbieden van een boosterprik, dan heb ik ook snel gekozen.
Mevrouw Van den Bossche heeft het woord.
Minister, de Vooruitfractie biedt u alle steun wat dit standpunt betreft. Ook wij vinden dat het hemeltergend is dat men bij het EMA zo lang wacht om zich duidelijk uit te spreken. Het is een goede oplossing om dan aan de Hoge Gezondheidsraad een advies te vragen. Hun advies is dan toch belangrijk, al was het maar om jongeren en hun ouders toe te laten vertrouwen te hebben in die vaccinatie, in die booster, ook voor die leeftijdscategorie.
Ik hoor ook dat u klaar bent om die vaccins te zetten zodra het licht op groen kan na het positieve advies dat we toch hopen te ontvangen. Van onze fractie dus enkel maar steun op dat vlak. Ik hoor ook dat de federale overheid er bij de Europese Unie zal op aandringen om toch enige logica te hanteren in de beslissingen ter zake. De regeringen zitten op één lijn wat dit betreft. Het doet deugd om in deze crisis te zien dat men eendrachtig kan handelen.
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
Minister, ik denk dat wij allemaal wel een beetje de frustraties kunnen begrijpen die leven. De jongeren worden daardoor in een situatie gedwongen waarin we hen niet willen dwingen. Natuurlijk is het fundamentele probleem inderdaad die Europese afstemming, waarbij je ziet dat er toch een aantal onlogische zaken worden samengelegd. Ik vroeg me dus af: zijn er nog concrete plannen op Europees niveau om het gesprek daarover te voeren?
Ook hebben wij altijd gezegd dat men vooral om medische redenen moet vaccineren, niet per se om daarbij marges te creëren. Nu dreigen we eigenlijk zo’n beetje de impuls te geven van ‘laat je sowieso maar vaccineren om op reis te kunnen gaan’. Wanneer verwacht men eigenlijk echt het EMA-advies? Ik kan me immers voorstellen dat, hoewel er geen reden is om geen vertrouwen te hebben in de veiligheid van vaccinaties, dit enkel maar koren op de molen kan zijn van zij die dat vertrouwen willen ondergraven. Vandaar dus de vraag: hoe kunnen we daar zo snel mogelijk een fundamentele positie over innemen?
De heer De Reuse heeft het woord.
Denken we zelf allemaal maar eens terug aan onze eigen jeugd. Van de kampen met de jeugdbeweging over de schooluitstappen en de schoolreizen tot de diploma-uitreiking: toch allemaal momenten waar we met plezier, met een glimlach aan terugdenken, aan hoe we dat met onze vrienden en schoolkameraden allemaal hebben beleefd. Onze jeugd moet nu toch al twee jaar heel wat van die zaken missen. Ze kregen heel wat verplichtingen en verboden opgelegd. Ik denk dat de lijst toch al eindeloos lang is geworden. Nu, met het einde in zicht, het einde van de pandemie, maar ook het einde van het schooljaar, moeten we aan onze kinderen dat teruggeven waarop ze recht hebben: die mooie jeugd en een mooie afsluiting van het schooljaar.
Minister, zet dus de nodige stappen, ook in eigen land. Gebruik daar eens het gezond verstand om ervoor te zorgen dat onze jeugd kan gaan en staan waar ze wil, maar zorg er ook voor dat onze kinderen tijdig kunnen worden gevaccineerd, zodat wie wil, mee kan op skiklas of op schoolreis.
Minister Beke heeft het woord.
Collega’s, dank u wel, ook voor de steun uit de diverse fracties. Collega Van den Bossche, minister Vandenbroucke is mij vanmorgen inderdaad ook bijgetreden in mijn pleidooi. Ik hoop dus dat er het nodige gezond verstand kan zijn, ook bij de experten van de Hoge Gezondheidsraad, in de ene of in de andere richting.
En dat is eigenlijk het fundamentele. Het fundamentele is dat Europa zijn huiswerk niet maakt, dat het een Europees agentschap heeft dat zegt: we weten het allemaal niet goed, en dat intussen de lidstaten zeggen: we gaan dat wel als een voorwaarde opleggen. Dat stuit tegen de borst.
Ik kan er perfect mee leven dat het Europees Geneesmiddelenbureau zou zeggen: ja, we maken een aantal afwegingen en daarom denken we dat het misschien niet nodig is. Dat ze het dan zeggen, en dat Europa dan zorgt dat de lidstaten in de pas lopen. In het andere geval moet het wel mogelijk worden gemaakt voor jongeren die dat wel willen doen voor de volksgezondheid, voor hun welzijn en in de strijd tegen deze pandemie.
We hebben op de interministeriële conferentie een moeilijke discussie gehad – niet dat ze partijpolitiek moeilijk is – over onderwijs omdat we het hadden over de vraag hoe we ervoor zorgen dat het onderwijs niet in elkaar klapt, en hoe we ervoor zorgen dat we niet alle remmen lossen voor de viruscirculatie, want daar zijn de jongeren ook het grote slachtoffer van.
Hier gaan we dan belemmeren dat de jongeren die zich willen laten vaccineren, zich kunnen laten vaccineren om zo de viruscirculatie verder naar beneden te halen. Het is niet alleen een zaak van skireizen, het is een debat dat breder gaat dan dat.
Als de Zoë’s van deze wereld zeggen dat ze twee keuzes hebben, ofwel zich laten boosteren, ofwel zich laten besmetten, dan vind ik dat eerlijk gezegd van de pot gerukt. Dat is wat ik vanmorgen ook heb gezegd tegen de experts: neem die twee zaken in balans. Het is toch van de pot gerukt dat de jongeren zeggen dat ze dat misschien willen doen omdat ze dan een herstelcertificaat hebben en zo wel naar Duitsland op vakantie kunnen gaan, en dat ze zich anders volledig opsluiten. Dat is wat mij betreft onbegrijpelijk.
Collega Parys , bedankt dat u mij vraagt om de Europese coördinatie van de vaccinatiecampagne te doen. Als voorzitter van de IMC heb ik een jaar lang de Belgische coördinatie mogen doen. Ik zal zien of ik dit er nog kan bijnemen. Ik heb contact gehad met de premier en hij heeft dat ook aangekaart bij Europees commissievoorzitter Von der Leyen. Ik hoop dat het niet alleen bij aankaarten blijft, maar dat er ook wordt gehandeld, want dat lijkt me absoluut noodzakelijk.
Zijn onze vaccinatiecentra daar klaar voor? Wel, we zijn nog niet eind januari, maar toch al bijna. Op dit ogenblik is 78 procent van de volwassen bevolking in Vlaanderen geboosterd. We zijn daarmee Europees koploper. Wat we in het najaar van 2021 hebben gezegd, hebben we waargemaakt in onze vaccinatiecentra. Vandaag zijn we de laatste cohorte nog aan het boosteren en zijn we ook de jongeren van 5 tot 12 jaar aan het vaccineren.
Er is ruimte en capaciteit in de komende weken, in de maand februari. Februari is een overgangsmaand. Het probleem stelt zich eind februari, begin maart. We zouden dat bijvoorbeeld met QVAX of op andere manieren kunnen doen. Dat lijkt me niet het grootste probleem te zijn. Het grootste probleem is om ermee aan de slag te kunnen gaan. Ik hoop dat we dat ei gelegd krijgen. Ik hoop ook dat men met gezond verstand de nodige adviezen zal formuleren.
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Minister, de Vlaamse vaccinatiecampagne is een succesverhaal, zowel qua snelheid als qua vaccinatiegraad. Het is ook goed dat u nu zelf terug het voortouw neemt voor het boostervaccin voor de 12-tot-17- jarigen.
Eigenlijk is het compleet onbegrijpelijk dat een goedkeuring door het EMA zo lang op zich laat wachten en dat ondertussen de Europese lidstaten allemaal andere eisen stellen voor wie er op vakantie wil gaan.
Onze jongeren dreigen daar het slachtoffer van te worden. Het is dus goed dat u het voortouw neemt, dat onze jongeren na het advies van de Hoge Gezondheidsraad tegen het weekend de kans gaan krijgen, initieel op vrije keuze, om het boostervaccin te laten zetten en dat de vaccinatiecentra daarvoor alles in gereedheid gaan brengen. Onze jongeren hebben recht op die duidelijkheid. Ze hebben ook recht om nu al te kunnen kiezen voor het boostervaccin. Ze hebben twee jaar zoveel inspanningen moeten leveren en dat boostervaccin zal niet alleen helpen voor hun eigen gezondheid, maar ook voor de gezondheid van kwetsbare mensen, voor minder viruscirculatie in het secundair onderwijs en ook om met vakantie te kunnen gaan, want dat mag er ook bij zijn. (Applaus bij CD&V)
De heer Parys heeft het woord.
Minister, de vaccinatiecampagne in Vlaanderen bolt als een trein. Laat ons er nu voor zorgen dat onze jongeren daar ook op kunnen stappen zodat zij kunnen doorsporen naar hun vakantiebestemmingen en wij ze hier niet vasthouden, om geen enkele goede reden. Ik dank u om daar heel snel werk van te maken. We hopen dat iedereen die in de krokusvakantie wil vertrekken, dat ook zal kunnen doen.
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Minister, ik vind het alleszins een goede zaak dat boostervaccins al kunnen worden aangeboden aan onze jongeren, in de hoop alvast dat dat nog voor de krokusvakantie kan. Dat zal niet evident zijn maar laat ons echt alle zeilen bijzetten om dat toch mogelijk te maken. Maar het echte probleem zit inderdaad op Europees niveau en ik hoop echt wel dat daar verandering in komt, en dat niet alle lidstaten eigen beslissingen kunnen nemen die implicaties hebben voor mensen uit andere landen.
De actuele vragen zijn afgehandeld