Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Wetenschap en Innovatie
Verslag
De heer Vande Reyde heeft het woord.
De Vlaamse kweekvleesontwikkelaar Peace of Meat legde in de zomer van 2023 de boeken neer. Via het Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO) werd al ruim 700.000 euro subsidies gegeven om met het project kennis rond kweekvlees te bevorderen.
Collega's, die 700.000 euro ging niet enkel naar dat ene bedrijf. Die waren ook bedoeld om een soort kenniscluster rond de evolutie en het belang van kweekvlees, eventueel ter vervanging van echt vlees, in Vlaanderen op te bouwen. Als het over het nut van de subsidies gaat, zie ik er ook wel een legitimatie voor. Als dat kennis kan opbouwen en kan zorgen voor een hele ontwikkeling van beloftevolle innovatie, ‘why not’? Dat bedrijf is natuurlijk failliet gegaan. Dat noopt ons tot de vraag wat er nu gaat gebeuren, want dat Vlaamse project omvatte ook een geneeskundig onderzoek naar levercellen en dergelijke. Daarvoor was in totaal 3,6 miljoen euro subsidies voorzien.
Wat is momenteel de stand van zaken van die 700.000 euro? Kunnen die eventueel worden teruggevorderd?
Hoe kan VLAIO de intellectuele eigendomsrechten van Peace of Meat eventueel behouden in functie van de ontwikkeling van die cluster en in combinatie met de rest van dat subsidiebedrag van 3,6 miljoen euro?
Wat zal er met het overige subsidiebedrag gebeuren?
Welke lessen trekken VLAIO en u uit dit faillissement? Was het achteraf bekeken – en achteraf bekeken is het altijd gemakkelijk, het is dus zeker geen verwijt – misschien beter om die subsidie te geven aan basiskennis in plaats van op één – weliswaar beloftevol – bedrijf te mikken? Ik vroeg me af of daarvan al een soort analyse gebeurd was. Nogmaals, het is niet de bedoeling om vrijuit en gratuit te schieten op het toekennen van subsidies. Maar als projecten mislukken, moeten we achteraf toch analyseren wat er beter had kunnen gaan.
Minister Brouns heeft het woord.
Vooraleer ik in de diepte in uw vragen duik, wil ik hier toch benadrukken dat innovatieprojecten een inherent risico in zich dragen. Dat is belangrijk. U hebt het al gezegd, maar ik wil het zelf toch ook meegeven. Ik vind – en ik zeg het als ik ga spreken ook heel vaak – dat we in Vlaanderen nog veel te weinig een cultuur hebben waarin falen en mislukken mag. Je kunt alleen maar innoveren door te proberen. Ondernemen is vallen en opstaan, en dat gaat gepaard met risico’s. Het is dus inderdaad niet abnormaal dat een onderneming af en toe faalt met een gesubsidieerd project. Al moet ik er direct bij zeggen dat de evaluatie en opvolging van gesteunde innovatieprojecten door VLAIO er juist op gericht is de kans op wetenschappelijk en economisch succes zo hoog mogelijk te krijgen. De hele begeleiding en beoordeling is daarop gericht. En meer nog, zelfs bij het mislukken van een project of het falen van een onderneming zal VLAIO alles in het werk stellen om zoveel mogelijk baten te recupereren en er lessen uit te trekken, zoals u zelf suggereert.
Het concrete project waar u naar verwijst, werd ingediend door een consortium van partners. Het is een zogenaamd ICON-project (interdisciplinair coöperatief onderzoek), en werd dus niet enkel ingediend door Peace of Meat. In het consortium nemen ook een aantal bedrijven, de Katholieke Universiteit Leuven en de speerpuntcluster Flanders Food deel. In de pers werd foutief aangegeven dat er ruim 3,5 miljoen euro subsidies aan het bedrijf Peace of Meat werden toegekend. Dit klopt niet: het gaat om iets minder dan 1,2 miljoen euro. Dus ongeveer een derde van de subsidie was toegewezen aan deze partner. De rest van de middelen, twee derde dus, ging naar de andere partners in het consortium.
Het project werd door VLAIO stopgezet na het afhaken van Peace of Meat en na interactie met het consortium. Op dat ogenblik was al 702.000 euro steun uitbetaald aan Peace of Meat, op basis van tussentijdse verslaggeving. De terugvordering van de 702.000 euro die aan Peace of Meat werd uitgekeerd, is lopende. Hiervoor werden reeds volgende stappen ondernomen.
In eerste instantie werd Peace of Meat op 19 april 2023 via aangetekende brief in gebreke gesteld. Op 20 april 2023 werd echter het faillissement al uitgesproken.
Op 2 mei 2023 werd door het Fonds voor Innoveren en Ondernemen een vordering in het faillissement ingediend. De terugvordering bedraagt het totaal van de al aan Peace of Meat uitbetaalde voorschotten op de subsidie, dus 702.000 euro.
De vordering werd blijkens het eerste proces-verbaal (pv) van Verificatie van Schuldvorderingen op 16 juni 2023 aangehouden, en dus nog niet aanvaard. Het is dus nog te vroeg om iets te zeggen over het al dan niet succesvol zijn van deze terugvordering.
Uw tweede vraag over hoe het nu verder moet met de eigendomsrechten, is ook interessant. Het laat ons ook toe om aan te geven dat in dergelijke gevallen van falende projecten, VLAIO ook hier het onderste uit de kan probeert te halen. Het betreft hier een project waarin de speerpuntcluster Flanders’ FOOD is betrokken. Flanders’ FOOD onderneemt momenteel acties om via de curator, de intellectuele eigendom van Peace of Meat uit het project te krijgen, zodat die in Vlaanderen blijft en die mogelijk verder wordt geëxploiteerd.
De discussie daarrond loopt ook nog met de curator. Hier is er dus nog even geduld aan de orde. Wat betreft het nagaan van wat het succes van die terugvordering kan zijn, ben ik in ieder geval tevreden dat men een zekere volharding toont en Flanders’ FOOD onze belangen in deze zaak ook verdedigt.
Het project werd op 30 maart dit jaar door VLAIO opgeschort, en wordt nu ook zo ordentelijk mogelijk gestopt. Wat de rest van de door het consortium reeds gemaakte kosten betreft, zullen de scholen tot 30 maart 2023 gesubsidieerd worden, aangezien zij hun taken in het project correct hebben uitgevoerd.
Wat ook belangrijk is om hier te benadrukken, is dat het project ondanks het gedeeltelijk falen ook nuttige onderzoeksresultaten heeft bekomen die tot valorisatie in Vlaanderen kunnen leiden. Dus voor de bedrijven Solina en Nauta zit die valorisatie in vegetarische en veganistische voeding. Voor de KU Leuven en Biobase Europe Pilot Plant zit die valorisatie in de medische sector. Al bij al zijn er ook nog wel positieve neveneffecten, of meevallers bij deze tegenvaller.
Tot slot, wat uw vraag betreft over wat we hieruit kunnen leren. Welke lessen trekken we hieruit? VLAIO heeft in dit dossier correct gehandeld en is niet te snel overgegaan tot toekenning van subsidies. De subsidie werd trouwens aan meerdere partners toegekend in dit project. Ook die partners geloofden in het potentieel.
VLAIO hanteert een robuuste evaluatieprocedure, ook dat zal u al wel ter ore zijn gekomen. De inhoudelijke financiële evaluatieprocedure die zijn waarde al veelvuldig heeft bewezen, werd correct gevolgd. Voorts werd ook de opvolgingsprocedure correct gehanteerd. Beide procedures voorzien in het correcte risicomanagement. Zodra er werd gedetecteerd dat er een probleem was met het bedrijf Peace of Meat, werden er geen betaalschijven meer uitgekeerd en werden de nodige juridische stappen ondernomen om het geld ook terug te vorderen.
Meer gedetailleerd werden de volgende stappen ondernomen. Het project werd inhoudelijk geëvalueerd door drie onafhankelijke externe experten. Zij hebben na een grondige lezing van het project, in een uitgebreide bevraging van het projectconsortium, geoordeeld dat het project de volle steun kon krijgen. Daarnaast werd ook elk bedrijf onderworpen aan een financiële beoordeling. De financiële voorwaarden bij de start van een project – de verhoging van het permanent vermogen van een bedrijf met 400.000 euro, na een jaar in het project is dat een verhoging met 2,5 miljoen euro van het permanent vermogen van het bedrijf – werden ook correct vervuld.
Het beslissingscomité bij het Fonds voor Innoveren en Ondernemen (FIO) nam uiteindelijk op basis van al die elementen een positief besluit om het project de nodige steun toe te kennen. Voor VLAIO is dat een ruim beproefde werkwijze. Met een inhoudelijke beoordeling door onafhankelijke experts en een financiële beoordeling van betrokken bedrijven, minimaliseert men natuurlijk de kans dat een project faalt door een foute opzet of een faillissement.
Deze kans kan echter nooit helemaal tot nul worden herleid, zeker als het gaat om innovatie en innovatieve projecten, want die houden altijd – zoals al werd gezegd – een risico in, zowel op het vlak van inhoud als op financieel vlak. Het is natuurlijk jammer dat we nooit 100 procent alle gesteunde projecten succesvol kunnen zien voleindigen, maar dat is natuurlijk – zoals gezegd – inherent aan ondernemen en innoveren.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Ik volg u hoor, minister, over dat falen een deel van het succes is, zowel in het leven als in het ondernemen. Het is natuurlijk wel een zaak dat dat falen meestal gebeurt met eigen middelen. Als er belastinggeld mee gemoeid is, is dat wel een andere zaak. Dan moeten we wel kijken naar wat er eventueel beter en anders kan in de toekomst, en wat het vervolg en gevolg is van dat falen. Dat zijn we hier aan het bespreken. Met zomaar te zeggen dat het is gefaald en dat we het hebben geprobeerd, ga ik niet akkoord. Ik weet dat u dat ook niet zo bedoelt.
Wat het vervolg betreft, is het goed dat zowel het bedrag als de intellectuele eigendomsrechten worden teruggevorderd. Ik vind het wel jammer dat u zegt dat het project nu gestopt is omdat er één bedrijf is gefaald. Natuurlijk, als je een derde van het subsidiebedrag van het hele project toekent aan één bedrijf, heb je natuurlijk wel dat risico.
Ik zal de evaluatie van VLAIO verder afwachten, maar wat ik een beetje voel is dat je daar beter op een soort van basislaag subsidieert – voor basisonderzoek, waar verschillende actoren mee geholpen zouden kunnen zijn – eerder dan onze eieren allemaal – grotendeels alvast – in één mandje te leggen.
Goed, ik snap het originele opzet ook. Ik denk gewoon dat, eens die evaluatie met alle afloopzaken van Peace of Meat is gefinaliseerd, het misschien nuttig zou zijn dat dat ook aan het parlement kan worden bezorgd. Dan kunnen we dat misschien eens in detail bekijken.
Ik hoop alleszins niet dat dit – maar ik begrijp dat Flanders’ FOOD daar samen met de wetenschappelijke actoren in verdergaat – het einde is van het onderzoek naar vervangvlees of kweekvlees – hoe je het ook wilt noemen –, want dat blijft natuurlijk wel, ook in de klimaatstrijd en dergelijke, een belangrijke evolutie.
Minister Brouns heeft het woord.
Oké.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Ook oké. (Lacht)
De vraag om uitleg is afgehandeld.