Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Wetenschap en Innovatie
Verslag
Mevrouw Moors heeft het woord.
Minister, een vraag uit Limburg om de voormiddag af te sluiten. Tijdens de interministeriële conferentie (IMC) in Brussel hebben verschillende vertegenwoordigers van Vlaanderen, België en Wallonië, de Franstalige Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen, de Nederlandse regering en de Nederlandse provincie Limburg gezamenlijk de route naar hun kandidatuur voor het 'Einstein Telescoop'-project ondertekend. Dit betreft het bidbook, het plan waarin ze hun strategie voor het binnenhalen van dit Europese project uiteenzetten.
Eerder heeft uw collega Demir via een omzendbrief aan de omliggende gemeenten gevraagd om negatieve adviezen uit te brengen over vergunningsaanvragen voor windmolenprojecten in de nabijheid van de Einstein Telescoop.
Een gezamenlijke taskforce uit België, Nederland en Noordrijn-Westfalen is eveneens bezig met de voorbereidingen voor de gezamenlijke kandidatuur om de telescoop naar het drielandenpunt te halen.
De weg voor het prestigieuze project ligt nu dus helemaal open. Daar ben ik heel blij om. Ik heb al meermaals in deze commissie het belang van een dergelijk project aangehaald. Door de sterke economische return is een dergelijk groot project ontzettend belangrijk voor Limburg en de tewerkstelling in de ruime omgeving. Elke geïnvesteerde euro zou een return van vier euro opleveren. Het project zou op Europees niveau maar liefst 35.000 jobs opleveren, waarvan een substantieel aantal voor Limburg. Bovendien plaatst het Vlaanderen sterker in de kijker als een onderzoeks- en ontwikkelingsregio en een echte kenniseconomie.
Tegen 2026 zal de Europese Commissie de definitieve locatie van de telescoop vastleggen.
Dat brengt mij tot de volgende vragen.
Wat is het verdere plan van aanpak en welke timing wordt daaraan gekoppeld?
Er is een projectmanager aangesteld. Hoe gaat deze projectmanager aan de slag en op welke manier volgt die het project op? Wat heeft deze projectmanager al verwezenlijkt? Is er daarover een tussentijds verslag beschikbaar?
Is er al meer bekend over de verdeelsleutel die zal worden vooropgesteld tegenover Nederland en Duitsland? Zal het land dat de toegangspoort op zijn grondgebied krijgt, meer moeten bijdragen omdat het meer economische voordelen krijgt? Hebt u daarover al contact gehad met Nederland of Duitsland? Of plant u dat te doen?
Minister Brouns heeft het woord.
Dat is een belangrijke vraag. Zoals u weet, gaat de Einsteintelescoop over een zeer groot onderzoeksinfrastructuurproject, voor de detectie en bestudering van zwaartekrachtgolven, wat allemaal vrij moeilijk is om uit te leggen. Het fundamenteel wetenschappelijk onderzoek dat aan de basis ligt, gaat inderdaad moeten dienen voor heel concrete toepassingen. Ik heb ook het Conseil Européen pour la Recherche Nucléaire (CERN) enige tijd gelegen mogen bezoeken. Het zou gaan om een tunnel op 250 à 300 meter diepte, in driehoekvorm met armen van tien kilometer lang. We hebben de Einsteintelescoop vaak vergeleken met CERN 2.0, met dus een enorme sociaaleconomische hefboomkracht. Het valorisatiepotentieel naar toepassingen voor de volgende eeuw zijn gigantisch. Ik denk dus dat niemand overtuigd moet worden van het belang van het project.
We zijn nu in rechte lijn om naar een heel sterke kandidatuur te gaan samen met Duitsland en Nederland en daar werken we ook volop aan.
In de eerste helft van 2022 hebben we een Einsteinprojectmanager aangesteld bij het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek - Vlaanderen (FWO) die alles in goede banen moet leiden. Dit als voorbereiding voor een beleidsondersteunend dossier en voor de uitbouw van een projectteam dat meewerkt aan de uitwerking van het bidbook dat zal ingediend worden als kandidatuur.
Daarnaast heb ik ook het initiatief genomen om een Vlaamse Stuurgroep Einsteintelescoop op te richten, waar we overheid, kennisinstellingen en bedrijfswereld voldoende nauw bij dit project willen betrekken en laten samenwerken. Dit kon bij een vrij grote groep op een vrij enthousiaste reactie rekenen.
Daarnaast heb ik ook de Einsteintelescoop geagendeerd op de Interministriële Conferentie Wetenschapsbeleid (IMCWB), op het Belgische niveau. Met Vlaanderen zullen we immers altijd afspraken moeten maken op het Belgische niveau, om nadien te onderhandelen met Nederland en Duitsland. Als minister van Wetenschapsbeleid neem ik daar een voortrekkersrol in op. Die heb ik vorige week ook concreet gemaakt, waarbij ik verschillende ministers en staatssecretarissen uit het drielandenpunt heb uitgenodigd in Brussel om op internationaal vlak de violen gelijk te stemmen. Het bidbook zal immers ook met de Euroregio Maas-Rijn onderhandeld moeten worden.
De beslissing rond de definitieve locatie van die Einsteintelescoop wordt verwacht in 2026. U weet dat Sardinië de geduchte tegenstander is. Ik maak me sterk dat, als we samen met Duitsland en Nederland een kandidatuur kunnen indienen, we veel kans maken. Dus de samenwerking tussen de drie landen is een cruciale randvoorwaarde om in dit dossier succesvol te kunnen zijn.
Tegen 2025 moeten we weten met welke modaliteiten Vlaanderen en België kunnen deelnemen. Daarom is het ook van belang dat we het overleg hebben opgestart, zowel op Vlaams, Belgisch als internationaal niveau, alsook met de buurlanden. Ik denk dat de internationale positieve lobby’s steun zoeken voor de kandidatuur van de drie landen in dezen belangrijk is, niet alleen Frankrijk, maar ook de Scandinavische landen. Dat is nodig voor zulke grote dossiers.
In de komende maanden zal op het hoogste niveau overleg gepleegd worden voor het project Einsteintelescoop. Een geactualiseerde timeline zal worden voorgesteld, om meer duidelijkheid te brengen rond de timing en het proces richting indiening van het bidbook.
Vorige week hebben we toch wel een heel sterke wil gevoeld bij alle partners om het project echt te doen slagen en om de krachten te bundelen om die telescoop naar onze regio te halen. Dat engagement is heel uitdrukkelijk geuit. Er is een intentieverklaring getekend. We geven daarbij graag onze dank mee aan onze administratie en de projectmanager, die dat zeer nauwgezet hebben voorbereid.
De projectmanager heeft ondertussen een projectteam samengesteld dat expertise rond die o-zo-belangrijke valorisatie van de fundamentele kennis, geologie, ruimtelijke ordening en vergunningen, governancestructuren en Europees beleid rond onderzoeksinfrastructuren bundelt en samenbrengt. Hij coördineert ook de afstemming tussen deze elementen met oog op het Vlaamse beleidsondersteunende dossier. Samen met het projectteam levert de projectmanager ook de Vlaamse bijdrage aan het Vlaams-Nederlandse projectbureau, en is hij vertegenwoordigd in de Belgische taskforce, alsook die van Euregio Maas-Rijn.
Intussen werd de projectmanager benoemd tot voorzitter van de Board of Scientific Representatives, dat de wetenschappelijke uitwerking en financiering van het project op Europees niveau coördineert, en zetelt hij in de Board of Governmental Representatives, het hoogste ambtelijke overlegorgaan op Europees niveau. Dit is belangrijk aangezien het uiteindelijk niet de Europese Commissie zal zijn die beslist over de definitieve locatie, maar een groep van geïnteresseerde lidstaten van de Europese Unie.
Samen met mijn kabinet onderzoekt de projectmanager via het Departement Kanselarij en Buitenlandse Zaken en het Vlaams diplomatiek korps naar mogelijkheden om buitenlandse partners warm te maken om in een volgende fase ons consortium te vervoegen. U ziet, zonder de ondersteuning van de FWO-projectmanager Einsteintelescoop, hadden we die verschillende stappen niet kunnen nemen. Zonder die steun is dat inderdaad niet mogelijk.
Voor het vastleggen van de uiteindelijke verdeelsleutel voor de kosten verbonden aan dit project, is het momenteel nog te vroeg. We zijn ermee bezig. Eerst hebben we de nieuwe timing op Europees niveau nodig. Dat overleg zal met alle betrokken overheden zijn. Zoals u aangeeft, gaat het over Nederland en Duitsland, maar ook intra-Belgisch zullen we de verdeling van onze bijdrage moeten uitklaren. Dat is de reden waarom we al die gesprekken ook hebben opgestart.
We mogen er verder van uitgaan dat de bijdrage van elke partneroverheid in verhouding zal staan tot de baten die binnengehaald kunnen worden voor de regio. Op dat vlak valt er wel wat te verdelen, met name de toegangspoort waarnaar u verwijst, maar ook een ‘R&D center’ (Research and Development), een bezoekerscentrum en een datacentrum. Het is net daarom dat ik die Vlaamse stuurgroep heb opgestart, om die verschillende opties heel goed in kaart te brengen, en te kijken waar we ons het best positioneren.
Ik sluit graag af. De Einsteintelescoop heeft heel wat mogelijkheden en potentieel voor onze regio. Ik denk dat we niemand daarvan moeten overtuigen. Het is een magneet om de meest slimme mensen uit heel de wereld als het ware naar die Euregio te halen, en om daar onderzoek te doen. Ik zet heel graag mijn schouders onder dat project, om verdere stappen te zetten om te komen tot een heel sterke kandidatuur. De weg is lang, maar we pakken het vast. We gaan ermee door. Ik heb heel veel steun gevoeld bij mijn collega’s. Ze hebben een intentieverklaring ondertekend. Ik denk dat het nu zaak is om finaal Duitsland helemaal over de streep te trekken. Van het moment dat die kandidatuur met de drie landen eendrachtig ingediend kan worden, durf ik te herhalen dat we zeer kansvol zullen zijn.
Mevrouw Moors heeft het woord.
Minister, dank u wel voor de uitgebreide antwoorden. We moeten elkaar inderdaad niet overtuigen van het belang van de komst van de Einsteintelescoop naar het drielandenpunt. Dat zal niet alleen voor Limburg een belangrijke hefboom zijn, maar met uitbreiding voor Vlaanderen en op federaal niveau.
In dat kader horen we dat Nederland al bijna een miljard euro aan de kant gezet heeft om het project te ondersteunen. We hebben nog geen cijfers gehoord vanuit Vivaldi. Hebt u daar enige duidelijkheid over? Kunt u ook meer concreet zeggen hoeveel Vlaanderen al geïnvesteerd heeft of aan de kant gezet heeft voor het project of welk bedrag gepland wordt om daar nog in de toekomst voor te voorzien?
Tot slot had ik gevraagd of er een tussentijds verslag beschikbaar zou zijn van de projectmanager. Daar heb ik geen antwoord op gehoord.
Minister Brouns heeft het woord.
U kunt het tussentijds verslag krijgen.
Wat we geïnvesteerd hebben? Er zijn ook al antwoorden gegeven op eerdere vragen. Ik ken het bedrag niet vanbuiten, maar we kunnen u dat zeker bezorgen. Het gaat over verschillende miljoenen euro’s, 10 miljoen euro voor Vlaanderen.
U vroeg ook naar de interne verdeelsleutel, ik denk intra-Belgisch. (Opmerkingen van Rita Moors)
Dat is inderdaad nog voorwerp voor verder overleg. We hebben er met collega Dermine over gesproken dat dat ook de komende maanden aan bod zal komen.
Dank u, dan mogen we hoopvol uitkijken naar de toekomst. Er is niet alleen de politieke steun. Als daar nog financiële steun bovenop komt, hoop ik dat we een mooi project kunnen indienen en dat de keuzes juist gemaakt worden, dat de Einsteintelescoop naar het drielandenpunt kan komen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.