Verslag vergadering Commissie voor Wonen en Onroerend Erfgoed
Verslag
Mevrouw Van Werde heeft het woord.
Minister, in het verleden werden reeds meerdere vragen gesteld over de Joodse synagoge van Heide-Kalmthout. Dit gebouw uit 1929 is uniek aangezien het de enige plattelandssynagoge in ons land is. We hebben haar te danken aan de Joodse aanwezigheid in Heide tijdens de interbellumperiode.
Sinds de jaren 90 is dit erfgoed in verval. In 2005 werd daarom de vzw Synagoge Heide opgericht, die ijverde voor het behoud en de restauratie. De vzw hoopte daardoor het unieke gebouw een gepaste herbestemming te kunnen geven. De bescherming als monument kwam er op 31 mei 2007.
Toch was dit maar een eerste stap van een lange, lange lijdensweg. In 2012 stelde het toenmalige Agentschap Inspectie Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed (RWO) een proces-verbaal op wegens de ernstige verwaarlozing van de synagoge. De Antwerpse gouverneur werd aangesteld om mee te bemiddelen in het dossier.
De vzw Synagoge Heide diende in november 2016 bij de rechtbank een verzoekschrift in tot het aanstellen van een beheerder. Dat werd advocaat Koen Maenhout. In 2018 werden er met een Vlaamse erfgoedpremie en lokale subsidies dringende stabiliteits- en instandhoudingswerken uitgevoerd.
Daarnaast werd er een gespecialiseerd architectenbureau aangesteld voor de opmaak van een erfgoedbeheersplan, waarvoor een onderzoekspremie van 16.892,80 euro werd gegeven door de Vlaamse overheid. Een ontwerpversie van het beheersplan is in 2019 besproken met de beheerder, het agentschap Onroerend Erfgoed, en een vertegenwoordiger van Inter met het oog op een mogelijke erkenning als open erfgoed. Helaas is er sindsdien weinig vooruitgang geboekt.
Het grootste struikelblok in het dossier is het eigenaarskluwen. De synagoge is door vererving ondertussen in mede-eigendom van verschillende tientallen, ik geloof tegenwoordig 71 personen, binnen en buiten Europa. Om de slaagkansen van restauratie en beheer te vergroten, ijverde de vzw Synagoge Heide dan ook voor een schenking van het eigendom aan de vzw, om het dossier verder te kunnen behartigen. Zelfs een schenking door slechts een deel van de eigenaars zou een flinke stap vooruit kunnen betekenen. Ondanks de vertegenwoordiging van de Joodse gemeenschap, met name twee vertegenwoordigers van de Machsike Hadas en een vertegenwoordiger van de Shomre Hadas, blijkt deze piste een nagenoeg onmogelijke opdracht. Het hoeft geen betoog dat de eigenaarssituatie naarmate de tijd verstrijkt, alleen maar ingewikkelder wordt. Ik verneem zelfs dat zowel de tijdelijke beheerder als de provinciegouverneur recent hun taken hebben neergelegd. Ik vrees dan ook dat dat het monument uiteindelijk verloren zal gaan
Minister, kunt u een stand van zaken geven van het dossier? Klopt het dat de tijdelijke beheerder en de provinciegouverneur hun taken hebben neergelegd?
Welke mogelijkheden bestaan er om de eigenaars ter verantwoording te roepen? Welke mogelijkheden tot handhaving zijn er om dit beschermd monument te behoeden voor verder verval? Hoe realistisch is volgens u die handhaving, gezien het grote aantal eigenaars?
Bestaat er een mogelijkheid tot onteigening? Welke stappen moeten hiervoor genomen worden en hoe verloopt die procedure?
Is een herhaalinspectie nodig om de verdere verwaarlozing opnieuw vast te stellen?
Ziet u nog andere concrete mogelijkheden om dit monument alsnog te redden?
Welke lessen kunnen we trekken uit dit dossier, waarbij door versplintering van de eigendomsrechten de conservering en restauratie van waardevol erfgoed wordt gehypothekeerd?
Minister Diependaele heeft het woord.
Dank u wel, mevrouw Van Werde voor uw vragen.
Er is een goedgekeurd beheersplan en een conceptdossier voor restauratie en structurele nevenbestemming als bezoekerscentrum. Het dossier werd in 2022 niet geselecteerd voor de erfgoedpremie via oproep, maar komt in aanmerking voor een erfgoedpremie volgens de standaardprocedure. Door de medewerking van vzw Kempens Landschap kan de restauratie rekenen op een premiepercentage van zo maar eventjes 70 procent.
In de zomer van 2022 informeerde mijn administratie naar het dossier en vernam toen dat er onvoldoende eigen middelen waren om de uitvoering op te starten. Hierin wordt een financieel engagement verwacht van de eigenaars, wat er tot nu toe niet is. Maar er wordt dus proactief van bij ons contact gezocht om dat na te vragen.
Het klopt dat het mandaat van Koen Maenhout als voorlopig beheerder niet meer verlengd wordt. Provinciegouverneur Cathy Berx heeft ook beslist haar engagement in het dossier stop te zetten. Het Agentschap Inspectie RWO maakte in 2012 een proces-verbaal (pv) van verwaarlozing op, waarna een tijdelijke beheerder is aangesteld.
Mijn administratie kan na het stopzetten van dit beheer en het restauratieproject opnieuw in overleg gaan met een vertegenwoordiger van de eigenaars. Hiervoor moet wel een nieuwe vertegenwoordiger aangesteld worden, na het beëindigen van de rol van meester Koen Maenhout. Bedoeling van een dergelijk overleg is om de meest gepaste oplossing te vinden om het herstel te bewerkstelligen. Als deze besprekingen niet de gewenste resultaten halen, kan een handhavingstraject worden opgestart.
Gelet op het grote aantal eigenaars is de opstart van een hard handhavingstraject met een nieuw pv en een actuele herstelvordering ten aanzien van de eigenaars, niet evident. Onteigening staat ingeschreven in het Onroerenderfgoeddecreet als een mogelijkheid voor zowel de Vlaamse Regering als de gemeente. De procedure voor onteigening is uitgeschreven in het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017. Belangrijk hierbij is dat er ook verplicht onderhandeld moet worden met de eigenaars om tot een minnelijke verwerving te komen, een koopovereenkomst dus. Onteigening van een beschermd goed kan om redenen van algemeen nut als het goed dreigt te vervallen, te worden beschadigd of te worden vernield. Dit zal in een eventueel dossier feitelijk onderbouwd moeten worden. Een mogelijke onteigening is nog niet verder onderzocht. Uw vraag of een herhaalinspectie nodig is kan ik dus nu nog niet beantwoorden.
De mogelijkheden vanuit de onroerenderfgoedregelgeving zijn inderdaad deze die hier al genoemd zijn. Om een duurzame oplossing te vinden voor dit monument is het aangewezen dat de gekende betrokken partijen, met name de Joodse gemeenschap, de gemeente, het provinciebestuur, de vzw Synagoge Heide, Stichting Kempens Landschap en de voormalige beheerder in gesprek gaan met mijn administratie om de voorliggende mogelijkheden te bespreken. Dit is tot op vandaag nog niet gebeurd.
We moeten lessen trekken uit de omstandigheden waarin dit pand beschermd is in 2007. Het gebouw was toen al niet meer in gebruik. De moeilijke eigendomssituatie was toen al gekend, evenals het bijhorende gebrek aan middelen voor restauratie. In het kader van de evaluatie van het beschermde bestand stemt dit tot nadenken over de zin van bescherming als redmiddel, zonder duidelijk kader voor de daadwerkelijke instandhouding ervan.
Vandaag werken we hard aan een betere betrokkenheid van de lokale besturen bij de bescherming van erfgoed op hun grondgebied en schenken we meer aandacht aan de aanwezigheid van een erfgoedgemeenschap rond het erfgoed in kwestie.
Mevrouw van Werde heeft het woord.
Minister, het is inderdaad een heel complex dossier. Er is jaren over gebabbeld, dus wat kan ik er nog aan toevoegen? Ik vind het jammer, want er is goodwill van alle kanten, alleen bij de Joodse gemeenschap wachten we op medewerking. Ik denk te mogen zeggen dat ze zich de afgelopen jaren niet als een goede huisvader hebben opgesteld.
Wat u zegt, klopt. De gemeenschap moet het project dragen, er moet een hart voor zijn en als er geen band meer is, dan … Ik denk dat er zelfs overzeese eigenaars zijn die zich niet bewust zijn dat ze eigenaar zijn van dit monument. Het is doodjammer.
Ik dacht aan die herhaalinspectie en ik ben een week geleden ook eens gaan kijken om het ook eens te inspecteren. Het gebouw is in een verschrikkelijke toestand. Je ziet de stenen naar beneden komen, je ziet een gat in de vloer door de grote verwarmingsinstallatie die naar beneden is gekomen, er zitten overal duiven. Het is echt verschrikkelijk.
Het dossier heeft heel veel aandacht gekregen, het is op ATV geweest en het heeft in de Gazet van Antwerpen gestaan. Ik hoop dat deze laatste oproep aan de Joodse gemeenschap iets zal veranderen. Het is afwachten of dat laatste overleg iets zal opleveren.
Een stoute vraag misschien, maar gaat u echt handhaven als dit niets meer oplevert? Denkt u dat onteigenen echt een reële optie is?
Minister Diependaele heeft het woord.
Ik ga uw laatste vraag nog wat voor mij uitschuiven. We hebben de ervaring dat als er wat aandacht ontstaat rond erfgoed dat dreigt verloren te gaan, de tweede, derde of vierde kansen soms tot een goed resultaat leiden. De torenkraan van Temse vind ik het mooiste voorbeeld, heel het overleg in Beringen ook. Dit zijn natuurlijk grotere dossiers dan dit dossier. Wat hier het grote verschil is, en waar de knoop zit, is het feit dat het om private eigenaars gaat. Als er één is, heb je nog gemakkelijk een aanspreekpunt, maar hier heb je er zeventig of 71, en dat maakt het natuurlijk zeer moeilijk, zoals u zegt. Het zijn vaak mensen die aan de andere kant van de wereld zitten, het is moeilijk om al die mensen te verzamelen en op één lijn te krijgen. Dat is zelfs administratief heel lastig.
Het enige vergelijkbare dossier was het kasteel van Heers, dat ook vererfd was. Het heeft een kleine twintig jaar geduurd, twintig jaar administratieve opvolging, om te landen waar we nu geland zijn. Het is dus een beetje een dubbele boodschap die ik wil geven. Je moet altijd hoop hebben, die moet je altijd hebben als het dossier aandacht krijgt.
Wat de onteigening betreft, ga ik voorlopig geen uitspraak doen, want dat is iets wat je op het allerlaatste moment doet. Qua handhaving vind ik in elk geval dat we op zijn minst een duidelijk signaal moeten geven, we aanvaarden niet dat erfgoed verloren gaat. Het is dus de bedoeling daar op door te gaan. Je moet als overheid bij een mogelijke onteigening natuurlijk zien dat je niet alles gaat overnemen, omdat eigenaars misschien denken dat de overheid het toch overneemt en de eigenaars zich terugtrekken. De overheid blijft dan met al de rest zitten en dat kan ook niet de bedoeling zijn. Dus in die zin vind ik dat wij ons als overheid streng moeten opstellen. Die handhaving is er niet zonder reden, zeker niet.
Mevrouw Van Werde heeft het woord.
Ik dank u voor uw antwoord, minister. Ik begrijp het wel, maar het is jammer dat er al Vlaams geld in geïnvesteerd is. Als het hier eindigt, hebben we voor niets geïnvesteerd, maar goed, dat zijn andere bezorgdheden. Ik kan alleen maar hopen dat deze urgente oproep eindelijk tot iets zal leiden.
De vraag om uitleg is afgehandeld.