Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
De heer Bothuyne heeft het woord.
Deze vraag sluit aan bij de vorige vraag.
We werken samen met lokale besturen, als het gaat over lokaal energie- en klimaatbeleid, via het Lokaal Energie- en Klimaatpact (LEKP), waarvoor u samen met minister Somers aan de kar trekt.
De Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) heeft die samenwerking geëvalueerd en ziet een aantal drempels en uitdagingen bij de concrete implementatie van de doelstelling van dat LEKP.
Men pleit bijvoorbeeld voor structureel beleid in plaats van een beleid via calls. Men pleit voor concrete businesscases en een ambitieuzer beleid rond hernieuwbare energie. Inzake duurzame warmte pleit men voor een taxshift, waar we het hier al vaak over gehad hebben, voor lokale warmteplannen om concrete projecten uit te voeren, bijvoorbeeld een inspiratiekaart voor warmtezonering. Nog inzake duurzame warmte pleit men ook voor een gedifferentieerd beleid met collectieve versus individuele zones. Dat zijn een aantal concrete suggesties voor duurzame warmte.
En ook rond renovatie heeft men een aantal voorstellen voor of vragen bij de doelgroep zonder leningscapaciteit en de werking van energiehuizen.
Daarnaast waren er nog een aantal vragen rond vergroening – letterlijk dan –, waarbij men zich zorgen maakt over het feit dat men 2 meter van de perceelsgrens moet blijven bij het aanplanten van bomen, wat concreet bij wegen- en infrastructuurwerken problematisch zou kunnen zijn om de vergroening van ons landschap te kunnen bewerkstelligen.
Ook over water doet de VVSG een aantal aanbevelingen, bijvoorbeeld rond ontharding.
Ten slotte pleit men inzake deelmobiliteit voor een Vlaams kwaliteitslabel om zo het bos door de bomen te zien als het gaat over projecten in dat verband.
Hoe reageert u op de door de steden en gemeenten aangehaalde drempels en problemen bij de uitvoering van het LEKP?
In welke mate is er overleg tussen u en uw collega minister Somers inzake de aanpak van de drempels?
Op welke manier zult u de drempels proberen weg te werken in overleg met de VVSG? Binnen welke timing en met welk budget zult u dat doen?
Sommige zaken lijken mij quick wins te zijn, zoals een aanpassing van de afstand tot de perceelgrens voor vergroening. Hoe ziet u dat?
Minister Demir heeft het woord.
De specifieke drempels waar u in uw vraag naar verwijst, werden door de VVSG reeds gesignaleerd op 6 januari 2022 en zijn intussen in belangrijke mate ingehaald door het beleid dat wij sindsdien hebben gevoerd.
In het kader van het Lokaal Energie- en Klimaatpact werd door collega-minister Bart Somers bovendien een traject opgestart om drempels op een systematische wijze in kaart te brengen en te remediëren. Op vrijdag 21 oktober 2022 werd zo een drempelnota als mededeling geagendeerd op de Vlaamse Regering. Het betreft een traject waaraan ikzelf en de betrokken administraties uit het beleidsdomein Omgeving voluit medewerking verlenen. Ik verwijs dan ook graag naar dit traject en de drempelnota.
We werken nauw samen met minister Somers om de drempels te remediëren die worden gesignaleerd. Het is goed dat ze dat aankaarten.
Heel wat knelpunten die door de VVSG aangekaart werden, zijn ondertussen reeds achterhaald, aangezien hiervoor ondertussen de nodige initiatieven werden opgestart.
Via het Netwerk Klimaat krijgen lokale overheden de nodige professionele ondersteuning om lokaal aan de slag te gaan rond warmte. Zo hebben we een ‘inspiratiekaart warmtezonering’ ontwikkeld die de Vlaamse steden en gemeenten sinds begin dit jaar de mogelijkheid biedt om vraag en aanbod van warmte geografisch te inventariseren en zo te visualiseren welke zones in aanmerking komen voor collectieve warmteoplossingen. Ook lieten we het Netwerk Klimaat een modelbestek uitwerken waarmee steden en gemeenten vlot externe expertise kunnen inschakelen bij de opmaak van een lokaal warmteplan.
Het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA) heeft daarnaast samen met het Netwerk Klimaat de ‘Warmtegids’ uitgewerkt. Dat is een praktische handleiding voor lokale besturen om effectief aan de slag te gaan rond warmtebeleid en stap voor stap succesvolle projecten uit te werken.
In 2022 zijn we gestart met het begeleiden en cofinancieren van vijf gemeenten om een lokaal warmteplan op te maken. Vandaaruit zullen we de ervaringen en knowhow verspreiden naar de andere lokale overheden.
Ter ondersteuning van de shift naar deze duurzame verwarmingstechnieken, worden reeds heel wat premies en subsidies voorzien.
Verder wordt ook de noodzaak voor een taxshift tussen energievectoren, met name het verlichten van de elektriciteitsfactuur, bekeken. De eerste stappen hiertoe zijn al ondernomen.
Ter ondersteuning van collectieve duurzamewarmtevoorzieningen via warmtenetten, komt er vanaf 1 januari 2023 een aansluitingspremie voor bestaande gebouweenheden die aansluiten op een warmtenet.
De doelstellingen rond hernieuwbare energie werden aangescherpt.
Om renovatie te ondersteunen voor de doelgroep zonder leningscapaciteit is er de noodkooplening. Het OCMW is in dezen de projectpromotor van renteloze kredietlijnen.
De energiehuizen worden versterkt, zoals u weet, maar binnen de lokale overheden komt er ook bijkomende versterking.
Zoals ook weergegeven in de drempelnota, zal mijn administratie dit samen met de administraties van ministers Peeters en Somers verder onderzoeken.
Om die afstand tot de perceelsgrens voor vergroening aan te passen, zijn er uitzonderingsregels die afwijken van de regels van het gemeenrecht uit het Burgerlijk Wetboek nodig. Het opmaken van dergelijke uitzonderingsregels vraagt een decretaal initiatief. We kennen het probleem, maar het valt niet simpelweg op een-twee-drie weg te werken. Over andere bevoegdheidsdomeinen kan ik mij niet uitspreken, dus dat zullen we verder onderzoeken.
De heer Bothuyne heeft het woord.
Wat dat laatste betreft, is het goed dat u het probleem erkent en ook onderzoekt. Ik denk dat vele lokale besturen op dat vlak graag rechtszekerheid willen, want in de praktijk zorgt dit soms voor problemen. Graag snel actie dus. Als we daar vanuit het parlement bij kunnen helpen, dan zullen we dat heel graag doen.
Ik wil nog een element aanhalen. Rond groene warmte worden een aantal heel goede stappen gezet met de zoneringskaarten en dergelijke. Ook de aansluitingspremie is positief, al heb ik het altijd een vreemd idee gevonden dat die in de tijd zou worden afgebouwd, want de aansluitingspremie dient uiteindelijk om de financiële drempel voor het aanleggen van een warmtenet en dat net rendabel te maken, te gaan verkleinen. Het is niet zo dat de aanleg van warmtenetten, in tegenstelling tot de installatie van zonnepanelen of het plaatsen van windturbines, in de toekomst goedkoper zal worden. Waarom die aansluitingspremie degressief is opgevat, is mij dus wat vreemd. Is er eventueel ruimte om daar een stabiel kader voor te creëren? Dat is een concrete vraag.
Voorts dank ik u voor het overleg met de VVSG en met uw collega, minister Somers, om de lokale besturen maximaal te ondersteunen en hen mee te krijgen in deze transitie. We zijn belangrijke partners op het terrein.
Minister Demir heeft het woord.
Wij proberen inderdaad de lokale besturen zo veel mogelijk tegemoet te komen. Het is dus goed dat zij vanuit hun eigen ervaring meegeven welke drempels zij in de praktijk ervaren, zodat wij ze kunnen opnemen over de beleidsdomeinen heen.
Wat die groene percelen betreft: ik ga moeten bekijken of er een parlementair initiatief kan komen.
Wat uw vraag betreft over de premie: dat weet ik eigenlijk niet, dus dat moet ik bekijken.
De heer Bothuyne heeft het woord.
Ik ben blij dat u dat laatste gaat bekijken. We zullen daar te gepasten tijde op terugkomen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.