Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Minister, de taxshelter voor de audiovisuele sector, die een tijdje geleden ook werd uitgebreid naar de podiumkunsten, is een belangrijke fiscale steunmaatregel om Vlaamse producties mogelijk te maken. Tijdens de vorige legislatuur werd er een wetsvoorstel goedgekeurd om deze maatregel uit te breiden tot de gamesector. Maar de Europese Commissie maakte bezwaar, waardoor de maatregel nog niet in werking kon treden. Nu heeft onze collega, CD&V-kamerlid Steven Matheï, een nieuw wetsvoorstel uitgewerkt dat rekening houdt met die Europese opmerkingen én met de uitzonderingen die mogelijk zijn voor de culturele sector.
De Vlaamse Onafhankelijke Film & Televisie Producenten (VOFTP), de belangenbehartiger van de Vlaamse audiovisuele sector, formuleerde in De Standaard vorige week bezwaren bij dit wetsvoorstel, omdat zij vrezen dat er Belgisch taxsheltergeld naar het buitenland zou vloeien. Het was mevrouw An Jacobs die liet optekenen : “Als gamingbedrijven van over heel Europa gebruik zullen kunnen maken van de Belgische taxshelter, zal wat overschiet voor de audiovisuele sector snel afnemen. Het systeem wordt er ook fraudegevoelig door. Elke factuur voor een Belgische productie, bijvoorbeeld voor een cameraman die enkele dagen meewerkt, wordt door de overheid gecontroleerd op misbruik. Nu zou die ook alle facturen moeten controleren van pakweg een Hongaars gamingbedrijf?”, aldus An Jacobs.
Wat is uw standpunt over de uitbreiding van de taxshelter voor de gamesector?
Deelt u de vrees van de VOFTP dat het nieuwe wetsvoorstel nadelige gevolgen zou hebben voor de audiovisuele sector?
Wat is uw reactie op de inhoudelijke bedenkingen van de VOFTP met betrekking tot de culturele toets?
En dan de laatste vraag: bij de huidige taxshelter voor de podiumkunstenproducties moet het Departement Cultuur, Jeugd en Media een erkenning toekennen als Europees podiumwerk. Zal er ook voor de gamesector zo’n Vlaamse erkenning voorzien worden?
Minister Dalle heeft het woord.
Dank u wel, mevrouw Brouwers, voor de vraag. U weet dat ik als minister van media heel veel belang hecht aan de gamingsector, omdat het een relatief kleine maar wel een sterk groeiende en zeer innovatieve sector is in Vlaanderen, waarvan ik heel veel verwacht. De taxshelter is in dat verband een federaal thema dat we van zeer nabij opvolgen.
In het kader van uw vraag heb ik ook contact opgenomen met VOFTP en de Flemish Games Association (FLEGA) die me ook hun input hebben bezorgd. FLEGA is als belangenvereniging voor de gamingsector vragende partij in dit dossier. Dat spreekt voor zich. Hoewel VOFTP de gamesector een warm hart toedraagt, vreest VOFTP de impact van deze uitbreiding op de audiovisuele industrie. Dat lijkt me trouwens ook logisch, want er zijn zeer nauwe banden tussen de audiovisuele sector en de gamingsector. Ik denk ook dat in de toekomst de kruisverbanden daartussen steeds groter zullen worden en dat ook het onderscheid tussen die verschillende sectoren mogelijk doorbroken zal worden. Ook bijvoorbeeld in onze relanceplannen gaan we proberen in te zetten op samenwerkingen. Mogelijk komen daar ook interessante samenwerkingen uit tussen de gamingsector of ondernemingen binnen de gamingsector en ondernemingen in de klassieke productie- of mediasector.
Uw eerste vraag gaat ten gronde over het standpunt. In deze snel evoluerende tijden moeten we kijken hoe we alle talent in de brede audiovisuele sector in Vlaanderen maximaal kunnen ondersteunen. Ik steun dan ook ten volle de uitbreiding van het taxshelterstelsel naar de gamesector. Ik ben zeer verheugd over dit federale initiatief. Ik ben van mening dat dit een echte boost kan geven aan de gamesector, en meer specifiek aan de game-ontwikkelaars. Naast ons VAF/Gamefonds en het actieplan Gaming zie ik de uitbreiding van de taxshelter als een belangrijk instrument om de Vlaamse gamesector verder te laten groeien.
U peilde ook naar de vrees van VOFTP rond de financiële, eventueel nadelige gevolgen. Zeker in deze bijzondere tijden ten gevolge van corona is het altijd een gerechtvaardigde zorg om grondig na te gaan of er voldoende middelen zullen zijn om alle betrokken sectoren te ondersteunen via aanvullende financiering. Als je kijkt naar de evolutie de afgelopen jaren met de uitbreiding van de taxshelter van de audiovisuele sector in de strikte zin naar de podiumkunsten, dan zie je toch dat die vrees niet noodzakelijk gerechtvaardigd is. Meer nog, wanneer we naar de investeringen per sector in de voorbije jaren kijken, is er jaarlijks een lichte daling te merken voor de audiovisuele sector. Maar, er kan niet gesteld worden dat deze investeringen naar de podiumkunsten zijn gevloeid en dat dat de reden is. Er zijn wel degelijk extra investeringen aangetrokken sinds de invoering van de taxshelter voor podiumkunsten in 2017. Voor gaming kunnen we dit ook veronderstellen. Ik kan me zelfs inbeelden dat daar een positieve nieuwe dynamiek kan ontstaan die een win-winsituatie is voor alle sectoren. Ik heb daar ook cijfers over. Als u wilt, kan ik die laten toevoegen aan het verslag. Uit die cijfers blijkt duidelijk dat dat niet zomaar een zero-sum game is geweest en dat de inkomsten voor de audiovisuele sector niet weggevloeid zijn richting podiumsector en -kunsten. Ik veronderstel dat dat ook niet het geval zal zijn voor de gamingsector. Als de taxshelter gaming effectief van start gaat, zal ik uiteraard het gedrag van de investeerders nauwgezet opvolgen, in samenspraak met collega Jambon en onze federale collega Van Peteghem.
U had ook een vraag over de culturele toets. In het voorstel blijft een culturele toets behouden. Die bepaalt dat minstens 50 procent van de salariskosten op het nationale grondgebied gemaakt moet worden. De lonen vertegenwoordigen een zeer groot deel van de kosten voor de ontwikkeling van een videogame, zodat bijna de helft van de totale uitgaven sowieso in België zal moeten gebeuren. VOFTP maakt melding van een vrees die ze hebben voor mogelijke misbruiken en stelt zich de vraag hoe de Europese facturen gecontroleerd zullen worden. De fiscale controle gebeurt door de FOD Financiën. Mijn federale collega bevoegd voor Financiën, Vincent Van Peteghem volgt dat op. Ik ben natuurlijk slecht geplaatst om uit te leggen hoe de fiscale administratie dat opvolgt.
Ik wil er wel op wijzen dat het vandaag zo voorzien is dat de uitbreiding van de taxshelter in werking kan treden na de goedkeuring door de Europese Commissie én na de ondertekening van een samenwerkingsakkoord tussen de verschillende betrokken overheden, dus ook met ons als bevoegde overheid binnen de Vlaamse overheid.
Net zoals bij de podiumkunsten en de audiovisuele sector dient een productievennootschap in eerste instantie als dusdanig erkend te worden door de cel Tax Shelter van de FOD Financiën. De erkenning op het niveau van het werk – de videogame in dit geval – gebeurt door de bevoegde gemeenschap. Dit zijn natuurlijk elementen die in het samenwerkingsakkoord geconcretiseerd zullen worden. Naar mijn mening dient de culturele toets en de toepassing ervan duidelijk omschreven te worden in dit akkoord, zodat alle betrokken gemeenschappen deze toets uniform kunnen gebruiken en doen naleven.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Dank u wel voor uw antwoord, minister. U hebt natuurlijk onze volledige steun. U hebt heel duidelijk gezegd dat u ten volle de aanvraag van de gamesector steunt om ook onder het taxshelterregime te kunnen vallen. Wij steunen dat hier ook al langer. Het was dan ook spijtig dat het vorige wetsvoorstel kaduuk bleek te zijn. Laten we hopen dat het nu wel lukt.
Wat u daar stelt, is interessant. Steven Matheï zegt ook dat er heel wat Belgische investeerders zijn die specifiek wachten op een taxsheltersysteem specifiek voor gaming, die niet in audiovisuele producties willen investeren en wel in gaming, en dat het dus niet om concurrentie gaat. U hebt dat voor een stukje ook bewezen door te zeggen dat wat er eventueel minder was voor de audiovisuele sector, niet automatisch allemaal naar de podiumkunsten gevloeid is. U zei dat u daar cijfers over hebt en die gaat overmaken. Ik denk dat het interessant is dat die cijfers ook deel kunnen uitmaken van het debat in de Kamer.
Als er zo’n samenwerkingsakkoord komt, is het ook belangrijk om de bezorgdheden die er desgevallend nog zijn rond die culturele toets, dan ook mee te nemen om VOFTP toch gerust te stellen.
Ik heb niet meteen verdere vragen. We moeten een beetje kijken wat er federaal verder gebeurt. Ik hoop dat de collega’s de gamingsector ook verder willen steunen. Ik hoop dat er voor het hele taxshelterverhaal dat in de Kamer van volksvertegenwoordigers besproken wordt, ook steun komt van de collega’s die het daar mee voor het zeggen hebben, en ook vanuit de oppositie. Ik hoop dat dat soort wetsvoorstellen op een zekere unanimiteit zou kunnen rekenen.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Dank u wel voor de vraag, collega Brouwers, want het is een belangrijk thema. De taxshelter is al een heel succesvol federaal instrument gebleken voor films, voor onze audiovisuele productie, en zelfs voor theater en muziek.
Dat de gamesector daar aanspraak op zou kunnen maken, daar staat ook onze fractie volmondig achter, dat weten jullie. En ook VOFTP, want de bezorgdheden die VOFTP nu heeft meegegeven, zijn er niet vanuit de gedachte: ‘Wij willen absoluut dat de gamesector wordt uitgesloten, want anders gaan wij minder krijgen.’ Dat is niet de beweegreden van VOFTP, denk ik. Er ligt wel een terechte bekommernis in het feit dat de lokale bestedingsverplichting geschrapt zal worden. Voor games zouden namelijk niet alleen de uitgaven in België, maar in heel Europa in aanmerking komen, waardoor de facto alle producenten in heel Europa Vlaams belastinggeld – we moeten toch zeggen dat het dat is – zouden kunnen komen rapen. Er zijn er momenteel al heel veel aan het kijken. De game-industrie is toch een van de belangrijkst wordende takken binnen de cultuurindustrie en is wereldwijd een zeer belangrijke industrie aan het worden. Dan zou je een drooglegging krijgen voor film, voor televisie, voor theater en komt het misschien zelfs niet ten goede aan de hele gamingsector.
Dan zou je een drooglegging krijgen voor film, voor televisie, voor theater en komt het misschien zelfs niet ten goede aan de hele gamingsector.
Minister, ik denk dat u het absoluut moet opnemen met uw federale collega. U hebt daar twee oplossingen. We kunnen de gaming via andere manieren van ondersteuning dan de taxshelter helpen, maar ik vind dat de taxshelter wel een goed instrument zou zijn. Maar dan moeten we de taxshelter robuuster maken om hem duurzaam te houden. Een heel concreet probleem is bijvoorbeeld al dat – en dat zal mijn concrete vraag zijn – je momenteel voor audiovisuele producties maximaal 37 procent van het productiebudget buiten België, dus binnen de Europese Unie, kunt uitgeven. In het voorstel dat voorligt zit er voor games geen begrenzing op. Je kunt dus 100 procent fiscale steun genieten wanneer het productiebudget voor 100 procent buiten België wordt uitgegeven. Dat lijkt me toch al een eerste belangrijk punt.
Een tweede probleem is dat het totale bedrag dat je als producent aan financiering kunt ophalen, nu begrensd is op 2,5 per game. Maar dat is geen oplossing, in die zin dat dan effectief voor dat ene game alles opnieuw naar het buitenland zou kunnen gaan.
Minister, wees gerust, ik doe ook het nodige werk naar onze vertegenwoordigers in de Federale Regering om dit op te nemen, want ik denk dat de doelstelling moet zijn om onze taxshelter als succesrijk systeem te houden. Het is heel technisch, sorry, maar het is wel heel belangrijk.
Mevrouw Coudyser heeft het woord.
Ik denk dat ook onze fractie zich altijd uitgesproken heeft voor de taxshelter op games. Het is inderdaad jammer dat het wetsvoorstel dat in de vorige legislatuur goedgekeurd is, niet de toets van de Europese aanmeldingscommissie heeft doorstaan. Ik begrijp dat we op zoek gaan naar oplossingen, want de taxshelter is inderdaad belangrijk, ook voor de gamesector.
Ik heb dezelfde bezorgdheid als mevrouw Segers zoals ze die net geuit heeft, dat we eigenlijk eerder een boost zullen geven aan buitenlandse producenten terwijl de doelstelling net is om een belastingvoordeel te geven zodat onze Vlaamse gamesector en audiovisuele sector kunnen doorgroeien en bloeien. Dat is eigenlijk ook het actieplan. We zullen sowieso het debat in de Kamer moeten afwachten en zien welke nieuwe regelgeving daar nu uit komt.
Ik begrijp ook VOFTP, die dan wel niet zeggen dat dat er niet mag komen voor de gamesector, maar eigenlijk ook die zaken uiten die echt bekeken moeten worden.
Ik ben ook wel benieuwd naar de cijfers die u zult meegeven. We zeggen dat immers, zowel in de vorige legislatuur als nu, ook altijd: we moeten het systeem van de taxshelter, die we uitbreiden naar podiumkunsten en straks naar gaming – er zijn nog sectoren die de vraag hebben om onder de taxshelter te vallen –, goed monitoren. Misbruiken moeten sowieso weggewerkt worden. Maar we moeten ook kijken in welke mate de investeringen die komen via bedrijven die taxshelteren, invloed hebben. Is dat extra belastinggeld dat we daarmee binnenkrijgen als duw in de rug en als zuurstof voor die verschillende sectoren? Of is het totaalbedrag van het aantal bedrijven die taxshelteren op een bepaald moment bereikt? Natuurlijk kunnen we dat nu heel moeilijk monitoren omdat de coronacrisis uiteraard ook zijn invloed gehad zal hebben. Maar het zou toch belangrijk zijn om dat eens goed te bekijken en te analyseren.
Los daarvan heb ik nog een bijkomende vraag in verband met het Actieplan Gaming. Ik zag dat daar ook breder een evaluatie gebeurt en dat daarvoor een onderzoek gebeurt bij de VUB en de Universiteit Antwerpen. Dat zou in april opgeleverd worden. Ik weet niet of dat ondertussen gebeurd is en of u ons al de grote lijnen van dat onderzoek kunt meegeven.
Minister Dalle heeft het woord.
Dank u wel voor de bijkomende vragen en opmerkingen, collega’s.
Vooreerst heeft mevrouw Segers een aantal opmerkingen gemaakt die ook betrekking hebben op het federale wetsvoorstel. Ik denk dat het niet de bedoeling is om hier in detail dat voorstel te bespreken, maar ik zou misschien toch wel twee zaken willen aangeven die ook gelinkt zijn aan onze bevoegdheid vanuit Media. Ten eerste kunnen vanuit het federale niveau geen culturele toetsen ingeschreven worden in de wet. De federale overheid is daarvoor niet bevoegd. Dat komt toe aan de gemeenschappen, aan ons, vanuit de Mediabevoegdheid. Het is dan ook aan ons om, wanneer het voorstel is goedgekeurd, het uit te werken en aan te wenden voor de voorafgaandelijke erkenning van een in aanmerking komend werk. Zoals ik het nu zie is het de bedoeling om op dat vlak ook een samenwerkingsakkoord op te maken. Zodra het wetsvoorstel is goedgekeurd, kunnen we dat ook concreet maken samen met de twee andere gemeenschappen en de federale overheid.
Het tweede punt gaat over de territoriale toepassing. Het is zo dat de Europese Unie niet akkoord gaat met een overname van de geldende bepalingen voor de audiovisuele sector en de podiumkunsten richting gaming. Europa is van mening dat de uitzonderingen voor de audiovisuele sector en de podiumkunsten niet texto overgezet kunnen worden. Ze hebben daar goede redenen voor op basis van het Europees recht. Om hieraan tegemoet te komen dient de territoriale beperking uit de wet gehaald te worden, enkel voor videogames, door verwijzingen naar de uitgaven op Belgisch grondgebied te veranderen naar uitgaven in de Europese Economische Ruimte.
Over de studie rond gaming kan ik nog geen duidelijkheid geven, collega Coudyser. Ik heb nog geen kennis kunnen nemen van de conclusies. Zodra die bekend zijn, kunnen we het daar uiteraard ook in de commissie over hebben. Het klopt dat het vervolg van het Actieplan Gaming een heel belangrijk punt is. De taxshelter wordt natuurlijk federaal bepaald, met een samenwerkingsakkoord met ons. Het Actieplan Gaming is iets dat effectief volledig tot onze bevoegdheid behoort. We gaan dus zeker nog de kans hebben om daar grondig op in te gaan.
Verschillende collega’s hebben gepeild naar die cijfers over de taxshelter. Ik stel voor dat ik misschien de gedetailleerde tabellen onmiddellijk na de commissievergadering ter beschikking stel. Die taxshelter is ingevoerd in 2017, en ik maak even abstractie van het coronajaar 2020 omdat dat een serieuze terugval is voor de twee sectoren. Maar in de grootteorde zien we dat er vanaf 2017 tot in 2019 een constante stijging geweest is van de inkomsten van 37 miljoen euro – ik rond af – in 2017 naar 48 miljoen euro in 2019. Het Vlaamse aandeel daarin was in het begin ongeveer 28 miljoen euro en tegen het einde, 2019 dus, ongeveer 34 miljoen euro. Het gaat dus vooruit.
De vraag is dan wat de impact geweest is op de audiovisuele sector. Daar zie je dat men in 2016 zat aan 162 miljoen euro, dat dat in 2017 en 2018 is gedaald naar respectievelijk 159 miljoen euro en 143 miljoen euro en dat het dan opnieuw is gestegen in 2019 naar 147 miljoen euro op Belgisch niveau. Het is in elk geval geen constante daling, het is vrij onregelmatig, met een stijging in 2019. Als je dan kijkt naar het aandeel van de Vlaamse Gemeenschap, starten we in 2016, net vóór de invoering voor de podiumkunsten, op 63 miljoen euro. Dat stijgt vervolgens in 2017 naar 64,5 miljoen euro – dat is toch wel opmerkelijk. Dus op het moment van de invoering stijgt het. Ook het jaar nadien, in 2018, stijgt het naar 66 miljoen euro. En er is een terugval in 2019 naar ruim 58 miljoen euro.
Dus ook daar zie je dat je niet kunt afleiden uit die systematiek, uit die cijfers, dat de inkomsten wegvloeien van de ene naar de andere sector. Op die basis maak ik me sterk dat dat ook voor de gamesector het geval kan zijn en dat er een positieve dynamiek kan ontstaan die versterkend is voor de drie respectievelijke sectoren. Misschien zullen investeerders daardoor het belang ervan nog meer inzien en leren ze die methodiek nog beter kennen. Daardoor kunnen er nog extra investeringen komen. Dat kan het geval zijn, ook dankzij het feit dat we in de economische relance via het Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF) in zowel de audiovisuele als de gamesector heel fors extra zullen investeren. Dus de private investeringen zullen ondersteund worden, niet alleen door een federale taxshelter, maar ook door extra investeringen via het VAF.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Ik dank de minister voor zijn bijkomend antwoord. Het is inderdaad zo dat we in deze commissie het wetsvoorstel niet ten gronde moeten bespreken. Vanuit Europa zijn er opmerkingen gekomen dat we niet aan staatssteun mogen doen en een aantal zaken anders moeten formuleren. Er zal wel vereist worden dat 50 procent van de medewerkers, dat was het voorstel van Steven Matheï, Belg moet of een link moet hebben met dit land en dat dat criterium expliciet van toepassing moet zijn op een aantal essentiële rollen binnen zo’n gameproductie, zoals de art director, de producer, de leidinggevende game designer. Ik denk dat er voldoende waarborgen zijn dat de Vlaamse gamesector daarvan zou kunnen genieten.
Collega Coudyser, ik wil uw idee om een evaluatie te brengen van het Actieplan Gaming zeker steunen. We kunnen de onderzoekers in een kleine hoorzitting uitnodigen. We kunnen dat later bespreken. Het kan nuttig zijn om daar op die manier verder mee aan de slag te gaan.
De vraag om uitleg is afgehandeld.