Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Verslag
Mevrouw Sleurs heeft het woord.
In deze tijden van het coronavirus en de roep naar vaccins, schrok ik vorige week toch wel toen ik een ongevraagde e-mail kreeg van de vzw Preventie Vaccinatieschade, die tegen vaccinatie is en daarover heel wat nieuws verspreidt.
We hebben het hier al vaak over vaccinaties gehad. Daarom wou ik dat onder de aandacht brengen. Ik was blijkbaar niet de enige. Nog enkele andere volksvertegenwoordigers van mijn fractie – van andere fracties weet ik het niet – hebben deze e-mail in februari 2020 mogen ontvangen.
De Vlaamse Gemeenschap hecht veel belang aan preventie en vaccinatie. Daarom vraag ik u hoe u het vals nieuws over vaccinaties wilt aanpakken. Wat bent u van plan, wat is daar de timing van? Welke strategieën zullen hiervoor worden gebruikt?
Organisaties met websites zoals deze doen meer kwaad dan goed. Kunt u daartegen optreden? Zo ja, hoe zult u dat doen?
Minister Beke heeft het woord.
Binnen de Vlaamse Vaccinatiekoepel is er een eerste bespreking geweest en werd ook een aanzet gegeven voor de aanpak van deze problematiek. Er werd geopteerd om vooreerst een overheidsopdracht uit te schrijven om zicht te krijgen op hoe om te gaan met vaccinatietwijfel, de zogenaamde ‘hesitancy’. Het opvolgen van fake news kan daar uiteraard onderdeel van uitmaken. De opdracht zal wellicht binnenkort toegewezen worden. We kijken uit naar het resultaat van die opdracht.
Binnen de uitgeschreven overheidsopdracht zal vooral gewerkt worden rond vertrouwen in vaccinatie. Hierbij zal bevraagd worden wat de noden zijn van de vaccinatoren en hoe hieraan tegemoet te komen. Ik kan mij voorstellen dat een aantal omstandigheden maken dat het vertrouwen in vaccinaties zal toenemen, voor diegenen die daar op dit ogenblik aan zouden twijfelen.
Bij deze opdracht willen we ook een aantal bestaande publicaties en methodieken inventariseren en op basis van dat materiaal komen tot een strategie en een soort draaiboek over hoe om te gaan met deze situatie in het algemeen, en tot een crisisdraaiboek voor het geval dat de antivaccinatiegeluiden zouden toenemen waardoor de vaccinatiegraad in het gedrang dreigt te komen. Deze strategie en draaiboeken worden opgemaakt om implementeerbaar te zijn in de concrete context en situatie van het vaccinatiebeleid in Vlaanderen.
Daarnaast is Vlaanderen, via het agentschap Zorg en Gezondheid en de Universiteit Antwerpen, ook actief in een internationaal EU-‘Joint Action on Vaccination’-project. Dit project focust in een aantal van zijn werkpakketten ook op vaccinatietwijfel en hoe daarmee om te gaan. Het zal ons ongetwijfeld ook een reeks materialen opleveren. De materialen zullen dan verder gebruikt worden in de voorbereiding van een volgende gezondheidsconferentie om de huidige gezondheidsdoelstelling vaccinaties te actualiseren.
Mijns inziens is het belangrijkste om als Vlaamse overheid een betrouwbare en vertrouwde bron van informatie te zijn, en dus het brede publiek en de vaccinatoren correct te blijven informeren. De boodschap die organisaties zoals de vzw Preventie Vaccinatieschade verkondigen, is niet bevorderlijk voor een evidencebased beeldvorming rond vaccinaties. Het lijkt me evenwel niet zinvol om tegen dergelijke organisaties actief op te treden. Ik vrees dat dit immers meer kwaad dan goed zou doen.
Mevrouw Sleurs heeft het woord.
Minister, dank u voor uw antwoord. Ik ben tevreden dat dit aspect van ons vaccinatiebeleid onder de aandacht wordt gebracht. Ik kijk uit naar de resultaten van de overheidsopdracht en de verdere acties die zullen worden ondernomen om dit soort nieuws tegen te houden. Ik zal dit verder opvolgen.
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Ik heb in de commissie en in de plenaire vergadering al meerdere malen gesproken over het gevaar van dat fake news. Het staat ook in het regeerakkoord, dat we actie gaan ondernemen tegen fake news inzake vaccinatie. Ik ben heel blij te horen dat er een overheidsopdracht is uitgeschreven om te werken rond die twijfel met betrekking tot vaccinatie, niet alleen bij toekomstige ouders of ouders maar ook bij hulpverleners. Uit de cijfers bleek toch ook dat er twijfel bestaat bij hulpverleners om zichzelf te laten vaccineren. Ik hoop dat ook daarmee rekening zal worden gehouden.
Mevrouw Groothedde heeft het woord.
Minister, ik denk dat we allemaal die mail hebben gekregen. Weet u van wie dat idee uitgaat? Op die site is dat heel moeilijk te achterhalen. (Opmerkingen van Elke Sleurs)
Dat is, zoals collega Sleurs zegt, inderdaad zeer typisch.
Ik volg u wanneer u zegt – of ik interpreteer het in elk geval zo – dat we vooral bij jonge ouders moeten optreden. We moeten jonge ouders al heel vroeg in het proces, al voor de geboorte, tijdens het prenataal project, inlichten over vaccinatie. Daar ligt een heel grote rol voor de consultatiebureaus, voor de Huizen van het Kind en voor de huisartsen. Dit is echt een rol waar de eerste lijn kan schitteren en waarin wij hen heel goed kunnen bijstaan.
Ik kijk uit naar uw antwoord.
Minister Beke heeft het woord.
Ik weet niet van wie de mail uitgaat.
Mevrouw Sleurs heeft het woord.
Zoals collega Groothedde zegt, is de eerste lijn en informatie voor jonge ouders heel belangrijk. Alles kan beter, maar we moeten er continu aandacht voor hebben. Huizen van het Kind en huisartsen zijn daarvoor goed geplaatst.
En van wie de mail komt, weten we inderdaad niet.
De vraag om uitleg is afgehandeld.