Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
De heer Ronse heeft het woord.
Minister, op 13 oktober hebben we hier in de commissie gedebatteerd over de plannen omtrent Parking C. De aanleiding was het ‘ochtendgrijs’, zoals collega Michel Doomst dat zo mooi noemde, dat is ontstaan naar aanleiding van de kennisgevingsnota-MER (milieu-effectenrapport). Ghelamco had daarin geschreven dat er bijvoorbeeld 78.000 vierkante meter aan horeca zou komen. Dat staat ongeveer gelijk aan 15 voetbalvelden. Er rezen ook een pak vragen over de compatibiliteit met het GRUP-VGSB, het Vlaams Strategisch Gebied rond Brussel, dat stipuleert dat er maximaal 50.000 vierkante meter recreatie mag zijn. Dat leek handig opgelost door heel wat vierkante meter onder horeca en kantoren te catalogeren.
Op 9 november is dan de richtlijnennota voor het project-MER gepubliceerd, en die heeft ons, eerlijk gezegd, wat gerustgesteld. Die nota gaat immers ook in op het ‘ochtendgrijs’ dat door ons werd aangebracht in de commissie. Ik citeer uit de nota: “De kennisgevingsnota geeft aan dat de geplande ontwikkeling volledig binnen het GRUP ‘Afbakening van het Vlaams Strategisch Gebied rond Brussel en aansluitende openruimte gebieden’ (VSGB) past. Dit wordt nergens in de KG cijfermatig aangetoond.” Verder lezen we: “Er wordt gesteld dat Brussel niet beschikt over een stadion dat voldoet aan de UEFA-normen. Preciseer over welke normen het gaat. Het Eurostadion wordt voorgesteld als vervanging van het Koning Boudewijnstadion op de Heizel, maar neemt niet alle functies over. Verduidelijk welke functies niet meer voorzien worden.”
Verder in de nota geeft men aan dat er onvoldoende werd ingegaan op alternatieven. Men wil een betere onderbouwing om aan te tonen dat er geen redelijke doelstellingsalternatieven zijn. Ook met betrekking tot de ontsluiting zijn er bijzonder fundamentele vragen, onder meer over de verlaagde onderdoorgang van de Romeinsesteenweg langs de Heizelpaleizen. “Een alternatief zonder deze verbindingsweg en/of met een gelijkgrondse kruising moet daarom worden uitgewerkt”, stelt het rapport. Tot slot vraagt men om in het MER verschillende exploitatiealternatieven te bestuderen, omdat het uiteraard ook over andere evenementen dan louter voetbalmatchen gaat.
Tegelijk hebben we op 30 oktober in De Morgen kunnen vernemen dat uw kabinet de bouwplannen voor het stadion – niet voor de ontsluiting, maar voor het stadion zelf – heeft ontvangen. Dat heeft uw woordvoerder toch bevestigd, volgens De Morgen. Minister, kunt u ons op basis van de informatie die u hebt uit de plannen die u volgens uw woordvoerder op 30 oktober hebt gekregen, iets meer vertellen over de compatibiliteit van het stadion en het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan VSGB? Die richtlijnennota is een serieuze boterham aan huiswerk. Hebt u er enig zicht op wanneer een ontwerp-MER of project-MER kan worden afgerond?
Mijn derde vraag brengt ons terug bij het verhaal dat we op 13 oktober hebben gebracht. Is er perspectief op een stadion in 2020? Als de project-MER bijvoorbeeld pas tegen eind 2016 is afgerond, en dan moet men nog milieu- en bouwvergunningsaanvragen doen, dan vrezen wij toch een en ander.
Door de beslissing van de Raad van State over NEO weten we dat het huidige stadion voorlopig niet kan worden afgebroken. We gaan ervan uit dat dit een opportuniteit biedt voor het garanderen van de Memorial Van Damme, die onze bijzondere aandacht en bezorgdheid geniet. Maar onze ongerustheid is uiteraard niet helemaal weggewerkt.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Mijnheer Ronse, het is niet de eerste keer en het zal waarschijnlijk ook niet de laatste keer zijn dat dit dossier hier ter sprake komt.
Over welke gegevens beschikken wij op dit moment? Er is melding gemaakt van een multifunctioneel complex met diverse verweven functies: horeca, bedrijven, recreatie, diensten, kantoren, openbare en private nuts- en gemeenschapsvoorzieningen, socioculturele inrichtingen, recreatieve voorzieningen en een parking. Het project zal dus verschillende bestemmingen huisvesten. Het concrete aantal vierkante meter per functie of bestemming werd ons nog niet officieel overgemaakt. We kunnen ons daarover dus niet uitspreken. Momenteel kan niet worden bepaald of het project al of niet conform is met de van toepassing zijnde stedenbouwkundige voorschriften van het RUP. Daar hebben we het volledige aanvraagdossier voor nodig, met alle stukken die daartoe vereist zijn. Op dit moment loopt de project-MER-procedure. Ik lees in de pers dat de aanvrager stelt dat het project conform is met het GRUP. Wij kunnen dat niet bevestigen op basis van de gegevens waarover wij beschikken. Een stedenbouwkundige aanvraag zal in ieder geval in overeenstemming moeten zijn met de stedenbouwkundige voorschriften in het GRUP ‘Zone C1’.
De dienst Milieueffectenbeheer ontving onlangs een ontwerptekst voor het MER ‘Eurostadion Brussels’. Over deze tekst worden nu in januari technische adviezen ingewonnen. Die adviezen zullen worden verwerkt. Dan wordt de ontwerptekst besproken. Dan wordt beslist welke aanpassingen er nodig zijn voor de project-MER en zal er eventueel een tweede ontwerptekst worden opgesteld. De MER-procedure zal dus eindigen met het indienen van een definitieve tekstversie. Na de goedkeuring van de project-MER kan de stedenbouwkundige vergunningsaanvraag worden ingediend.
Het is niet duidelijk of het één integrale aanvraag wordt, of dat het project zal worden opgedeeld in verschillende aanvragen. We weten dus niet of het conform is. Indien de aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de reguliere procedure, zal de aanvraag moeten worden ingediend bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Grimbergen. Indien het project zou vallen onder een bijzondere procedure, zal de aanvraag moeten worden ingediend bij het departement Ruimte. Maar op dit moment is dat niet duidelijk.
Het klopt natuurlijk dat de timing krap is, maar het is de initiatiefnemer die ervoor moet zorgen dat alle stappen correct en snel worden gezet. Vanuit de overheid zullen wij dit alles op een klantvriendelijke manier bekijken. Maar wij kunnen niet in de plaats van de initiatiefnemer stappen zetten. We moeten als overheid correct meedenken en meehandelen, maar het initiatief moet vanuit de aanvragers komen.
De heer Ronse heeft het woord.
Minister, dank u wel voor deze bijzonder boeiende les over MER-procedures en -projecten.
U hebt de plannen gekregen van het stadion. Dan kan het, zo lijkt mij, toch niet zo moeilijk zijn om de oppervlaktes te berekenen van de verschillende functies. U kunt misschien al zeggen wat de deeloppervlaktes zijn, zoals u ze hebt gekregen. Wat is effectief bestemd voor horeca? Klopt het dat daar 78.000 vierkante meter of vijftien voetbalvelden aan horeca wordt ingepland? Staat dat zo op de planning die u hebt gekregen? Ja of neen?
Ik heb alle vertrouwen in de dienst MER. Zal men het voorschrift in het GRUP respecteren om in die hele MER-studie volwaardig rekening te houden met alle criteria omtrent ontsluiting en de plannen voor ontsluiting? Voor deze spelers moeten wij met betrekking tot procedures minstens dezelfde discipline aan de dag leggen als voor andere spelers in Vlaanderen.
De heer Sintobin heeft het woord.
Minister, ik wil niet antwoorden in uw plaats, maar het is natuurlijk de initiatiefnemer die moet aantonen hoe het dossier in elkaar steekt en niet uzelf.
Ik baseer mij op een artikel dat is verschenen op brusselnieuws.be en op de richtlijnennota voor de bouwheer om te denken dat wij nog nergens staan. Voor mij is dat geen probleem, maar ik maak hier van de gelegenheid gebruik om ervoor te waarschuwen dat de perceptie niet mag ontstaan dat Vlaanderen verantwoordelijk is voor het organiseren van Euro 2020. Ik vrees dat dat de uitkomst zal zijn wanneer ik zie hoe moeizaam dit dossier verloopt. We zijn inderdaad op een aantal jaren van de organisatie van Euro 2020. We weten allemaal hoe dergelijke dossiers verlopen. Ik verwijs naar Uplace. Dat gaat over een periode van tien jaar. Met betrekking tot het dossier Euro 2020 staan we nog niet met de schop in de grond, zoals we dat dan zeggen.
Ik vraag net als de heer Ronse – en ik ga ervan uit dat dit zal gebeuren – dat alles volgens de correcte procedures gebeurt. De heer Ronse heeft een aantal zaken uit de richtlijnennota opgesomd. De dienst van het departement Leefmilieu vraagt aan de bouwheer om er rekening mee te houden. De heer Ronse heeft maar een paar zaken opgenoemd, maar ik kan er nog meer opnoemen.
Laat me er vooral op aandringen dat alles correct verloopt en dat Vlaanderen niet verantwoordelijk wordt gesteld voor dit manke dossier van de bouwheer van Ghelamco.
Ik kan geen details geven over de oppervlakte omdat ik die niet heb.
Daar nemen we akte van. We kijken uit naar het MER-rapport. We hebben er alle vertrouwen in dat dat correct zal worden behandeld. Waar we minder vertrouwen in hebben, is dat er een Europees kampioenschap zal plaatsvinden in een nieuw stadion op Parking C aan de Heysel. Het zou een mirakel zijn, mocht dat tegen die tijd geklaard zijn.
De vraag om uitleg is afgehandeld.