Verslag vergadering Commissie voor Onderwijs
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Krekels heeft het woord.
Het Vlaams regeerakkoord zet de zorg voor hoogbegaafde jongeren hoog op de agenda. Die aandacht is nodig want de problematiek van hoogbegaafdheid blijft nog veel te vaak onder de radar, ook al is 2 tot 3 procent van de Vlamingen hoogbegaafd.
Als eerste actie maakte de minister specifieke middelen vrij om voorbeeldscholen en een expertisecentrum te laten werken rond expertiseopbouw inzake hoogbegaafdheid. De aanbevelingen uit dit project zullen op termijn leiden tot bijsturingen in de regelgeving en maatregelen die ten vroegste ingaan vanaf het schooljaar 2022-2023.
Op woensdag 22 december berichtte Het Nieuwsblad dat kinderen jonger dan 8 jaar voortaan hun diploma lager onderwijs via de Examencommissie kunnen halen omdat u, minister, de minimumleeftijd hebt geschrapt. Daarmee haalt u een muur weg waar uitzonderlijk hoogbegaafde kinderen af en toe tegen botsen. De maatregel is een nooddeur, want het blijft belangrijk om elke jongere in de mate van het mogelijke het reguliere onderwijspad te laten lopen. Voor sommige hoogbegaafde jongeren zal deze aanpak op maat wel helpen om niet door de mazen van het onderwijsnet te glippen.
Vanaf wanneer zal deze maatregel ingaan? Hoe zult u ervoor zorgen dat de scholen voldoende expertise hebben om met de ouders en de leerling een beslissing te nemen om ze vroeger te laten doorstromen? Hoe zullen de scholen het aandurven om die beslissing te nemen? Welke flankerende zorgmaatregelen voorziet u om deze jongeren zo goed mogelijk te ondersteunen? Kunnen zij bijvoorbeeld een beroep doen op mensen van het ondersteuningsnetwerk? Welke regelgevende initiatieven plant u nog om de hoogbegaafde jongeren zo goed mogelijk te ondersteunen in het onderwijs? Of wacht u hiervoor het verdere verloop van het project af?
Minister Weyts heeft het woord.
De maatregel waarbij de minimumleeftijd voor het getuigschrift basisonderwijs vervalt, gaat in op 1 september 2022 en kan dus voor het eerst toegepast worden in het schooljaar 2022-2023. In het project van de voorbeeldscholen werd ingezet op voorbeeldpraktijken, onder andere het versnellen. We zorgen ervoor dat de kennis uit het project breed beschikbaar wordt gesteld. Er is vanuit het project TALENT ook al heel wat kennis aanwezig, die ook online beschikbaar is. Ook in het handelingsgericht diagnostisch protocol over cognitief sterk functioneren, is er aandacht voor versnellen.
Scholen moeten de aandacht voor zeer makkelijk lerende en (uitzonderlijk) hoogbegaafde leerlingen meenemen in hun basiszorg en verhoogde zorg. Dat was een belangrijk uitgangspunt bij de start van het project met de voorbeeldscholen. Momenteel zetten die als ankerscholen in op de verspreiding van hun ervaringen naar telkens een twintigtal nieuwe scholen die een beleid en praktijk naar deze groep willen uitbouwen. Die ervaringen kunnen ook inspirerend en verrijkend zijn voor andere scholen.
Vanuit het project voorbeeldscholen zijn er al aanbevelingen gedaan op het gebied van regelgeving, onder andere de maatregel inzake versnelling die ik net heb toegelicht en die we effectief snel hebben ingevoerd. Binnen de overheid beoordelen we deze voorstellen op haalbaarheid en wenselijkheid. We zullen desgevallend dan ook een regelgevend initiatief nemen.
Ik denk dat ik wel getoond heb bereid te zijn om daar snel mee aan de slag te gaan. Dat geldt met vorige maar ook met toekomstige aanbevelingen, maar opnieuw zal ik deze ook toetsen op wenselijkheid en haalbaarheid.
Mevrouw Krekels heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoorden. Ik zou nog even willen inzoomen op twee zaken.
Ik had in mijn vraagstelling inderdaad gevraagd naar flankerende zorgmaatregelen voor jongeren, want ik merk in gesprekken met scholen dat zulke maatregelen voor de scholen zelf belangrijk zijn omdat ze vaak ook in de huidige regelgeving al veel initiatieven kunnen nemen aangaande hun hoogbegaafde leerlingen maar dat vaak toch niet aandurven. Ik heb recent een voorbeeld gehad van kinderen die willen versnellen en in het vijfde leerjaar of in het vijfde secundair zitten, waardoor de school wel in de mogelijkheid is om hen mee te laten doen met toetsen en eindexamens van het zesde leerjaar of het zesde middelbaar waardoor zij dan het getuigschrift of het diploma zouden kunnen halen, maar dan toch kiezen, juist omdat het zo'n cruciaal moment is in het halen van een getuigschrift of diploma, voor het pad van de Examencommissie.
Dat is geregeld, maar voor die kinderen is het vaak een extra belasting om via die commissie te moeten gaan. Het is zo dat een school de leerlingen het best kent. Het is dan spijtig dat ze iets wat ze nu al zouden kunnen doen, uit angst niet aandurven.
Bij de bespreking van het decreet Leersteun hebben we gezegd dat we ook denken aan de hoogbegaafden, waar ze in het M-decreet toch wat werden vergeten. In de opvolging en de uitwerking van het decreet Leersteun moeten we goed voor ogen houden dat er in de onderwijsnetwerken voldoende knowhow en kennis over hoogbegaafdheid is en voldoende begeleiding voor deze jongeren, maar ook voor de leerkracht en de school.
We zijn in het tweede projectjaar waarbij de ankerscholen een twintigtal scholen onder hun hoede nemen om goede praktijken en goede voorbeelden verder uit te werken. Er wordt ook met het expertisecentrum gewerkt. Is het ook de bedoeling om tot iets te komen, een soort van document, met een bundeling van alle goede praktijken die ook een leidraad zou kunnen zijn waarop scholen een beroep kunnen doen om hun beleid voor hoogbegaafden te steunen? Zo hebben scholen de goede praktijken in hun handen en kunnen ze op basis daarvan de vertaalslag naar hun leerlingen doen. Is dat een onderdeel van de einddoelstellingen of gaat het net een beetje te ver? Blijft er ook een noodlijn open, zodat scholen voor het beleid voor hoogbegaafden ondersteuning kunnen vragen? Dat kan misschien via het expertisecentrum, maar zij moeten natuurlijk iemand vrijmaken om op die eventuele vragen te kunnen antwoorden. Het zou ook een mooi initiatief zijn.
Collega Krekels, het zal u niet verbazen dat ik kort even wil aansluiten en de vragen die u net stelde, even wil herhalen. Het is heel belangrijk dat we elk talent onderschrijven en elk talent ondersteunen.
Ik ken een aantal scholen die ingetekend hadden op het traject. Ze werden geselecteerd maar zijn zeer benieuwd naar de ervaringen in de pilootscholen. Ik steun dus de vraag van collega Krekels om zo snel mogelijk de kennis die er nu is, al te delen via verschillende kanalen.
Ik ben vooral benieuwd naar de regelgevende initiatieven. Wat zit er allemaal in? Wat kunnen we verwachten?
Minister Weyts heeft het woord.
Op dat laatste kan ik nog niet vooruitlopen. Ik kijk wel uit naar de suggesties van de projectvoorbeeldscholen. Voor mij is het alleszins de bedoeling om te komen tot een soort van inspiratiegids waarbij goede praktijken worden gebundeld en waarbij misschien zelfs naar casuïstiek kan worden verwezen in een concrete Vlaamse school en omgeving. Zo kunnen we zien dat het werkt in de praktijk in een Vlaamse school en niet theoretisch in de Verenigde Staten of zo. Neen, we hebben het dan toegepast in een Vlaamse school.
We zouden er een noodlijn aan kunnen koppelen, maar dat vereist natuurlijk een permanentie. Ik moet nagaan of we het zouden kunnen integreren. We zijn van nul gestart en boeken gestaag vooruitgang. Een inspiratiegids zou goed zijn. Een noodlijn en assistentie zal ik later bekijken.
Mevrouw Krekels heeft het woord.
Minister, alle begrip om het stap voor stap te bekijken en te zien wat haalbaar en mogelijk is. We gaan dit uiteraard verder opvolgen. We zijn in blijde verwachting voor de resultaten die de scholen zullen weergeven van de inspiratie die ze hebben opgedaan op basis van de ankerscholen. We volgen het dossier dus met veel enthousiasme op.
We zijn uiteraard ook heel blij dat de oproep zo veel scholen heeft getriggerd om zich in te schrijven en zich te koppelen aan de ankerscholen om aan een beleid rond hoogbegaafden te werken. We merken dus wel dat het leeft en dat we goede initiatieven hebben genomen. We danken u alvast voor uw inzet.
De vraag om uitleg is afgehandeld.