Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
De CO2-uitstoot in Vlaanderen moet dringend teruggedrongen worden om de vooropgestelde klimaat- en energiedoelstellingen te halen. Ongeveer een derde van onze totale Vlaamse CO2-uitstoot komt van gebouwen. Vandaar de inspanningen van de voorbije jaren om de renovatiegraad te verhogen, onder andere met de lancering van het Renovatiepact eind 2014, het uitbouwen van een degelijk premiestelsel, informatiecampagnes, de invoering van de term ‘benoveren’ en de ‘benovatiecoach’, enz.
Meer renovaties hebben trouwens niet alleen een positief effect op het klimaat, maar komen ook ten goede van de bewoner die minder energie zal verbruiken en dus een lagere energiefactuur zal hebben en zal kunnen genieten van een beter wooncomfort.
Bijna drie en een half jaar na de lancering van het Renovatiepact is het dan ook teleurstellend via de media te vernemen dat het aantal woningrenovaties in 2017 sterk daalde. De Vlaamse Confederatie Bouw (VCB) meldde op basis van cijfers van de FOD Economie dat er in 2017 in Vlaanderen amper 12.837 woningrenovaties vergund werden. Dit komt neer op een daling met 19 procent ten opzichte van 2016 en is het laagste cijfer sinds 1997. Uiteraard gaat het hier enkel om vergunningsplichtige, dus vaak grondige renovaties, en worden de kleinere renovaties niet meegeteld, maar toch zijn deze cijfers alarmerend. De VCB voegt hier nog aan toe dat heel wat woningen in Vlaanderen aangekocht worden zonder dat de kopers ze nadien grondig renoveren omdat er na aankoop van de woning onvoldoende budget is voor renovatie.
Minister, wat is volgens u de oorzaak van het sterk gedaalde aantal vergunde woningrenovaties in 2017?
Hoe kadert u het laag aantal woningrenovaties in de context van het Renovatiepact? Zult u het pact bijsturen of aanpassen?
Plant u, los van het Renovatiepact, nog andere acties om de renovatiegraad in Vlaanderen op te krikken? Zo ja, welke en op welke termijn?
Op een schriftelijke vraag antwoordde u mij dat het VEA de mogelijkheden voor een rollend renovatiefonds bestudeert, dat gebaseerd is op een concept van een renovatiefonds in Gent dat uitgewerkt is door CLT. Dit zou noodkopers toelaten hun woning energetisch te renoveren zonder dat de begunstigde het beschikbaar gestelde bedrag meteen moet beginnen terugbetalen in maandelijkse schijven. De terugbetaling kan gebeuren op het moment dat de gerenoveerde woning zou worden verkocht. Wat is de stand van zaken van dit onderzoek, en wanneer zullen de resultaten hiervan bekendgemaakt worden?
– Robrecht Bothuyne treedt als voorzitter op.
Minister Tommelein heeft het woord.
Ik kan u geen sluitend antwoord geven op de vraag waarom het aantal vergunde woningrenovaties zo zwaar daalde in 2017. De jaren voordien schommelde het aantal steeds rond de 16.000. Wellicht ligt een samenspel van factoren aan de basis van deze opmerkelijke daling. Naast de impact op de verbouwbudgetten van striktere eisen op het vlak van eigen inbreng die banken stellen bij woonleningen, is er de afgelopen jaren ook een duidelijke tendens naar meer nieuwbouwappartementen. Tegelijk blijkt uit de notarisbarometer dat 2017 het drukste jaar ooit op de Belgische vastgoedmarkt was. Tegelijk echter werden heel wat minder woonleningen afgesloten, waaruit blijkt dat er dus meer wordt gekocht zonder een beroep te doen op een krediet. De notarissen zien een toename van beleggers op de vastgoedmarkt. De afgelopen jaren kenden we ook een constante verhoging van de verkoopprijzen van woningen. Na aankoop blijkt er dan vaker onvoldoende budget over, of wordt de renovatie in fases aangepakt, zonder bouwvergunning.
Daarnaast beïnvloeden de lage aardgas- en stookolieprijzen ook duidelijk de behoefte aan energetische renovaties. De economische impuls om te investeren in energiebesparende maatregelen is kleiner geworden. We zien dat alle EU-landen hiermee kampen en de renovatiemarkt niet de verhoopte groei kent. Het tegendeel doet zich eerder voor. Bijvoorbeeld in het Waalse Gewest was in 2017 ongeveer 40 miljoen euro beschikbaar voor energiepremies. Hiervan kon maar ongeveer de helft benut worden door de forse terugval van het aantal aanvraagdossiers. In Vlaanderen hebben wij ook een zekere terugval van het aantal energiepremies gekend, maar in veel mindere mate.
Ik deel de mening dat de renovatiegraad de komende jaren drastisch moet verhogen om het langetermijndoel voor de energieprestatie van het Vlaamse woningpark te behalen. In het kader van het Renovatiepact wordt momenteel hard gewerkt aan de lancering van de woningpas later dit jaar en aan het met gericht renovatieadvies verrijkte EPC in 2019. Eigenaars van bestaande woningen kunnen zo veel gerichter worden geïnformeerd over het renovatietraject en het inzicht in de renovatiekosten dat het EPC+ zal bieden, zal wellicht ook op termijn een prijsdrukkend effect hebben op de minder goed presterende woningen. De stuurgroep van het Renovatiepact accentueerde recent nog het belang van mechanismen die de verkoopprijs van slecht presterende woningen kunnen doen dalen. Ik meen dat een goed doordachte aangepaste woonfiscaliteit een structureel antwoord kan bieden, ook daar zetten we stappen in die richting.
Ik zie het Renovatiepact als een dynamische samenwerking tussen overheid, burgers en de ruime groep geëngageerde stakeholders. Bijgevolg zal er altijd ruimte zijn voor aanpassingen en bijsturingen. Het VEA zet met het met EU-middelen gefinancierde ‘BE REEL!-project’ (Belgium Renovates for Energy Efficient Living) tot 2024 in op een verhoogde zichtbaarheid van diepgaande renovatie.
Voor het idee rond een rollend renovatiefonds heeft mijn kabinet reeds met het VEA een voorstel besproken. De focus ligt daar op de meest kwetsbare eigenaars. De praktische modaliteiten moeten nog verder worden bestudeerd, vooraleer een definitieve beslissing hieromtrent kan worden genomen, naar verwachting nog voor de zomer.
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw eerlijk antwoord dat het betreurenswaardig is te moeten vaststellen dat het aantal renovaties in 2017 zo sterk gedaald is, in combinatie met een terugval van de energiepremies.
Minister, ik ben het met u eens als u zegt dat het Renovatiepact een dynamisch gegeven is. We kijken ook uit naar de lancering van de woningpas en naar de lancering van EPC+. Zeker wat EPC+ betreft, hopen we echt dat wat daarbij komt, namelijk al een aantal maatregelen die worden meegegeven inzake renovaties en een kostenbenadering die zal worden meegegeven, een prijscorrectie in de hand zal werken. We moeten immers jammer genoeg vaststellen dat het EPC zoals dat nu bestaat, niet echt een prijscorrectie met zich meebrengt. We hopen dus dat dat echt een onderhandelingstool zal worden vanaf 1 januari 2019.
Ik ben ook blij te vernemen dat er wordt gewerkt aan de modaliteiten voor een rollend fonds en dat we daarvan voor de zomer de resultaten mogen verwachten. We kijken daarnaar uit.
Minister, misschien nog één ding. Ik heb begrepen dat de Vlaamse Regering een voorstel heeft uitgewerkt. We weten allemaal dat het heel moeilijk is om de 6 procent btw voor sloop- en vervangingsbouw te verkrijgen, wegens Europa en om nog andere redenen. Er zou werk zijn gemaakt van een korting op de onroerende voorheffing als een woning op de leegstandslijst staat. Ik wou toch nog eens polsen wanneer die maatregel in werking zou treden. Worden er nog andere maatregelen uitgewerkt inzake fiscaliteit? We weten allemaal dat op 1 juli de verlaagde registratierechten van kracht zullen worden. Dat zal ook wat extra budget teweegbrengen bij kopers, dat ze hopelijk inzetten op renovatie. Kunt u een woordje uitleg geven bij die korting op de onroerende voorheffing?
Minister Tommelein heeft het woord.
Mevrouw Taeldeman, wat dat laatste betreft, dat is een beslissing die de Vlaamse Regering tijdens haar zitting vrijdag heeft genomen. Dat gaat over de rationalisatie van het decreet. We hebben het dan over de onroerende voorheffing. Dat gaat in op 1 januari 2019.
Onroerende voorheffingen worden altijd bepaald op 1 januari. Dat is alles wat te maken heeft met winkels in winkelgebieden waar woningen boven komen, en ook met leegstaande panden die op die leegstandslijst staan. Als je op dat vlak een initiatief neemt, dan gaat dat in vanaf 1 januari 2019.
Is dat een korting voor vijf jaar?
Dat is voor de duur van vijf jaar, ja. Dat gaat in feite vooral over bestaande maatregelen die te weinig effect hadden omdat de drempels te hoog waren. We hebben dat dus gerationaliseerd. We hebben dat bekeken. We konden kiezen tussen afschaffen en bijwerken. We hebben beslist het te verbeteren en een aantal maatregelen te verruimen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.