Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
De heer Gryffroy heeft het woord.
Minister, Vlaanderen is bevoegd voor hernieuwbare energie en zet prioritair in op zon, wind en warmte. We zijn daar ook zeer ambitieus in. Op 5 juli 2016 keurde de Vlaamse Regering de conceptnota ‘Zonneplan’ goed om zonne-energie terug aantrekkelijk te maken in Vlaanderen, en dit met het oog op het maximaal aanboren van het potentieel. In de nota formuleert u de ambitie om tegen 2020 een geïnstalleerd vermogen van 3157 megawatt bijkomend te realiseren.
Daarnaast formuleerde u de ambitie om PV-installaties (photovoltaic) langs spoorwegbermen mogelijk te maken. Wat is de stand van zaken van het dossier om PV-panelen langs spoorwegbermen mogelijk te maken? Op welke manier zal deze ambitie worden waargemaakt? Zal er gewerkt worden met proefprojecten? Welke zones komen daarvoor in aanmerking? Is daarover reeds overlegd met federaal minister Bellot? Wat waren de resultaten van dit overleg? Wat zijn nog mogelijke knelpunten om de PV-panelen langs spoorwegbermen te realiseren? Hoe zal dit organisatorisch worden aangepakt? Zullen burgers en ondernemers mee kunnen participeren? Wat verwacht u van de NMBS om dit mee te ondersteunen en uit te werken? Welke timing stelt u voorop? Wat is het totaal vermogen aan PV-panelen dat hiermee kan worden gerealiseerd?
Minister Tommelein heeft het woord.
Mijnheer Gryffroy, het is niet de NMBS die daarvoor verantwoordelijk is, maar Infrabel. Dat is een essentieel onderscheid. (Opmerkingen van Andries Gryffroy)
U vraagt me wat ik verwacht van de NMBS. Ik verwacht van de NMBS andere dingen. Ik heb ondertussen met mevrouw Dutordoir een gesprek gehad.
Ik zal de vraag herstellen. Wat verwacht u van Infrabel om dit mee te ondersteunen en uit te werken?
Ik verwacht van beide en van alle overheidsbedrijven in dit land medewerking om de plannen te realiseren. Ook van de NMBS dus, maar dat gaat dan over andere projecten.
Juridisch is reeds heel wat werk geleverd om de PV-installaties langs de spoorwegbermen mogelijk te maken. Ik volg dit heel persoonlijk samen met Infrabel van zeer nabij op.
Deze zomer lanceert Infrabel een project voor het plaatsen van PV-installaties op zuidgeoriënteerde bermen langsheen de hogesnelheidslijn Leuven-Luik – de L2 –, langs de E40. Infrabel zal het bestek voor dit project bezorgen aan de installateurs die door Infrabel gekwalificeerd zijn. Deze kwalificatieprocedure is reeds opgestart en kandidaten kunnen een kwalificatieaanvraag indienen voor projecten in de categorie 15 tot 150 kilowatt of in de categorie boven 150 kilowatt. Op het traject tussen Bierbeek en Hoegaarden zijn er 7 zones die in aanmerking komen. In deze zones is er ongeveer 87.000 vierkante meter beschikbaar waarop naar schatting 50.000 vierkante meter zonnepanelen kan worden geplaatst. Deze zomer zal Infrabel het bestek voor de loten 1 en 2 van het project versturen naar de gekwalificeerde installateurs. In het najaar kunnen deze dan worden aanbesteed. De andere loten zullen in 2018 worden aanbesteed.
Zoals u weet, ben ik voorstander van participatie – we hebben bij het binnenkomen trouwens nog een warme oproep gekregen voor iets wat een persoonlijk project is van de heer Gryffroy, zijnde het zonnedelen – , en het staat de projectontwikkelaar dan ook vrij om ook hierbij participatie toe te laten. Ikzelf vind persoonlijk dat dit een uitgelezen kans is om participatie te bevorderen.
Ik heb reeds contact gehad met minister Bellot. Er is ook al informatie uitgewisseld met het kabinet-Bellot. Dat betekent dat de minister van de Federale Regering ook op de hoogte is van dit project op de gronden van het Vlaams Gewest wat ook mogelijkheden zal bieden voor mijn collega’s uit de andere gewesten om eventueel hetzelfde te doen.
De heer Gryffroy heeft het woord.
Minister, ik dank u voor het antwoord. Het ziet er in elk geval veelbelovend uit. Over welk vermogen spreken we? U spreekt over zeven loten, en dan zal het waarschijnlijk ongeveer 1000 kilowatt zijn, maar er zijn verschillende loten.
Als ik het goed begrijp, is het Infrabel dat investeert en uiteraard ook de opbrengst heeft.
Ik vind participatie ook oké. Ik heb daarnet nog gepraat met de mensen hierbuiten. Momenteel kan enkel een coöperatieve voor participatie, en een coöperatieve heeft de beperking dat men maar tot 5000 euro per burger kan gaan, tenzij je een prospectus uitgeeft. Dat is een nadeel. Vandaar dat het project zonnedelen eigenlijk hier wel een mooie oplossing zou zijn geweest. Men zou het eraan kunnen koppelen. Minister, hoever staat u met het project zonnedelen?
De heer Danen heeft het woord.
Minister, ik vind het een heel interessant project. Ik had vrijdag het genoegen om met de heer Lallemand te spreken. Hij was op werkbezoek in Limburg. Hij was vol van zijn initiatieven rond hernieuwbare energie, maar vooral van de windmolens die hij heeft geplaatst op specifieke trajecten.
Minister Tommelein, ik begrijp dat u in dezen weinig bevoegdheden hebt, maar spreken met mensen of mensen overtuigen om dingen te doen, is natuurlijk altijd belangrijk. Ik stel me toch twee vragen. Eerst en vooral viel het mij op – en het is natuurlijk normaal en het was dan ook geen verrassing voor mij – dat Infrabel met investeringsbudgetten werkt, dat ze die heel rigoureus moet bewaken en dat de schuldgraad heel strikt gelimiteerd is door de Federale Regering. Als zij volop investeren in zonnepanelen langs de bermen, weegt dat dan op hun schuldgraad? Ik vraag me dat gewoon af. U bent niet bevoegd ter zake, maar u kunt het misschien eens navragen. Vragen die wij hierover aan hen stelden, werden systematisch weggewimpeld: ‘Er is geen geld voor. Het weegt op onze schuldgraad.’ Er werd dan een technische uitleg bij gesleurd om vooral te zeggen waarom heel veel dingen niet mogelijk zijn.
Ik stel vast dat Infrabel alles beheert wat vastzit. Hun oppervlakte is gigantisch, er zijn dus zeker heel wat mogelijkheden. U hebt twee concrete projecten opgenoemd. Liggen er nog in het verschiet, misschien op middellange of langere termijn? De spoorwegen zijn een gigantische stroomverbruiker; het zou heel goed zijn, ook voor het draagvlak, dat zij het voorbeeld geven om veel van hun stroom zelf op te wekken op een hernieuwbare manier.
Minister Tommelein heeft het woord.
Collega's, u zegt het zelf: er zijn gigantisch veel mogelijkheden als iedereen meewerkt. Over hoeveel kilowatt het gaat, kan ik niet onmiddellijk zeggen. Ik zal navragen wat men in 2017 wil aanbesteden, maar iedereen ziet dat er nog ongelooflijk veel mogelijkheden zijn en niet alleen langs spoorwegbermen. Infrabel heeft nog veel andere mogelijkheden. Er zijn ook nog gebouwen van Infrabel die ter beschikking zouden kunnen worden gesteld; er zijn ook nog ruimtes waar zelfs nog plaats zou zijn voor windenergie als men dat goed onderzoekt. Al mijn collega's – Vlaamse en federale – zullen eens een ernstige inspanning moeten leveren. Mijn collega's van de Vlaamse Regering leveren allemaal mooie inspanningen: op scholen, op zorginstellingen, op overheidsgebouwen. Mevrouw Homans, de heer Vandeurzen, mevrouw Crevits, de heer Weyts doen mee. In Openbare Werken zijn ook nog gigantische mogelijkheden, denk ik, om dingen te doen. Ik denk maar aan bermen langs autosnelwegen of middenbermen, waar volgens mij ook nog veel mogelijkheden liggen.
Mijnheer Danen, het is niet noodzakelijk dat Infrabel zelf moet investeren. Als Infrabel aanbesteedt, is het een derde partij die gewoon de gronden ter beschikking krijgt van Infrabel. Infrabel zal dus niet noodzakelijk zelf geld of middelen investeren in projecten. Ik vind het al heel belangrijk dat zij de gronden en de ruimte en de daken ter beschikking stellen. Ik zie dat de wil er bij Infrabel absoluut is om dat te doen.
Daarnet hadden we het over energie-intensieve bedrijven. Ik denk dat ook de spoorwegen daarvan een groot voorbeeld zijn. Ook daar moet men eens onderzoeken wat de zelfafname kan zijn. Ik heb begrepen dat de Nederlandse Spoorwegen op dit moment op 100 procent windenergie rijden, weliswaar niet altijd windenergie van eigen bodem, want af en toe voert men ook wat groene energie in. Het zou toch een mooi symbool zijn als ook ons openbaar vervoer volledig op hernieuwbare energie kan opereren.
Mijnheer Gryffroy, ik zal eens navragen over hoeveel kilowatt het gaat. Het is voor mij duidelijk: mensen die beweren dat de plannen hernieuwbare energie en de energiedoelstellingen onmogelijk kunnen worden gehaald, houdt geen rekening met projecten van dit formaat die op een heel korte periode heel veel kunnen genereren en, niet onbelangrijk, ook heel veel burgers kunnen betrekken. Dit gaat net over projecten waarin burgers kunnen participeren die zelf niet de mogelijkheid hebben of zelf niet de gelegenheid hebben of voor wie het niet interessant is om op het eigen dak te investeren. We zullen uiteraard het zonnedelen en het Zonneplan evalueren want het is al een jaar oud. Intussen ziet u in dit concrete project wel dat er nog flinke stappen vooruit zijn gezet. Er zijn ook nog een aantal andere zaken, maar ik weet dat er nog altijd niet ideaal is. We zouden moeten kunnen salderen vanop afstand. Er zijn nog heel wat mogelijkheden.
Wat betreft de beperking van een coöperatieve, ben ik op het terrein al heel wat mensen tegengekomen die mij gevraagd hebben om die zaak te onderzoeken. Zoals u weet, is dat een federale materie. Ik heb aan de collega’s van het federale parlement gevraagd of het niet mogelijk is om specifiek voor hernieuwbare energie uitzonderingen te maken in de federale wetgeving. Ik nodig u uit om ook uw collega’s in het federale parlement te vragen of hier mogelijkheden voor bestaan. Er is een federale wet. Ik ben ervan overtuigd dat mijn collega Van Overtveldt er oren naar zou kunnen hebben en dat we kunnen nagaan hoe we dit kunnen uitbreiden.
De vraag om uitleg is afgehandeld.