Verslag vergadering Commissie voor Onderwijs
Verslag
Mevrouw Celis heeft het woord.
Het Strategisch Plan Geletterdheid Verhogen 2012-2016 vertrekt vanuit de filosofie dat het geletterdheidsprobleem in Vlaanderen het best kan worden aangepakt wanneer stakeholders uit verschillende beleidsdomeinen samenwerken om laaggeletterdheid in al haar facetten aan te pakken. Omdat het huidige strategisch plan afloopt in 2016, heeft het Departement Onderwijs en Vorming door middel van een bevraging bij verschillende stakeholders een doorlichting uitgevoerd die de verschillende methodieken, doelstellingen en samenwerkingen uit het plan tegen het licht houdt.
Ondanks de vele positieve en succesvolle initiatieven rond geletterdheid van diverse partners die we gezien hebben in de afgelopen jaren, kwamen uit het rapport toch enkele belangrijke werkpunten naar voren die van belang zijn voor het toekomstig geletterdheidsbeleid. Enkele fundamentele bemerkingen van de respondenten hebben betrekking op onder andere de grote omvang van het huidige plan, waardoor de samenhang tussen de verschillende doelstellingen vaak zoek is, het onduidelijk is wat de prioriteiten zijn en aan wie het eigenaarschap van de beschreven acties toebehoort.
Verder geven verschillende respondenten aan dat de samenwerking tussen de belangrijke actoren vaak stroef verloopt en dat er een duidelijk gebrek is aan een centrale trekker die de verschillende acties rond geletterdheid coördineert en op elkaar afstemt. Het resultaat is een erg versnipperd en concurrentieel landschap.
Volgens veel veldwerkers missen communicatieacties rond de problematiek vaak hun doel, waardoor er nog steeds veel onduidelijkheid bestaat rond het begrip ongeletterdheid, zowel bij de partners als bij de bevolking zelf. De betrokkenen vragen dan ook om een prioriteitenoefening met alle stakeholders, een duidelijke regierol, SMART-geformuleerde (specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch, tijdsgebonden) doelstellingen en duidelijke opvolging van de verschillende acties.
Minister, wat is uw visie over de verschillende vastgestelde pijnpunten in de beleidsevaluatie van het Strategisch Plan Geletterdheid Verhogen?
Welk antwoord zult u bieden op de vastgestelde werkpunten? Welke adviezen zult u meenemen naar uw toekomstig geletterdheidsbeleid?
Hebt u al zicht op de belangrijke pijlers waarop het volgende geletterdheidsplan van deze Vlaamse Regering gestoeld zal zijn?
Hoe verlopen de gesprekking binnen de Vlaamse Regering rond deze beleidsevaluatie? Op welke manier wordt er samengewerkt?
Minister Crevits heeft het woord.
Ik heb de beleidsevaluatie van het Strategisch Plan Geletterdheid Verhogen met aandacht gelezen en uiteraard zal ik al de vastgestelde werkpunten zoveel als mogelijk ter harte nemen bij de uittekening van het toekomstig geletterdheidsbeleid. Ik ga specifiek in op een aantal pijnpunten die u opsomt in de inleiding van uw vraag.
Ik wil geen amalgaam van doelstellingen en acties meer waarbij niemand nog het bos door de bomen ziet. In het kader van de voortzetting van het geletterdheidsbeleid streef ik naar een beperkte set heldere, prioritaire en meetbare doelstellingen.
Wat het eigenaarschap van de beschreven acties betreft, heeft mijn administratie een participatief proces opgezet, waarbij zowel de relevante beleidsdomeinen als cruciale partners uit de praktijk betrokken worden. Op die manier willen we een breed gedragen plan tot stand laten komen.
Op 19 december 2016 werd de aftrap gegeven van dit proces met de organisatie van een zogenaamde kenniskring waarop alle betrokken partijen werden uitgenodigd. Een kenniskring is een seminarie in beperkte groep tussen beleidsmakers en onderzoekers met als bedoeling om de kennisbasis te vergroten.
In de loop van februari 2017 zullen alle actoren betrokken worden bij een brainstorm- en prioriteringsfase om het nieuwe plan effectief vorm te geven. Parallel met deze fase zal een tweede proces plaatsvinden waarbij de laaggeletterden zelf betrokken worden bij het beleidsproces, zoals ook expliciet gevraagd werd in de beleidsevaluatie.
In het nieuwe plan blijf ik een geïntegreerde aanpak centraal stellen. Bovendien wil ik blijven inzetten op duurzame gedragen partnerschappen, vertrekkend vanuit de gemeenschappelijke doelstellingen.
We hebben prioritaire doelgroepen aangeduid waarop in het nieuwe beleid zal worden gefocust. Net als in de conceptnota Volwassenenonderwijs, waar er expliciet verwezen wordt naar de nood om toe te spitsen op de doelgroep van maatschappelijk kwetsbaren, zal het nieuwe geletterdheidsbeleid dit ook doen. De doelgroepen zijn de kwetsbaarsten.
Uit het Programme of International Assessment of Adults (PIAAC) blijkt dat de doelgroep van personen met een geletterdheidsproblematiek verschuift. Steeds meer jongeren, 16- tot 26-jarigen, kampen met een lage geletterdheid. Ook uit de recente PISA-resultaten (Programme for International Student Assessment) blijkt dat de groep van de laagst presterenden toeneemt. We zien ook een opvallende verschuiving naar personen met een migratieachtergrond en burgers waarvan de moedertaal niet het Nederlands is. Alle studies komen op hetzelfde neer. Daarnaast is er een groeiende groep die moeilijkheden ondervindt bij het problemen oplossen in een technologierijke omgeving.
We willen focussen op jongvolwassenen, en meer specifiek op het vergroten van hun doorstroommogelijkheden naar werk. De focus zal ook liggen op het verhogen van ICT-vaardigheden.
Uiteraard zal ik dit beleid laten aansluiten bij andere principes inzake geletterdheid die eerder door de Vlaamse Regering werden goedgekeurd en die te vinden zijn in Modernisering secundair onderwijs waar voorzien wordt in basisgeletterdheid en in de hervorming van het volwassenenonderwijs.
Op 18 november 2016 besprak de Vlaamse Regering de beleidsevaluatie van het Strategisch Plan Geletterdheid Verhogen. We maakten de afspraak dat ik in het voorjaar van 2017 een nieuw plan geletterdheid zal voorleggen aan de regering.
Mevrouw Celis heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord, zeker met betrekking tot uw laatste punt. Wat de Vlaamse Regering zelf opzet of draagt, is fundamenteel. U hebt verwezen naar het optrekken van de geletterdheid in verschillende groepen, waaronder de jongvolwassenen. Indien er een gewijzigd patroon is, bijvoorbeeld voor de groep van jonge mensen tussen 16 en 26 jaar oud, is het fundamenteel dat we op die jongvolwassenen blijven inzetten. Dit moet zeker over beleidsdomeinen heen gebeuren. Aangezien de Vlaamse Regering alle beleidsdomeinen dekt, draagt iedereen de verantwoordelijkheid hier binnen zijn of haar eigen domein maximaal op in te zetten.
Zoals u zelf hebt verklaard, slaat ongeletterdheid niet enkel om het niet kunnen lezen of schrijven. Het is in onze maatschappij even fundamenteel belangrijk de digitale geletterdheid en het probleemoplossend vermogen te verhogen, niet enkel om hun studies op een behoorlijke wijze te kunnen afwerken, maar zeker ook op de werkvloer.
Ik ben dan ook zeer tevreden dat een inspanning wordt geleverd om tot een duurzame samenwerking tussen partners te komen om het probleem van de geletterdheid definitief aan te pakken. Ik kijk uiteraard uit naar het volgend dossier dat zal worden opgeleverd.
Minister, ik ben tevreden dit opnieuw te horen. Ik heb hierover in september 2016 al een vraag om uitleg gesteld. Ik heb daarnet op die manier gereageerd omdat u hebt herhaald dat u voor een geïntegreerd geletterdheidsbeleid blijft kiezen. (Opmerkingen van minister Hilde Crevits)
De vraag om uitleg is afgehandeld.