Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de onafhankelijkheid van de VREG
Verslag
De heer Gryffroy heeft het woord.
Minister, momenteel is er nogal wat mist als we het over de VREG hebben. En bij mist is het gevaarlijk. Er is de rechtszaak van Zonstraal tegen de netvergoeding, een betwisting van de bevoegdheid. We hebben de distributienetbeheerders tegen de federale en de Vlaamse regulator over een bevoegdheidsconflict bij de vaststelling van de saldi 2010-2014. De saldi zijn geblokkeerd vanwege die rechtszaak. Een ander deel van de schuld van 1,8 miljard euro heeft te maken met het wegwerken van de certificatenoverschotten. Er is geen hinderpaal om daarvan werk te maken, door bijvoorbeeld partieel quota aan te passen of een aantal certificaten te vernietigen.
De VREG schreeuwt moord en brand. Ze vrezen voor hun onafhankelijkheid. Ze eisen 100 procent autonomie voor de tarifering. Maar als het gaat over het verwerken van politieke beslissingen – lees: het wegwerken van de saldi uit het verleden – doen ze daar niet aan mee. Dat moet de politiek oplossen. Nochtans is dat niet correct. De schuld zit bij de distributienetbeheerders, dus dat is een taak van de VREG.
De VREG schreeuwt ook moord en brand omdat de Vlaamse overheid te veel richtsnoeren oplegt. Nochtans is het logisch, als je een tarief wilt doorvoeren met een bepaald draagvlak, dat er richtsnoeren komen, die zij omzetten naar een methodologie, die de distributienetbeheerders omzetten naar een tariefstructuur, die dan wordt goedgekeurd of afgekeurd.
In het regeerakkoord staat duidelijk dat we de regulator verder zullen versterken in hun operationele werking en onafhankelijkheid. Is de vrees van de VREG, namelijk het verliezen van de onafhankelijkheid, terecht of eerder een achterhoedegevecht?
De heer Bothuyne heeft het woord.
Voorzitter, minister, dames en heren, de VREG is de voorbije dagen inderdaad niet uit het nieuws weg te slaan. Die heel belangrijke regulator voor de energiemarkt slaat alarm, onder andere zou de onafhankelijkheid in gevaar zijn.
De VREG bestaat sinds 2001 en heeft een sterke reputatie opgebouwd. De V-test is een belangrijk breekijzer geweest om onze energiemarkt open te breken, om ervoor te zorgen dat de concurrentie speelt en dat de consument daarvan ook kan genieten. De VREG is ook cruciaal in de werking van ons eerder complexe groenestroomcertificatensysteem en heeft al heel wat beleidsadviezen uitgebracht op basis waarvan het Vlaamse energiebeleid vorm heeft gekregen.
Het is dan ook belangrijk om een sterke regulator met een sterk leiderschap te hebben. Daar zit een potentieel probleem. Binnen tien dagen hebben we hier de pensioenviering van de huidig gedelegeerd bestuurder, de heer Pictoel, de man die de voorbije dagen in de media toch een aantal alarmerende signalen gaf. De heer Gryffroy heeft ernaar verwezen. Het is heel belangrijk dat we snel duidelijkheid geven over een nieuw leiderschap, over een opvolger voor de heer Pictoel, maar ook over het hervormingsplan dat u als reactie op de uitlatingen van de VREG heeft aangekondigd.
Hoe kunt u ervoor zorgen dat we in de toekomst een sterke Vlaamse energieregulator hebben met een sterk leiderschap? Hoe kunt u ervoor zorgen dat dit snel wordt verzekerd?
Minister Turtelboom heeft het woord.
Voorzitter, ik ben absoluut voorstander van een heel sterke, onafhankelijke regulator. Om die reden werk ik aan een hervorming die hun onafhankelijkheid eigenlijk nog versterkt. Een van de ideeën waarover binnenkort een politiek overleg start, is om de regulator onder te brengen – waar men nu financieel afhankelijk is van de regering, van de tweede macht – bij het parlement, zoals dat ook bij de Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas (CREG) is. Dat is altijd zo bij waakhonden, bij onafhankelijke instanties, of dit nu op het federale niveau het Comité P of het Comité I is of de CREG. We hebben een gewoonte in ons land waarbij er een evenwicht is tussen de drie machten. Als je onafhankelijkheid wilt garanderen, moet je zorgen dat die onafhankelijkheid zowel financieel als in denken is gebetonneerd. Dat was tot vóór juli 2014 minder aan de orde, maar sinds de staatshervorming heeft de VREG een heel belangrijke bevoegdheid bij gekregen, namelijk de tariefmethodologie en de tariefstructuur maken en de opvolging ervan doen.
De opvolging van de heer Pictoel komt op 19 juni op de Vlaamse Regering. Dat is afgesproken en de VREG is daarvan al weken op de hoogte. Dat zit op schema.
We moeten er natuurlijk wel voor zorgen dat een onafhankelijke regulator zeer sterk is ingebed in de maatschappij. Men moet in alle onafhankelijkheid beslissingen kunnen nemen, maar men moet ook heel sterk aftoetsten met stakeholders en betrokkenen, of dat nu Test-Aankoop is, werkgeversorganisaties, werknemersorganisaties of andere belangengroepen zoals milieugroeperingen, de Bond Beter Leefmilieu enzovoort. Dat is van belang, zeker als het gaat om hernieuwbare energie. Daarom moet de hervorming niet alleen inhouden dat ze van plaats veranderen in het organogram van de overheid. Vandaag bestaat de raad van bestuur uit vier mensen. We moeten kijken op welke manier we ervoor kunnen zorgen dat er in de organisatie ook stakeholdersoverleg is en een adviesraad. Welke vorm dat moet aannemen en of de adviezen bindend zijn of niet, maakt allemaal onderwerp uit van een bespreking. We willen er net voor zorgen dat op het einde van de rit er een heel sterke onafhankelijke regulator is, maar ook één die heel sterk is ingebed in de samenleving.
We doen dat ook al met bijvoorbeeld de nieuwe tariefmethodologie. Vroeger was een tarief vastgelegd voor vier jaar. Dat is niet aangepast aan deze tijden, die veel sneller veranderen. Op dit ogenblik gebeurt dat om het jaar, en kan het zelfs meerdere keren per jaar gebeuren. We moeten onafhankelijkheid en ingebedheid met elkaar combineren. De Europese richtlijn, de Europese Commissie en het Europees Parlement vragen ook de beide lijnen. Zeker met de nieuwe bevoegdheden na de staatshervorming is dit nu het ideale moment – bovendien hebben we een wissel aan het hoofd van de VREG – om de VREG zowel in zijn onafhankelijkheid als in zijn ingebedheid in de samenleving op te krikken en te versterken. De minister van Energie wil vooral een heel sterke, onafhankelijk denkende regulator.
Mijnheer Gryffroy, u hebt naar de groenestroomcertificaten verwezen. Daar wacht de VREG op een uitspraak van het hof van beroep van Brussel. Ik hoop dat dit zo snel mogelijk gebeurt, zodat we duidelijke keuzes kunnen maken in dit dossier. Ik had gehoopt dat het al veel vroeger kon gebeuren. Maar goed, als er rechtszaken zijn, moeten we die natuurlijk afwachten. Een versterking van de rol van de VREG, zowel inhoudelijk als in zijn onafhankelijkheid, is belangrijk. Zo maken we die instantie volledig conform de Europese richtlijn.
Minister, ik ga ermee akkoord als u zegt dat u de VREG dringend moet hervormen. Die is geëvolueerd van een organisatie die toezicht hield en bemiddelde, naar een organisatie die nu ook tarieven moet ontwikkelen. Het is een goede zaak dat dat onder het toezicht van het Vlaams Parlement gebeurt, want dat gebeurt ook elders. Ik zou toch opletten met een adviesraad. Ik ben veeleer voor het versterken van de raad van bestuur met een bijkomend structureel overleg via de stakeholders.
Over de groenestroomcertificaten zegt u dat we afhankelijk zijn van een rechtszaak. Dat klopt maar voor de helft, want de andere helft gaat over de overschotten, en daarin kunt u wel actie ondernemen.
Wat doet u dan met de uitspraak van de voorzitter van de raad van bestuur van de VREG, die ik nogal frappant vond? Hij zegt: “Ik moei me niet met politieke beslissingen, dat moet de politiek zelf oplossen.” Met andere woorden, die voorzitter zegt dat hij zich nu even niet meer zal aantrekken wat indertijd is doorgevoerd inzake groenestroomcertificaten, die verrekend zijn in de tarieven en waarvan de schulden bij de distributienetbeheerders zitten. Minister, wat is uw mening daarover?
De heer Bothuyne heeft het woord.
Minister, het is in ons aller belang en in dat van de energieconsument, de Vlaamse gezinnen en bedrijven, dat we een sterke en performante regulator hebben. In het verleden heeft die al het verschil gemaakt. We moeten ervoor zorgen dat die dat ook in de toekomst kan doen. Er komt een nieuwe belangrijke bevoegdheid voor tarieven. Er komt een nieuw tarievendecreet aan, er moet een nieuwe methodologie worden gemaakt. Het is heel belangrijk dat er snel duidelijkheid komt over het leiderschap van de VREG, dat er iemand komt die effectief aan het roer kan staan en het belang van de consument kan verdedigen.
Uw lijnen zijn goed, u plaatst de VREG onder het Vlaams Parlement. Een sterke regulator met een sterk leiderschap. Een uitgebreide raad van bestuur die een groot draagvlak kan hebben. Het is onmogelijk om elke actor op het terrein in die raad van bestuur op te nemen. Het overleg moet ingebakken zijn in de procedures die worden gehanteerd.
Minister, de vraag is dan nog wanneer u het hervormingsplan op tafel zult leggen. Wanneer kunnen we duidelijkheid geven aan de actoren op het terrein?
Niemand trekt in twijfel dat de regulator onafhankelijk moet zijn. Bovendien is dat een vereiste die Europa ons oplegt. De regulator is geen nieuw systeem of orgaan. Er bestaan al veel en goed werkende regulatoren die nagenoeg allemaal onder het parlement ressorteren, en dat is ook evident. Het parlement heeft de taak om de regering te controleren. Daarbij vormen de regulator en zijn rapporten een uitstekend instrument. Ik juich de plannen dus toe om de regulator onder te brengen bij dit huis.
Minister, onafhankelijkheid betekent evenwel niet dat men geïsoleerd is, en daarover maak ik me wel zorgen. Als ik de uitspraken van de voorzitter van de raad van bestuur hoor, dan denk ik dat er iets grondig mis is. Een regulator kan geen beslissingen in het ijle nemen. Zijn beslissingen hebben ook een impact op de maatschappij. Ze betreffen de maatschappij, en dus ook de politiek. In die zin is de vraag van de collega’s zeer legitiem: welk orgaan, welk instrument, welke mensen willen we betrekken bij de structuur van de VREG, zodat die met kennis van zaken niet alleen technisch en onafhankelijk, maar ook ingebed in de maatschappij zijn beslissingen grondig kan nemen? Mijnheer Bothuyne, ik weet niet of dat de raad van bestuur moet zijn. Ik denk dat er nog een aantal andere mogelijkheden zijn, die ik graag in het parlement verder met u wil benaarstigen.
De heer Crombez heeft het woord.
Minister, we kunnen natuurlijk maar oordelen als we weten wat dit precies betekent. Alleen heeft de meerderheid hier nu geen drie, maar al dertien keer gezegd dat een onafhankelijke regulator belangrijk is. Dat denk je: ze zijn met iets bezig. Door het feit dat men zich bij de VREG zorgen maakt over hun onafhankelijkheid, geef ik dit het voordeel van de twijfel. De manier waarop de heer Schiltz dit net heeft verwoord, zegt alles: iedereen vindt een onafhankelijke regulator belangrijk, maar die moet toch ook dit en die moet toch ook dat. Een overheid moet kunnen omgaan met een onafhankelijke regulator, punt, en die moet sterk zijn. We zullen u daar zeer streng over beoordelen, maar we maken ons daar grote zorgen over, zeker omdat men het bij Open Vld niet te nauw neemt als het gaat om een sterke, onafhankelijke regulator. Federaal is de minister bevoegd voor de overheidsbedrijven bevoegd voor de regulator daarvan. Dat is iets dat jaren niet meer is gebeurd. Was de VREG hier onafhankelijk in het verleden? Ja. Wat is dus het grote probleem? U komt met een hervorming waarvan men niet weet of ze de onafhankelijkheid waarborgt. Er zijn zeer sterke twijfels of ze dat zal doen. Als dat zo evident is, zult u open en transparant alles voorleggen aan het parlement vooraleer de beslissing wordt genomen?
De heer Danen heeft het woord.
Er is al heel veel gezegd en gevraagd. Ik zal me dus beperken. Alleszins is het echter zo dat we vorige week de regulator hebben gezien hier in het parlement. Men heeft toen de wederzijdse bezorgdheden kunnen uiten. Minister, een aantal zaken die u hier zegt, juich ik toe, maar alles hangt er natuurlijk van af op welke manier de vlag de lading zal dekken. Onafhankelijkheid kun je immers op heel veel manieren invullen. Ik zal een heel concrete vraag stellen. U zegt volgende week een beslissing te zullen nemen over de nieuwe sterke man. Denkt u aan een overgangsfiguur of aan een echte nieuwe sterke man?
Ik geef een aantal aanvullingen. Wat de timing betreft, de komende weken starten we met het politieke overleg. Uiteraard zal dat eerst binnen de regering zijn, en uiteraard zal dat in alle transparantie tegenover het parlement zijn. Ik ga zelfs nog een stap verder. Ik geloof heel sterk dat je in de toekomst alleen echt onafhankelijkheid kunt garanderen, zeker met de extra nieuwe bevoegdheden, als het orgaan zowel inhoudelijk als financieel onafhankelijk is van de regering. Men kent dat systeem overal. Daarom overweeg ik om dit daadwerkelijk over te brengen naar de schoot van het Vlaams Parlement, omdat je dan echt net de onafhankelijkheid nog meer betonneert dan dat ooit werd gedaan. We hebben tal van voorbeelden. Ik heb daarnet verwezen naar het Comité I, naar het Comité P, naar de CREG. Dat is het model dat eigenlijk in heel veel Europese landen bestaat. In mijn vorige functies heb ik gemerkt dat je dan een echte onafhankelijkheid in het denken hebt. Ik begrijp altijd dat men intern bekommerd is omdat er een hervorming komt en men nog niet weet wat die is, maar ik zit duidelijk op de lijn van het gewoon nog meer versterken van die onafhankelijkheid. Ik ben er immers echt van overtuigd dat, omdat men bezig is met tariefstructuren die een impact hebben op de factuur die mensen elke maand thuis krijgen, het nodig is iemand te hebben die daar ook in alle onafhankelijkheid over kan denken, maar wel met een draagvlak bij de bevolking, want dat vind ik wel van groot belang. De huidige raad van bestuur van vier mensen kan dat onmogelijk dekken. Dat is niet breed genoeg daarvoor. Dat was in het verleden ook geen probleem, want toen was die bevoegdheid er niet. Nu, met die bevoegdheidsoverdracht, moeten we ter zake gewoon een tandje bij steken. Welke vorm? Ik heb gezegd dat dit een adviesraad kan zijn, zoals die bij de CREG bestaat. Sommigen willen dat het toch iets dynamischer is dan daar. Dat is eigenlijk een vorm van overleg zoals dat moet zijn.
Ja, we kiezen voor een overgangsfiguur, net omdat ik het van belang vind exact te weten waar dit komt. Het zou niet kies zijn om nu iemand definitief te benoemen en te scouten, om dan over een maand te moeten zeggen dat die eigenlijk onder een andere bevoegdheid zit. Er zal ook een decretaal initiatief moeten komen in dit parlement. De intellectuele eerlijkheid gebiedt ons dan om de komende weken en maanden eerst dat debat te voeren. Laten we ervoor zorgen dat we dat de komende maanden afwerken, en dan kunnen we overgaan naar een CEO die dan precies weet wat de komende jaren de vorm van zijn organisatie is. Daarom komt er tijdelijk iemand, voor een heel beperkte periode. Maar goed, bij de VREG zijn er ook ontzettend veel heel sterke mensen die gerust die functie een paar maanden op zich kunnen nemen.
Ik moet echt wel zeggen dat onafhankelijkheid van cruciaal belang is, en dat is zeker met de nieuwe bevoegdheden zo. Bovendien vraagt Europa het, en dat is meer dan terecht.
Ik dank u voor het antwoord. Voor de duidelijkheid: met mijn vraag focus ik niet op het mandaat. Mij gaat het om de hervorming. Men kan de vroegere werking van de VREG niet vergelijken met de huidige. We pleiten voor de versterking van de raad van bestuur met onafhankelijken, naast een structureel stakeholdersoverleg. Dat is dus een iets andere benadering dan die van de heer Bothuyne.
Ik wil ook nog even antwoorden op wat de heer Crombez zei. Stelt u zich even voor dat de regulator volledig geïsoleerd in een glazen kooi hoog boven de grond zit, zonder natte voetjes. Die regulator bepaalt het tarief. Dat beoogt de voorzitter eigenlijk: volledig autonoom de tarieven bepalen, zonder instructies van de overheid. Op die manier komt er een tarief zonder draagvlak tot stand. En tarieven hebben sturende invloed: ze hebben een invloed op de energie-efficiëntie en op het aandeel van de hernieuwbare energie. Anders gezegd: ik pas voor wat u zegt, mijnheer Crombez. Minister, uiteraard blijf ik aandringen op de organisatie van overleg op zeer korte termijn over deze zaak.
Minister, ik dank u voor uw antwoord en voor uw engagement. Het is goed dat er snel een interimaris als gedelegeerd bestuurder komt. Het is ook goed dat u snel een hervormingsplan op tafel zult leggen. Zo’n hervormingsperiode brengt onzekerheid met zich mee. Het is van het grootste belang dat die onzekerheid zo snel mogelijk wordt weggewerkt. Er is haast mee gemoeid. Er is nood aan een sterke leider en een sterke raad van bestuur. Die raad van bestuur mag wat sterker en groter zijn dan vandaag het geval is. Een onafhankelijke regulator moet natuurlijk ook in onafhankelijkheid in staat zijn om zijn inbedding in de samenleving – een cruciale zaak – te organiseren. Er moet vertrouwen zijn bij de mensen die straks de leiding krijgen van de vernieuwde regulator, om op die manier het belang van de consumenten ten volle te kunnen verdedigen.
De actuele vragen zijn afgehandeld.