Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw Krekels heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, deze keer geen vraag over het M-decreet maar eentje over planlast. We vinden allemaal dat planlast ballast is. Het is een boom met heel veel takken, die dringend en nodig gesnoeid moet worden. Iedereen is mee. In de Septemberverklaring van minister-president Bourgeois werd planlast genoemd toen hij sprak over onderwijs. Ook in uw beleidsnota komt planlast regelmatig terug, minister. In de commissie is dit al regelmatig ter sprake gekomen. Maandag hebt u in de pers Operatie Tarra gelanceerd.
De pers is natuurlijk op die spijbelbrief gesprongen. Die brief bracht de ouders op de hoogte van het feit dat hun kind aan het spijbelen was en zei dat, bij herhaling, de studietoelage mogelijk zou worden ingehouden. We moeten in het oog houden dat de communicatie en de betrokkenheid van de ouders en de school blijft bestaan.
Gisteren was er de kick-off tegen planlast. Er zijn focusgroepen samengesteld met een brede vertegenwoordiging binnen het onderwijs: leerkrachten, alle onderwijsniveaus en verwanten. Er is ook een strikte timing. Tegen het zomerreces zou u al een aantal resultaten van de focusgroepen naar voren willen brengen. Na het zomerreces zouden er dan concrete acties gepland kunnen worden.
De Vlaamse overheid is dus bezig en iedereen is mee, maar er is ook een gevaar. Ik heb het dan over de tussenstructuren: de koepels, de begeleidingsdiensten, de inspectie, de schoolbesturen, de scholengemeenschappen. Zij brengen soms een eigen regelgeving op gang.
Minister, hoe zult u erover waken dat de planlast die de Vlaamse overheid wil wegnemen bij de leerkrachten, niet opnieuw zal worden ingevoerd door de tussenstructuren?
Minister Crevits heeft het woord.
Mevrouw Krekels, u was gisteren aanwezig op de kick-off, wat ik apprecieer. U zult gemerkt hebben dat de inspectie ook deel uitmaakt van de focusgroepen, net zoals de netten en de koepels. Eind mei – en ik wil daar heel duidelijk over zijn – moeten de focusgroepen hun werkzaamheden afronden. Het heeft geen zin om er nog eens twee jaar over te discussiëren. Er is een rapport van 2013 voorgesteld. Iedereen kan ideeën geven. In juni wil ik een engagement van elk niveau over wat de vermindering zal zijn. Mijn vrees is ook dat als wij dingen afschaffen, ze er op een andere manier opnieuw in komen. Daarom wil ik een gezamenlijk engagement.
Wat we gisteren misschien te weinig hebben belicht en wat me ook zorgen baart, is de regelgeving die van buiten het onderwijs binnenkomt in het onderwijs: veiligheidsvoorschriften en zo. Ze brengen ook administratie met zich mee. Ze worden geïmplementeerd in de derde focusgroep. Daarnaast is er ook de kwaliteitszorg en de administratie op school zelf van de verschillende overheden.
Ik wil dus echt op heel korte termijn werken. In juni wil ik een gezamenlijk engagement met heel concrete voorstellen. In het najaar kunnen we dan nagaan op welke punten de regelgeving moet worden aangepast.
Vanmorgen was er een koepel op bezoek. Ik heb toch het gevoel dat iedereen er werk van wil maken. Hoe meer nutteloze zaken je afschaft, hoe meer tijd er is voor andere dingen. De uitdagingen in het onderwijs zijn zeer, zeer groot.
Ik wil nog iets zeggen over die spijbelbrief. In tegenstelling tot wat u zegt, is het mijn overtuiging dat die brief geen enkele toegevoegde waarde had omdat hij werd verstuurd op het moment dat de spijbeldagen al verstreken waren. Op het moment dat de studiebeurs wordt teruggevorderd, komt er sowieso nog een brief. Als je een brief stuurt op het moment dat het te laat is en nog eens kwaad bloed zet omdat hij ook terechtkomt bij ouders van bijvoorbeeld langdurig zieke kinderen, dan moet je dat niet meer doen. Scholen zijn op een goede manier aan het werken aan spijbelen en maken een spijbelplan op. Die brief gaf, wat mij betreft, geen meerwaarde, los van de bedenkingen die u maakt dat alles goed moet worden opgevolgd.
Ik wou inderdaad benadrukken dat de communicatie gaande moet blijven. Het is een dossier dat collega De Meulemeester zeker zal blijven volgen.
Voor de regelgeving door de tussenstructuren heb ik misschien nog een tip. Minister, de Vlaamse Regering heeft een besluit gemaakt over de inhoud van het gemotiveerd verslag dat door het CLB moet worden opgemaakt. Er wordt hierin zo weinig mogelijk vastgelegd, waardoor u de scholen daar eigenlijk heel vrij laat. Als u dit besluit zou leggen naast de communicatie van het VCLB over hoe de stappen zullen worden genomen, zult u merken dat er in dat schrijven heel concreet wordt vastgelegd wat er allemaal moet gebeuren en hoe, waardoor die vrijheid heel sterk beperkt wordt.
We hebben gisteren gehoord dat u een ideeënbus opstart. Is het mogelijk om daar in de commissie regelmatig verslag over uit te brengen? We zijn uiteraard benieuwd welke reactie daar op komt.
De heer De Ro heeft het woord.
Minister, het is absoluut een lovenswaardig initiatief om de planlast in het onderwijs te verminderen. U bent daarmee al geconfronteerd van bij de start van uw ministerschap. Ik heb de lijst bekeken met eerste maatregelen waar iedereen in spanning naar uitkeek. Ik vind het erg goed dat u in een vereenvoudiging van procedures voor nieuwe vestigingsplaatsen voorziet. Ik ben het er volkomen mee eens dat er heel wat papierwerk wordt geschrapt. Als inrichtende macht heb ik zelf onlangs twee inspectiebezoeken gekregen voor nieuwe vestigingsplaatsen. Ik heb gelezen dat het bezoek vooraf, vóór de ingebruikname, zou wegvallen. Ik ben het ermee eens dat het papierwerk wegvalt, maar zo’n vestigingsplaats kan in een buurthuis of een huurhuis tijdelijk worden ondergebracht en de veiligheid en hygiëne van de kinderen moet worden gegarandeerd. Ik ervaar op het terrein dat het erg nuttig is dat de inspectie langskomt. Dat is mijn bezorgdheid.
De heer De Meyer heeft het woord.
Minister, ‘onderwijzend personeel ruimte geven voor kerntaken’ is een schitterende titel van een persbericht. Onze fractie spreekt hiervoor uiteraard haar bijzonder grote appreciatie uit, maar een goede implementatie is van cruciaal belang. U zegt terecht dat de ideeën moeten worden verruimd met andere ideeën en dat andere overheidsadministraties hierbij moeten worden betrokken. Dat is essentieel. Als u hiervan werk wilt maken tijdens deze legislatuur – want uw voorgangers hebben dat ook allemaal aangekondigd –, dan zult u dit krachtig moeten opvolgen. We willen u hierin sterk stimuleren, want dit vergt een totale mentaliteitsverandering. Dit wordt hardnekkig werk waarin we u ten volle willen ondersteunen.
Mijnheer De Meyer, dank om mij zoveel goede moed toe te wensen. Ik heb zelf een eerste lijst van elf maatregelen laten publiceren en een aantal voorbeelden gesteld met betrekking tot het doktersbriefje en de spijbelbrief. Ik had kunnen wachten tot het spijbelplan er is, maar ik heb dat niet gedaan omdat deze twee zaken geen meerwaarde hebben. Ik hoor in het onderwijs vaak de reactie als ik iets afschaf, wat er in de plaats komt. Voor deze zaken komt er niets in de plaats omdat ze geen meerwaarde hebben. Als ik zelf niet een aantal voorbeelden aanhaal die tot de verbeelding spreken, dan zal de fantasie niet worden geprikkeld van wie actief is in het onderwijs om voorstellen te doen.
Mijnheer De Ro, het klopt dat we niet onzorgvuldig mogen zijn. Wat ik nu zeg, staat in het ontwerp van OD XXV. Het moet nog worden goedgekeurd door het parlement. In principe is het zo dat voor een school die al inspecties heeft gehad en een nieuwe vestigingsplaats wil openen, een meldingsformulier volstaat. Het is geen voorwaarde meer dat de inspectie komt vooraleer ze open kunnen gaan. De bedoeling is in principe dat bij de normale doorlichting van de school er een bezoek plaatsvindt. Niets sluit uit dat dit vroeger gebeurt. We willen de opening niet meer afhankelijk maken van een inspectiebezoek en een hele papierwinkel. We krijgen daar heel veel klachten over.
Er is het voorbeeld gegeven van het M-decreet waarbij wordt gevraagd om het formulier open te laten. Het is uiteraard niet de bedoeling dat het te ingewikkeld wordt. Anderzijds krijgen we van CLB’s vragen naar een houvast. Het is logisch dat er in het eerste jaar wat lijnen worden uitgezet vanuit de koepels. De inspectie zal pas controleren binnen twee jaar. Scholen kunnen hun weg dus zoeken. Ik zal vragen dat mijn diensten erop toezien dat de weg van de minste papierberg en de dichtste nabijheid bij kind en ouders wordt gevolgd.
Maar het is iets nieuws. Het zal een beetje zoeken zijn, met vallen en opstaan wellicht, als het gaat om de beoordeling van de dossiers.
Collega’s, het is evident dat ik dit zal opvolgen waar u dat wenst. Maar de eerstkomende opvolging wordt het engagement in juni. Dan kunt u daar uitgebreid over debatteren.
Minister, dank u. Voor de N-VA blijft het heel belangrijk dat de focus in heel dit proces bij de kinderen en bij de leerkracht in de klas zal liggen. Wij hopen dan ook dat in het hele proces de leerkrachten en directies van kleuterschool tot hoger onderwijs de belangrijkste partners zullen zijn. Wij benadrukken dat we de planlast niet willen verleggen naar de tussenstructuren. Daarover moeten wij heel goed waken. Het belangrijkste is om af te geraken van die irriterende regeldruk. De Operatie Tarra is daarin een heel belangrijke eerste stap. We wensen het initiatief veel succes.
De actuele vraag is afgehandeld.