Verslag plenaire vergadering
Verslag
Dames en heren, aan de orde is de verklaring van de Vlaamse Regering.
Minister-president Peeters heeft het woord.
Voorzitter, collegas, op 21 januari heeft General Motors (GM) aangekondigd dat de Antwerpse productievestiging geen nieuw model toegewezen zou krijgen binnen de geplande gereduceerde structuur van de Europese Opel-Vauxhallonderneming. Hierop is een lokale ondernemingsraad samengeroepen. Daar is het voornemen aangekondigd om over te gaan tot een mogelijk collectief ontslag met eveneens een mogelijke sluiting van de Antwerpse productievestiging.
Het is heel belangrijk wat daar is gezegd, en ik wil dat hier aan het Vlaams Parlement meedelen. In die mededeling aan de bijzondere ondernemingsraad beroept GM zich op de wereldwijde economische en financiële crisis, die de automobielindustrie als meest prominente slachtoffer heeft getroffen. GM stelt dat de automobielindustrie in Europa wordt geconfronteerd met een algemene overcapaciteit, en dat de Europese productiecapaciteit van GM niet langer in de lijn ligt van de Europese marktvraag. Dit heeft de Europese directie doen besluiten om 20 percent van de capaciteit te schrappen.
GM gaat in diezelfde verklaring verder en stelt dat de introductie van verschillende nieuwe modellen moet worden uitgesteld, onder meer van november 2010 tot mei 2012, van alle investeringen in het global SUV-model. Omwille van de nooit eerder geziene crisis en de dringende nood in verband daarmee, is afgezien van het oorspronkelijke SUV-productievolume, en kan het oorspronkelijke plan voor Antwerpen volgens de Europese directie niet worden aangehouden.
De huidige en toekomstige capaciteitsbenutting in de Europese fabrieken, het geplande productgamma en de bijhorende timing, en de financiële impact heeft nog altijd volgens die verklaring de Europese directie doen besluiten dat een mogelijke sluiting van de Antwerpse fabriek de meest logische stap is voor Opel-Vauxhall.
De GM-directie betreurt dat alle inspanningen die werden geleverd en de discussies die tot op heden werden gevoerd, niet uitgemond zijn in enig plan dat de verdere werking van de Antwerpse operationele juridische entiteit zou verzekeren.
Door deze verklaring, door de bijzondere ondernemingsraad van 21 januari, is de informatie- en consultatieprocedure opgestart om alle mogelijke alternatieven voor de fabriek te onderzoeken en te komen tot een sociaal plan. Ik heb gemeend om dit bij de start van deze verklaring te moeten overlopen, omdat dat de argumentaties zijn die GM zelf aan de werknemers heeft meegegeven op 21 januari.
Ik moet u niet zeggen dat deze aankondiging hard is aangekomen, in de eerste plaats bij de werknemers en hun familie, die heel de tijd, in aanslepende onderhandelingen en met steeds nieuwe geruchten, hun werk gedreven zijn blijven voortzetten. Er is een grote verontwaardiging over deze aankondiging en terecht , bij de werknemers, maar ook bij de vakbonden, werkgeversorganisaties en de leden van de Vlaamse Regering. De fabriek in Opel is immers een performante fabriek die hogekwaliteitsproducten aflevert. We kunnen dan ook geen begrip opbrengen voor het voornemen om deze fabriek te sluiten.
We hebben alles op alles gezet. Met de steun van de regering zijn de vakbonden en de lokale directie tot op het laatste moment blijven samenwerken om de positie van Opel Antwerpen te verdedigen ten aanzien van de Europese en Amerikaanse directies van Opel en GM.
Ook vandaag geven we ons niet gewonnen. We zijn zeer verontwaardigd over de manier van handelen van GM. Tot enkele dagen voor de aankondiging werd er nog onderhandeld over de leefbare businesscase voor Antwerpen. Er waren duidelijke afspraken gemaakt tussen de lidstaten met Opelvestigingen, op de Europese Raad van 3 en 4 december 2009, dat het herstructureringsplan van GM eerst door de Europese Commissie onderzocht moest worden vooraleer individuele lidstaten zouden beslissen om eventueel staatsteun aan Opel toe te kennen.
GM heeft deze afspraken genegeerd en is overgegaan tot de aankondiging van de sluiting zonder een globaal herstructureringsplan voor te leggen, noch aan de werknemers, noch aan de regeringen, noch aan de Vlaamse Regering. Wij kunnen en zullen daar niet lijdzaam op toezien en alles in het werk stellen om die duurzame oplossing voor deze site te geven.
Ik wil ook nog eens verwijzen naar 4 mei 2007. Op dat moment vond er een overleg plaats tussen de Vlaamse en Belgische overheid en de directie van GM Europa. De GM-topman heeft op dat moment verklaard de garantie te geven dat Antwerpen in de toekomst als een volwaardige assemblagefabriek op basis van de verschillende modellen verder zou kunnen worden uitgewerkt. De Europese GM-directie heeft dat toen plechtig verklaard en ondertekend. Het is belangrijk daar nog eens naar te verwijzen. Er werden 120.000 wagens aangekondigd. De productiecapaciteit zou worden opgetrokken. Bij de vakbond is dat op 8 mei 2007 nog eens nadrukkelijk herhaald.
Over de verschillende regeringen heen hebben we al die jaren steun toegezegd. Sinds 1996 is er in totaal 27.824.701 euro steun gegeven aan GM België. Onze advocaten hebben bekeken of we dat bedrag niet kunnen terugvragen, maar dat is niet meer mogelijk.
We zitten nu in een nieuwe fase. Onze wetgeving is sinds de sluiting van Renault Vilvoorde zeer precies en adequaat om de verdere onderhandelingen in goede banen te leiden. We zullen erop toezien dat, indien nodig zou blijken, elke krachtlijn en elk detail van deze wet ook zullen worden uitgevoerd. Ik ga ervan uit dat we over grenzen van meerderheid en oppositie heen heel nadrukkelijk verklaren dat elke multinational die actief is in Vlaanderen, die wet correct moet naleven.
Vandaag is het zo dat voor de GM-vestiging in Antwerpen de aankondiging van het voornemen tot sluiting is gebeurd. In de loop van de komende periode volgt er een informatie- en consultatiefase waarvan de duur in de wetgeving niet is vastgelegd, maar die GM zo kort mogelijk wil houden. Tijdens die fase hebben de vertegenwoordigers van de werknemers de mogelijkheid om vragen te stellen over de bedrijfseconomische redenen die het bedrijf opgeeft. Zij hebben ook de mogelijkheid om alternatieven voor te stellen waarop het bedrijf moet antwoorden.
Voor alle duidelijkheid, de rest van de wet-Renault bepaalt dat pas na afloop van deze informatie- en consultatiefase een eventueel definitieve beslissing tot sluiting of collectief ontslag kan worden genomen.
En wanneer die beslissing wordt genomen, is er nog een afkoelingsperiode van een of twee maanden. Tijdens die periode kan er niemand ontslagen worden en moet er over een sociaal plan worden onderhandeld.
Voorzitter, beste collegas, de Vlaamse Regering is er in ieder geval van overtuigd dat we het sociaal overleg binnen de wet-Renault alle kansen moeten geven. Ik roep dan ook iedereen op om diezelfde houding aan te nemen. De wet-Renault moet gerespecteerd worden. De werknemers moeten de mogelijkheid krijgen om vragen te stellen en alternatieven te formuleren. En ik heb daarover overleg gepleegd met de eerste minister, met de gouverneur, met de burgemeester en de betrokken schepen van de stad Antwerpen. Ze hebben me allemaal gezegd dat ze op deze lijn zitten, dat ze allemaal de wet-Renault zullen laten naleven, dat ze er allemaal van uitgaan dat de GM-top nu moet antwoorden en dat alternatieven moeten worden geformuleerd.
Voorzitter, collegas, de herstructurering van GM is een Europees dossier, niet enkel omdat GM in verscheidene lidstaten is gevestigd, maar ook omdat er een beroep zal worden gedaan op de middelen van de Europese belastingbetaler uit onder meer Duitsland, Spanje en Groot-Brittannië. De middelen die GM nodig heeft voor de herstructurering bedragen op basis van onze informatie 3,3 miljard euro, waarvan het bedrijf zelf 600 miljoen euro op tafel legt. Met andere woorden, 2,7 miljard euro moet door de lidstaten bijeen worden gebracht. En men vraagt ook nog eens aan de werknemers om een bedrag van 265 miljoen euro bij te dragen.
U weet allemaal dat in Europa staatssteun maar onder bepaalde strenge voorwaarden kan worden toegekend. En de situatie van Opel is zeer uitzonderlijk en, bij mijn weten, zijn er op Europees niveau geen precedenten van die aard: van de 3,3 miljard euro die GM Europa nodig heeft, vraagt het bedrijf 2,7 miljard euro. Het vraagt dus een bedrag van 2,7 miljard staatssteun aan verschillende landen, onder meer en dat stoot niet alleen mij, maar vele mensen tegen de borst om in België, in Vlaanderen, in Antwerpen een fabriek te sluiten. De vraag is of de Europese Commissie dit kan toestaan. U weet dat steun zonder voorafgaande goedkeuring door de Europese Commissie enkel kan worden verleend indien ze binnen de enge grenzen blijft van de zogenaamde tijdelijke kaderregeling. En in essentie gaat het hier dan over staatsgaranties en rentesubsidies.
En wanneer men in het ander kader zit, de reddings- en herstructureringssteun, moet die steun vooraf aangemeld worden en goedgekeurd worden door de Europese Commissie. Een dergelijke herstructureringssteun kan enkel worden goedgekeurd en nu komt het op basis van een gedetailleerd herstructureringsplan. De Europese Commissie moet onder meer nagaan of in dat plan de herstructureringssteun tot het minimum is beperkt. En dat is niet het geval als minder performante vestigingen worden gespaard ten koste van vestigingen die performanter zijn, zoals die van Antwerpen.
Na de aankondiging van GM met het voornemen tot sluiting, hebben we met de collegas contact genomen met de voorzitter van de Europese Commissie, de heer Barroso, die onmiddellijk bereid was ons te ontvangen. Hij heeft ons verzekerd dat het dossier zeer ernstig verder zal worden gevolgd en dat er tot een aantal acties zal worden overgegaan.
We hebben ook een telefonisch onderhoud gehad met Nick Reilly. Uit dat onderhoud heb ik begrepen dat hij niet alleen de wet-Renault kent godzijdank , maar dat hij die ook wil naleven en dat hij zo snel mogelijk de eerste fase van informatie en consultatie zo kort mogelijk wil houden. Ondertussen hebben we ook contact gehad met het Spaanse voorzitterschap om dat punt op de informele raad Concurrentie van 9 februari te krijgen.
Geachte leden, ik kan u ten volle verzekeren dat de Vlaamse Regering niet alleen zich zal inzetten voor de werknemers van Opel Antwerpen, maar ook al het mogelijke zal doen om de werkgelegenheid bij de toeleveranciers maximaal te vrijwaren. Want wanneer we het hebben over die 2600 banen, dan is dat natuurlijk verschrikkelijk, maar spijtig genoeg zijn er bij heel wat toeleveranciers ook heel wat mensen wier job in gevaar komt. We zullen in de loop van de volgende uren daarover met die toeleveranciers een contact hebben om na te gaan hoe zij een en ander zien.
Over het totaal aantal banen dat verloren gaat, variëren de inschattingen nogal. Ik denk dat de oefening van de Nationale Bank correct is. Ze schat voor het totaal banenverlies bij de mogelijke sluiting van de vestiging in Antwerpen, direct en indirect, een getal tussen de 3500 en 4400. Zoals ik al in het begin heb vermeld, heeft GM aangekondigd dat het de introductie van de verschillende nieuwe modellen uitstelt, onder meer van november 2010 tot mei 2012 voor alle SUV-modellen. Omwille van deze nooit eerder geziene crisis en de dringende nood in verband daarmee, is er afgeweken van het oorspronkelijke plan om die in Antwerpen te laten produceren.
Ik pleit ervoor om na te gaan of er nog wijzigingen mogelijk zijn aan het op 15 oktober geparafeerde vrijhandelsakkoord tussen de Europese Unie en Zuid-Korea om het verplaatsen van autoassemblage van Europa naar Korea tegen te gaan. Ik weet dat het een delicate evenwichtsoefening is, gelet op de vele voordelen die dit akkoord oplevert, ook voor andere sectoren van onze industrie, maar ik heb op 9 december daarover een brief gestuurd naar mijn federale collega. Ook mijn Brusselse collega heeft recent eenzelfde brief verstuurd.
Misschien vindt u dat niet aangewezen, maar de Verenigde Staten, die eenzelfde vrijhandelsakkoord met Zuid-Korea hadden getekend, hebben dat voorlopig bevroren om eerst te bekijken wat de effecten zijn op hun automobielindustrie. Wij hebben binnenkort een Europees Commissaris die uitmate geschikt zal zijn om de impact ervan op Europa en zeker op België en Vlaanderen juist in te schatten. Ik heb er het volste vertrouwen in dat daar de juiste antwoorden zullen komen.
Geachte leden, ik wil niet te ver vooruit lopen op de eventuele resultaten van het overleg tussen alle betrokkenen dat in de komende dagen en weken zal plaatsvinden in uitvoering van de wet-Renault. De Vlaamse Regering wil dit overleg alle kansen geven en zal waar mogelijk ook ondersteunen. Ik wil geen valse hoop creëren noch het dossier doorschuiven naar de Europese Commissie. Wel wil ik nogmaals duidelijk onderstrepen dat voor ons de maximale garantie op een blijvende tewerkstelling voor de werknemers van Opel en van alle andere betrokken bedrijven voorop staat. Deze Vlaamse Regering, en ook de vorige, heeft haar verantwoordelijkheid opgenomen en zal dat blijven doen samen met alle betrokkenen voor die maximale en duurzame tewerkstelling in Antwerpen.
We worden nu met dit concrete dossier geconfronteerd, maar de Vlaamse Regering heeft samen met de Vlaamse sociale partners reeds een staten-generaal voor de industrie op 5 februari samengeroepen waar we heel duidelijk een aantal krachtlijnen zullen formuleren om zo snel mogelijk te komen tot een industriepact voor Vlaanderen met alle betrokkenen.
Voorzitter, dames en heren, ik sluit af. Het is in dit dossier van zeer groot belang dat iedereen dezelfde visie heeft en dat iedereen ervan uitgaat dat we maximaal moeten inzetten op die wet-Renault en ons niet laten verleiden tot alternatieve plannen waarvan een aantal ons zeer goed bekend zijn, maar die alleen maar in de kaart spelen van GM en van Nick Reilly.
Als we in dit heel belangrijke dossier momenteel één ding moeten doen, dan is dat het volgende. Alle partijen van meerderheid en oppositie in Vlaanderen en België moeten eensgezind de uitvoering van de wet-Renault vragen. De GM-top moet antwoorden geven op de situatie en de alternatieven die zijn geformuleerd. Ik hoop dat na dit debat duidelijk blijkt dat deze houding en deze visie in een heel moeilijke periode, zeker voor die werknemers en die gezinnen, de enige verantwoorde houding is. Ik kijk natuurlijk uit naar alle uiteenzettingen die nu zullen volgen. (Applaus bij de meerderheid)