Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, Open Vld steunt uw ontwerp over het toepassingsgebied van het Milieuhandhavingsdecreet. Het is een goede zaak dat Vlaanderen maatregelen neemt om op te treden tegen inbreuken. In het ontwerp zit een dubbel luik: het parket en, voor inbreuken waar het parket niet vervolgt, de administratieve bestraffing via een op te richten agentschap. Op die manier wordt de straffeloosheid uit de wereld geholpen. Er wordt sneller recht gesproken, zij het administratief, en ook de parketten worden ontlast.
Mogelijk duikt er een probleem op. In De Morgen werd de vraag gesteld of de gemeentelijke administratieve sancties, de GAS, nog wel mogelijk zijn. Niet alleen de pers, maar ook de VVSG reageerde daarop: "Ofwel gaat het om een misverstand ofwel moet de minister zeggen dat dit niet kan."
De heer Lauwers, schepen voor afvalbeleid van de stad Antwerpen, heeft in Antwerpen gezegd dat dit haaks staat op het beleid, ook hij wil verder met de GAS. "Het systeem van de gemeentelijke administratieve sancties heeft zijn deugdelijkheid bewezen. De GAS moeten bevoegd blijven voor sluikstorten. Ik heb er alle vertrouwen in dat het decreet genuanceerd wordt en dat de gemeenten boetes voor sluikstorters kunnen blijven uitschrijven."
Mijnheer de minister, u moet erkennen dat het systeem een succesverhaal is. Het werd twee jaar geleden door de federale overheid in het leven geroepen om inbreuken zoals sluikstorten, wildplassen, nachtlawaai, graffitispuiten enzovoort te kunnen bestraffen. We kunnen het succes afmeten aan de inschrijvingen door de steden en gemeenten, die op die manier aan hun burgers laten zien dat er geen straffeloosheid is.
Die zaken kunnen overkomen als banale misdrijven, maar het zijn zaken die de mensen verschrikkelijk ergeren en storen. Mijnheer de minister, ik kan me niet indenken dat u voor die voorvallen naar de straffeloosheid wilt terugkeren. Er is een breed draagvlak. U hebt zelf de eerdere berichtgeving genuanceerd. U hebt gezegd: "Het is voorbarig te stellen dat er een overlapping zal zijn tussen de Vlaamse milieu-inbreuken enerzijds, en feiten die in aanmerking komen voor de GAS anderzijds. Wildplassen, hondenpoep of graffiti zijn geen door het Milieuhandhavingsdecreet beoogde feiten."
Sluikstorten blijft wel vaag. Blijkbaar zal een onderscheid worden gemaakt tussen zwerfvuil en sluikstorten. Zwerfvuil zal dan voor de steden en gemeenten blijven, sluikstorten valt dan onder dat Vlaams agentschap. Het moet zeer duidelijk worden omschreven en gedefinieerd omdat we anders een grijze zone creëren die tot misverstanden en verwarring leidt.
Mijnheer de minister, er is heel wat onduidelijkheid geweest door een gebrek aan correcte informatie. Getuige daarvan de reactie in de pers, de VVSG en verschillende steden en gemeenten. Kunt u verduidelijking geven over de werkelijke toedracht van het ontwerp van Milieuhandhavingsdecreet?
Kunt u ook duidelijkheid geven over de gevolgen voor de gemeentelijke administratieve sancties? Worden die al dan niet uitgehold? Hebt u een reactie gekregen van steden en gemeenten, los van de reactie van de VVSG? En hebt u hierover overleg gehad?
Minister Peeters heeft het woord.
Mevrouw De Ridder, het gaat hier over een ontwerp van het Milieuhandhavingsdecreet. Ik heb begrepen dat u daar wild enthousiast over bent. Ik ben daar zelf ook heel opgetogen over, omdat we met het Milieuhandhavingsdecreet eindelijk eens tot een eenvormige, duidelijke Vlaamse beleidsaanpak kunnen komen, waarin we verschillende criteria hebben voor de inbreuken, de misdrijven en de sancties.
Maar het is een ontwerp van decreet. Dat betekent dat er in de commissie uitgebreid over gesproken zal kunnen worden. Het is goedgekeurd binnen de Vlaamse Regering, ik hoop het nu zo snel mogelijk in het parlement te krijgen.
Mevrouw De Ridder, u mag op uw beide oren slapen. Het is niet mijn bedoeling om te raken aan de nieuwe gemeentewet, laat staan dat dat in het ontwerp van decreet zou staan. Alle gemeentelijke administratieve sancties op basis van de nieuwe gemeentewet kunnen onverkort behouden blijven. U hebt gelijk dat hondenpoep, wildplassen, graffiti en dergelijke zaken belangrijk zijn. Mensen ergeren zich daar aan. Het is evident dat dat op het juiste niveau wordt aanpakt.
Wij hebben in Vlaanderen al sinds 1994 een Afvalstoffendecreet. Daarin staan onder artikel 56 heel duidelijke sancties tegen sluikstorten, die gaan van 100 euro tot 10 miljoen euro en gevangenisstraffen. Er is dus nu reeds, op basis van het Afvalstoffendecreet, een duidelijke strafrechtelijke bepaling. Gemeenten die ook willen sanctioneren, passen meestal een retributie toe. Zij zetten een bedrag op de verwijdering van het sluikafval en organiseren op die manier nog eens een duidelijke sanctionering.
Wanneer we het ontwerp van het Milieuhandhavingsdecreet hier uitgebreid zullen bespreken, zullen we op het vlak van de inbreuken tot een uitvoering moeten komen van wat daar allemaal onder zit. Er is nu reeds een strafbepaling en de gemeenten hebben zelf ook al initiatieven genomen. Vandaag heb ik een overleg met de VVSG om dat verder uit te klaren, zodat we zwerfafval op een zeer efficiënte verder kunnen sanctioneren en tot een minimum beperken.
We gaan ook op Europees niveau met een aantal milieuovertredingen geconfronteerd worden, die we in Vlaanderen moeten implementeren. We moeten ook een antwoord geven op gemeenten die niets doen.
Ik wijzig niets aan de nieuwe gemeentewet en ik wijzig niets aan het Afvalstoffendecreet. Nadat het hier uitgebreid aan bod is gekomen, zal er in het uitvoeringsbesluit duidelijk komen. Er is nu immers al een onduidelijkheid tussen het ontwerp van het Afvalstoffendecreet en bepaalde gemeentelijke reglementen.
Mijnheer de minister, ik dank u voor uw duidelijk antwoord. Indien u dat tijdens het weekend zo had geformuleerd, dan had ik hier nu niet gestaan. We hebben nu duidelijkheid over het sluikstort die we tijdens het weekend niet hadden. Verder kan ik u bevestigen dat de VLD achter de visie van het Milieuhandhavingsdecreet staat. Samen met de heer Lachaert zal ik in de commissie de verdere besprekingen daarover opvolgen.
De heer Peumans heeft het woord.
De heer Loones had de intentie hier een vraag over te stellen maar hij is hier niet als gevolg van een ongeval.
Mijnheer de minister, uw antwoord was duidelijk. Het zou goed zijn om daar via uw woordvoerder over te communiceren met de 308 Vlaamse gemeenten. Zaterdag verscheen dat artikel op de voorpagina van De Morgen, met als gevolg reacties van de gemeenten. Bovendien werd het dan nog eens verkeerd geïnterpreteerd door een Antwerpse schepen. Een goede en duidelijke communicatie is dan ook belangrijk, desnoods samen met de VVSG.
De heer Martens heeft het woord.
Mijnheer de minister, als ik u goed begrijp, zegt u dat u van de gemeentewet en de gemeentelijke administratieve sancties af zult blijven. De gemeenten die deze sancties nu toepassen om sluikstorten en andere inbreuken te beteugelen, zou worden aangeraden om een retributie te innen. Indien dat niet zo is, mijnheer de minister, zit u in de catch 22. De wet op de gemeentelijke administratieve sancties bepaalt immers dat de gemeente een administratieve sanctie kan toepassen voor inbreuken die noch strafrechtelijk noch administratiefrechtelijk vervolgbaar zijn. Als u het Afvalstoffendecreet laat voor wat het is, dan betekent dit dat sluikstorten inderdaad strafrechtelijk vervolgbaar blijft en dat gemeenten die nu een gemeentelijke administratieve sanctie toepassen, dat eigenlijk onwettig doen. U hebt het alternatief om dat te depenaliseren, er dus geen misdrijf maar wel een inbreuk van te maken. In dat geval kan de gemeente de gemeentelijke administratieve sanctie niet toepassen omdat de gewestelijke administratieve sanctie wordt toegepast. Het gevolg daarvan is dat het lik-op-stukbeleid dat veel gemeenten en steden nu voeren, terug naar af is. Elke procedure moet immers voor het Vlaamse administratieve rechtscollege worden gevoerd. We zullen wellicht worden geconfronteerd met een flessenhals door een overvloed van zaken die het administratieve rechtscollege niet meer machtig is.
De optie die de VVSG voorstelt, waarbij wordt aangedrongen op een amendement op het Milieuhandhavingsdecreet, lijkt me nog altijd de meest wenselijke. De VVSG stelt voor om een onderscheid te maken tussen inbreuken waar het Vlaamse administratieve rechtelijke spoor wordt bewandeld en inbreuken waarbij de gemeenten zelf kunnen optreden met een gemeentelijke administratieve sanctie, bijvoorbeeld inbreuken die een schending inhouden van de gemeentelijke reglementen inzake afval en dergelijke meer. We kunnen deze optie niet zomaar aan de kant schuiven door het alternatief van de retributie naar voren te brengen. Van de retributie gaat een minder sterk moreel signaal uit naar de burger. De vraag is trouwens wat we dan zullen doen met het opruimen van sluikstorten dat minder kost dan 250 euro. De gemeentelijke administratieve sanctie is een duidelijke boete van 250 euro. Wat doen we dan met iemand die wegwerpverpakking op straat laat slingeren en waarvan het opruimen geen 250 euro kost? Daar kan niet hetzelfde ontradende effect van uitgaan. Ik wil iedereen dan ook aanraden om het voorstel van de VVSG serieus te nemen.
Mijnheer Martens, ik neem alles au sérieux, zeker wanneer het van de VVSG komt.
De heer Loones heeft in zijn vraag terecht verwezen naar artikel 119 bis van de federale gemeentewet.
En ik citeer hier uit het artikel: "Indien voor diezelfde overtreding door of krachtens een wet, een decreet of ordonnantie straffen of administratieve sancties worden opgelegd, kan dat niet door de gemeente." Dat staat in het artikel 119bis van de nieuwe Gemeentewet. Ik zeg u dat er in het Afvalstoffendecreet sancties zijn opgenomen voor sluikstorten. Op dit moment hebben de gemeenten niet de mogelijkheid om een strafrechtelijke boete op te leggen.
Dus moet die mogelijkheid worden gecreëerd.
Ik heb het over de huidige situatie. Dat de gemeenten voor een praktische oplossing zorgen via een retributie, is zeer goed.
Op de vraag of ik daaraan iets zal wijzigen, is mijn antwoord dat ik dat in eerste instantie niet zal doen. Ik heb al verwezen naar het Afvalstoffendecreet. De gemeenten hebben de zaak ook opgelost. We zullen discussiëren over wat er kan en moet gebeuren. We moeten ook rekening houden met Europa. We moeten strafrechtelijk vervolgen in geval van sluikstorten.
Op de vraag of dat op het Vlaamse of het gemeentelijke niveau moet gebeuren, antwoord ik dat er voor de inbreuken een uitvoeringsbesluit is. We moeten eerst het decreet goedkeuren. We kunnen daarover in de commissie verder discussiëren. Het punt is dat er tegenover zwerfvuil en sluikstorten een efficiënte bestraffing moet staan. Ik heb er geen enkel probleem mee dat de gemeenten dat doen. In artikel 119bis staat echter zeer duidelijk dat de gemeente geen straf kan opleggen. Bij de bespreking van het Handhavingsdecreet wil ik daarover met u en andere collega's nog van gedachten wisselen.
Mijnheer de minister, ik herhaal dat ik de zaak verder zal opvolgen, ook tijdens de besprekingen in de commissie.
De heer Martens doelde waarschijnlijk op de mogelijke discrepantie tussen de strafrechtelijke veroordeling en de aanpak door de steden. De procedure is nog niet afgerond. Er werden heel wat beroepsprocedures ingeleid. Ik heb begrepen dat de stad Antwerpen een cassatieverzoek heeft ingesteld. Ik stel voor dat we op de uitspraak wachten vooraleer daar dieper op in te gaan.
Het incident is gesloten.