Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Slootmans heeft het woord.
Minister, zoals u weet trokken vorige week de 33 burgemeesters van Halle-Vilvoorde opnieuw aan de alarmbel – voor de elfendertigste keer, denk ik – over de lamentabele financiering van hun steden en gemeenten. De bevolkingstsunami die via Brussel onze regio binnensijpelt zorgt ervoor dat onze lokale besturen hun kerntaken inzake integratie, taal, onderwijs, mobiliteit, veiligheid enzovoorts, niet meer kunnen financieren. Om dat even in perspectief te plaatsen: in de laatste 20 jaar is het bevolkingsaantal in Halle-Vilvoorde gestegen met bijna 20 procent. Nergens in Vlaanderen ligt dat cijfer zo hoog. En die toestroom, collega’s, die bestaat uiteraard niet uit Johannen en Anneliezen, die vervolgens toetreden tot de KAJ of de ouderenraad, en zo onze sociale cohesie versterken. Nee, zij bestaat uit Mohammeds en Abdellah’s, die massaal de hoofdstad ontvluchten en zo onze regio ontnederlandsen, vervreemden en islamiseren, en zo ook de bestuurskracht van onze lokale besturen hypothekeren. Het gevolg van die exodus is dat vandaag minder dan één op drie kinderen in Halle-Vilvoorde nog opgroeit in een Vlaams gezin, dat wij de hoogste criminaliteitsgraad hebben van alle arrondissementen, en dat wij met stip op één staan inzake alle lijstjes van capaciteitstekorten.
Twee voorbeelden: tegen het schooljaar 2027-2028 zal er, alleen al in het basisonderwijs, in Halle-Vilvoorde een plaatstekort zijn voor 4000 kinderen. In de kinderopvang: idem dito. Nergens in Vlaanderen zijn er zo weinig plaatsen per honderd kinderen als in Halle-Vilvoorde. En zo verder, enzovoort. Kortom, minister, de situatie is echt wel alarmerend; ze is dramatisch. De tijd van de studies en de rekenmodellen moet achter ons liggen, en de tijd van de actie moet aanbreken.
Heel concreet vragen de burgemeesters van Halle-Vilvoorde een gelijkwaardige behandeling, en vooral een gelijkwaardige financiering op basis van objectieve parameters. Mijn vraag is dan ook u aan de oproep van de burgemeesters gevolg zult geven. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Minister Rutten heeft het woord.
Collega, ik ga eerst beginnen met te zeggen dat ik uw taalgebruik over dit soort zaken over de volledige lijn afkeur. Over de volledige lijn! (Applaus bij Open Vld, cd&v, Groen, Vooruit en de PVDA)
U spreekt over … (Opmerkingen)
Het is aan mij! U spreekt over een tsunami; het gaat hier over mensen. En weet u wat? Wake-upcall: in 2024 zijn Vlamingen niet alleen wit. Vlamingen heten niet alleen Johan; Vlamingen heten ook Mo of Meyrem. U zou blij moeten zijn dat Vlaanderen groeit, mijnheer. Dat is het eerste. (Applaus bij Open Vld, cd&v, Groen, Vooruit en de PVDA)
Dat gezegd zijnde …
Dat gezegd zijnde, heb ik met veel interesse kennisgenomen van het memorandum van de Vlaamse Rand, regio Halle-Vilvoorde. Ik vond dat positief, maar u maakt er iets heel negatiefs van. 33 burgemeesters maken samen hun eisen kenbaar, en ja, die eisen hebben te maken met hun specifieke ligging rondom Brussel en de grootstedelijke context daar. Die grootstedelijke context is reëel. Brussel is een wereldstad, en we hebben nog andere grote steden in Vlaanderen. Het spreekt voor zich dat dat ook uitdagingen met zich meebrengt: op het vlak van onderwijs, integratie, en ja, ook op het vlak van de Nederlandse taal. Dat is geen zwart-wit verhaal. Dat biedt ook kansen. Ik hoor burgemeesters zeggen dat het goed zou zijn om ervoor te zorgen dat we de vacatures in de Vlaamse Rand zouden aanpakken met bijvoorbeeld jongerenwerkloosheid uit Brussel.
Wat vragen zij? Zij vragen om die Vlaamse Rand, die vandaag uit negentien gemeenten bestaat, uit te breiden en daar minstens de 33 gemeenten bij te nemen. Ik denk dat dat een terechte vraag is. Vandaag is het zo dat de Vlaamse Rand alleen de gemeenten zijn die grenzen aan Brussel, aan beide kanten. Ondertussen strekt zich dat ruimer uit, en dat lijkt mij een terechte vraag. Maar waar gaat het natuurlijk echt over? Het gaat over middelen. En dan komt mijn antwoord. Er zijn vandaag voorafnames voor Antwerpen, voor Gent, voor de kustregio’s. Ze willen graag ook zo’n voorafname. Mijn antwoord is – en het is hier al heel vaak gezegd – dat we naar een hervorming van het Gemeentefonds moeten. We moeten naar een meer gelijke verdeling van de middelen, die rekening houdt met de verschillende uitdagingen op basis van verschillende parameters die te maken hebben met hun problematiek. De studie komt er in mei. Ik nodig u graag uit in de commissie, samen met de mensen die daar elke week zijn, om dan te kijken op welke manier we die middelen beter kunnen verdelen. (Applaus bij Open Vld en cd&v)
De heer Slootmans heeft het woord.
Minister, ik heb goed naar u geluisterd, en ik resumeer: “Beste collega's, burgemeesters, inwoners van Halle-Vilvoorde: jullie hebben gelijk. Jullie worden al jaren benadeeld, maar heb nog wat geduld. We gaan er nog een paar jaar over nadenken. We gaan het bestuderen. We gaan het nog wat analyseren, en wie weet komt er misschien ooit, eventueel, morgen, als het goed weer is, verandering in. On verra. Après nous, les mouches.” Dat is in feite wat hier gezegd wordt. Nochtans vraagt onze regio geen voorkeursbehandeling. Het enige wat wij vragen is een rechtvaardige, eerlijke verdeling, inderdaad op basis van, zoals u zegt, objectieve parameters. Dat zeggen niet alleen de inwoners en burgemeesters van Halle-Vilvoorde. Dat zegt ook het Grondwettelijk Hof. In 2018 al oordeelde het dat de verdeling van de middelen via het Gemeentefonds onrechtvaardig en ongrondwettelijk is. Maar ik stel vast dat wanneer er een arrest is van het Grondwettelijk Hof of een andere rechtbank, dat het leven van onze boeren onmogelijk maakt, men zich onmiddellijk schikt. Maar als het hoogste rechtscollege van het land zegt dat de financiering van onze lokale besturen ongrondwettelijk en onredelijk is, dan veegt u daar zes jaar lang uw voeten aan.
Mijn vraag is dan ook simpel. Wanneer gaat u het arrest van het Grondwettelijk Hof uit 2018 honoreren? (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Tiebout heeft het woord.
Collega's, collega Slootmans, goed nieuws: de burgemeesters van de Vlaamse Rand – dus zij die het beleid moeten voeren, dagelijks aan de slag moeten met de vele uitdagingen in de Vlaamse Rand, die u keer op keer omschrijft als de absolute hel op aarde – komen samen met een eigen plan van aanpak en eisen, en met voorstellen om die problemen aan te pakken. Op zich maakt het niet zoveel uit welke kleur de kat heeft, als ze maar muizen vangt. Over de studie van het Gemeentefonds zullen we hier ongetwijfeld wel nog wat debatteren, maar een eis voor meer middelen voor die Vlaamse Rand, kan zeker op de steun van mijn fractie rekenen.
Minister, ik heb nog een kleine bijvraag naar aanleiding van de Nederlandse taalkennis, zoals u het aanhaalde. Mag ik er dan ook van uitgaan dat in de Vlaamse Rand niet alleen bij de kandidaten voor de verkiezingen, maar in al onze communicaties het Nederlands de enige taal is die gebruikt zal worden? (Applaus bij de N-VA)
De heer De Loor heeft het woord.
Collega Slootmans, ik betreur enorm dat u de eisenbundel van de burgemeesters van de Vlaamse Rand misbruikt om hier opnieuw uw racistisch en haatdragend verhaal te brengen. (Applaus bij Vooruit, cd&v, Open Vld, Groen en de PVDA)
Collega’s, minister, steden en gemeenten kregen door deze Vlaamse Regering steeds meer taken toegeschoven. De financiële middelen die noodzakelijk waren om die taken uit te voeren, kwamen niet altijd mee over naar die steden en gemeenten. Ik begrijp dan ook de bekommernissen en bezorgdheden van de gemeenten uit de Vlaamse Rand die te maken krijgen met die extra uitdagingen en problemen.
Collega’s, bestuurskrachtigere gemeenten met een robuustere financiering zijn echt wel noodzakelijk. Minister, u verwees naar de studie. Ik hoop dan ook dat de volgende Vlaamse Regering meer dan deze regering oren heeft naar de financiële uitdagingen van ook de gemeenten in de Vlaamse Rand. (Applaus van Hannelore Goeman)
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Ik heb hier al heel wat grote en hoge woorden gehoord, maar ik heb als enige de moeite gedaan om een concreet voorstel in het parlement neer te leggen om de problematiek echt aan te pakken. Het is wel degelijk zo dat in de nabijheid van Brussel de gemeenten van de Vlaamse Rand en Halle-Vilvoorde kampen met problemen die vergelijkbaar zijn met die van andere grootsteden in Vlaanderen en dat ze daar zeker niet dezelfde middelen voor krijgen als die grootsteden. Daarenboven is er nog eens de taalproblematiek die eigen is aan onze regio. Ik wil er de collega ook op wijzen dat de woningprijzen er de hoogste zijn van Vlaanderen. Dat betekent niet dat het de hel op aarde zou zijn in Halle-Vilvoorde, maar omgekeerd, dat heel veel mensen het nog altijd een aantrekkelijke regio vinden om er te komen wonen. Dat wou ik toch ook duidelijk maken.
Mijn concrete vraag wordt gesteund door alle burgemeesters, over de partijgrenzen heen, en ook door alle partijen in de commissie. Daarom hoor ik graag de mening van de nieuwe minister uit de eigen provincie over deze vraag: om Halle-Vilvoorde te erkennen als centrumregio, wat niet betekent dat dit een nieuwe bestuurslaag zou worden, maar wel dat hij meer middelen zou krijgen, en om dat door te rekenen in de studie die over twee maanden in de commissie zal worden voorgelegd, zodat we op een objectieve manier ook de rest van Vlaanderen kunnen overtuigen van deze nood. (Applaus bij cd&v)
Mevrouw Moerenhout heeft het woord.
Minister, het is enorm frustrerend. De vraag om Halle-Vilvoorde als centrumregio, als Vlaamse Randregio te erkennen, is een scenario dat zich elke legislatuur begint af te spelen zodra de verkiezingen naderen. Het Grondwettelijk Hof, de 33 burgemeesters, elke keer dat referendum: alle partijen hier steunen die vraag, maar toch raakt het niet in orde. Dat is dan weer de vraag ook van ons uit, minister. U zegt dat het een terechte vraag is. Het was ook de vraag van uw partij in 2014. Het was de vraag van uw partij in 2019. Ook uw partij wou de Vlaamse Rand erkennen als Vlaamse Randregio, om de bijhorende middelen te hebben. U geeft zelf aan dat de kustregio twee keer zoveel middelen heeft. Antwerpen is de grootste slokop. Maar de vraag van zoveel mensen – mevrouw Homans draait met haar ogen – en zoveel burgemeesters moet worden gehonoreerd. Deze keer voor echt. Anders is het echt wel te wrang. Bij dezen dus andermaal de oproep: zorg ervoor dat die Vlaamse Randregio wordt erkend en dat Halle-Vilvoorde de middelen krijgt die het zo broodnodig heeft. (Applaus bij Groen)
Minister Rutten, ik mag niet naar u kijken, maar ik geef u het woord.
U mag altijd naar mij kijken. En als we naar elkaar lachen, is dat nog fijner.
Eerst wat de middelen betreft: er is inderdaad geen hervorming geweest van het Gemeentefonds. Dat klopt. Er is wel nog nooit zoveel geld naar de lokale besturen gegaan als in deze legislatuur. Het totale bedrag is opgelopen tot 20 miljard euro. Ik wil dat toch eens eventjes benadrukken. De inspanning vanuit Vlaanderen naar de steden en gemeenten is bijzonder groot geweest. Bovendien, specifiek voor de Vlaamse Rand – en die ligt mij heel na aan het hart en ik verwijs ook naar collega Ben Weyts – zijn de middelen van 20 naar 26 miljoen euro gestegen. Daarbovenop hebben we extra middelen geïnvesteerd specifiek in de regio: met het Plan Samenleven bijna 6 miljoen euro; in het kader van radicalisering voor specifiek de stad Vilvoorde 180.000 euro; Vilvoorde en Halle hebben allebei ook nog eens 6,5 miljoen euro gekregen. Ik betreur ook dat de grote hervorming van het Gemeentefonds er nog niet is, maar we hebben zeker geïnvesteerd.
De leden van de commissie Binnenlands Bestuur weten dat er een onderzoek loopt, dat je het Gemeentefonds en de verschillende parameters ook niet huppeldepup ineens verandert. Dat wordt een belangrijk punt voor de volgende legislatuur. Ik nodig iedereen graag uit op 4 mei voor het moment waarop we die studie zullen krijgen.
Wat de kern van de zaak betreft, haalt collega Van Rompuy, niet toevallig ook van de provincie en de regio, het terecht aan: om vandaag een Vlaamse Randgemeente te zijn, moet je eigenlijk bijna grenzen tegen Brussel. Je moet bij wijze van spreken de fysieke grens maken. Ik zal uw terminologie gebruiken over nabijheid. Het is ruimer dan alleen de definitie van de Vlaamse Randgemeenten zoals we die vandaag kennen. En ik denk zelfs dat we voor de volledige provincie Vlaams-Brabant met een specifieke problematiek zitten. Dat wil niet zeggen dat ze allemaal Vlaamse Rand zijn, maar toch luister ik heel graag naar de burgemeesters van Halle-Vilvoorde voor een uitbreiding van het begrip Vlaamse Rand.
Tot slot, opnieuw: ja, we liggen rond Brussel. Ja, dat brengt een aantal grootstedelijke problemen met zich mee, maar dat biedt ook kansen. Collega Van Rompuy haalde het aan: Vlaams-Brabant is niet alleen een van de mooiste provincies om in te wonen, maar het is ook een welvarende en economisch goed draaiende provincie. Het komt er dus ook op aan om tijd te investeren in onderwijs, in integratie, in Nederlands, want, mijnheer Slootmans – en dat is wat ik bij u hoor – we gaan er echt geen muur rond bouwen. (Applaus bij Open Vld, cd&v en Groen)
De heer Slootmans heeft het woord.
Ja, ik stel vast dat de collega’s nog altijd liever het licht van de zon ontkennen terwijl het in hun ogen aan het schijnen is. Maar de waarheid – de heer De Wever heeft dat vorige week ook gezegd – heeft nog altijd haar rechten. Ik geef een voorbeeld: in de Vlaamse Rand is het vandaag zo dat je gemiddeld 6 procent sterke leerlingen hebt in een school. In Vlaanderen is dat 25 procent. Wat zegt het departement Onderwijs daarover? De oorzaak is de massale influx van anderstaligen. Wij staan op nummer 1 inzake woninginbraak, over alle arrondissementen. Wij staan op nummer 1 in autodiefstallen, van alle arrondissementen. Dat is dus het paradijs waar u het over hebt, mijnheer Tiebout.
Als repliek op de minister: ik weet niet of u het nummer ‘Morregen’ van Belgian Asociality kent? “Morgen, ik zal het morgen wel doen. Morgen, zeker voor de noen.” Wel, u moet straks eens vragen aan de chauffeur dat hij het opzet in de auto wanneer u terugrijdt naar Aarschot, want het is u op het lijf geschreven. Het gaat immers over ziekelijk uitstelgedrag, en dat is wat uw coalitie al jaren en jaren aan het doen is: uitstellen, uitstellen, uitstellen. Maar het geduld is op, en de tijd van actie moet nu aanbreken. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De actuele vraag is afgehandeld.