Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de mogelijke herstructurering bij busbouwer Van Hool
Verslag
Deze vragen zijn aan twee verschillende ministers gesteld. Minister Brouns zal antwoorden op de vraag van de heer Verheyden. Minister Peeters zal antwoorden op de vraag van de heer D’Haese.
De heer Verheyden heeft het woord.
Minister, in De Tijd van vandaag wordt een somber beeld geschetst van de financiële toestand van busbouwer Van Hool. Die is de coronacrisis nog altijd niet te boven gekomen. Na drie opeenvolgende jaren van forse verliezen is de financiële buffer opgesoupeerd. Dat Van Hool in grote problemen zat, was een publiek geheim. Het bedrijf zag de verliezen de afgelopen jaren serieus oplopen, met een verlies van 64,4 miljoen euro in 2021 en een verlies van 3 miljoen euro in 2022. Ook de schulden zijn ondertussen opgelopen, tot 417 miljoen euro. Ongeveer twee op de drie werknemers bij Van Hool zijn momenteel technisch werkloos. Volgens De Tijd zal de crisismanager die onlangs werd aangesteld door het bedrijf, ongeveer midden maart een bijzondere ondernemingsraad bijeenroepen, waarop hij toch wel serieus zware herstructureringen zal aankondigen.
De problemen bij Van Hool kunnen niet los van het Vlaamse regeringsbeleid worden gezien. Hoewel we met Van Hool een wereldspeler op het vlak van busbouwen hebben, heeft deze Vlaamse Regering onlangs beslist om 92 goedkope Chinese bussen te bestellen. Nu kijkt Van Hool naar diezelfde Vlaamse Regering om een reddingsboei te krijgen. Er wordt hard gewerkt aan een herstelplan, maar volgens de woordvoerder van het bedrijf is het duidelijk dat er hoogdringend moet worden opgetreden. Mijn vraag is dan ook: welke initiatieven zal de Vlaamse Regering nemen? (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer D’Haese heeft het woord.
Minister, we hebben hier net het debat gehad over een bedrijf waar een herstructurering is aangekondigd, met honderden ontslagen. Nu gaan we hier een debat voeren over een bedrijf waar we dat nog kunnen vermijden. We hebben het uiteraard over het bedrijf Van Hool, een van de beste busbouwers ter wereld, waar het vandaag crisis is. Wij hebben vorige week nog een voorstel van resolutie neergelegd in dit parlement om De Lijn te vragen om lokaal bussen te bestellen. We hebben daar toen een debat over gehad. Er was op dat moment geen meerderheid voor dat voorstel van resolutie. Maar voor alle collega’s die de indruk hadden dat dat een theoretisch debat was: lees vandaag de voorpagina van De Tijd. Als we vandaag niet ingrijpen, dan gaan we naar een jobverlies, en waarschijnlijk een groot jobverlies, bij een van de kroonjuwelen van de industrie in Vlaanderen.
De oplossing ligt vandaag op zich voor de hand. Bij De Lijn zijn er de komende jaren honderden nieuwe elektrische bussen nodig, en bij Van Hool heeft men werk nodig. De oplossing ligt voor de hand, maar jammer genoeg gaat De Lijn nu bussen bestellen die gemaakt zullen worden in Hongarije door een Chinees bedrijf. Dat is onbegrijpelijk. Daarom ben ik blij dat we hier de minister van Economie en de minister van Mobiliteit samen hebben, omdat dit niet alleen over bestellingen bij De Lijn gaat, maar ook over welke industriële visie deze regering heeft. Gaan wij die honderden miljoenen euro’s belastinggeld die we de komende jaren gaan investeren in de vergroening van de busvloot van De Lijn, ook inzetten om onze economie, ons industrieel weefsel in dit land te versterken? Busbouwer Van Hool is de enige Belgische automobielspeler die op wereldvlak meespeelt. Gaat men ervoor zorgen dat er lokaal wordt besteld, om ervoor te zorgen dat de tewerkstelling daar kan blijven en dat we daar verder aan innovatie kunnen doen? Of gaat deze regering dat allemaal naar het buitenland laten verdwijnen? Mijn vraag is dus: zal deze regering De Lijn stimuleren om haar bussen in het vervolg lokaal aan te kopen? (Applaus bij de PVDA)
Minister Brouns heeft het woord.
Collega's, u hebt inderdaad samen met mij vanochtend in De Tijd kunnen lezen dat de financiële en organisatorische problemen bijzonder ernstig zijn. Van Hool is inderdaad een zeer belangrijke werkgever in onze regio, met ook een productievestiging in Noord-Macedonië. Intussen heb ik zowel met de vakbonden en vanochtend nog met het management van Van Hool gesproken. Een aantal zaken daaruit blijven mij bij.
Op de eerste plaats gelooft men wel degelijk in een toekomst voor Van Hool in Vlaanderen, mits ze herstructureren en goed samenwerken met de vakbonden. Want het plan zal samen moeten worden gemaakt. De conclusie is dat men er het voorbije jaar niet in is geslaagd om uit dat diepe dal te kruipen. Er was corona, een instorting van de vraag, daarna een grotere kostenstijging, problemen bij het uitleveren van bussen, een knelpunt in de toelevering, maar vandaag is er geen probleem met de vraag, het orderboek zit vol. Zoals gezegd, wordt er heel hard gewerkt aan het herstelplan. Dat zal er kortelings zijn. Ik denk dat ontslagen daar helaas niet bij te vermijden zijn. Het plan wordt eind volgende week verwacht. Het zal ook aan de regering gepresenteerd worden. Er zal overleg zijn met de banken.
Ik vind het belangrijk om te benadrukken dat deze regering actie heeft ondernomen vanaf het moment dat dit bedrijf in zwaar weer is terechtgekomen. Via Gigarant zijn er waarborgen verstrekt aan het bedrijf om het te ondersteunen. Nu is het natuurlijk een zaak om die toekomstige rol van de Vlaamse Regering te bekijken in het licht van het plan waar vandaag aan wordt gewerkt. Voor de vragen die daarrond aan ons zullen worden gesteld, zullen wij ernstig onderzoeken welke ondersteuningsmogelijkheden er kunnen worden geboden.
Wat de werknemers betreft die zouden getroffen worden door een nakende herstructurering: dat gaat uiteraard over vaklui die overal zeer hoog aangeprezen staan. Met VDAB zullen wij ook alles doen wat binnen onze mogelijkheden ligt om de mensen die eventueel zouden worden ontslagen, te begeleiden naar openstaande betrekkingen.
Minister Peeters heeft het woord.
Ik dank jullie ook voor de vragen.
Mijnheer D’Haese, u weet dat De Lijn een vloot heeft van ruim 2200 bussen. Ruim negenhonderd van die bussen komen van het bedrijf Van Hool. Men is daar uiteraard zeer tevreden over. Tegelijkertijd kan ik u ook zeggen dat de raad van bestuur van De Lijn in november 2021 een raamcontract heeft gesloten met zowel Van Hool als VDL voor de bestelling van ruim 350 zero-emissie of elektrische bussen. Dat raamcontract geldt nog altijd. De Lijn kan daar nog altijd bussen van afnemen. Men heeft de eerste 36 elektrische bussen van besteld bij het bedrijf Van Hool. Daarvan zijn er tot op heden 27 geleverd. Die resterende negen zullen in het eerste kwartaal van 2024 allemaal geleverd worden.
De Lijn heeft mij verzekerd dat het van dat raamcontract zeker nog elektrische bussen zal afnemen bij Van Hool. Dat is omdat het heel tevreden is van de diensten die in het verleden altijd geleverd werden. Uiteraard is De Lijn gehouden aan de Europese regelgeving rond de aanbestedingen, maar opnieuw: de raad van bestuur heeft mij verzekerd dat ze zeker nog bussen zullen blijven afnemen van dat eerste raamcontract, het contract waarbinnen in totaal 350 bussen geleverd kunnen worden.
De heer Verheyden heeft het woord.
Ja, dank u wel, ministers, voor uw antwoord.
Ik mis toch wel een beetje een antwoord op die hoogdringendheid. “We zullen ondersteunen, we zullen de arbeiders begeleiden naar nieuwe jobs als dat nodig moet zijn”, maar dat is te weinig, dat is te traag. De signalen uit onze industrie zijn alarmerend. Het is niet alleen Van Hool, het is algemeen. De CEO van ArcelorMittal Europe, bijvoorbeeld, kondigde aan dat de vergroening van Sidmar op de helling staat. Audi Brussel zal geen Q8 e-tron meer produceren. Van Hool werd juist aangehaald. Callebaut werd eveneens juist aangehaald; vijfhonderd jobs zullen daar verloren gaan. Wij zijn geen eiland.
Ook in Nederland kent men een precaire situatie. Denk maar aan Nedcar. En in Duitsland worden eveneens bedrijven gesloten. Onlangs ging hier in Vlaanderen een industriële top door waar toch wel een pessimistische boodschap te horen was. Ik citeer Jim Ratcliffe: “Niemand wil nog in Europa investeren als het zulke absurde regels heeft.” De situatie bij Van Hool moet dus in een breder perspectief bekeken worden. Onder meer door alsmaar strenger wordende milieuregels, de hogere energieprijzen, en protectionisme ook van die Amerikaanse en Chinese industrie komt onze industrie onder druk te staan. Ondertussen blijft men dus inderdaad die bussen bestellen. Gaat men nu effectief dat raamcontract herzien? Zijn er mogelijkheden om dergelijke raamcontracten effectief te herzien? (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer D’Haese heeft het woord.
Er moet natuurlijk helemaal geen raamcontract herzien worden. Er is een raamcontract, de minister geeft het zelf aan.
Ik ben heel blij met het signaal dat u geeft, minister, dat De Lijn via dat raamcontract 350 bussen bij Van Hool en VDL wil bijbestellen. De vraag is natuurlijk binnen welke timing, want het is nu nodig. Uiteraard maakt de Vlaamse Regering daar dan ook de nodige middelen voor vrij.
Mijnheer Brouns, het klopt niet dat het orderboek vol staat. Dat klopt natuurlijk niet als een groot deel van de werknemers op technische werkloosheid staat; dat orderboek is niet vol. Het bedrijf produceert vandaag ver onder zijn capaciteit en er zijn meer bestellingen nodig. Nieuwe bestellingen is wat het bedrijf vandaag nodig heeft. Dat kan zonder een nieuwe aanbesteding via het bestaande raamcontract.
Ik vind het heel goed nieuws, minister, dat die openheid er is bij De Lijn, want dat is nieuw. Tot nu hebben we dat signaal niet gekregen.
De vraag is dus vooral naar de timing en de middelen om dit te realiseren. Indien er voor 11 maart, wanneer in de raad van bestuur het plan zal worden voorgesteld, nog een serieus engagement van De Lijn kan komen, kan dat echt een verschil maken. (Applaus bij de PVDA)
De heer Bothuyne heeft het woord.
Minister, het is duidelijk dat er niet alleen kamerbrede bezorgdheid is, maar ook kamerbrede steun voor Van Hool, een industrieel topbedrijf in Vlaanderen. Ik ben heel blij met het engagement van de minister van Mobiliteit om via De Lijn het raamcontract te gaan benutten om bijkomende bestellingen te doen in de komende maanden en jaren. Dat is belangrijk, maar er is meer nodig, denk ik, om dit bedrijf echt vlot te trekken. Er zijn al jaren een aantal problemen. Dit plan moet een momentum zijn om samen met het bedrijf, de Vlaamse Regering en – heel belangrijk – de sociale partners een echte doorstart te maken.
Ik heb, net als collega Rzoska voor Barry Callebaut, ook even gezocht in het subsidieregister. Voor Van Hool kon ik bijvoorbeeld geen enkele aanvraag voor innovatiesteun terugvinden. Ik weet ook dat Van Hool met Flanders Make, ons innovatiecentrum rond de industrie, heel weinig samenwerking heeft. Er zijn dus stappen te zetten rond innovatie, onderzoek en ontwikkeling, en er zijn stappen te zetten rond financiering. We moeten ook investeren in mensen via VDAB en andere opleidingspartners. Dat is heel belangrijk om een toekomst te hebben voor dit bedrijf.
Ik ben blij, minister, dat u al proactief overleg hebt georganiseerd. Het enige wat ik wil vragen is om dat overleg continu en structureel te maken, om op die manier het bedrijf op de goede weg te helpen.
De heer Verbeurgt heeft het woord.
Collega's, het garanderen van werkgelegenheid bij Van Hool moet inderdaad een absolute prioriteit zijn voor deze Vlaamse Regering. Van Hool is een wereldspeler. We moeten er als overheid dan ook alles aan doen om ervoor te zorgen dat we dat bedrijf door deze storm helpen. Inderdaad, investeren vanuit de Vlaamse overheid is daarbij een absolute prioriteit, maar we zitten daar met de Europese aanbestedingsregels, de minister heeft het ook al aangehaald. We zien bovendien dat werknemers binnen Europa tegen elkaar worden uitgespeeld vanwege het ontbreken van een Europees kader voor minimumlonen.
Minister Brouns, u bent voorzitter van de Europese Raad wat betreft werkgelegenheid. Zult u op Europees niveau zowel het versterken van een Europees kader rond de minimumlonen, als het makkelijker maken voor de overheid om lokaal te investeren, op de agenda zetten van de Europese Raad? Op die manier kunnen wij als Vlaanderen investeren in die lokale werkgelegenheid en ervoor zorgen dat de minimumlonen in Europa voor iedereen stijgen, zodat de werknemers er ook in Vlaanderen opnieuw op vooruitgaan. (Applaus bij Vooruit)
De heer Aerts heeft het woord.
Van Hool is niet alleen een naam als een klok onder de busbouwers, maar als Duffelaar – en dus eigenlijk een buur van Koningshooikt – kan ik wel zeggen dat Van Hool in onze regio een begrip is. Dat is niet moeilijk met 2500 medewerkers en nog eens tienduizend afgeleide jobs in Koningshooikt en Berlaar.
Minister Brouns, u hebt daarnet de problemen geschetst waar het bedrijf de afgelopen jaren mee werd geconfronteerd, maar u bent uw eigen verantwoordelijkheid en de verantwoordelijkheid van de Vlaamse Regering vergeten in uw lijstje. Vandaag rijdt immers nog altijd minder dan een op de tien bussen elektrisch. Indien we daar veel sneller in waren, dan hadden busbouwers als Van Hool daar ook wel bij gevaren. Dit schetst nog eens heel duidelijk de nood aan een sterk transitieplan voor onze industrie, zodat onze bedrijven mee kunnen profiteren van die transitie, in plaats van door bedrijven met Chinese staatssteun te worden weggeconcurreerd.
De Lijn heeft nog een gigantische uitdaging om elektrisch rijden helemaal in te voeren. Daarvoor hebben we bedrijven als Van Hool nodig. Mijn vraag aan u, minister, is welk perspectief u Van Hool en haar medewerkers kunt bieden, want dat zullen ze nodig hebben. (Applaus bij Groen)
De heer Gryffroy heeft het woord.
Deze week hebben we het inderdaad over Van Hool en Callebaut. Vorige week hadden we het over ArcelorMittal. We hebben het nog niet gehad over Audi. We hebben het ook nog niet gehad over vele andere hoogtechnologische bedrijven. We proberen inderdaad alle mogelijke inspanningen te doen, we zoeken en proberen alle gepaste ondersteuning te vinden. Het is inderdaad hoogdringend, maar we zijn ook een open economie. Ik moet gewoon vaststellen dat de ‘race to the bottom’ in onze buurlanden momenteel gewoon afschrikkend is. Als zelfs Duitsland bijvoorbeeld in het kader van ArcelorMittal meer biedt dan België en Frankrijk samen, dan is mijn vraag aan minister Brouns de volgende.
We hebben momenteel, als land dan, het Europees voorzitterschap. In welke mate kunt u garanderen, bij de besprekingen met alle andere ministers van Economie, dat we die ‘race to the bottom’ dankzij het feit dat ieder land zijn eigen ding kan doen en diepe zakken kan tonen, een halt kunnen toeroepen, zodanig dat de concurrentie eerlijk gespeeld wordt? (Applaus bij de N-VA)
De heer Keulen heeft het woord.
Ministers, voorzitter, collega's, ik denk dat het raamcontract uitputten een goede zaak is, want dat staat borg voor de bestelling van nog honderden bussen.
Daarnaast proberen de Chinezen op een valse manier de productie van elektrische voertuigen in Europa in handen te krijgen. Ik denk dat we in Europa, en ik kijk naar beide ministers en zeker minister Brouns, want hij is woordvoerder voor de Belgische ministers van Economie, de Duitsers, Fransen en Vlamingen samen bondgenoten zijn. Dat gebeurt dankzij de Chinese Communistische Partij. Collega Jos D’Haese noemt ze kameraden.
Ik denk dat we dan ook nog eens moeten kijken wat er is gebeurd met die 30 miljoen euro waarborg die we al hebben gegeven. De Vlaamse Regering heeft zich financieel al geëngageerd. We moeten ook kijken wat Van Hool zelf moet doen. Ze zijn niet vrij van zonde: noodzakelijke hervormingen die door sociale partners zijn tegengewerkt, de strategische keuze voor waterstof in plaats van elektrificatie.
Een laatste punt zijn de leveringen tot dusver, minister, die met haperingen en kwaliteitsproblemen aan de geleverde bussen verliepen. Ook dat is een waarheid die onder ogen gezien moet worden. (Applaus van Willem-Frederik Schiltz)
Minister Peeters heeft het woord.
Voorzitter, ik zal al antwoorden op de vragen die specifiek gaan over De Lijn, waar ik voogdijminister van ben.
Mijnheer D’Haese, ik vind het een beetje vreemd dat u zegt dat u nu voor de eerste keer hoort dat we het bestaande raamcontract van 2021 volledig willen uitputten. Ik heb dat telkens gezegd. Op het moment dat De Lijn een nieuw raamcontract in de markt stelde volgens de Europese regelgeving, heb ik heel duidelijk de boodschap gegeven dat Van Hool een begrip is en blijft, heel veel bussen geleverd heeft, en aangemaand om van dat eerste raamcontract toch ook nog bussen te bestellen. Als voogdijminister kan ik dat maar vragen. Het is finaal de raad van bestuur van De Lijn die zelf tot bestelling overgaat, tot het sluiten van de contracten. Ze hebben zich geëngageerd, hebben gezegd dat ze dat raamcontract maximaal willen uitputten. Het moet natuurlijk ook kunnen.
Daarnet heb ik ook gezegd dat de bestelling van die 36 bussen die normaal gezien geleverd hadden moeten worden in het eerste kwartaal van 2023, dat daarvan nu de laatste negen bussen geleverd worden in het eerste kwartaal van 2024. Er zit dus een vertraging in die levering, en daar zijn verschillende oorzaken voor die allemaal bedrijfsmatig zijn.
De Lijn heeft zich ten aanzien van mij in ieder geval geëngageerd, en heeft gezegd dat ze dat eerste raamcontract van 350 bussen, waarvan ruim 60 procent voor Van Hool, maximaal willen uitputten. Daar zal ik ook op blijven toezien.
Hebben wij de trein van de elektrificatie gemist? Ik denk alleszins dat we niet anders kunnen dan concluderen dat we deze legislatuur volop hebben ingezet op de elektrificatie. U weet ook dat Van Hool in het verleden in eerste instantie volop de kaart getrokken had van de waterstofbussen. Ook daar heeft De Lijn in het verleden waterstofbussen afgenomen, maar we zien dat in het verhaal van zero emissie vandaag eigenlijk alles volop focust op elektrificatie.
We hebben in het verleden zero-emissiebussen afgenomen bij Van Hool. We willen dat ook in de toekomst blijven doen. Zoals ik daarnet ook al zei, zijn er van de vloot van ruim 2300 bussen ruim negenhonderd van het bedrijf Van Hool. Het bedrijf Van Hool is inderdaad een begrip. Wij koesteren dat bedrijf, en zullen dan ook al het mogelijke doen om ervoor te zorgen dat dat ook een verdere toekomst heeft, zeker voor alle werknemers die daar actief zijn. (Applaus van Bart Van Hulle)
Minister Brouns heeft het woord.
Misschien eerst heel concreet: de trage productie en de bezettingsgraad zijn inderdaad het gevolg van de toeleveringsproblemen die er wel degelijk waren en die ook aangegeven zijn door het management, en inderdaad ook van de liquiditeitsproblemen.
Maar in een ruimer debat en een ruimer kader: hier is terecht verschillende keren verwezen naar Europa en het debat daar. De voorbije weken hebben we de informele industrietop gehad met de 27 ministers bevoegd voor competitiviteit en industrie, in Antwerpen. En daar hoorde je telkens hetzelfde. Het is inderdaad het gelijke speelveld. We moeten stoppen met subsidies te geven die we in tijden van crisis geven. Dat is geen basis om een degelijk en duurzaam industrieel beleid te voeren. We moeten meer vertrouwen geven aan onze ondernemingen, en minder regels. We zitten vandaag in de situatie dat we voor alles en nog wat regels hebben en dat we steeds vaker een toevlucht moeten zoeken tot regelluwe zones om innovatie alle kansen te geven. En als het gaat over innovatie, voel je vandaag ook dat we nog veel meer – en dat is gedeeld door de Europese collega’s – onze kmo’s moeten meekrijgen. De innovatiepijplijn, die tijdslijn, moet ook korter om de valorisatie op het niveau van de kmo’s te kunnen versterken.
Dat zal ook de basis zijn van het rapport van de heer Letta, waarbij we vanuit Vlaanderen incentives hebben gegeven, na die informele top met de collega's uit Europa, om dat toekomstige beleid van de industrie mee vorm te geven. Dat investeringsklimaat is inderdaad belangrijk. Innovatie versterken, een gelijk speelveld, en meer ruimte en vertrouwen geven aan onze ondernemers: dat is voor mij de basis voor een duurzaam industrieel beleid in Vlaanderen en in Europa. (Applaus van Robrecht Bothuyne)
De heer Verheyden heeft het woord.
Ministers, ik zou willen afsluiten met een boodschap aan u beiden mee te geven, een goede raad. Minister Peeters, vorige week waren de arbeiders en bedienden van Van Hool te gast bij ons in de Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken, en je zag werkelijk de wanhoop in de ogen van die mensen. Mijn boodschap aan u is: ga zo snel mogelijk met De Lijn aan tafel zitten en zorg ervoor dat zij maximaal hun bussen aankopen bij onze eigen busbouwers.
Minister Brouns, aan u de boodschap: zorg dat deze regering Van Hool kan redden. We mogen dit Vlaamse kroonjuweel absoluut niet verloren laten gaan. En daarnaast mag in het gunningsbesluit dat momenteel van toepassing is, niet meer alleen naar de kostprijs gekeken worden. We moeten ook naar andere incentives kijken, onder andere maatschappelijke kost en eigen productie. We moeten onze eigen industrie koesteren. We moeten niet meegaan in de globalistische visie van de ‘race to the bottom’. Ik dring er bovendien op aan om meer algemeen ook op een industrieel beleid te werken dat de toekomst van onze Vlaamse industrie veiligstelt. Bij Van Hool hebben we met dit beleid momenteel in ieder geval geen goede beurt gemaakt. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer D’Haese heeft het woord.
Ministers, bedankt voor de antwoorden. Ik heb de indruk dat jullie de zaak serieus nemen. Ik vind het een beetje jammer dat sommigen in dit halfrond er een politiek spel van proberen te maken. Ik denk dat we beter zoeken naar oplossingen als het hierover gaat. (Opmerkingen bij het Vlaams Belang)
Jullie mogen daar allemaal mee lachen. Met de PVDA werken wij al drie jaar op dit dossier. Iedereen kan nagaan wat we daar de afgelopen jaren in en buiten dit parlement rond hebben gedaan. (Applaus bij de PVDA)
Minister Peeters, u sprak over een engagement om maximaal te bestellen op dat raamcontract. Ik denk dat dat een heel belangrijk engagement is en een heel belangrijk signaal vandaag richting dat bedrijf.
Ik weet niet of jullie die fabriek al eens bezocht hebben. Zo niet, kan ik het alleen maar aanraden. Dat is nu echt eens een bedrijf met duizenden en duizenden vakmensen, echt vakmensen. En dat moeten we echt koesteren. Dat moeten we echt beschermen. Dat moeten we uitbreiden. En dus is op korte termijn de bestelling binnen die raamcontracten van belang. Op lange termijn denk ik dat we moeten gaan nadenken over hoe we inderdaad die oneerlijke concurrentie binnen en buiten Europa stoppen en hoe we ervoor zorgen dat we die lokale tewerkstelling ook verankeren in de nieuwe raamcontracten, waar dan ook openbare aanbestedingen voor moeten worden uitgeschreven. (Applaus bij de PVDA)
De actuele vragen zijn afgehandeld.