Verslag plenaire vergadering
Verslag
Het antwoord wordt gegeven door minister Dalle.
De heer Ronse heeft het woord.
Collega’s, ik wil van de gelegenheid eerst gebruikmaken om de diensten van het Vlaams Parlement ongelooflijk hard te bedanken. Ik heb nog nooit zo veel persaandacht gekregen voor mijn parlementair werk als voor dat van vorige week. Ik had het toen over dienstencheques en zij hebben mij toen ondertiteld als ‘Indische seks’. Ik moet zeggen, het is op tv gekomen, in de kranten, … nog nooit zo veel aandacht voor mijn parlementair werk. En ik heb lang nagedacht hoe ik ontwrichte zones zou verwoorden, maar ik heb geen enkel woord gevonden dat aanleiding zou geven tot zo veel exposure.
Helaas is het wel nodig, want West-Vlaanderen heeft het niet zo onder de markt. Er zijn 1400 jobs verloren gegaan in Vlaanderen en daarvan zijn er 345 uit West-Vlaanderen. Er bestaat zoiets als ontwrichte zones: Antwerpen geniet daarvan, de Kempen en ook Limburg. Dat betekent dat, als je daar mensen in tewerkstelt, je een korting krijgt voor twee jaar van 25 procent op de bedrijfsvoorheffing; 25 procent korting op de bedrijfsvoorheffing komt ongeveer neer op een loonkostverlaging van 5 tot 6 procent.
Ik heb vernomen dat minister Brouns openstaat om West-Vlaanderen mee aan te melden als ontwrichte zone. Mijn vraag is: wanneer kunnen de West-Vlaamse bedrijven genieten van de voorwaarden voor die ontwrichte zones?
Minister Dalle heeft het woord.
Mijnheer Ronse, inzake West-Vlaams ondernemerschap hebt u in mij een partner, naast collega Brouns. Onze industrie staat onder zware druk vandaag, de competitiviteit staat onder druk. In West-Vlaanderen leidt dit soms tot heel zware gevolgen, onder meer in de textielindustrie die zwaar in de klappen heeft gedeeld. Volgens de bestaande federale wetgeving is er een duidelijk kader voor de erkenning van ontwrichte zones. Ik kan u bevestigen dat er in de omgeving van Wielsbeke voldoende collectieve ontslagen te betreuren vallen, jammer genoeg, om in aanmerking te komen voor de erkenning als ontwrichte zone. Dat is ook de reden waarom collega Brouns al op 2 februari aan de Vlaamse Regering heeft voorgesteld om in een cirkel met een straal van 40 kilometer rond Wielsbeke de ontwrichte zone in te stellen.
Het Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO) is momenteel bezig met de technische voorbereiding van dat dossier, met de exacte omschrijving van de bedrijfsterreinen en dergelijke. Het is de bedoeling om het resultaat zo snel mogelijk voor te leggen aan de Vlaamse Regering zodat formeel de aanmelding kan gebeuren bij de Federale Regering. De Vlaamse Regering wenst dat de ontwrichte zones uiterlijk eind oktober 2024 kunnen ingaan, wanneer het dossier van collega Brouns wordt goedgekeurd. Op die manier kunnen we de getroffen regio extra ondersteunen in deze moeilijke periode.
De heer Ronse heeft het woord.
In een straal van 40 kilometer, minister, zal die straal richting de zee wijzen of richting Oost-Vlaanderen?
De heer Bothuyne heeft het woord.
Ik zou het concept van straal en cirkel wel eens willen uitleggen, collega Ronse. (Lacht)
Ik denk dat iedereen die het dossier van de regering heeft gezien, weet dat er eten en drinken in zit voor een groot deel van West-Vlaanderen, maar ook voor Oost-Vlaanderen. Het gebruikmaken van het federale regelgevend kader om het aantrekkelijker te maken om te investeren in die ontwrichte zones is een heel belangrijke vorm van samenwerkingsfederalisme. Ik ben blij, collega Ronse, dat u dat hier mee komt bepleiten, maar het mag daar niet mee ophouden. We moeten dat koppelen aan een ruimtelijk beleid, want in onze regio – u kent de regio rond de E17 – is er een ongelooflijk tekort aan bedrijventerreinen.
Minister, zal de Vlaamse Regering dit vooruitstrevende beleid inzake het beheersen van loonkosten in ontwrichte zones koppelen aan een sterk ruimtelijk beleid om voor een regulier kader te zorgen waarbij ruimte voor ondernemen letterlijk en figuurlijk wordt gecreëerd?
De heer Veys heeft het woord.
Onze arbeidsmarkt zit inderdaad met een probleem. De West-Vlamingen werken zeer hard, maar krijgen daar te weinig voor terug, zeker als het over de Vlaamse Regering gaat.
Ik wil even terugkeren naar de ontwrichte zone als de zaligmakende oplossing voor dit alles. Wat is hier gebeurd? Er zijn wat collectieve ontslagen geweest. Er was de teloorgang van de textielindustrie, de industrie van vroeger, die onze provincie groot heeft gemaakt, maar die problemen zijn op zich niet nieuw. Dit kondigt zich al tientallen jaren aan. Ik vraag me dan af of een algemene verlaging van de RSZ-bijdragen (Rijksdienst voor Sociale Zekerheid) de grote wonderoplossing is. Ik zou meer willen verwachten.
Mijnheer Dalle, u hebt West-Vlaamse roots maar de vorige minister van Werk van cd&v, mevrouw Crevits, was een West-Vlaamse, dus: is er geen gericht maatwerkplan? Gaan we het onderwijs hervormen? Hoe gaan we de knelpuntberoepen invullen in West-Vlaanderen? Is er niets meer dan puur die ontwrichte zone? Ik zou na tien jaar Vlaams centrumrechts beleid daarop gericht toch wel meer van een oplossing willen horen. Ik hoop dat u die hebt. (Applaus bij Vooruit)
Minister Dalle heeft het woord.
Collega Ronse, ik ben nu zelf niet zo sterk in wiskunde, maar als het over cirkels gaat, denk ik dat de straal in alle richtingen gaat, 360 graden. Technische vragen hierover kunt u altijd in de commissie stellen aan collega Brouns. Maar dat is toch mijn beperkte kennis van wiskunde.
Collega Veys, bij mijn weten gaat het over een gedeeltelijke vrijstelling van de bedrijfsvoorheffing, niet van RSZ. Maar dat is een detail. Het gaat natuurlijk niet alleen over fiscale of parafiscale maatregelen. Je moet ook breder kijken. Je moet inderdaad ook kijken naar goede vorming, naar sterk onderwijs, naar het arbeidsmarktbeleid en dergelijke meer, en inderdaad, collega Bothuyne, ook naar ruimte om te ondernemen. Ook dat is essentieel. Ik ben ervan overtuigd dat de collega-minister van Omgeving daar ter zake ook het noodzakelijke voor zal doen.
Eén ding is zeker: deze maatregel is belangrijk en is heel erg ondersteunend voor de bedrijven, omdat ze op die manier in hun cashflow echt wel een groot voordeel krijgen. Maar je kunt het niet alleen met dit aanpakken. Dat vergt natuurlijk verenigde krachten. We gaan dat ook vanuit heel de Vlaamse Regering blijven doen, ook voor West-Vlaanderen.
De heer Ronse heeft het woord.
Inderdaad, over die cirkel: ik heb ook mijn gebreken. Bij deze is dat moment aangebroken. (Opmerkingen)
Maar wat Vooruit betreft: ik vind dat toch wel redelijk straf. Vooruit zit hier te bekritiseren dat we in West-Vlaanderen, een provincie van werkers, de bedrijfsvoorheffing met 25 procent zouden verlagen, wat neerkomt op een verlaging van de loonkost van 5 tot 6 procent. Collega Veys, dat u daarop kritiek hebt, snap ik niet. Maar wat ik nog minder snap, is dat u hier uw momentum niet gebruikt om uw vriend Magnette te bekritiseren, die een 32-urenwerkweek wil invoeren, die ervoor wil zorgen dat er nog minder mensen werken. (Applaus bij de N-VA en van Kurt Vanryckeghem)
Een derde van de actieve Waalse bevolking is niet aan het werk. Hij wil dat er maar 32 uur per week, dus nog minder, gewerkt wordt. Wij staan hier in het Vlaams Parlement voor te stellen om de loonkost in West-Vlaanderen te verlagen, en daar hebt u kritiek op? Collega Veys, ken uw prioriteiten, alstublieft. (Applaus bij de N-VA en van Kurt Vanryckeghem)
De actuele vraag is afgehandeld.