Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Vandaele heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, we hebben onze laatste plenaire vergadering voor Nieuwjaar achter de rug, en dan mag ik weer een dankwoord uitspreken. Laat me beginnen met de voorzitter te bedanken; dan hebben we dat alvast achter de rug. (Gelach)
Dank, voorzitter, voor uw innemende persoonlijkheid en de statige en welbespraakte wijze waarop u ons door moeilijke tijden loodst. Natuurlijk wens ik u vandaag ook een gelukkige verjaardag. (Applaus)
Neen, ik had het over N-VA-voorzitter Bart De Wever, die verjaart. (Opmerkingen van de voorzitter. Gelach)
Ik had het dus over Bart De Wever, die vandaag verjaart.
Lijk ik op Bart De Wever? (Gelach)
Maar natuurlijk ook dank aan parlementsvoorzitter Liesbeth Homans. (Gelach. Applaus)
Over verjaardagen gesproken: ook collega Johan Deckmyn verjaart vandaag. Proficiat. (Applaus)
Dank ook aan de medewerkers in hun verschillende hoedanigheden. Dank aan de mensen van Decreetgeving, die het juridische brokkelwerk rechttrekken dat wij soms afleveren, of beter gezegd: dat de kabinetten ons in de maag splitsen. (Gelach)
Ik dank ook de medewerkers van het verslag, die ervoor zorgen dat onze soms volstrekt onsamenhangende tussenkomsten er bij het nalezen van het verslag toch uitermate consistent uitzien. Zelfs de replieken van minister Weyts van vorige week zien er in het schriftelijk verslag best oké uit. (Gelach. Applaus)
Als dat al grappig is! (Gelach)
Ik dank ook de onthaalmedewerkers, die koffie, water en fruitsapjes voor ons klaarzetten, maar die evengoed weken aan een stuk met een stoel hebben lopen zeulen opdat collega Bothuyne er zijn zere been op te rusten zou kunnen leggen. Ik kon me trouwens niet van de indruk ontdoen, collega’s, dat die Bothuyne daar dik van heeft geprofiteerd. Ik zal toch niet de enige zijn, denk ik, die hem op de middag heeft zien joggen in het park. (Gelach)
Bothuyne zat hier trouwens wekenlang op de banken van onze N-VA-fractie, maar hij heeft nog geen euro afdrachten betaald. (Gelach)
We hebben hier vorige week bij de bespreking van de begroting zo goed als alle onderwerpen uitvoerig behandeld, maar als opa van twee kleindochtertjes vond ik wel dat kinderopvang, nochtans een heikel thema, totaal onderbelicht is gebleven. (Gelach)
Ik had toch wel een tussenkomst verwacht van collega Malfroot of Groothedde of Vandecasteele of Goeman, maar goed.
Wat de kindjes op de tribune betreft: ik heb er alle begrip voor dat de kinderrechtencommissaris uiteindelijk heeft ingegrepen, voorzitter. Ik zou het mijn kleindochtertjes alleszins niet aandoen om ze elke week twee uur lang op die tribune vast te houden. (Applaus)
Wat mij ook bijzonder ergert, bijzonder ergert, is het telkens terugkerende geklaag over het lerarentekort. En wie zeurt daarover? Inderdaad, die collega’s die hun job in het onderwijs hebben laten staan om hier parlementslid te worden. (Gelach. Applaus)
Ze zijn verdorie zelf de oorzaak van dat lerarentekort. (Gelach. Opmerkingen)
Het zijn er veel hoor, het zijn er veel.
Ik dank de collega's van de oppositie voor hun constructieve houding, zelfs zo constructief dat er collega's van de meerderheid waren die vonden dat zij die rol moesten overnemen. (Gelach)
Het voorbije jaar was voor sommige collega's een jaar van steile opgang, voor andere een van vrije val. Er was een steile opgang voor collega Jo Brouns, die het in geen tijd tot Vlaams minister schopte voor cd&v. En een paar dagen geleden nog was er collega Caroline Gennez van Vooruit, die federaal minister werd. Andere collega’s verging het helaas minder goed, zoals onze onfortuinlijke collega Jeremie Vaneeckhout, die partijvoorzitter werd van Groen. (Gelach)
Op mijn papiertje staat dat ik ook de regering moet bedanken. Ik wil dat wel doen, maar ik vind niet meteen een aanleiding. (Gelach. Applaus)
Eigenlijk moeten de ministers de parlementsleden bedanken, zeker die van de meerderheid. (Applaus)
Want wij stemmen hier klakkeloos de zotste dingen die de regering ons voorschotelt. (Gelach)
Ik was van plan de minister-president geluk te wensen omdat hij het jaareinde had gehaald zonder uitschuivers. Niet dus. (Gelach)
Ik wilde namens mijn kleindochtertjes ook minister Crevits bedanken voor de indexering van het groeipakket. Niet dus. (Gelach)
Maar desalniettemin toch een schouderklopje voor minister Crevits, omdat ze weer onder ons is na een klein dipje. Je zou voor minder een dipje krijgen, collega’s, als je hele dagen met minister Demir moet samenwerken. (Gelach)
Met Hilde Crevits waait er nu toch opnieuw een frisse West-Vlaamse wind door de regering. En dat is ook absoluut nodig om op te tornen tegen de totaal onverantwoorde Limburgse hegemonie. (Gelach. Applaus)
Er wordt wel eens gefluisterd dat de Vlaamse Regering aan het handje loopt van Antwerpen, maar vergis u niet, collega’s, vier van de negen ministers zijn gecertificeerde Limburgers. Alle problemen in die provincie worden dan ook in een handomdraai opgelost. Spijtig voor Averbode dat het niet in Limburg ligt. (Gelach)
Tot slot, collega’s, Maurits Vande Reyde heeft mij gevraagd of ik hem in mijn woordje wilde vermelden. (Gelach. Applaus)
Ik dank u. (Applaus)
Collega’s, ik geef toe, tegen collega Vandaele kan ik absoluut niet op. Ik ga het er gewoon bij houden om iedereen fantastische en leuke eindejaarsfeesten te wensen, en ook het personeel te bedanken, al het personeel dat hier werkt. Graag een applaus. (Applaus)
Collega Vandaele, als we bij de partij ooit nog een stand-upcomedian willen inhuren, dan zal ik u aanbevelen. Prettige eindejaarsfeesten iedereen.