Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw Van dermeersch heeft het woord.
Voorzitter, het is inderdaad zo dat in steeds meer scholen in Vlaanderen blijkbaar activiteiten voor mama’s en papa’s gescheiden worden georganiseerd, zogenaamd om de drempel voor ouders met een migratieachtergrond te verlagen. In gewone mensentaal betekent dat gewoon dat er ouders zijn die moslim zijn en die de strikte scheiding tussen mannen en vrouwen volgens de fundamentalistische islam willen toepassen hier in Vlaanderen, in onze samenleving. Zo mogen er bijvoorbeeld in Antwerpen, waar ik vandaan kom, enkel moeders komen naar een bepaalde activiteit in een school waarbij er fruit moet worden gesneden. In Gent is er een school die het heeft gepresteerd om turnlessen te organiseren waar enkele mama’s welkom waren, en in het Kortrijkse was er ook een praatgroep enkel voor moeders. Vaders waren niet toegelaten.
Het organiseren van gescheiden activiteiten op basis van gender, dus mama’s of papa’s, is compleet in strijd met het Antidiscriminatiedecreet dat hier ooit door de plenaire vergadering is goedgekeurd. Het is trouwens ook strijdig met onze Europese waarden: de gelijkwaardigheid tussen mannen en vrouwen is een van de fundamenten daarvan. Dat zou dus centraal moeten worden gesteld in onze samenleving.
Minister, welke initiatieven zult u dus nemen om in te gaan tegen deze grove schending en de kwalijke evolutie die dit toch is, met een ingaan tegen en een strijdig zijn met de antidiscriminatiewetgeving?
Minister Crevits heeft het woord.
Dank u voor deze bijzonder interessante vraag. Er moet me eigenlijk eerst iets van het hart. Ik ben een beetje verward omdat net u deze vraag aan mij stelt. Uw voorzitter heeft in een boek nog niet zo lang geleden zeer expliciet gepleit om in de toekomst weer scholen mogelijk te maken met alleen maar jongens of alleen maar meisjes. Dan is mijn vraag: wat komt u hier eigenlijk doen met deze vraag? (Applaus bij CD&V, Open Vld, sp.a en Groen)
Ik stel voor dat u dat boek van Tom Van Grieken nog eens leest. Op bladzijde 265 vraagt hij dat men dat weer mogelijk zou maken. Ik veronderstel echter dat u het boek nog niet hebt gelezen. (Gelach)
Collega’s, de problematiek is evenwel bijzonder relevant. We hebben in dit parlement al gediscussieerd over ouderbetrokkenheid. Ik vind ouderbetrokkenheid zeer cruciaal. Dat heeft een enorme invloed op schoolse prestaties. Elke school in Vlaanderen moet daarin investeren, via de ouderraad, via het schoolbestuur, via oudercontacten. Laat me ook duidelijk zijn: het kan níet dat er op basis van geslacht mensen niet mogen komen. Dat is absoluut verboden. Formele participatie staat open voor mannen en voor vrouwen. Betrokkenheid is ook geen mamazaak. Betrokkenheid is een zaak van mama’s en van papa’s, van beiden, en liefst zo veel mogelijk als het enigszins kan, zonder onderscheid. Het doel, het ideaal is een gelijkwaardige participatie van mannen en vrouwen, ook als het gaat over de schoolse sfeer waarin kinderen groot worden. Dat is eigen aan onze samenleving. Als kranten dus zouden koppen dat in bepaalde scholen mannen niet welkom zijn, dan is dat absoluut ‘not done’. Dat kan niet.
Het artikel is evenwel veel genuanceerder. Het gaat om activiteiten in de informele sfeer. Een aantal scholen die ouders de eerste stap naar de betrokkenheid van moeders of vaders willen laten zetten, vinden soms dat ze initiatieven moeten nemen. Een van die initiatieven bestaat uit een Zumba-les voor de vrouwen. Nadien blijven die vrouwen om fruit te snijden, en zo krijgt de school contact met de moeders.
Ik vind dit niet de ideale wereld. Eigenlijk vind ik dat een Zumba-les en zeker het snijden van fruit zowel voor moeders als voor vaders zou moeten openstaan. Ik zou dat minder goed kunnen dan mijn echtgenoot. De nuance die wordt gemaakt, luidt dat dit een goede manier kan zijn als het een brug naar vertrouwen is.
Ik heb het niet altijd eens met de heer Loobuyck, de moraalfilosoof, maar ik vind dat hij terecht de brug maakt. Indien het een opstap is om tot gelijkwaardigheid te komen en niet voor een lange periode geldt, moet dit in sommige omstandigheden misschien wel kunnen. Het is zeker geen wenselijke situatie. Dat is mijn houding ten aanzien van dit dossier. Volgens mij stellen de meeste, zo niet bijna alle scholen in Vlaanderen al hun activiteiten open voor moeders en vaders. Ik hoop absoluut dat dit in de toekomst zo zal blijven.
Minister, u erkent dus dat er een antidiscriminatiewet bestaat. Artikel 20, punt 8, van die wet stelt duidelijk dat er in de overheids- en particuliere sectoren niet mag worden gediscrimineerd met betrekking tot het toegang verlenen aan of laten deelnemen door personen aan sociale of culturele activiteiten die buiten de privésfeer vallen.
De activiteiten in die scholen zijn, met andere woorden, informeel, maar vallen wel onder de toepassing van artikel 20, punt 8. Als minister van Onderwijs is het uw taak om ervoor te zorgen dat in onze scholen niet wordt toegelaten dat activiteiten gescheiden volgens gender kunnen plaatsvinden. U zult niet meer mensen naar de scholen lokken. U zult niet meer gelijkwaardigheid bekomen. Wat u in die scholen zult bereiken, is dat daar gewoon de sharia wordt toegepast en dat vrouwen altijd van mannen zullen worden gescheiden. Op die manier werkt u mee aan de islamisering van onze samenleving.
Minister, u mag dat niet toelaten. U moet optreden op basis van artikel 20 van de antidiscriminatiewetgeving. U weet zeer goed dat wat in die scholen gebeurt niet toegelaten is.
De heer De Gucht heeft het woord.
Voorzitter, het is problematisch dat we moeten nadenken over manieren om ouders naar een school te krijgen. Op basis van bepaalde overtuigingen willen of mogen vrouwen niet aanwezig zijn. Hun echtgenoten hebben daar een probleem mee als er ook andere mannen aanwezig zijn. Dat is problematisch.
Minister, ik ben het eens met u en met de heer Loobuyck. We moeten nagaan op welke wijze we die mensen naar de school kunnen krijgen en een brug tussen de school en de ouders kunnen vormen. De realiteit is dat veel jongeren ten gevolge van het beperkte oudertoezicht met betrekking tot de school en van het beperkte contact tussen de ouders en de school een achterstand oplopen die nadien, jammer genoeg, niet altijd meer wordt goedgemaakt. We moeten dan ook zorgen voor een brug tussen de ouders en de school.
Indien dit een opstap kan vormen, ga ik ermee akkoord. Dit betekent echter dat we het als een opstap moeten zien. We moeten een plan hebben om ervoor te zorgen dat we voorbij die verschillen kunnen gaan. Heeft de Vlaamse overheid een plan om de volgende stap te zetten in plaats van te verglijden in aparte onderdelen? Wat jongeren betreft, doen we dat al met betrekking tot andere zaken. Dat is problematisch.
Mevrouw Celis heeft het woord.
Voorzitter, als scholen nadenken over de participatie van ouders in de opvoeding van hun kinderen kunnen we dat enkel toejuichen. We leven in een maatschappij waarin er zeer veel plaats is voor alle mensen die bereid zijn onze waarden en normen te delen. Dat gendergelijkheid de sleutel tot democratie is, staat volgens ook buiten de discussie. Voor een gezin waarvan, bijvoorbeeld, twee vaders deel uitmaken, zou het hier aangehaalde voorbeeld echter al een groot probleem vormen.
Indien een opstapje moet worden gemaakt om bepaalde mensen dichter bij de school krijgen en indien het overgangsmaatregel van tijdelijke aard betreft, kunnen we hier volgens mij nog wel enig begrip voor opbrengen. Het is echter belangrijk dat we in de communicatie zeker opnemen dat het om een tijdelijke maatregel moet gaan. We mogen van dit opstapje zeker geen algemene trend maken.
Collega's, ik heb hier twee keer dezelfde tussenkomst gehoord, die helemaal in de lijn ligt van wat ik heb gezegd. Mijnheer De Gucht, ik wil nog eens herhalen dat er wat mij betreft maar één doel is, en dat is totale gelijkheid en laat iedereen toe voor alle zaken.
Vandaag zie ik in onze samenleving dat er fitnesscentra zijn alleen voor mannen of alleen voor vrouwen. Er zijn ook wel verschillen aan het groeien. In een schoolse context en zeker waar we kinderen laten opgroeien, moet er een totale gelijkwaardigheid zijn en kun je ouders nooit uitsluiten.
Dit jaar staat de voorleesweek in het teken van de voorleespapa's. Dat is omdat men net meer papa's naar de scholen wil halen. Op zich is dat een goed initiatief, want een papa kan even goed … Collega Diependaele, ik denk dat u zeer goed kunt voorlezen, maar u kunt ook andere dingen dan voorlezen goed. Waarom organiseert men een voorleesweek in het teken van de voorleespapa's? Dat is omdat men net meer mannen naar de scholen wil halen. Er worden veel initiatieven genomen. Als ik een keuze moet maken tussen niks van contacten of wel contacten, dan kies ik voor contacten.
In het artikel viel mij ook op dat er een brugfiguur was uit Gent die zei: eenmaal je vertrouwen hebt, kun je heel veel realiseren. Dat, collega Celis, is de weg die we moeten bewandelen. Via vertrouwen komen tot een totaal respect – dat zeg ik ook tegen u, collega Van dermeersch –, een totaal respect van onze normen en waarden. Bij onze normen en waarden hoort geen scheiding tussen jongens en meisjes op school. Scholen zijn gemengd, en dat zal in de toekomst zo blijven. (Applaus bij de meerderheid)
Er kan leuk worden gedaan over papa's die voorlezen enzovoort, maar één ding is duidelijk: ik begrijp dat ouders moeten participeren in scholen en dat ervoor moet worden gewerkt om hen naar school te krijgen. Mensen moeten participeren aan een samenleving. Wat ik zie, is dat een deel van de samenleving dat niet wenst te doen en toch nog regels doordrukt waarbij gelijkwaardigheid tussen man en vrouw wordt geschonden en vrouwen en mannen worden gescheiden.
Minister, nu mag er veel gebeuren, maar er wordt niet gemarchandeerd met fundamentalistische moslims, om participatie in scholen te krijgen, over zulke fundamentele waarden als de gelijkwaardigheid van man en vrouw. Ik eis dan ook dat u optreedt tegen zulke evenementen die plaatsvinden in onze Vlaamse scholen.
Minister, scholen zijn via onze kinderen bij uitstek plaatsen waar de volgende generatie wordt gevormd, waar de samenleving vorm wordt gegeven. Als we u laten doen, dan zullen vrouwen daar een aparte plaats in hebben, en mannen een aparte plaats. Ik weiger plat op de buik te gaan voor de islam, zoals u dat doet. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Voorzitter, ik heb twee keer het woord gevraagd voor een persoonlijk feit.
Neen, u weet dat ik heel selectief ben in het toepassen van een persoonlijk feit. Het is niet omdat uw naam hier wordt genoemd, dat dat een persoonlijk feit is. (Opmerkingen van Stefaan Sintobin)
Mijnheer Sintobin, ik heb van u geen lessen te ontvangen. Ik ben heel selectief in het toepassen van een persoonlijk feit. In de negen of tien jaar dat ik hier zit, is het misschien twee keer toegepast. (Opmerkingen)
Ik zal het u laten zien.
De actuele vraag is afgehandeld.