Verslag plenaire vergadering
Verslag
Dames en heren, we nemen vandaag afscheid van onze collega Ingrid Lieten. Ze heeft te kennen gegeven dit parlement te verlaten om directeur te worden van LifeTech Valley, een vzw die allerlei actoren uit de zorgsector samenbrengt om de ouderenzorg te innoveren.
Beste Ingrid, op 13 juli 2009 legde u in het Vlaams Parlement de eed af als viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Innovatie, Overheidsinvesteringen, Media en Armoedebestrijding. U bleef lid van de Vlaamse Regering tot 24 juli 2014. Op 25 mei 2014 werd u verkozen als Vlaams volksvertegenwoordiger in de kieskring Limburg. Sinds eind september 2014 zetelt u als vast lid van de Vlaamse Controlecommissie voor de Verkiezingsuitgaven, van de Vlaamse Opvolgingscommissie voor de Vermogens- en Mandaataangiften en van de Commissie voor Wonen, Armoedebeleid en Gelijke Kansen.
Vóór u in de politiek stapte, kreeg u nationale bekendheid als directeur-generaal van de Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn. U bekleedde die functie vanaf 2002.
Beste Ingrid, toen u bij De Lijn kwam als directeur-generaal, werkte ik daar ook al, namelijk als directeur Marketing en Strategie. Ik heb u toen meteen bloemen gestuurd, en het eerste wat u toen tegen me zei was: “Jan, u bent nu directeur Marketing, u kent dat, doe zo voort.”
Hoewel dat mooie woorden waren, ben ik toch vóór u vertrokken. Nadien bent u mij gevolgd, en nu we hier samen in het Vlaams Parlement zetelen, is het uw beurt om vóór mij te vertrekken. Maar wie weet kruisen onze paden elkaar opnieuw in Limburg, want u gaat er de ouderenzorg ondersteunen. (Gelach. Applaus)
Beste Ingrid, toen u directeur-generaal was bij De Lijn, werd u door het weekblad Trends verschillende malen uitgeroepen tot de machtigste zakenvrouw in Vlaanderen. In november 2006 werd u ook Nederlandstalig overheidsmanager 2006. De jury loofde u toen onder meer met de woorden: “Zij trekt de kaart van de vernieuwing, zonder het personeel uit het oog te verliezen”. Op basis van deze verdienste kan ik alleen maar stellen dat uw nieuwe werkgever, LifeTech Valley, maar vooral het personeel van die organisatie, u met open armen zullen ontvangen.
Beste Ingrid, ik wens u verder veel succes toe in uw nieuwe loopbaan. (Applaus)
Voorzitter, ik ben onvoorbereid, want u verrast me met het feit dat het vandaag inderdaad de laatste vergadering is waaraan collega Lieten deelneemt. Ik wil me namens de regering en namens collega Crevits en mezelf aansluiten bij uw woorden van dank en waardering. U hebt ook beroepsmatig contact gehad met elkaar in een vroeger leven.
Ingrid, ik heb u eigenlijk maar goed leren kennen op het moment dat we samen viceminister-president zijn geworden. Ik had u daarvoor al ontmoet in uw hoedanigheid van manager van het jaar, en ook wel eens als politicus om over mobiliteitsproblemen en de aangelegenheden van De Lijn te spreken, maar ik heb u pas goed leren kennen als collega, alle twee behorend tot een totaal verschillende partij. Ik heb u leren kennen als iemand die de dossiers zeer goed instudeerde, als iemand met een zeer grote overtuiging, maar ook als iemand die bruggen kon slaan, als iemand die contacten kon leggen, ook politieke contacten en politiek bruggen kon slaan en respect opbracht voor iedereen.
Ik geloof ook dat we in die regering als de twee viceministers-presidenten bijzonder goed samengewerkt hebben. We zijn er zelfs in geslaagd om gezamenlijk een masterplan onderwijs goed te keuren, voor diegenen die het vergeten zouden zijn, maar ook, vooral, Ingrid, en dat wil ik beklemtonen, bent u op menselijk vlak altijd een zeer fijne collega geweest. Ik heb begrepen dat u zegt dat de rol van oppositie u minder ligt, en zoals ik u meen te kennen, denk ik dat dit getuigt van zelfkennis. Gnothi seauton, zeiden de Grieken al. Ik wens u in uw nieuwe loopbaan, want u hebt een mooie, diverse loopbaan – en dat is de toekomst, tegen de visienota 2050 –, heel veel succes. (Applaus)
Ingrid, als u nog een laatste keer het woord wilt krijgen hier in het halfrond, dan kan dat nu nog. Volgende week kan dat niet meer.
Dank u wel, Jan.
Beste collega’s, ik wil gewoon benadrukken dat ik inderdaad een beetje naar mezelf heb gekeken en kritisch geweest ben voor mezelf en voor de rol die ik in de samenleving kan vervullen, en dat ik geoordeeld heb dat ik dat eigenlijk beter en liever doe door aan een concreet project te werken. Dat is eigenlijk een heel persoonlijke keuze van mij geweest, maar niettemin wil ik jullie allemaal heel hartelijk danken voor de open en zeer mooie transparante manier waarop we hebben samengewerkt. Ik wens u allemaal veel succes toe. (Applaus)