Commissie voor Algemeen Beleid, Financiƫn en Begroting
Vergadering van 25/04/2012
Vraag om uitleg van mevrouw Ulla Werbrouck tot de heer Kris Peeters , minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, over de kandidatuurstelling voor het WK wielrennen
- 680 (2011-2012)
Vraag om uitleg van de heer Peter Gysbrechts tot de heer Kris Peeters , minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, over de federale steun voor de Belgische kandidatuur voor het organiseren van het WK wielrennen
- 823 (2011-2012)
De voorzitter : Mevrouw Werbrouck heeft het woord.
Mevrouw Ulla Werbrouck : Voorzitter, minister-president, collegas, begin november 2011 kondigde ex-premier Yves Leterme aan dat de Federale Regering de kandidatuur van de Koninklijke Belgische Wielrijdersbond (KBWB) om het wereldkampioenschap wielrennen in de periode 2016-2019 naar België te halen, ondersteunt. De Federale Regering maakt hiervoor zowel in 2011 als in 2012 telkens 75.000 euro vrij en vroeg tevens aan de gewesten om een financiële bijdrage te leveren.
De Vlaamse Regering huldigt met betrekking tot dergelijke evenementen een politiek waarbij ze het aantrekken van internationale evenementen die kunnen bijdragen tot de uitstraling van Vlaanderen, ondersteunt binnen de budgettaire mogelijkheden en in partnerschap met lokale overheden. Ik stelde daaromtrent zowel aan de minister-president als aan de minister van Sport een schriftelijke vraag. Ik vroeg of de Vlaamse Regering bereid was om de kandidatuurstelling voor de organisatie van het WK wielrennen in de periode 2016-2019 financieel te ondersteunen.
Mijn fractie is alleszins van mening dat de Vlaamse Regering op de vraag van de Federale Regering moet ingaan omdat het WK wielrennen natuurlijk een zeer attractief topsportevenement is waarvoor een grote belangstelling bestaat. Deze publieke belangstelling ligt misschien zelfs nog hoger in het koersgekke Vlaanderen. De diverse wielerkoersen in Vlaanderen vormen jaarlijks een hoogtepunt voor elke Vlaming. Het publiek kijkt dan ook allang reikhalzend uit naar een nieuw WK wielrennen in België en Vlaanderen, want het is reeds van 2002 geleden. We zouden een nieuw WK willen zien. Gezien het grote draagvlak in Vlaanderen en de kansen die voortvloeien uit het organiseren van een WK wielrennen, zou de financiële ondersteuning door Vlaanderen van een kwaliteitsvolle kandidatuurstelling voor het WK wielrennen gerechtvaardigd zijn.
Uw antwoord op mijn schriftelijke vraag was positief. U uitte de bereidheid van de Vlaamse Regering om 50.000 euro te verlenen aan de kandidatuurstelling voor het WK wielrennen. De helft van deze middelen zou uit het sportbudget komen en de andere helft uit uw evenementenbeleid.
Onze fractie was tevreden dat u, zelfs in budgettair moeilijke tijden, toch middelen wou vrijmaken voor de ondersteuning van een kwalitatief WK-bid wielrennen. Een WK-bid is natuurlijk iets waar we geld in moeten durven te investeren. Dat geld is nodig om het bid uit te bouwen, uit te werken, te ondersteunen en in te kleden zonder dat we met 100 procent zekerheid kunnen zeggen dat we erin zullen slagen om daadwerkelijk te oogsten. Wij vinden het heel goed dat de Vlaamse Regering bereid is om die financiële ondersteuning te verlenen. Rekening houdend met het maatschappelijk draagvlak dat er voor dergelijke topsportevenementen in Vlaanderen bestaat, is dit de best denkbare pr-investering op termijn. Dit zal naar alle waarschijnlijkheid tal van terugverdieneffecten genereren, als de organisatie van het WK daadwerkelijk aan België/Vlaanderen toegekend wordt.
Minister-president, de KBWB vraagt tweemaal 150.000 euro om te starten met het bid, plus 100.000 euro per jaar vóór de kandidatuurstelling. Was u toen u de bereidheid uitte om 50.000 euro te verlenen aan het WK-bid wielrennen, op de hoogte van de totale kostprijs of schatting van de kostenraming verbonden aan de kandidatuurstelling voor het WK wielrennen?
Wat is de exposure en de return on investment die voor Vlaanderen gecreëerd wordt via de kandidatuurstelling? Hebt u of heeft de minister van Sport ondertussen een officieel aanvraagdossier ontvangen van de Vlaamse Wielrijdersbond? Wat zijn voor de Vlaamse Regering de concrete voorwaarden om een bijdrage vanuit Vlaanderen te leveren? Is een van de voorwaarden hiervan dat Vlaanderen geheel of gedeeltelijk wordt opgenomen in het WK-parcours?
Hoe groot acht de Vlaamse Regering de kans dat België de organisatie van het WK wielrennen effectief toegewezen krijgt? Heeft de Wielrijdersbond of de Federale Regering u hierover ingelicht? Is de Vlaamse Regering, indien België de organisatie van het WK wielrennen toegekend krijgt, bereid om verdere financiële subsidiering te verlenen voor de organisatie? Zo ja, in welke mate? Zo neen, waarom niet?
Heeft de Vlaamse Regering een idee van de toekomstige kostprijs van de organisatie van het WK wielrennen? Hebben de andere regios Brussel en Wallonië ondertussen hun steun toegezegd aan dit WK-bid?
De voorzitter : De heer Gysbrechts heeft het woord.
De heer Peter Gysbrechts : In november 2011 besliste de Federale Regering om over te gaan tot het steunen van de Belgische kandidatuur om het wereldkampioenschap wielrennen te mogen organiseren. Het zou gaan om een kandidatuur voor de jaren 2016, 2017, 2018 of 2019, aangezien de organisatoren voor het WK tot en met 2015 al aangeduid zijn. De Koninklijke Belgische Wielerbond vond dit terecht een gepaste kandidatuur. Het was immers van 2002 geleden dat België dit heeft mogen organiseren. Voor een wielerland als België is deze kandidatuur zeker te rechtvaardigen.
De federale ministerraad heeft haar schouders onder deze kandidatuur gezet door zowel in 2011 als in 2012 75.000 euro te reserveren voor het opstellen van een goed dossier en het voeren van promotie. Maar als we willen dat deze kandidatuur kans op slagen krijgt, vereist dit ook samenwerking en ondersteuning van de gewesten. Bijgevolg heeft de Federale Regering aan de gewesten gevraagd om eveneens een bijdrage te leveren.
Minister-president, we kunnen ervan uitgaan dat u deze kandidatuur mee zult ondersteunen. Op welke manier zult u hiertoe bijdragen? Zal er een financiële bijdrage geleverd worden aan de kandidatuur? Is het al duidelijk over welke bijdrage het dan gaat? Is er overleg gepleegd tussen het federale niveau en de gewesten alvorens men tot een kandidatuurstelling overging? Welke afspraken zijn er eventueel gemaakt? Wat zal de bijdrage zijn van de andere gewesten? Is er al overleg geweest tussen de gewesten met betrekking tot de organisatie van dit WK wielrennen?
De voorzitter : Minister-president Peeters heeft het woord.
Minister-president Kris Peeters : Ik zal heel kort en hopelijk ook heel duidelijk zijn. In antwoord op een brief van de voormalige federale eerste minister Yves Leterme heb ik in overleg met minister Philippe Muyters toegezegd om vanuit de Vlaamse overheid een bedrag van 50.000 euro in te brengen. Het voorstel was immers om de gevraagde 300.000 euro voor de helft te financieren vanuit de federale overheid en de andere helft te delen tussen de gewestregeringen.
De brief van de voormalige premier is tot op heden de enige kennisgeving van het voornemen van de KBWB om een Belgische kandidatuur aan te brengen voor een WK in de periode 2016-2019. Er is op mijn kabinet geen rechtstreekse vraag van de KBWB toegekomen. Er werd in deze zaak dan ook nog geen overleg gepleegd en het is ons ook niet bekend aan welk parcours eventueel wordt gedacht.
Dat is de stand van zaken. We zijn een financieel engagement aangegaan daar bent u heel positief over, mevrouw Werbrouck , maar sinds het aantreden van de nieuwe Federale Regering hebben we daar niets meer van gehoord.
De voorzitter : Mevrouw Werbrouck heeft het woord.
Mevrouw Ulla Werbrouck : Minister-president, dat was inderdaad een kort, maar heel duidelijk antwoord. Ik weet niet goed wat ik erover moet denken. Op het eerste gezicht heeft de KBWB nog geen officiële aanvraag ingediend bij ons, maar gaan ze nog verder met de poging het WK naar hier te halen? Over de steun op het federale niveau kunt u ook niets zeggen. Waarschijnlijk is dat nog niet getekend en heeft premier Di Rupo geen plaats meer, maar het is toch een gemiste kans om België positief in het nieuws te brengen. Daarmee kunnen we toch naar buiten treden als een klein land, maar met een groot sporthart. Ik vind het jammer dat er geen overleg meer is, maar aan u moeten we niet meer twijfelen. We moeten anderen ondervragen. Ik hoop dat, als de vraag nog komt, we als sportliefhebber kunnen rekenen op de financiële steun.
De voorzitter : De heer Gysbrechts heeft het woord.
De heer Peter Gysbrechts : Minister-president, ik dank u voor uw kort, maar duidelijk antwoord. Het is duidelijk waar het probleem momenteel ligt, en we kunnen daar beter vragen stellen. We gaan ervan uit dat de bereidheid aan Vlaamse kant er is.
De heer Eric Van Rompuy : Ik geef nog even wat sportgeschiedenis. We hebben het WK vijf keer georganiseerd in België, waarvan twee keer in Ronse, twee keer in Zolder en één keer in Yvoir in Wallonië. We hadden twee wereldkampioenen op eigen bodem, Benoni Beheydt en Briek Schotte. In 1988 werd Criquielion, die toen viel, op de meet geklopt door Fondriest. In 2002 in Zolder won Chipollini, en in 1969 won Harm Ottenbros voor Julien Stevens. Ik probeer mijn kennis te etaleren.
Minister-president Kris Peeters : Ik ben zwaar onder de indruk.
De heer Eric Van Rompuy : In Yvoir won Hennie Kuiper, voor Roger De Vlaeminck, die op zijn stuur klopte omdat het zijn enige kans was om wereldkampioen te worden.
Mijnheer Watteeuw, ik zie dat u zich aangesproken voelt.
De heer Filip Watteeuw : Voorzitter, ik voel me altijd aangesproken door u, en zeker als u uw kennis tentoonspreidt. Ik heb u er al dikwijls op betrapt dat u zaken vergeet. U vergeet het WK van 1950 in Moorslede. Dat hebt u niet vermeld. Dat is mijn geboortedorp en daar won Briek Schotte. Gelukkig ben ik hier om u te corrigeren.
De heer Eric Van Rompuy : Voor Groen is het nooit goed.
De heer Filip Watteeuw : De waarheid heeft haar rechten, u vergeet altijd iets.
De voorzitter : De vragen om uitleg zijn afgehandeld.