Commissie voor Economie, Economisch Overheidsinstrumentarium, Innovatie, Wetenschapsbeleid, Werk en Sociale Economie
Vergadering van 12/05/2011
Vraag om uitleg van de heer Matthias Diependaele tot de heer Kris Peeters, minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, over de stand van zaken met betrekking tot de uitbouw van een uniek loket
- 1927 (2010-2011)
De voorzitter : De heer Diependaele heeft het woord.
De heer Matthias Diependaele : Voorzitter, minister-president, collega's, in het kader van Vlaanderen in Actie werd er een meerjarenplan voor de realisatie van een slagkrachtige overheid uitgewerkt. Het plan heeft tot doel de overheid efficiënter te organiseren. Er werden hiervoor vier doelstellingen naar voor geschoven: minder bestuurlijke drukte, meer doen met minder, een betere dienstverlening en meer vertrouwen van burgers, organisaties en bedrijven.
Een onderdeel van het project minder bestuurlijke drukte is de verdere uitbouw van het uniek loket, dat in het kader van de Europese Dienstenrichtlijn wordt opgezet. Dat loket moet ervoor zorgen dat de ondernemer in Vlaanderen op één plaats alle noodzakelijke informatie kan terugvinden. De hiervoor vooropgestelde timing was afhankelijk van het tot stand komen van het samenwerkingsakkoord met het federale niveau over de Dienstenrichtlijn.
Minister-president, werd er reeds een samenwerkingsakkoord over de Dienstenrichtlijn met het federale niveau afgesloten? Ik weet natuurlijk ook dat er op het federale niveau een regering van lopende zaken is. Voor bepaalde zaken zijn er echter wél interministeriële contacten geweest, ook met de federale overheid. Kan dat ook voor dit dossier, of ligt dat te gevoelig? Graag krijg ik daarover een stand van zaken.
Kunt u een overzicht geven van de stappen die u reeds hebt ondernomen om het uniek loket uit te bouwen? Welke stappen zult u nog ondernemen? Tegen wanneer wilt u het project realiseren? Wat zijn de grootste knelpunten?
De voorzitter : Minister-president Peeters heeft het woord.
Minister-president Kris Peeters : Voorzitter, collega's, mijnheer Diependaele, op uw eerste vraag luidt mijn antwoord neen. Dat is spijtig. Het samenwerkingsakkoord bevond zich bij het vallen van de federale regering in 2010 in een vergevorderd stadium, maar de Federale Regering in lopende zaken onderhandelde niet voort met de regionale overheden. Het concept lopende zaken is in de loop der tijd wel van inhoud veranderd, dus ik wil wel naar aanleiding van uw vraag eens nagaan of die definitie kan worden aangepast.
Wat uw tweede vraag betreft, is het zo dat Vlaanderen met de goedkeuring van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 december 2009 de implementatie van het uniek loket formeel heeft afgerond. Daarmee is Vlaanderen in overeenstemming met de Europese Dienstenrichtlijn. De structuur en de activiteiten van het concept uniek loket, dat de Vlaamse Regering heeft goedgekeurd, bestaat uit enkele elementen. Ik geef de belangrijkste.
De frontofficefuncties worden waargenomen door erkende ondernemingsloketten (EOL's). Ze zijn het digitale en fysieke aanspreekpunt voor de ondernemer inzake Vlaamse erkenningen en vergunningen. De EOLs helpen de ondernemer bij het samenstellen van het aanvraagdossier en sturen dit dan naar de betrokken agentschappen of departementen.
De middleoffice is in handen van het Agentschap Ondernemen. Dat agentschap coördineert de informatie die door de betrokken departementen en agentschappen wordt aangeleverd en vraagt hen om die informatie up-to-date te houden. Het agentschap voert de aangeleverde informatie in in de daarvoor ontwikkelde federale webapplicatie die de informatie van de federale en de regionale overheden ter beschikking stelt van de dienstverrichter. Het agentschap neemt ook de helpdeskfunctie tegenover de frontoffice waar, onder meer door het ter beschikking stellen van praktische informatie over de Vlaamse erkenningen en vergunningen via een webapplicatie op Vlaams niveau en het mee opvolgen van complexe vragen op vraag van de EOL's. Het agentschap coördineert de administratieve samenwerking (IMI) inzake de Europese Dienstenrichtlijn (EDRL) in Vlaanderen. IMI is een webapplicatie die de betrokken agentschappen en departementen toestaat informatie over documenten aangeleverd door de dienstverrichter in te winnen bij de evenknie in een andere lidstaat. Ten slotte is het agentschap het aanspreekpunt voor de federale overheid inzake artikel 7 en IMI van de EDRL.
De backofficefuncties worden waargenomen door de betrokken agentschappen en departementen die beslissen over het al dan niet toekennen van een erkenning of vergunning.
Uw derde vraag gaat over de termijn waarin ik het project wil realiseren. We willen hierover nog steeds een samenwerkingsakkoord afsluiten. Vandaag machtigen we de erkende ondernemingsloketten voor de opdrachten, maar ik wil ze ook kunnen sanctioneren indien ze hun opdracht niet naar behoren uitoefenen. Het ontbreken van een Federale Regering verhindert dus dat dit samenwerkingsakkoord wordt afgerond. Vlaanderen heeft met zijn besluit echter alles in stelling gebracht om dat te doen.
De heer Matthias Diependaele : Ik dank u voor het antwoord, ik heb geen verdere vragen of opmerkingen.
De voorzitter : Het incident is gesloten.