Commissie voor Algemeen Beleid, Financiƫn en Begroting
Vergadering van 22/06/2010
Interpellatie van de heer Filip Watteeuw tot de heer Kris Peeters , minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, over de investeringen in klimaatschadelijke bedrijven door Vlaamse banken die gesteund worden door de Vlaamse overheid
De voorzitter : De heer Watteeuw heeft het woord.
De heer Filip Watteeuw : Voorzitter, minister-president, collegas, in de aanloop naar de verkiezingen was er in Gent een actie waarbij een aantal politici over hete kolen zijn gaan lopen. Er waren mensen bij van alle partijen: Mathias De Clercq van Open Vld, Siegfried Bracke van N-VA, Bart Martens van sp.a. Ze ondersteunden Netwerk Vlaanderen dat een rapport Bankiers op hete kolen uitbracht waarin de investeringen van de grote Belgische banken in klimaatschadelijke bedrijven staan opgelijst. Het gaat om bedrijven die inzetten op erg klimaatschadelijke activiteiten zoals steenkoolontginning en de bouw van nieuwe steenkoolcentrales, het winnen van olie uit teerzand in Canada of de kaalkap van het regenwoud. Het gaat om een beperkt aantal bedrijven, met name E.ON, RWE en Vattenfall, Shell en Suncor Energy en Wilmar.
Het rapport analyseert in welke mate de grote Belgische banken investeren in deze bedrijven en hun vervuilende activiteiten. Daarbij valt op dat ook er banken bij zijn die tijdens de grote bankencrisis overeind zijn gebleven met forse injecties van overheidsgeld, zowel van de federale regering BNP Paribas als van de Vlaamse Regering Dexia en KBC. In die banken zitten ook officiële vertegenwoordigers van die regeringen.
Vooral bij de investeringen van BNP Paribas kunnen grote vragen worden gesteld. Deze bank investeert een enorm bedrag in klimaatschadelijke bedrijven. De bedragen die genoemd worden voor Dexia en KBC liggen een stuk lager, maar het gaat nog altijd om een behoorlijk bedrag, geld dat niet duurzaam wordt besteed.
KBC en Dexia werden gered onder meer door een kapitaalinjectie van de Vlaamse Regering. Het ging om een inbreng van 3,5 miljard euro voor KBC en 500 miljoen euro voor Dexia. In die tijd werd er niet alleen door Groen! maar ook door bijvoorbeeld N-VA bij monde van Geert Bourgeois gevraagd dat er garanties zouden worden bedongen zodat deze banken meer zouden investeren in een regionale en duurzame of ethische economie. We waarschuwden toen al dat het aanduiden van twee vertegenwoordigers in de regering niet zou volstaan. Dat werd toen ontkend.
Door het rapport van Netwerk Vlaanderen kun je stellen dat de feiten ons gelijk geven. Beide banken investeren belangrijke middelen in niet-duurzame bedrijfsactiviteiten. Dan zijn er twee mogelijkheden. Ofwel is dit geen probleem van zeggenschap van de Vlaamse Regering in de beide banken, maar dan is de conclusie dat de Vlaamse Regering instemt met deze niet-duurzame investeringen. Ofwel stemt de Vlaamse Regering niet in met deze investeringen, maar dan is hiermee bewezen dat ze onvoldoende zeggenschap heeft gekregen in het beleid van deze financiële instellingen.
De eerste verklaring lijkt ons weinig aannemelijk omdat minister-president Peeters namens de regering gezegd heeft dat hij geen nieuwe steenkoolcentrales in Vlaanderen wil. Minister-president, u hebt dat gezegd als antwoord op een actie van Greenpeace. We gaan ervan uit dat dit nog altijd zo is en dat u dus ook geen steenkoolcentrales in andere landen steunt.
Rest de tweede mogelijke verklaring. De Vlaamse Regering heeft niet de mogelijkheid of de ambitie om te wegen op het beleid van beide financiële instellingen. De beide banken werden dan wel gered met geld van de Vlaamse belastingbetaler, maar trakteren diezelfde mensen nu op een reeks klimaatonvriendelijke investeringen.
Minister-president, bent u bereid afstand te nemen van die klimaatschadelijke bedrijfsactiviteiten? Of stroken ze volgens u toch met de ontplooiing van een duurzame economie zoals gepland in het Vlaanderen in Actie-plan? Heeft de Vlaamse Regering enige poging ondernomen via de vertegenwoordigers in beide banken om de investeringen van deze instellingen in een meer duurzame richting om te buigen? Welke concrete initiatieven werden daarbij genomen? Als dergelijke initiatieven niet werden genomen, waarom dan niet?
De voorzitter : Minister-president Peeters heeft het woord.
Minister-president Kris Peeters : Voorzitter, collegas, een eerste vaststelling is dat men, zeker in verkiezingscampagnes, rare dingen doet. Misschien beleven diegenen die over hete kolen lopen, er plezier aan.
De heer Eric Van Rompuy : Mijn zuster was er ook bij.
Minister-president Kris Peeters : Of dat veel stemmen oplevert? (Gelach)
De heer Eric Van Rompuy : Ze had toch 10.000 stemmen.
Minister-president Kris Peeters : Proficiat. Dan is de conclusie dat in de volgende campagne iedereen over hete kolen moet lopen, zodat we allemaal vooruitgaan.
Ik zal een aantal verduidelijkingen geven. Ik heb zowel aan KBC als aan Dexia uitleg gevraagd. Vervolgens kan er worden gekeken hoe dit verder moet worden aangepakt. Maar het is belangrijk om eerst te weten waarover we het hebben.
Met betrekking tot Dexia beschikt de Vlaamse Regering niet over een vertegenwoordiging in de raad van bestuur. Wij hebben in overleg met andere overheden van ons land een beperkte participatie genomen. De publieke sector in brede zin is wel vertegenwoordigd in de raad van bestuur, via de Gemeentelijke Holding. We maken desgevallend opmerkingen op de algemene vergadering, waar we aanwezig zijn als kleine aandeelhouder. In KBC beschikken we over twee bestuurders. Onze bestuurders stimuleren daar het ethisch ondernemen. Duurzame ontwikkeling is daar een van de elementen van. De twee bankinstellingen waar we bij betrokken zijn, blijken volgens het rapport ook het best te scoren. Dat is niet onverwacht, als we zien welke standaarden beide instellingen hanteren.
Ik heb zowel KBC als Dexia om tekst en uitleg gevraagd, en die wil ik u meegeven.
KBC erkent de impact van de uitstoot van CO2 op het klimaat en heeft sedert 2000 specifieke beleggingsfondsen ontwikkeld, die specifiek mikken op bedrijven die oplossingen aanbieden in de strijd tegen de opwarming van de aarde. Via de ecofondsen Alternative Energy en Climate Change wordt de gelegenheid geboden om te beleggen in bedrijven die actief zijn in zonne-energie, windmolens en energie-efficiëntie. Langs die weg wordt de groene economie voorzien van de nodige financiering. Steenkoolontginning en kolencentrales worden daarin geweerd. Wel is het zo dat in uitzonderlijke gevallen bepaalde aanbieders van alternatieve energie tegelijkertijd steenkoolcentrales of zelfs kerncentrales exploiteren. Bij de beoordeling van die bedrijven voor opname in de ecofondsen bekijkt het milieuadviescomité de globale energiemix van de bedrijven.
KBC volgt ook hier via zijn expert en via ARGUS, het milieupunt van KBC en Cera, het energievraagstuk op en bestudeert recente evoluties inzake koolstofopslag en CO2-fixatie, carbon storage en andere nieuwe technieken.
KBC heeft geen specifieke kredietpolitiek over steenkoolcentrales. De bank houdt bij de toekenning van kredieten steeds rekening met een mogelijke milieu- en sociale impact. Dat is ook zo bij kredieten voor steenkoolcentrales. KBC heeft overigens de intentie in de toekomst nog meer aandacht te besteden aan de CO2-emissies van klanten bij kredietaanvragen. Bovendien verleent KBC steeds meer kredieten voor duurzame projecten, bijvoorbeeld rond hernieuwbare energie. KBC heeft op korte termijn bijna 1 miljard euro aan kredieten toegestaan in dat segment.
En dan Dexia. Het rapport van het Netwerk Vlaanderen is gebaseerd op een vragenlijst die alle aspecten van het duurzaamheidsbeleid van Dexia omvat. Enkel met betrekking tot investeringen in steenkoolcentrales maakt de ngo bemerkingen en suggereert dat Dexia zijn beleid hier zou bijsturen. Dexia heeft als onderneming uit de financiële sector voornamelijk een indirecte impact op het milieu en de maatschappij, meer bepaald als gevolg van de financiering die de bank toekent. Om die impact te verkleinen, ondertekende Dexia in 2003 de Equator Principles, teneinde daarmee rekening te houden in de financieringsactiviteiten van projecten.
Tevens wil de groep de wijze waarop hij ecologische, sociale en maatschappelijke impact beheert, nog beter aanpassen aan de sectoren die men financiert. Hiertoe ontwikkelde en publiceerde de groep richtlijnen voor de financiering van energiesector. De energiesector is onder de andere activiteitensectoren waarin Dexia aan projectfinanciering doet namelijk de sector met de grootste potentiële impact op het milieu, in het bijzonder wat de uitstoot van broeikasgassen betreft. Voor elk onderdeel van de energiesector worden onder dit beleid uitsluitingscriteria gedefinieerd die overeenstemmen met de inzet die volgens de groep gevoelig ligt voor de sector.
Een voorbeeld: met betrekking tot de biodiversiteit verbindt Dexia zich ertoe geen financiering of advies te verlenen aan projecten die ingeplant zijn op een site die geklasseerd is of opgenomen is door de UNESCO en de Ramsar Conventie over watergebieden, of op een beschermde zone die opgenomen is in de lijst van de Internationale Unie voor Natuurbehoud, onder categorie 1 tot 4.
De 175 miljoen euro waarvan Netwerk Vlaanderen spreekt, slaat niet op de eigen investeringsportefeuille van Dexia, waar de volledige politiek van de Equator Principles van toepassing is, maar op de beleggingen die Dexia beheert voor derden. Dexia richt zijn activiteiten inzake projectfinanciering voornamelijk op projecten uit de energiesector, met name projecten voor elektriciteitsproductie met hernieuwbare energiebronnen en infrastructuurprojecten. Zo financiert Dexia geen projecten in de chemische sector of in de visserij, bos- of mijnbouw. Dexia heeft sinds oktober 2008 geen nieuwe projectfinanciering van steenkoolcentrales toegekend. De activiteit van Dexia in dat domein situeert zich binnen de richtlijnen inzake energiefinanciering, gepubliceerd eind 2008, die inzake nieuwe projecten ontvankelijkheidsvoorwaarden opleggen, meer bepaald op het vlak van CO2.
De utilities in portefeuilles van derden die Dexia beheert, wekken in min of meerdere mate elektriciteit op via steenkoolcentrales. RWE heeft binnen die portefeuilles zowat de grootste productiecapaciteit via steenkoolcentrales.
Er is nog een uitsmijter, mijnheer Watteeuw. Het Noorse overheidspensioenfonds, dat als een internationale referentie kan worden beschouwd op het vlak van het respecteren van ethische criteria voor investeringen, heeft geen specifieke regels voor investeringen in steenkoolcentrales. Het fonds sluit wel activiteiten uit die ernstige schade veroorzaken, maar het gewoon uitbaten van kolencentrales valt niet onder die definitie, aldus het Noorse overheidsfonds ter zake.
Op basis van de informatie die ik van KBC en Dexia heb gekregen, kunnen we concluderen dat beide bankinstellingen daar met heel veel zorg mee zijn omgegaan. Ze zullen dat ook blijven doen. Wij zullen via de twee bestuurders bij KBC en via de algemene vergadering van Dexia die duurzame ontwikkeling daar verder bewaken. Natuurlijk moet men de zaak verder met kennis van zaken aanpakken.
Nogmaals, het Noorse overheidspensioenfonds ziet steenkoolcentrales niet als iets dat ernstige milieuschade veroorzaakt. Misschien moet dat even worden meegenomen.
De voorzitter : De heer Watteeuw heeft het woord.
De heer Filip Watteeuw : Minister-president, het positieve nieuws is dat u mijn bekommernis deelt. U stelt ondubbelzinnig dat kiezen voor investeringen in duurzame activiteiten de goede manier van werken is en dat investeren in milieuschadelijke activiteiten eigenlijk geen optie is.
Ik heb begrepen dat de Vlaamse Regering bereid is om opmerkingen te maken en indien nodig zal vragen om bij te sturen. KBC en Dexia scoren inderdaad het best van de onderzochte banken. Dat geeft het rapport van Netwerk Vlaanderen duidelijk aan. Alleen wordt in vraag gesteld of dat een bewuste keuze is. Netwerk Vlaanderen vraagt terecht dat er bij die banken een duidelijk uitsluitingsbeleid zou komen ten aanzien van milieuschadelijke activiteiten. Dat is de volgende stap die uw vertegenwoordigers in KBC en Dexia op de algemene vergadering zouden moeten zetten. Ik heb ook begrepen dat u aan de vertegenwoordigers van de Vlaamse Regering zult opdragen dat ze de banken vragen om een duidelijke uitsluitingspolitiek te formuleren.
Het is inderdaad niet altijd zo duidelijk dat er rechtstreeks investeringen zouden gebeuren in milieuschadelijke activiteiten. Maar KBC en Dexia hebben aandelen in bezit en beheer bij bedrijven die kiezen voor investeringen in energieopwekking via steenkoolcentrales, zoals E.ON en RWE. Zij plannen heel wat investeringen in steenkoolcentrales, zelfs in bruinkoolcentrales. Dat de banken zomaar zeggen dat ze er niets mee te maken hebben, is toch iets te gemakkelijk. Als men aandelen bezit of beheert, moet men die milieuschadelijke activiteiten ook durven aan te kaarten. Dat doen zij voorlopig niet.
Ik geef toe: het zijn de banken die het best presteren. Maar ze hebben ook nog een weg te gaan. Ik hoop en ik heb begrepen dat de vertegenwoordigers van de Vlaamse Regering dit zullen aankaarten op de raad van bestuur of op de algemene vergadering.
De voorzitter : De heer Vereeck heeft het woord.
De heer Lode Vereeck : Stel dat we er hypothetisch van uitgaan dat de mens een invloed zou hebben op het klimaat, dan was mijn vraag geweest wat de bijdrage precies is van de steenkoolcentrales tot die klimaatschade. Wat is uw definitie van klimaatschadelijke investeringen?
Minister-president, u verwijst naar de Noorse overheidspensioenkas. Zij beschouwen steenkoolcentrales niet als milieuschadelijk. Heb ik goed begrepen dat de Vlaamse Regering de investeringen in steenkoolcentrales definitief heeft afgeschreven?
De heer Filip Watteeuw : Mijnheer Vereeck, energieopwekking uit steenkool wordt aanzien als dubbel zo vervuilend als die uit aardgas. Steenkool staat voor ongeveer 25 percent van de totale energieproductie, maar veroorzaakt ongeveer 42 percent van de mondiale CO2-uitstoot. Dat vind ik duidelijk. Men kiest er beter niet meer voor.
De heer Lode Vereeck : Mijn vraag betreft de houding van de Vlaamse Regering. Er zitten nog investeringen in steenkoolcentrales, toch minstens in hoofde van sommige mensen, in de pijplijn.
De voorzitter : De heer de Kort heeft het woord.
De heer Dirk de Kor t: Mijnheer Watteeuw, er is in de aanvraag van E.ON toch al duidelijk een evolutie merkbaar. Oorspronkelijk was het een heel klassieke steenkoolcentrale. Het is al beter geëvolueerd. De impact van de uitstoot van CO2 is nog altijd wel enorm. Ze tonen de bereidheid om een bedrag vrij te maken om te investeren in de best beschikbare technieken. Die elementen moeten mee in overweging worden genomen als het gaat over steenkoolcentrales, zeker als je dat vermengt met biomassacentrales. Er is toch een heel positieve evolutie naar minder schade voor het klimaat.
De heer Eric Van Rompuy : Was het, toen men die participaties genomen heeft met die twee bestuurders in KBC, de bedoeling om echt te wegen op het beleid? Hier gaat het over het klimaat en schadelijke bedrijven, maar er gebeuren ook andere investeringen en er is een algemene bankpolitiek. Gaat het parlement ervan uit dat de Vlaamse Regering door het aanduiden van twee vertegenwoordigers en een kapitaalinjectie ondervraagd kan worden over de bankpolitiek van KBC?
Ik stel als parlementslid en als voorzitter van deze commissie de vraag wat de intentie is van de Vlaamse Regering en welke mogelijkheden er zijn om op dat beleid te wegen. De twee vertegenwoordigers in de raad van bestuur bepalen niet wat het geheel van de raad van bestuur is of het management. U weet dat een bank tamelijk autonoom functioneert op het vlak van middelen en investeringen, niet alles komt op een raad van bestuur.
Ik stel deze vraag omdat we in de toekomst wellicht nog gelijkaardige vragen zullen krijgen. Is de Vlaamse Regering nu mee verantwoordelijk voor het beleid dat een privébank voert? Het is een vraag, iedereen mag er het zijne van denken.
De heer Lode Vereeck : Ik wil hier nog even bij aansluiten en uw vraag misschien nog iets scherper formuleren. Kwam dit op het moment van de overheidsinbreng bij Dexia en KBC expliciet ter sprake? Staat dat echt in die contracten of protocollen? Staat het er met zoveel woorden in?
De voorzitter : De heer Watteeuw heeft het woord.
De heer Filip Watteeuw : Dit is natuurlijk de essentie van de vraag. Het is inderdaad zo dat toen er sprake was van kapitaalinjecties, hier in het parlement een discussie over werd gevoerd. Mijn fractie vroeg expliciet om garanties te krijgen inzake duurzame economie, ethische economie en ook de N-VA eiste bij monde van de heer Bourgeois garanties, omdat er tegenover het geld van de belastingbetaler iets mag staan. Als Vlaanderen kiest voor een duurzame economie, mag dit ook worden doorgetrokken in die kapitaalinjecties.
Minister-president Kris Peeters : Voorzitter, dames en heren, misschien dat ik een aantal dingen kan verduidelijken. Wij hebben, zoals u weet, geen participatie in KBC maar wel een eeuwigdurend lopende lening van 3,5 miljard euro, bij Dexia van 500 miljoen euro en bij Ethias ook 500 miljoen euro, maar het gaat nu over Dexia en KBC. Voor wat KBC betreft, hebben we heel uitdrukkelijk in de protocollen afgedwongen dat we een opvolgingscommissie zouden installeren, zeker om de financiering en de leningen aan kmos op te volgen. Aan die opvolgingscommissie werd nu ook invulling gegeven en dat alles wordt van heel nabij gevolgd.
Het is natuurlijk zo dat de Vlaamse Regering niet per dossier zal beslissen. Het is niet zo dat we bijvoorbeeld bij een dossier over een steenkoolcentrale zullen zeggen: gelieve dit te doen of niet te doen. We bekijken dit niet per dossier, want dan zou iedereen bij mij of bij een van mijn collegas moeten komen waarna wij een dossier zouden verdedigen en aan Dexia of KBC zouden vragen om het goed te keuren. Zo werkt het niet, zo willen we niet werken en zo kunnen we niet werken. Het is met onze participatie en onze lening dat we de afspraken hebben gemaakt die ik heb toegelicht.
Maar, mijnheer Watteeuw, onze bestuurders, en wij in het algemeen, stimuleren in de raad van beheer het ethisch ondernemen, en duurzame ontwikkeling is daar een element van. We gaan ervan uit dat die banken, KBC en Dexia, waarvan de tekst en uitleg al hoog in het vaandel staan en dus ook een goede quotering krijgen, dit bewaken. Wij stimuleren dat, maar de Vlaamse Regering is geen bankier. We bekijken dit niet per dossier, we willen niet op die manier interveniëren in het bancaire gebeuren. Ik meen dat beide instellingen de juiste accenten leggen en de juiste richting hebben gekozen. Het kan natuurlijk altijd beter, maar we moeten dit ook eens bekijken op Europees niveau, we moeten ook eens bekijken wat anderen doen, want er zitten nogal wat tegenstrijdigheden in, zoals het Noorse pensioenfonds.
Wat de steenkoolcentrales betreft, herinner ik me nog heel goed dat het onze goede vriend Eloi Glorieux was die, in zijn nieuwe functie als leider van Greenpeace, het Martelarenplein had bezet en daar ook de nacht wenste door te brengen in tentjes, en die een specifieke actie voerde tegen de mogelijkheid van een steenkoolcentrale in de Antwerpse haven. Mijn reactie daarop was dat aangezien de haven een negatief advies had gegeven en ook de stad een negatief advies had gegeven, ik dat niet zou overrulen. Als minister-president kon ik zeggen dat deze Vlaamse Regering voor wat de steenkoolcentrale in Antwerpen betreft, met de adviezen die op tafel lagen, daar niet zou op ingaan, wat Eloi Glorieux ertoe heeft aangezet zijn tentjes op te vouwen en de nacht in eigen bed door te brengen dat laatste weet ik niet zeker, maar ik vermoed het wel. (Gelach)
Mijnheer Vereeck, dat heb ik gezegd. Ik heb geen algemene uitspraken gedaan. Ik begrijp dat over steenkoolcentrales ook een vraag werd gesteld aan minister Schauvliege. Zij is inderdaad de bevoegde minister en ik probeer zoveel mogelijk met respect voor de bevoegdheden van mijn collegas te antwoorden.
Voorzitter, dit is een stimulans om aan die twee banken te zeggen dat ze met dit antwoord goed bezig zijn. Wij ondersteunen de duurzame ontwikkeling, maar binnen de krijtlijnen en elementen die ik heb meegegeven. Vanzelfsprekend zullen we het ethisch ondernemen en de duurzame ontwikkeling, via onze mensen die erin zitten, stimuleren, want het is belangrijk om dat te doen.
De voorzitter : De heer Watteeuw heeft het woord.
De heer Filip Watteeuw : Ik ga ermee akkoord dat dit niet dossier per dossier kan worden bekeken. Het zou vreemd zijn dat banken per dossier uw toestemming zouden moeten vragen. Het gaat hier eigenlijk over het beleid van die banken. Ik heb begrepen dat u mijn zorg deelt. Ik ga ervan uit dat de vertegenwoordigers van de Vlaamse Regering te gepasten tijde aan die banken, tijdens een vergadering van de raad van bestuur of van de algemene vergadering, zullen vragen om dat uitsluitingsbeleid voor milieuschadelijke bedrijven te formuleren en daarnaar te handelen.
U hebt afstand genomen van de steenkoolcentrales in Antwerpen en in Vlaanderen. Het idee dat de heer Glorieux een volledige nacht zou kamperen voor uw bureau, vond u wellicht vervelend.
De heer Sanctorum had eerst een vraag over de steenkoolcentrales in Antwerpen gesteld aan u. Die vraag werd doorverwezen naar minister Schauvliege die deze op haar beurt terugzond naar u. Op die manier wordt het voor ons wat onduidelijk. Ik ga ervan uit dat er geen steenkoolcentrale komt in Antwerpen en in Vlaanderen, want zelfs met de verbeterde technologie is de CO2-uitstoot enorm in vergelijking met de aardgascentrales en zeker in vergelijking met hernieuwbare energie.
Met redenen omklede motie
De voorzitter : Door de heer Watteeuw werd tot besluit van deze interpellatie een met redenen omklede motie aangekondigd. Ze moet zijn ingediend uiterlijk om 17 uur op de tweede werkdag volgend op de sluiting van de vergadering.
Het incident is gesloten.