Commissie voor Openbare Werken, Mobiliteit en Energie Vergadering van 07/07/2008
Vraag om uitleg van de heer Dirk de Kort tot mevrouw Hilde Crevits, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, over de stand van zaken voor het opzetten van een proefproject met ecocombi´s of LZV´s
De voorzitter: De heer de Kort heeft het woord.
De heer Dirk de Kort: Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, in 2030 zal de snelheid van het verkeer op onze wegen tijdens de spitsuren door congestie 23 percent lager liggen dan in 2005. Dat is een voorspelling van het Federaal Planbureau over het transport in België. Het goederenvervoer zou nog forser toenemen dan het personenvervoer. De prognoses voor 2030 van het Planbureau zijn gebaseerd op de huidige verwachtingen voor de stijging van de brandstofprijzen en de Europese richtlijnen rond emissienormen. De verdere toename van het fileleed valt volgens het rapport alleen te beperken via beleidsmaatregelen.
Een van die maatregelen zou het toelaten van ecocombi´s of LZV´s - Langere en Zwaardere Vrachtautocombinatie - voor het goederenvervoer op onze autosnelwegen kunnen zijn. In juli 2007 keurde het Vlaams Parlement unaniem een resolutie goed waarbij aan de Vlaamse Regering werd gevraagd om de nodige stappen te ondernemen om een proefproject met ecocombi´s op te zetten. Het heeft de bedoeling om de efficiëntie van het wegtransport op ecologisch en economisch vlak te verbeteren, zonder dat aan het marktaandeel van het spoor en de binnenvaart wordt geraakt. De resolutie is er onder meer gekomen naar aanleiding van de positieve ervaringen op dat vlak in Nederland.
Ondertussen besliste de regering in Nederland dat de ecocombi´s daar direct terug de weg op mogen. Uit onderzoek van de Nederlandse Organisatie voor toegepast natuurwetenschappelijk onderzoek - TNO is immers gebleken dat deze vrachtwagencombinaties de viaducten en bruggen in Nederland niet aantasten. Bij de start van de ervaringsfase in november 2007 had de Nederlandse verkeersminister het maximale gewicht van de ecocombi´s verlaagd van 60 naar 50 ton. Er werd immers gevreesd dat deze trucks met een treingewicht tot maximaal 60 ton, nadelige gevolgen zouden hebben voor bruggen, tunnels en viaducten. Het onderzoek heeft nu uitgewezen dat dit niet het geval is als het gewicht evenredig gespreid wordt over de voertuiglengte. Deze gewichtsspreiding is essentieel. De huidige regelgeving omvat een dergelijke verplichting. De LZV´s moeten minimaal over een laadvloerlengte van 18 meter beschikken.
Mevrouw de minister, wat is op dit ogenblik de stand van zaken in verband met het opzetten van een proefproject met ecocombi´s of LZV´s op de Vlaamse autosnelwegen? Wanneer zal dit project effectief van start gaan? Welke inzichten moet een proefproject met ecocombi´s op de Vlaamse wegen verschaffen? Hoelang zal het proefproject minimaal en maximaal duren? Hoeveel trajecten zullen bij de start van het proefproject worden weerhouden? Over welke trajecten zal het precies gaan? Aan welke concrete criteria moeten die trajecten voldoen?
De voorzitter: De heer Sannen heeft het woord.
De heer Ludo Sannen: Mijnheer de voorzitter, aangezien ik niet weet hoe u het Reglement van het Vlaams Parlement wil toepassen, wil ik nu even het woord nemen. Volgens mij mag ik enkel op het antwoord van de minister repliceren indien ik vooraf eerst een vraag heb gesteld. Ik wil eerst het antwoord van de minister horen. Pas dan zal ik weten of ik nog bijkomende opmerkingen wil maken.
De voorzitter: Mijnheer Sannen, ik zal even het door u mee goedgekeurde Reglement van het Vlaams Parlement citeren:?Na de vraagsteller komen ten hoogste vijf sprekers aan het woord, met elk een maximum spreektijd van twee minuten. Na het antwoord van het betrokken lid van de Regering mogen, naast de vraagsteller, ten hoogste vijf sprekers, met elk een maximum spreektijd van twee minuten, het woord voeren. Daarna verklaart de voorzitter het incident gesloten, in voorkomend geval na het aanvullend antwoord van het betrokken lid van de Regering en een wederwoord van de vraagsteller.? Ik probeer het Reglement van het Vlaams Parlement gewoon in alle objectiviteit toe te passen.
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Mevrouw Annick De Ridder: Mijnheer de voorzitter, ik heb nog een bijkomende vraag. Ik heb vernomen dat de minister een traject langs de E313 plant. Hoe is dit traject tot stand gekomen? Is dat in samenspraak met anderen beslist? Is er een verband met de geplande Oosterweelverbinding en met de aansluiting op de Ring? Zal voor dit uitzonderlijk transport in een bijkomende rijstrook worden voorzien of zal dit transport gewoon langs de bestaande stroken gebeuren? Is al onderzocht of dit in de omgeving van de E313 niet tot een omgekeerde modal shift zou leiden? De heer de Kort heeft al naar de twee jaar geleden goedgekeurde resolutie van het Vlaams Parlement verwezen. Ik kan me inbeelden dat dit eens moet worden nagekeken. We bevinden ons daar immers in de buurt van het Albertkanaal en dergelijke.
De voorzitter: De heer Glorieux heeft het woord.
De heer Eloi Glorieux: Mijnheer de voorzitter, ik kan enkel de commentaren en argumenten die we in het verleden te berde hebben gebracht opnieuw naar voren brengen. We blijven bij de bezwaren die we in het verleden hebben geuit.
Volgens mij verschilt het wegennet in Vlaanderen fundamenteel van het wegennet in landen als, bijvoorbeeld, Zweden. In Zweden kan een chauffeur gedurende tientallen en zelfs honderden kilometers een vrijwel rechte weg met weinig afritten volgen. Die wegen doorkruisen geen dorpskernen. In Vlaanderen is de situatie helemaal anders. Hier rijden we van het ene dorp naar het andere. Zelfs op de hoofdwegen komen we voortdurend langs op- en afritten. Er is bovendien heel wat infrastructuur, zoals bruggen, tunnels en ronde punten, aangelegd.
In Nederland heeft een onderzoek uitgewezen dat in de meest optimale omstandigheden, waarbij de vrachtwagens optimaal zijn geladen, geen wezenlijke schade aan het wegdek is vastgesteld. We weten natuurlijk hoe vaak de lading van vrachtwagens bij ons wordt gecontroleerd. Dat is bitter weinig. Bovendien worden tijdens die controles heel wat overtredingen vastgesteld. Ik vraag me af waarom dat met die superlange trucks anders zou zijn.
Gezien ons wegennet, is het evident dat heel wat aanpassingen zullen moeten gebeuren. Het proefproject zou van Volvo Cars naar Beringen lopen. Een ander traject zou evenwel ook aanpassingen aan het wegennet vergen.
Mevrouw de minister, ik heb hierover al vragen gesteld. Toen waren we zo ver nog niet. Aangezien het ooit zo ver zou kunnen komen, zal ik mijn vragen opnieuw stellen. Hebt u al concreet zicht op de ronde punten, op- en afritten, bruggen en tunnels die zouden moeten worden aangepast? Hoeveel zou het kosten om dit proefproject mogelijk te maken? Hebt u enig zicht op de effecten van dit proefproject op het vervoer per trein en per schip? Het is perfect mogelijk langs het water van Gent naar Beringen te gaan. Er zijn zeker ook spoorwegverbindingen. Is dat al onderzocht? Ik meen me te herinneren dat het ontbreken van negatieve effecten op de andere transportmodi een van de voorwaarden voor het project is. Indien het traject zou worden gehandhaafd, lijkt me dit moeilijk hard te maken. Welke concrete punten zullen moeten worden aangepast? Wat zal dit kosten? Wat zijn de verwachte effecten? Zal er een omgekeerde modal shift, weg van de normaal nagestreefde richting, zijn?
De voorzitter: Minister Crevits heeft het woord.
Minister Hilde Crevits: Mijnheer de voorzitter, de vragen zijn geëvolueerd. Het gaat niet langer enkel om een stand van zaken, maar ook om de aanpassing van rotondes en de kostprijs. Mijn parate kennis mag me niet in de steek laten. Gelukkig heb ik mijn rechterhand bij.
De heer de Kort heeft terecht verwezen naar een resolutie die alle meerderheidspartijen in het Vlaams Parlement hebben goedgekeurd. De Vlaamse Regering heeft een opdracht gekregen. Ik moet hierover jaarlijks verslag uitbrengen. We moeten een proefproject uitwerken. Ik wil hier benadrukken dat het een proefproject betreft.
Ik heb een aantal voorstellen ingediend. Uiteindelijk bleek een van die voorstellen beter te scoren dan de andere voorstellen. Twee weken geleden heb ik dit voor het eerst aan de overige leden van de Vlaamse Regering meegedeeld. Ik wil hier echter benadrukken dat de Vlaamse Regering zich hierover nog niet heeft uitgesproken. Indien ik geen project uitvoer, zal het Vlaams Parlement me hier een jaar later echter mee confronteren. Dat ligt moeilijk.
Ik heb de Vlaamse Regering voorgesteld om een beperkte praktijkproef te organiseren. De Europese regelgeving laat dergelijke proeven in lidstaten toe, op voorwaarde dat de lidstaten de Europese Commissie hiervan op de hoogte stellen. Op grond van artikel 4, vierde en vijfde lid van Richtlijn 96/53/EG is het uitvoeren van proeven met voertuigen met afwijkende maten en gewichten op nationaal grondgebied toegestaan indien er geen sprake is van discriminatie op basis van nationaliteit. De minister van Mobiliteit van de federale regering heeft de omvang van het proefproject in een ontwerp van koninklijk besluit bepaald. Het gaat om maximaal 30 pilootprojecten die elk maximaal twee jaar duren en vijf combinaties omvatten.
Ons project is minder langdurig en minder grootschalig. In de voorgestelde praktijkproef worden een aantal ecocombi´s over een enkele route toegelaten. Dit biedt ons de mogelijkheid de inzetbaarheid van ecocombi´s op het eigen wegennetwerk te testen. Bovendien kan aan de hand van metingen informatie over kilometerbesparingen en emissies worden verkregen. Hierdoor kunnen we de milieu- en mobiliteitseffecten beter inschatten. Een bijkomend pluspunt is dat het grote publiek op deze manier geleidelijk kennis kan maken met ecocombi´s.
Het organiseren van deze proef kan de nodige inzichten opleveren om het Vlaams standpunt over de toegelaten omvang van vrachtwagens te onderbouwen. Die discussie loopt momenteel op het niveau van de Europese Commissie.
We moeten niet enkel de contouren schetsen en een beslissing nemen. We moeten tevens een juridisch kader voor het proefproject creëren. In dit verband heb ik de Vlaamse Regering in maart 2008 een vraag om advies overgemaakt over een ontwerp van koninklijk besluit. Ik verwacht dat de minister van Mobiliteit de Vlaamse Regering een advies ter goedkeuring zal voorleggen. We moeten in elk geval de drie nodige stappen zetten.
In de reeds aangehaalde resolutie, die in de loop van het zittingsjaar 2006-2007 is goedgekeurd, staat het volgende te lezen:?(?) om ook in Vlaanderen via een proefproject te onderzoeken of door het inzetten van LZV´s een bijdrage kan worden geleverd tot een verbetering van de efficiëntie van het wegtransport op ecologisch en economisch vlak?. De beperkte praktijkproef met ecocombi´s is bedoeld om alle effecten in kaart te brengen en om de geschiktheid van het Vlaams wegennet voor de ecocombi te toetsen. Om tot een succesvolle proef te komen en om een mogelijke reverse modal shift te voorkomen, zijn een aantal randvoorwaarden opgesteld. Potentiële deelnemers aan de proef moeten aan die voorwaarden voldoen. Alle wettelijke normen en reglementeringen inzake vrachtvervoer die niet expliciet in de door mij voorgelegde nota zijn opgenomen, blijven uiteraard onverminderd gelden. Daarnaast heeft een beperkte praktijkproef ook het doel alle effecten op ecologisch en economisch vlak in kaart te brengen.
Het voorstel dat ik de Vlaamse Regering heb voorgelegd, voorziet in een proefperiode van een jaar. Daarna moet worden geëvalueerd. Ik heb een traject met twee zijtakken naar voren geschoven. Het traject loopt van Volvo Cars in Gent naar de NV TI GROUP Automotive Systems in Beringen. De zijtakken lopen van Volvo Cars naar de Skaldenstraat in Gent, waar Frans Maas Warehousing is gevestigd, en naar Volvo Trucks in Oostakker. Het traject is afgetoetst aan de randvoorwaarden en de aanbevelingen die het Steunpunt Mobiliteit en Openbare Werken in het document ´Proefproject langere en zwaardere vrachtwagens in Vlaanderen: impact op verkeersveiligheid´ heeft opgenomen. Het voorgestelde traject voldoet aan de voorwaarden die als absoluut noodzakelijk worden beschouwd. Het voldoet echter niet aan alle voorwaarden die in de studie zijn opgenomen.
Ik heb voor de geïnteresseerden een overzicht van de aftoetsing van de route aan alle punten laten maken. Vaak staat er ´ja´. In een paar gevallen staat er ´neen´. Iedereen kan zien hoe die aftoetsing in elkaar zit. Ik laat aan de leden van deze commissie dit document bezorgen.
Momenteel wordt nog over mijn nota gediscussieerd. De voorwaarden en regels om het project van start te kunnen laten gaan, zijn dan ook bijzonder streng. De voorwaarden hebben onder meer betrekking op de bestuurders van de ecocombi´s, op de voertuigen en hun technische vereisten, op de rijomstandigheden, op de bepaling van de route en op de terbeschikkingstelling van meetinformatie. Deze zeer strenge voorwaarden zijn nodig om de verkeersveiligheid bij een dergelijk project op absolute wijze te garanderen. Het Agentschap Wegen en Verkeer moet een eventuele proef ook van zeer nabij opvolgen.
Ik ben uiteraard op de hoogte van de resultaten van het Nederlandse onderzoek. De werkgroep van het Opzoekingscentrum voor de Wegenbouw (OCW) voorziet in een continu opvolgen van de evoluties met betrekking tot deze materie in heel Europa. In die werkgroep zetelt tevens een vertegenwoordiger van het Agentschap Wegen en Verkeer. De Vlaamse Regering kan in haar beslissingen rekening met de bevindingen van deze studie houden.
Mevrouw De Ridder, wat uw opmerking over de ´reverse modal shift´ betreft, kan ik u melden dat ook in dat project het onderzoek is gebeurd en de toets gemaakt op basis van dat ene tracé. Ik heb die resultaten niet bij me, maar ik veronderstel dat u daarvan een verslagje kan worden bezorgd. Het gaat om een project waarbij losse onderdelen van voertuigen worden vervoerd die niet in aanmerking komen om per schip of per spoor te worden vervoerd.
De voorzitter: De heer de Kort heeft het woord.
De heer Dirk de Kort: Ik dank u, mevrouw de minister, voor uw uitvoerige antwoord. Het onderzoek naar de mogelijkheid van het proefproject vordert. We zijn er ons van bewust dat dit project aan een aantal randvoorwaarden, zeker op het vlak van de verkeersveiligheid, dient te voldoen. Ik hoop dat er ook in de toekomst verder wordt nagedacht alvorens het project op te zetten. Wij denken gewoonlijk dat de mobiliteitsproblematiek alleen maar kan worden opgelost door bijkomende infrastructuurwerken. Hier zal dat niet mogelijk zijn. We zullen zeker moeten nadenken over bijkomende beleidsmaatregelen om ervoor te zorgen dat we binnenkort niet allemaal vastzitten op onze autosnelwegen.
De voorzitter: De heer Sannen heeft het woord.
De heer Ludo Sannen: Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, ik zou natuurlijk in eerste instantie kunnen reageren op de heer de Kort, maar dan begin ik een inhoudelijk debat. Dat wil ik niet. Er is een resolutie in het Vlaams Parlement, waarover lang inhoudelijk is gediscussieerd. Er zijn mogelijk heel wat risico´s, waarop ook de heer Glorieux heeft gewezen. De resolutie is een aanbeveling aan de regering en aan u, mevrouw de minister, maar wel binnen bepaalde voorwaarden. Die hebben zowel met verkeersveiligheid te maken als met de omgekeerde modal shift, die zou moeten worden bestudeerd.
Over de verkeersproblematiek is er een bijkomende studie geweest en werden een aantal aftoetsingspunten geformuleerd. Rond de globale impact van ecocombi´s en de mogelijke omgekeerde modal shift is niets gebeurd. Het enige wat ik nu heb vernomen, is dat voor dit concrete project wordt nagegaan of het geen effect zou hebben. Nochtans was het wel de bedoeling om het geheel te bekijken zodanig dat je over toetsingscriteria zou kunnen beschikken die je zou kunnen toepassen op elk mogelijk model.
We hebben de studie over de mogelijke trajecten die in aanmerking zouden kunnen komen voor een proefproject. U zegt, mevrouw de minister, dat uit alle analyses blijkt dat het traject van Beringen naar Volvo Cars/Volvo Trucks het interessantste zou zijn. Dat gaat over de E313. Voor zover ik daarover ben geïnformeerd, voldoet het niet aan alle voorwaarden en criteria. Als uiteindelijk zou blijken dat je geen enkel proefproject zou kunnen realiseren dat totaal voldoet aan alle voorwaarden en criteria die we onszelf hebben gesteld, dan kunnen wij de regering of u, mevrouw de minister, niet verwijten dat er geen proefproject werd opgestart.
Dat is, mevrouw de minister, de theoretische benadering. Maar ik wil het daarnaast ook hebben over de situatie van de E313. Ik vind het totaal onverantwoord om op dit moment op de E313 dergelijke trucks te laten rijden. Je kunt er nu al amper op en af. Je moet maar eens in die muur van vrachtwagens inschuiven om een afrit te nemen als je de weg niet kent. U creëert een illusie als u zegt dat u meer ruimte creëert. Ik vind een project op de E313 onaanvaardbaar omwille van de verkeersveiligheid. De onveiligheid zal alleen maar toenemen.
De voorzitter: De heer Glorieux heeft het woord.
De heer Eloi Glorieux: Mijnheer de voorzitter, ik sluit mij aan bij wat de heer Sannen net zei. Wij hebben dat trouwens al gezegd tijdens de bespreking van het resolutievoorstel. Ik wil hier ook benadrukken dat de transportsector zelf heel duidelijk stelde dat dit soort projecten en de invoering van dit soort combi´s niet zal leiden tot minder vrachtwagens. Zij zien dit integendeel enkel als een middel om nog meer volume te transporteren. Voor die muur van vrachtwagens, waarmee we nu al te kampen hebben, zeker op wegen als de E313, zal dit soort zaken zeker geen oplossing bieden. Integendeel, het zal de problemen nog verergeren.
Ik begrijp, mevrouw de minister, dat u daar nu uit het vuistje geen antwoord op kunt geven, maar ik had toch graag bij gelegenheid een overzicht gehad van de aanpassingen aan de weginfrastructuur die nodig zijn om dit proefproject mogelijk te maken: rotondes, op- en afritten, bruggen. Tenzij er helemaal geen aanpassingen nodig zijn, maar ik kan dat moeilijk geloven.
De voorzitter: Minister Crevits heeft het woord.
Minister Hilde Crevits: Mijnheer Sannen, wij hebben ons geëngageerd om de effecten van de globale ´reverse modal shift´ te onderzoeken. We hebben daar nog de tijd voor. De vraag is nu: één beperkte praktijkproef realiseren. Bij voorkeur op een bestaande weg. Dat moest gebeuren aan de hand van een aantal verplicht na te leven richtlijnen en een aantal aanbevelingen. De verplicht na te leven richtlijnen, mijnheer Glorieux, zijn nageleefd in het voorliggende traject. De aanbevelingen zijn niet allemaal nageleefd. Daarom is dit een belangrijk en nuttig overzicht.
Maar, collega´s, wij moeten daarin een fundamentele keuze maken: moet er ja of neen een proefproject komen? In het huidige proefproject, zoals het werd voorgesteld, weten we dat er zeker geen ´reverse modal shift´ is. Het gaat dan over dat ene proefproject met die onderdeeltjes, mijnheer Sannen. Het gaat over zaken die noch per spoor noch per schip worden vervoerd. De globale situatie, dat is iets anders. U hebt absoluut een punt. Vooraleer je breder dan in de praktijkproef een keuze maakt om dergelijke ecocombi´s in het verkeer te brengen, moet je evident en liefst grondig nagaan of het gevolg niet een ´reverse modal shift´ zal zijn. Ik ben het daarmee eens. Dat moet gebeuren vooraleer je een tweede stap zet. Op dit ogenblik staan we nog niet bij stap één.
Ik doe dat in alle transparantie. We proberen, zoals het parlement heeft gevraagd, een praktijkproef te realiseren aan de hand van een aantal opgelegde criteria. Sta mij toe om daaraan te werken. Als men zegt dat we daar niet aan mogen werken of over nadenken, dan is dat een spijtige zaak. We moeten daarin een keuze durven maken.
De heer de Kort heeft een punt. De lengte van een dergelijke ecocombi´s is anderhalve vrachtwagen, terwijl de inhoud van twee vrachtwagens erin kan. In technisch opzicht heeft de heer de Kort gelijk. In emotioneel opzicht misschien niet, maar ik zal mij over emoties niet uitspreken.
U zult de laatste zijn om mij te horen zeggen dat het niet waar is dat de E313 een druk bereden autosnelweg is. Maar door het aanbod van mogelijke trajecten konden wij niets anders kiezen. Bijvoorbeeld de N49 kon niet omdat die weg nog niet ver genoeg gevorderd is. Op een bepaald ogenblik krijgt hij een ander statuut en heb je daar traag en snel verkeer gemengd door elkaar. Het beste van de tracés die we hadden is de E313.
Daar moet nu een keuze gemaakt worden of er een beperkte praktijkproef kan worden georganiseerd. Je kunt daar zelfs randvoorwaarden aan verbinden, mijnheer Sannen. Je zou bijvoorbeeld kunnen stellen dat die ecocombi´s enkel buiten de spits mogen rijden. Tussen elf en drie of tussen tien en vier. Of ´s nachts of God weet wanneer. Dat kan allemaal, maar dat zijn zaken die vandaag nog niet zijn uitgeklaard.
Ik sluit ook niet uit, mijnheer Sannen, dat de praktijkproef niet plaatsvindt. De regering heeft op dit ogenblik nog geen keuze gemaakt, maar ik zal wel alles doen wat binnen mijn mogelijkheden ligt om de resolutie uit te voeren. Als dat niet mogelijk is, dan is dat spijtig.
De voorzitter: Het incident is gesloten.