Commissie voor Openbare Werken, Mobiliteit en Energie Vergadering van 17/04/2007
Vraag om uitleg van de heer Jan Peumans tot de heer Kris Peeters, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, over de evaluatie van de snelheidsbeperking met het oog op de reductie van fijn stof
Vraag om uitleg van de heer Rudi Daems tot de heer Kris Peeters, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, over de nood aan extra maatregelen om de uitstoot van fijn stof door het wegverkeer terug te dringen
De voorzitter: De heer Peumans heeft het woord.
De heer Jan Peumans: Mijnheer de minister, tijdens de bespreking in plenaire vergadering was u een beetje gepikeerd. Ik was daar een paar dagen niet goed van, maar ik ben er intussen over. Ik kan dit best oplossen door u daar een vraag om uitleg over te stellen.
Het is de bedoeling om te leren uit ervaringen. De communicatie verliep niet echt vlot. Ik heb u twee voorbeelden gegeven. Zo moest de heer Caestecker zelf naar West-Vlaanderen bellen om de zonechefs te vragen om die borden te gaan plaatsen. U hebt toen ´s avonds in TerZake een uitspraak gedaan over rekeningrijden in Benelux-verband.
Als dan de film verder wordt afgedraaid, worden dingen duidelijk. Mijnheer de minister, u was toen in discussie met Jan Turf van de Bond Beter Leefmilieu. Ik vond dat u er een beetje ongemakkelijk bij zat, dus ik dacht dat er iets was. Wat dat was, bleek uit het interview dat de heer Caestecker gaf tijdens het avondnieuws van zeven uur, waarin hij ruiterlijk toegaf dat wel fouten waren gemaakt, en hij is uiteindelijk toch verantwoordelijk. Ik viseer de heer Caestecker helemaal niet, want ik zeg alleen maar wat hij ´s avonds op het radionieuws heeft gezegd.
Mijnheer de minister, hebt u meer zicht op de fouten die gemaakt zijn? U hebt gezegd dat u de procedure zou evalueren. Welke elementen zult u specifiek evalueren? Zult u ook de werking van de Intergewestelijke Cel voor het Leefmilieu, die instaat voor het aanleveren van informatie, evalueren?
Zult u het hele concept van de snelheidsbeperking evalueren in functie van het beoogde doel, de reductie van fijn stof? Achteraf zijn een aantal artikels verschenen, onder andere van mevrouw Griet De Ceuster, de charmante directeur van Transport & Mobility Leuven, die in een krantenreactie zei dat het effect niet bijster groot was. In de richting van Brussel stond die dag vanuit Luik een file vanaf zeven uur ´s morgens en bovendien was er ook een gezellige betoging van de autocaruitbaters. Ik heb gezien dat sommigen met zeer oude bussen reden, dus ik denk dat die de smog nog hebben verhoogd.
Op welke manier is het effect uiteindelijk onderzocht? Welke lessen trekt men daaruit voor de toekomst, zodat men er op een efficiëntere en meer communicatieve manier kan op inspelen?
De voorzitter: De heer Daems heeft het woord.
De heer Rudi Daems: Mijnheer de minister, ook u schrijft soms geschiedenis in Vlaanderen. Ik denk dat uw beslissing om, weliswaar tijdelijk en lokaal, snelheidsbeperkingen door te voeren, een belangrijk gegeven is. Het is goed dat de overheid en de politiek gebruik maken van de gevoeligheid van mensen om moeilijke milieumaatregelen te nemen zoals de snelheidsbeperkingen en - maar dat is een ander dossier - de heffing op CO2- en NOx-uitstoot.
Mijnheer de minister, als ik terugkijk naar de voorbije weken, niet alleen naar uw beleid, maar ook naar wat in Leuven werd beslist door de federale regering, zeg ik dat de olifant een muis heeft gebaard. Wie er het best uit is gekomen, is minister van Financiën Reynders. Hij is erin geslaagd, op een geniale manier, om een aantal maatregelen uit te kleden en te herleiden tot zeer kleine flutmaatregelen. Idem voor de met veel poeha verkochte maatregel om een verbod in te voeren op het doorverkopen van een dieselwagen, waar vanaf 2008 verplicht een dieselroetfilter op moet zitten. In feite is het een maatregel die op Europees vlak sowieso verplicht wordt binnen een jaar, maar het geldt, als ik de programmawet goed begrijp, enkel voor auto´s met een uitstoot van 130 gram CO2 per kilometer.
Het gebeurt niet elke dag dat Febiac en Groen! dezelfde reactie uitsturen over maatregelen die zijn genomen. Samengevat komt het erop neer dat het verouderde en meest vervuilende deel van ons autopark buiten schot blijft. Febiac wijst dan zowel naar de federale als de Vlaamse overheid. In de eerste plaats gaat het over de vracht- en dieselwagens die vandaag zonder roetfilter op onze wegen rondrijden en mogelijk later een tweede leven krijgen in het Oostblok of in derdewereldlanden. Het is een gemiste kans om tot een meer structurele en groenere autofiscaliteit te komen, zeggen zowel Febiac als Groen!.
Mijnheer de minister, ik wil dan de overstap maken naar uw bevoegdheden. Ik wil opnieuw vragen om een tandje bij te steken voor wat betreft het beleid inzake verkeer en fijn stof.
Mijnheer de minister, u hebt een subsidie ingevoerd voor een roetfilter op vrachtwagens, maar tot nu toe - en u mag me tegenspreken als de cijfers rooskleuriger zijn - is dat geen groot succes. De vorige keer dat u daarover werd ondervraagd, waren nog maar 600 aanvragen binnengekomen, op 100.000 ingeschreven vrachtwagens. Ik hoop dat het intussen is verbeterd en ben dus benieuwd naar uw antwoord.
Voor personenwagens is er ook een premie van kracht, maar voor nieuwe diesels. Dat is een federale maatregel, en ook De Lijn is bezig, weliswaar mondjesmaat als ik het vergelijk met de MIVB in Brussel. De Lijn heeft 700 van de 2200 bussen, dat is een derde, uitgerust met een dieselroetfilter, terwijl dat voor de MIVB al voor 80 percent van het wagenpark het geval is.
Mijnheer de minister, we stellen nogmaals voor, zeker met de zomer in het vooruitzicht, om uw beleid te focussen op het oude wagenpark, dat ook de komende tien tot vijftien jaar een belangrijke factor zal zijn voor de uitstoot van fijn stof en CO2. We stellen voor dat er een premie komt voor de aankoop van wagens met roetfilters of voor de installatie van een dieselroetfilter op bestaande dieselwagens. Dat is trouwens een maatregel die in Nederland en Duitsland al bestaat. De premie loopt in Nederland zelfs op tot 600 euro, wat ongeveer overeenkomt met de kost van de installatie van een dieselroetfilter.
Onlangs zei het bedrijf Bosal, dat ook een belangrijke tak heeft in ons land, dat het een unieke roetfilter op de markt zet, die eenvoudig op diesels is te installeren en bovendien een combinatie is van een katalysator en een roetfilter. Blijkbaar zouden ook een aantal problemen met retrofitfilters opgelost worden door deze nieuwe roetfilter.
Mijnheer de minister, we vragen ook dat er een fiscale vrijstelling komt voor de installatie van roetfilters op vrachtwagens en dat, zoals meestal nuttig is, de overheid het goede voorbeeld geeft en alle wagens in overheidsdienst met een roetfilter uitrust.
Mijnheer de minister, hoe kijkt u terug op de tijdelijke maatregel inzake fijn stof van voor het paasreces? Heeft die zijn milieueffect al dan niet gesorteerd en komt er eventueel een vervolg?
Zou het niet beter zijn om, zoals in Nederland, rond een aantal centrumsteden een veralgemeende snelheidsverlaging in te voeren? Ik speel dan in op de vraag die de heer Vandenbroucke stelde vanuit verkeersveiligheidsoogpunt.
Het voornaamste punt is het oude wagenpark, dat sowieso de volgende vijftien jaar nog een belangrijke hypotheek zal leggen op de uitstoot. Wat denkt u van de maatregelen die ik heb geschetst: een premie voor dieselroetfilters, fiscale aftrek voor vrachtwagens en het goede voorbeeld geven bij de wagens in overheidsdienst?
De voorbije weken verscheen een bericht dat de retrofitfilters mogelijk kankerverwekkend zijn. Hebt u daar ondertussen uitsluitsel over of werden studies of onderzoeken opgestart?
De voorzitter: Minister Peeters heeft het woord.
Minister Kris Peeters: Mijnheer de voorzitter, collega´s, in 2005 hebben we een actieplan fijn stof opgemaakt. Toen werd daarover hier gediscussieerd en ik had niet de indruk dat men daar een probleem mee had, maar men zei wel dat ik er wat laat mee kwam.
Het actieplan werd hier toen besproken en ik heb dat ook uitgevoerd. Er werd een protocol afgesproken tussen de Intergewestelijke Cel voor het Leefmilieu, de Vlaamse Milieumaatschappij, IVA Infrastructuur en het Verkeerscentrum Vlaanderen. Daarin is duidelijk opgenomen wanneer en op welke stroken de smogsnelheidsbeperking van 90 kilometer per uur ingaat. Na overleg met experten hebben we ervoor geopteerd om de beperking niet overal in te voeren, maar daar waar er een probleem was en de bewoning tot dicht tegen de autosnelweg komt.
Op een bepaald moment werd vastgesteld dat er een overconcentratie fijn stof was. Het is natuurlijk te betreuren dat we, voor de eerste keer dat het in Vlaanderen werd ingevoerd, direct werden geconfronteerd met de korte procedure. Dat wil zeggen dat de weersomstandigheden zo snel wijzigden, dat er eigenlijk maar een halve dag tijd was om erover te communiceren.
Mijnheer de voorzitter, collega´s, ik denk dat het niet zou worden geapprecieerd als ik in die situatie zou zeggen dat het te snel gaat en vraag om de inwerkingtreding met een dag uit te stellen, omdat ik erover moet communiceren. We hebben op het kabinet in de loop van de namiddag het bericht gekregen dat er de volgende dag een probleem was en hebben maximaal geprobeerd om te communiceren wat er te communiceren was. Ik denk dat ook de media hun rol hebben gespeeld.
Mijnheer Peumans, ook na het beëindigen van de smogperiode hebben we iedereen rond de tafel geroepen en gevraagd wat we kunnen leren uit de afgelopen smogperiode. Ik denk niet - en dat werd daar nog eens bevestigd - dat fouten zijn gemaakt. Ook in het protocol was opgenomen dat men heel de voormiddag tijd had om de borden te draaien.
´s Morgens meldde de radio dat iedereen op de Brusselse ring harder reed dan 90 kilometer per uur. Daardoor werd de indruk gewekt dat de maatregel volledig zou worden genegeerd. Ik vermoed dat de federale politie dat ook heeft gehoord en de handhaving wou realiseren, wat ook is gebeurd. In de media verscheen dan dat door onvoldoende communicatie in West-Vlaanderen nog een aantal borden moesten worden omgedraaid, maar op basis van het protocol heeft men tot de middag tijd om de borden om te draaien.
Ik heb liever dynamische borden dan het wat archa?sch ogende draaien van de borden, maar als iemand een betere oplossing heeft dan het draaien van de borden, in afwachting van de dynamische signalisatie, wil ik daar graag kennis van nemen, want op dit moment heb ik weinig andere voorstellen ontvangen.
Uit het overleg zijn een aantal belangrijke elementen gekomen. Er is de problematiek van de communicatie, met de vraag of bijkomende alternatieve communicatie georganiseerd kan worden. Ik denk dat radio en televisie meer dan hun best hebben gedaan om dat te communiceren, maar mogelijk is dat onvoldoende. Ik heb de werkgeversorganisaties ontvangen, om te vragen of het mogelijk is om in zo´n situatie, zeker in de korte procedure, het personeel dat aanwezig is in de onderneming te informeren dat er de volgende dag een smogperiode ingaat. Zij hebben zich geëngageerd om hun leden te informeren met alle middelen die ze ter beschikking hebben. Ik heb ook contacten om na te gaan of we met sms-berichten kunnen werken. Ook dat wordt verder bekeken. Ik heb ook Touring en de VAB bij mij gehad en zij willen ook een bijdrage leveren.
Ik hoop dat we zo weinig mogelijk met een smogsnelheidsbeperking worden geconfronteerd. Maar als dat wel het geval is, hoop ik dat ik in een normale procedure zit, waarbij ik een hele dag tijd heb om te communiceren en de maatregelen de volgende dag kan laten ingaan. Dat is een dag extra, die ik nu niet had. Met de alternatieve bijkomende communicatie hopen we de tijdige communicatie te verzekeren.
Er werd gesproken over de signalisatie, met opmerkingen dat men het bord niet kon zien, omdat er een muur van vrachtwagens was. Daarop volgde de vraag waarom geen borden links van de weg worden gezet.
Ook werd gevraagd dat er bijkomende signalisatie- of informatieborden zouden worden aangebracht. Ook wat dat betreft, zijn de nodige contacten gelegd en opdrachten gegeven. We denken aan tekstkarren die werken op zonne- en zelfs windenergie. We bekijken hoe snel en hoeveel tekstkarren we kunnen huren als een smogperiode wordt afgekondigd. We bekijken waar die dan best worden geplaatst. We bekijken of we ook aan de grenzen bijkomende informatieborden over het smogalarm in Vlaanderen kunnen plaatsen. Waar we links borden kunnen zetten, zullen we dat ook doen. Er circuleren zelfs voorstellen over spandoeken, maar we moeten ons hoeden voor overdrive en negatieve elementen. Op een viaduct is een spandoek normaliter niet toegelaten. Misschien kan het bovenaan plaatsen van een tekstkar hetzelfde effect hebben. Ook ter zake zijn de nodige opdrachten gegeven.
Ook met de mensen van de Intergewestelijke Cel voor het Leefmilieu (IRCEL) heb ik een gesprek gehad om te bekijken hoe het model heeft gereageerd en wat de afwijkingen waren. Er werd gezegd dat er een aantal bijkomende elementen zullen worden aangereikt. In de krant lezen we veel, maar als ik documenten krijg, ook verwijzend naar Nederland, waaruit blijkt dat een snelheidsverlaging tot 90 kilometer per uur positieve effecten heeft op de hoeveelheid fijn stof, dan wil ik dat de experts die ik bevraag ofwel dat bevestigen, ofwel me andere informatie geven. Ik ben niet deskundig genoeg wat dit probleem betreft. Dat wordt trouwens ook niet van me verwacht. Men heeft me nogmaals bevestigd dat die piek daarmee wordt aangepakt. Nogmaals, het is niet de bedoeling van die maatregel, die mee deel uitmaakte en uitmaakt van het actieplan Fijn Stof, om de algemene hoeveelheid fijn stof structureel te verlagen. Het is een piekmaatregel. Ik ga straks in op de structurele maatregelen ter zake. Als een bepaalde grens wordt overschreden, dan moeten we maatregelen nemen. Europa legt ons dat ook op.
We moeten altijd wat voorzichtig zijn met pleidooien pro domo, maar we hebben felicitaties gekregen van de EU, die deze piekmaatregel als zeer positief beschouwt. Nadien heb ik vastgesteld dat de heer Di Rupo nu dezelfde piekmaatregel gaat doorvoeren in Wallonië. Ook Brussel gaat deze maatregel nemen. Dat is een heel positieve evolutie.
Mijnheer Peumans, wat die overtredingen betreft, blijf ik bij de stelling dat de eerste dag van een dergelijke nieuwe maatregel natuurlijk heel wat mensen hun gedrag niet hebben aangepast of dat bord van de 90 kilometer per uur niet hebben gezien, zodat de parketten en de rechtbanken dat met wat billijkheid moeten bekijken. Als we nog eens te maken hebben met een dergelijk smogprobleem, dan ga ik ervan uit dat dit vanaf het eerste uur zal worden nagevolgd, gezien de verbeterde en vervolledigde communicatie en signalisatie, zodat er minder overtredingen zullen moeten worden vastgesteld. Er worden dus verbeteringen aangebracht op die verscheidene punten.
Mijnheer Daems, u had het over de ruimere problematiek. Wat het effect van die ene maatregel betreft, heb ik documenten van IRCEL. Natuurlijk is op zo´n korte periode de impact op de luchtkwaliteit niet totaal, maar het is een maatregel die ervoor moet zorgen dat de piek zo snel mogelijk afneemt. Natuurlijk blijft dan nog het probleem van de structurele aanpak. U hebt ter zake een aantal voorstellen geformuleerd.
Ik ga in op mijn eigen maatregelen ter zake. Zo is er de installatie van roetfilters op vrachtwagens. Daarvoor hebben we sinds vorig jaar voorzien in een bedrag. U vraagt me of het klopt dat er slechts ongeveer 600 dossiers zijn ingediend. In totaal is er voor meer dan 9 miljoen euro aan subsidies uitgekeerd. Er zijn in totaal 582 dossiers ingediend voor een premie voor een Euro V-vrachtwagen met roetfilter of het naderhand inbouwen van roetfilters op Euro I-, Euro II- of Euro III-vrachtwagens, maar het is niet zo dat elk dossier overeenkomt met één vrachtwagen. Volgens mijn informatie gaat het over ongeveer 5500 vrachtwagens voor dat bedrag van 9 miljoen euro. Gezien het totale aantal vrachtwagens is dat nog geen groot aantal.
Met betrekking tot het eurovignet hebben we gegevens verzameld over het aantal Euro I-, Euro II- en Euro III-vrachtwagens. Ik heb die informatie nu niet bij, maar gelukkig maar leggen de Euro I- en Euro II-vrachtwagens niet zoveel kilometers af. Het gaat over vrachtwagens die onder meer in de bouwsector worden gebruikt. Het gaat over plaatselijk gebruik. Hoe minder die vrachtwagens rijden, hoe beter. De vraag rijst natuurlijk of we op een bepaald ogenblik niet verder moeten gaan en ze uit te markt moeten halen. Het is belangrijk dat voort aan te pakken. Dan gaat het natuurlijk over Europese normen. We hebben er Europees voor gepleit om dat sneller in te voeren, voor vrachtwagens, maar zeker ook voor personenwagens. In die mate dat de EU ons dat toelaat, zullen we die subsidiëring voortzetten. Dat is goed beleid.
U verwees ernaar: op een bepaald ogenblik rezen er in Nederland twijfels over de efficiëntie van die roetfilters en was er de vraag of ze wel aangewezen waren. Ik heb meteen aan VITO gevraagd dit te bekijken. Ik heb begrepen dat de Nederlandse problematiek en de studie die daar de kranten heeft gehaald, op een bepaalde wijze moest worden geduid. Het is dus mijn overtuiging dat we moeten voortgaan op de ingeslagen weg wat het stimuleren van roetfilters bij vrachtwagens betreft. Ik wil voorzichtig zijn met toezeggingen, maar ik denk dat ik u de reactie van VITO zal kunnen bezorgen, zodat u die kunt nalezen.
Wat de roetfilters voor vrachtwagens in overheidsdienst betreft: dat staat in ons actieplan 2007-2010 met betrekking tot milieuzorg in het voertuigenpark van de Vlaamse overheid. Het is juist dat we dat voort moeten aanpakken. Mijnheer Peumans, u hebt het goed begrepen: ik ben een groot voorstander van het zo snel mogelijk herzien van de verkeersbelasting en de belasting op voertuigen. Het systeem van de fiscale pk´s moet zo snel mogelijk worden vervangen door de ecoscore, zodat voertuigen worden belast op die score en niet op de fiscale pk´s. Het is ook mijn overtuiging dat we op termijn moeten komen tot een slimme kilometerheffing. Dat lijkt me heel verstandig, maar dat moet ook maximaal in afspraak met onze collega´s in Nederland en Luxemburg gebeuren, om te voorkomen dat er aberraties of scheeftrekkingen optreden, of dat verschillende systemen ingang vinden. Het is belangrijk daar voort aan te werken. De overheidsdiensten moeten het goede voorbeeld geven.
U verwijst voor de rest naar de federale overheid. Ik moet ter zake zeer voorzichtig zijn. Ik ben niet bevoegd om me daarover uit te spreken, maar het is een open deur instampen te stellen dat er tegenover de transportsector specifiek voor fijn stof nog bijkomende maatregelen kunnen en moeten worden genomen. Dan gaat het niet zozeer over die piekaanpak, maar over structurele maatregelen, waardoor die pieken minder optreden en minder hoog zijn. Daar moeten we maximaal voor zorgen, samen met de andere gewesten, maar ook met de federale en Europese instanties. Ik hoef niemand te zeggen dat fijn stof verschrikkelijk negatieve effecten heeft op onze gezondheid. Dan denk ik aan astma en andere, nog ernstigere ziekten. We moeten dat maximaal voorkomen, ook vanuit dit kader.
De voorzitter: De heer Peumans heeft het woord.
De heer Jan Peumans: Mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord, maar is er nu een allesomvattend evaluatierapport? Zijn een aantal mensen rond de tafel gaan zitten om een heleboel dingen te evalueren? Is het bijvoorbeeld niet zinvol dat protocol met de federale politie uit te breiden? Ik verwijs naar de verklaringen in de pers van het hoofd van de federale wegenpolitie. U hebt dat weliswaar niet bestempeld als fouten, maar als kinderziekten. Ik weet niet wat het verschil is tussen de beide: een kinderziekte is iets dat fout zit, en moet worden genezen. Daar kunnen we eindeloos over discussiëren.
Is er bijvoorbeeld een analyse gemaakt van alles wat op radio en tv werd gezegd en in de kranten te lezen viel? Ik wil het voorbeeld geven van Het Laatste Nieuws en De Standaard. De ene is een populaire krant, de andere een zogenaamde kwaliteitskrant. In die kranten werd heel duidelijk gesteld dat vanaf 6 uur ´s ochtends op de ongeveer 400 kilometer aan autosnelwegen de smogsnelheid zou ingaan. U stelde echter dat men tussen 6 en 12 uur de tijd had om die borden te draaien. Ik krijg mijn kranten ´s ochtends heel vroeg. Ik heb dat gelezen. Ik wist dus dat ik zou moeten oppassen. De krantenkoppen hadden het over strenge controles. Men moet ?berhaupt de krant wel zo vroeg krijgen.
U zegt dat Europa u heeft gefeliciteerd, maar wat is nu het resultaat van die hele actie? Is die actie positief geweest? Was het de moeite waard? Dan heb ik nog een vraag die, naar ik geloof, ook is gesteld in de plenaire vergadering: wat is de relatie tussen files en smog? U weet dat we elke ochtend overspoeld worden door files. Dan gaat het zeker over de piekperiode tussen 6 en 10 uur, met een ander fenomeen om 12 uur. Heeft de Vlaamse Milieumaatschappij daar gegevens over gepubliceerd? Zijn die bekend? De enige informatie die ik heb gezien en die op de website staat, is die over de evolutie van fijn stof vanaf maandag of dinsdag. We zien die hoeveelheid in de loop van de week in positieve zin veranderen.
Is er een soort allesomvattend rapport, of is het antwoord dat u hebt gegeven, de evaluatie?
De voorzitter: De heer Daems heeft het woord.
De heer Rudi Daems: Mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord. Wat de communicatie betreft, fluisterde de heer Glorieux me daarnet in dat Denemarken een originele wijze heeft om de aandacht te vestigen op die snelheidsgrens. De eerste dag werden er schaars geklede dames langs de weg geplaatst, met een bord waarop de snelheidsgrens was aangegeven. (Opmerkingen)
Of dat kunnen ook schaars geklede mannen zijn, mijnheer Peumans.
Ik wil nog even inhoudelijk ingaan op uw antwoorden. U hebt niet geantwoord op de vraag of deze tijdelijke maatregelen een gunstig milieueffect ressorteerden. U ging evenmin in op mijn suggestie om niet alleen bij een piekoverschrijding te handelen, maar om ook in het licht van een structureel beleid over te gaan op een veralgemeende snelheidsverlaging, te beginnen op de plaatsen waar de bewoning en de weg heel dicht in elkaars buurt komen. Nederland maakt een niet volledig, maar overwegend positieve evaluatie van deze veralgemeende snelheidsverlaging.
U antwoordde evenmin op mijn vraag of u bereid bent om in het kader van een voortzetting van de meer structurele kant van het beleid inzake fijn stof, bijkomende inspanningen te leveren inzake het particuliere dieselwagenpark. De diesels vormen de komende jaren het grote probleem. Ze rijden nu nog een tijd op onze wegen en komen daarna wellicht nog elders in de wereld op de weg terecht. Het is misschien goed om, zoals in Nederland, effectief te grijpen naar een premiesysteem dat voldoende aanzet om een retrofitroetfilter te plaatsen, zeker nu u aanwijzingen hebt dat er geen gezondheidsschadend effect is.
Mijnheer de minister, ik kreeg dus graag nog wat verduidelijking.
De voorzitter: De heer Peeters heeft het woord.
De heer Frans Peeters: Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, u stelt dat u ijverig en creatief op zoek bent naar middelen om een goede communicatie te voeren. Communicatie is een heikel punt. Vanaf het ogenblik dat de alarmfase wordt overschreden, moet inderdaad snel worden gehandeld. Communicatie is in deze heel belangrijk, want uiteindelijk gaat het om de volksgezondheid en om de veiligheid in het algemeen. Iedereen heeft een verantwoordelijkheid.
Ik stel me hardop de vraag of de communicatie niet mee kan worden gevoerd door de provinciegouverneurs, want zij kunnen op hun beurt alle gemeenten bereiken en de gemeenten beschikken over heel wat communicatiemogelijkheden. Ik denk bijvoorbeeld aan de digitale nieuwskranten. Ik denk ook aan de digitale karren die door tal van politiezones werden aangekocht via het verkeersveiligheidsfonds. De karren kunnen massaal en direct worden ingezet. Ik denk ook aan de buurtinformatienetwerken: met één ?groene´ sms kunnen een pak mensen worden bereikt. Ik geef dit mee als suggestie. Ik denk dat op die manier iedereen zijn verantwoordelijkheid kan opnemen en er zo veel mogelijk kan worden gecommuniceerd.
Minister Kris Peeters: Mijnheer de voorzitter, dames en heren, ik dank u voor de suggesties. De suggestie van de heer Glorieux is wellicht iets delicater, maar ik zal ze allemaal in overweging nemen. Het is in elk geval belangrijk dat de bevolking tijdig wordt ge?nformeerd. De inspanningen zullen de volgende keer zeker worden opgedreven, rekening houdend met onze ervaringen.
Mijnheer Peumans, bij de debriefing of evaluatie was ook de federale politie betrokken. Het protocol wordt aangevuld op een aantal punten. Het was nog erger geweest als de periode van smogalarm in het weekend was gestart, want dan had ik nog meer met de handen in het haar gezeten. Ook op dat vlak werden bijkomende afspraken gemaakt. Als een smogalarm intreedt en de media erop vliegt, is het altijd afwachten wat door wie waarover wordt gezegd. Verschillende nuances en vormen van communicatie zijn dan aan de orde. Ook dat zullen we beter bewaken, in de mate van het mogelijke.
Ik heb nog eens gepraat met de experten over de effecten. Ik heb gevraagd naar de nieuwste onderzoeken en ik heb de bevestiging gekregen dat werd aangetoond dat in dergelijke situaties het verlagen van de snelheid positieve effecten heeft. Er werd verwezen naar het milieueffect op de A13-snelweg Overschie, Rotterdam in Nederland. Daar heeft men de snelheidsbeperking permanent, dag en nacht, doorgevoerd en stelde men op 50 meter van de snelweg een daling vast met 34 percent voor de concentratie aan fijn stof en met 23 percent voor de concentratie aan stikstofdioxide. We zullen werken aan de hand van het wetenschappelijke materiaal en van Nederlandse ervaringen. Ik heb gevraagd of onze meettoestellen meer kunnen specificeren. Iedereen die wat thuis is in deze materie weet dat een snelheidsverlaging bij een piek, positieve effecten heeft. Daarover bestaat er geen discussie. Ik kan op dit moment de effecten van de maatregelen tijdens het smogalarm niet aantonen in cijfers, maar ik ga uit van positieve effecten.
Mijnheer Daems, u stelde nogmaals de vraag naar algemene, structurele beleidsmaatregelen. Ik heb, ook elders, reeds gezegd dat jarenlang door verschillende regeringen een beleid werd gevoerd en nog steeds wordt gevoerd ter promotie van de dieselwagen als personenwagen. De uitstoot van dieselwagens is al sterk verbeterd. Er moet een beleid worden gevoerd dat in de eerste plaats het gebruik van de auto zo veel mogelijk ontmoedigt en er moet in tweede orde serieus worden nagedacht over het ontmoedigen van het aankopen van een diesel. Mensen kopen inderdaad een diesel om een paar kilometer in de stad te rijden, nochtans werd er vroeger altijd op gewezen dat een diesel nodig is voor lange afstanden. Het hele beleid en de kostprijs van de brandstof staan een beetje haaks op dit alles. De volgende maanden moet worden bekeken hoe we maatregelen ter zake kunnen nemen. Voor wat mijn bevoegdheden betreft, werk ik aan de uitvoering van het plan fijn stof, aan bijkomende maatregelen inzake de verkeersbelasting, de EcoScore en de slimme kilometerheffing.
De heer Rudi Daems: Mijnheer de minister, ik deel uw analyse over de diesels, maar u richt zich vooral op het toekomstige aankoopbeleid van de consument. Ik zeg echter dat we de komende 10 à 15 jaar nog steeds een wagenpark hebben dat een heel zware hypotheek legt. We moeten maatregelen nemen om dat dieselwagenpark te verschonen. Jammer genoeg gaan mensen niet uit eigen beweging 600 of 700 euro betalen om een roetfilter op hun dieselwagen aan te brengen. Ik vraag u dus om eens te kijken naar de buurlanden en om lessen te trekken uit de ervaringen daar.
De voorzitter: Het incident is gesloten.