Commissie voor Openbare Werken, Mobiliteit en Energie Vergadering van 02/05/2006
Vraag om uitleg van mevrouw Annick De Ridder tot de heer Kris Peeters, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, over de evaluatie van het project ´Life Saving Mirror´
De voorzitter: Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Mevrouw Annick De Ridder: Mijnheer de voorzitter, mijn vraag over de Life Saving Mirror is eigenlijk een herhalingsvraagje.
- De heer Marc van den Abeelen, voorzitter, treedt opnieuw als voorzitter op.
Vorig jaar in april hebt u beslist om een aantal van deze spiegels te laten plaatsen in elke Vlaamse provincie, als testcase. Door die spiegels zouden dodehoekongevallen in de toekomst zoveel mogelijk kunnen worden vermeden. Dat is uiteraard een goede zaak, daar het de veiligheid van weggebruikers zou verbeteren.
Dergelijke spiegels staan momenteel opgesteld in onder meer Harelbeke, Avelgem, Waregem en Tielt. Toen u dit project hebt voorgesteld, hebt u verklaard dat dergelijke spiegels v??r de zomervakantie van 2005 in de vijf Vlaamse provincies zouden worden geplaatst. Na een proefperiode van 1 jaar zou het project een eerste maal worden geëvalueerd. Ook zou worden nagegaan of het project kan worden uitgebreid.
Het is nu 1 jaar later. Op 19 april 2005 hebt u in de commissie al laten doorschemeren dat er na 1 jaar toch al conclusies zouden kunnen worden getrokken over het nut van een dergelijke spiegel en het effect ervan op de veiligheid van de fietsers.
Mijnheer de minister, wat zijn de algemene resultaten van de evaluatie van deze testcase? Beschikt u over die resultaten? Vonden er het voorbije jaar aan de kruispunten waar spiegels werden geplaatst daadwerkelijk minder dodehoekongevallen plaats? Zult u na de evaluatie beslissen dit project te veralgemenen?
De voorzitter: De heer Penris heeft het woord.
De heer Jan Penris: Mijnheer de voorzitter, mevrouw De Ridder heeft natuurlijk weer gelijk. Alleen gaat het over een ´levensreddende spiegel´ en ´proefopstellingen´. Zij kan ook mooie Nederlandse woorden gebruiken om ons de belangen die zij verdedigt duidelijk te maken.
De voorzitter: Minister Peeters heeft het woord.
Minister Kris Peeters: Mijnheer de voorzitter, dames en heren, ik zal in het Nederlands antwoorden.
Mevrouw De Ridder, ik heb vorig jaar inderdaad aangekondigd dat de spiegels nog voor het zomerreces in elke provincie zouden worden geplaatst voor een testfase. Dat is gebeurd. U bent er vroeg bij om naar de evaluatie te vragen. Dat siert u.
Op de Adviesgroep Voor Verkeerveiligheid op Gewestwegen werd al een eerste evaluatie besproken. Er zijn twee modellen spiegels: verwarmde en niet-verwarmde. Uit waarnemingen blijkt dat het verwarmen van de spiegels ter bestrijding van de aandamping een veeleer beperkte bijdrage levert tot de visuele bruikbaarheid van de spiegels in winterperiodes. Inzake energieverbruik zijn nog geen cijfers beschikbaar, al spreekt het voor zich dat de niet-verwarmde spiegels goedkoper zijn. Als een verwarmde spiegel niet het verwachte of geen aanzienlijk beter effect heeft, lijkt dit mij een belangrijke conclusie.
De mensen van het agentschap Infrastructuur werd gevraagd om ter plaatse een inschatting te maken van het gedrag van de bestuurders en het gebruik van de spiegels. Uit eerste vaststellingen blijkt dat bestuurders nog moeten wennen aan het gebruik en de voordelen die de spiegels bieden. Een verdere communicatie hierover lijkt dan ook aangewezen en wordt gepland, maar daarover meer onder punt 3.
Dit zijn slechts eerste vaststellingen. Ze moeten nog worden aangevuld. Ik heb aangekondigd dat ik een rondvraag zou organiseren bij de transportorganisaties en de automobilistenverenigingen over het nut van de spiegels. Dat zal zeker gebeuren.
Traditioneel duurt de verwerking van ongevallengegevens door politiediensten en het NIS vrij lang. Op dit ogenblik zijn zelfs de cijfers voor 2004 nog niet beschikbaar, laat staan voor 2005 en de eerste maanden van 2006. Momenteel hebben we dan ook nog geen zicht op de resultaten. Om op korte termijn enig zicht te krijgen op de evolutie van deze gegevens, heb ik mijn administratie de opdracht gegeven om bij de lokale politiezones de beschikbare gegevens op te vragen. Ik zal er samen met minister Van Brempt nog eens op aandringen om de ongevallengegevens van de federale politie sneller te kunnen krijgen.
Vermits de voorlopige en grondige evaluaties nog even op zich zullen laten wachten, acht ik het raadzaam om nog niet over te gaan tot een veralgemeende plaatsing van deze spiegels. Ik wil eerst voldoende zekerheid over het nut en de effectiviteit van deze spiegels, alvorens op dit vlak een budgettaire inspanning te leveren.
De voorzitter: Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Mevrouw Annick De Ridder: Ik dank u voor uw antwoord, mijnheer de minister. U kondigt een uitgebreidere evaluatie aan. Wat is de timing daarvoor? Is dat over zes maand of langer?
Minister Kris Peeters: Ik krijg telkens opnieuw vragen over deadlines. Als ik die dan geef, is dat voor u een bijkomend element om mij daar later mee te confronteren. Die evaluatie komt er zo snel mogelijk, mevrouw De Ridder.
Mevrouw Annick De Ridder: Mijnheer de minister, u hebt beloofd dat er na een jaar een evaluatie zou volgen en dat u dan zou beslissen of er al dan niet spiegels bijkomen. Daarom kijk ik met spanning uit naar de echte evaluatie.
De heer Marc van den Abeelen: Het probleem is dat de cijfers van de lokale politiediensten voorlopig niet meer ter beschikking mogen worden gesteld. De lokale politie verkeert in een totale reorganisatie op het vlak van het verzamelen van gegevens over criminaliteit en verkeer en dergelijke. We krijgen daardoor een kloof van bijna een jaar. Sommige zones geven wel de cijfers. Bij de heer Peumans en bij mij kunt u ze opvragen voor onze streek.
De voorzitter: Het incident is gesloten.