Commissie voor Leefmilieu en Natuur, Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid en Ruimtelijke Ordening en Onroerend Erfgoed Vergadering van 30/03/2006
Vraag om uitleg van mevrouw Hilde Crevits tot de heer Kris Peeters, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, over de studie van Test Aankoop over de hardheid van het kraanwater
De voorzitter: Mevrouw Crevits heeft het woord.
Mevrouw Hilde Crevits: Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, Test-Aankoop voerde een studie uit naar de prijs en kwaliteit van kraanwater. Uit de studie blijkt dat te veel stalen water een hoge hardheid bevatten. Dit is niet schadelijk voor de gezondheid, maar veroorzaakt kalkaanslag op kranen en huishoudapparaten. Geen enkele wettelijke bepaling verplicht de leveranciers van water om zich aan een bepaalde waarde van hardheid van water te houden. Hard water zet consumenten ertoe aan om een ontharder te kopen om kalkproblemen tegen te gaan. Het gebruik van zo'n systeem wordt echter afgeraden voor water dat gebruikt wordt voor de bereiding van voedsel vermits het de samenstelling van het water verandert en het natriumgehalte erg verhoogt.
De heer Patrick Lachaert treedt als voorzitter op.Een oplossing zou kunnen zijn de waterbedrijven een centrale verzachting te laten uitvoeren, zoals dat in sommige ons omringende landen al gebeurt. Zolang dit niet gebeurt, kopen consumenten waterontharders aan en slecht afgestelde en/of onderhouden waterontharders zijn dikwijls nog slechter voor de leidingen en de gezondheid.
Ik weet dat de productnormering een federale materie is, maar ik wou weten of u maatregelen wilt overwegen om te komen tot een wettelijke bepaling voor de waterhardheid. Wilt u initiatieven nemen om het centraal verzachten van kraanwater door waterbedrijven te stimuleren? Kunt u overleg plegen met uw federale collega's over een kwaliteitscertificaat voor waterontharders in afwachting van een eventuele centrale ontharding?
De voorzitter: Minister Peeters heeft het woord.
Minister Kris Peeters: Het is juist dat te hard water kalkaanslag kan veroorzaken in huishoudelijke toestellen, sanitaire installaties enzovoort. Er bestaat geen normering naar boven toe omdat de volksgezondheid absoluut niet in het gedrang komt bij een te hoge hardheid. De Europese drinkwaterrichtlijn vermeldt wel een richtwaarde waaraan alle drinkwatermaatschappijen voldoen.
Wanneer er centrale ontharding door de drinkwatermaatschappijen gebeurt, is er wel een benedengrens gesteld. Het geleverde water moet dan namelijk minimaal - de waterhardheid wordt in Franse graden uitgedrukt - 15 Franse graden bedragen. Er is wel water dat van nature een stuk zachter is, bijvoorbeeld in het leveringsgebied van Pidpa, en dat ook zonder problemen door drinkwatermaatschappijen geleverd kan worden. Waterbedrijven zoals VMW en IWM hebben of plannen een centrale ontharding in bepaalde gebieden waar de hardheid zeer hoog is, dit vooral om het comfortniveau te verhogen. Deze centrale ontharding kan dus echter niet verder gaan dan 15 tot 20 Franse graden omwille van economische en technische redenen.
Als voorbeeld kan ik een gepland VMW-project aanhalen. VMW staat onder meer in voor de drinkwatervoorziening in het grootste deel van deze provincie en heeft beslist om het kalkrijke grondwater, dat zij oppompt in het zuiden van de provincie centraal te ontharden. Op 24 februari 2006 heeft de raad van bestuur van VMW de bouw van de eerste belangrijke installatie voor centrale ontharding in Kooigem bij Kortrijk goedgekeurd en de werken na aanbesteding gegund. Binnenkort starten de werken en volgens planning zal deze installatie operationeel zijn eind 2007.
Een hardheid van 15 tot 20 Franse graden is echter geen zacht water en vermijdt niet alle kalkaanslag. De individuele klanten kunnen dan ook steeds vrij beslissen om te ontharden tot 0 Franse graden met waterverzachters, zelfs indien reeds centrale ontharding aanwezig is. Als deze toestellen goed onderhouden worden, vormen deze geen probleem voor de volksgezondheid. Ook niet wat betreft de corrosie. Het is immers niet de hardheid die daar de bepalende factor is, maar de evenwichtige samenstelling van het water. Een onderhoudscontract met de leverancier is aangewezen.
Rekening houdend met het voorgaande, is het niet aangewezen dat overal in Vlaanderen een uniforme norm voor hardheid wordt vastgelegd en dat waterbedrijven verplicht worden om centrale ontharding te plaatsen.
Samengevat kan ik stellen dat de drinkwatermaatschappijen volop met de problematiek bezig zijn en dat de eerste realisaties zich voltrekken. De prioriteit van de drinkwatermaatschappijen gaat in eerste instantie uit naar de volksgezondheid. Investeringen in het kader van de vervanging van loden leidingen zijn bijvoorbeeld meer prioritair. Bijkomende normen of initiatieven lijken me dan ook op dit moment niet aangewezen. Na een evaluatie van de gerealiseerde en geplande projecten zal ik de situatie opnieuw bekijken.
Individuele waterontharders vormen zoals reeds gezegd, geen probleem voor de volksgezondheid indien deze goed onderhouden worden. Overleg met de vakorganisatie Aqua Belgica heeft reeds uitgewezen dat zij sterke voorstander zijn van een kwaliteitscertificaat voor producten en diensten in de sector van de waterbehandeling. Binnen de vakorganisatie fungeren reeds strikte deontologische codes en normen. Er bestaat ook de bijkomende mogelijkheid om af te stemmen op geldende regels voor consumentenbescherming. Ik zal dat met mijn bevoegde federale collega bespreken.
De voorzitter: Mevrouw Crevits heeft het woord.
Mevrouw Hilde Crevits: Ik dank u voor uw antwoord, mijnheer de minister.
De voorzitter: Het incident is gesloten.