Commissie voor Leefmilieu en Natuur, Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid en Ruimtelijke Ordening en Onroerend Erfgoed Vergadering van 09/02/2006
Vraag om uitleg van de heer Bart Martens tot de heer Kris Peeters, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, over het EMAS-certificaat bij de Vlaamse administraties en kabinetten
De voorzitter: De heer Martens heeft het woord.
De heer Bart Martens: Deze week raakte bekend dat het kabinet van federaal staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling, mevrouw Van Weert, het EMAS-certificaat ontvangen heeft. EMAS of Environmental Management and Audit Scheme is een milieukwaliteitslabel dat door de Europese Commissie wordt toegekend aan bedrijven, instellingen en organisaties, die met succes een milieuzorgsysteem hebben ingevoerd.
Het is een belangrijk signaal, want de overheid heeft een belangrijke voorbeeldfunctie. Via een milieuzorgsysteem kan door preventie en een vermindering van het gebruik van grondstoffen en natuurlijke hulpbronnen de directe milieu-impact van de dagelijkse werking van het kabinet van de staatssecretaris worden geminimaliseerd.
Dat houdt onder meer afvalpreventie, duurzame aankopen, duurzaam vervoer, minder papier- en waterconsumptie en een lager energieverbruik in. Ook de indirecte negatieve gevolgen voor het milieu worden beperkt door een systematische integratie van preventie en milieubescherming in de wetsontwerpen, de ministeriële besluiten, de voorstellen aan de ministerraad en andere documenten die door het secretariaat en de beleidscellen worden opgesteld.
In juli 2005 heeft de federale ministerraad beslist dat uiterlijk tegen 2007 iedere overheidsdienst volgens deze principes moet werken en het EMAS-certificaat moet kunnen voorleggen. Mijn vraag is hoe het op het Vlaamse niveau is gesteld. Met 42.000 ambtenaren zijn we één van de grootste organisaties van Vlaanderen. Als de overheidsdiensten samen de mouwen opstropen voor het milieu, kan er heel wat gebeuren. Een project milieuzorg werd al in 2002 bij de Vlaamse administratie ingevoerd. Er wordt vooral thematisch gewerkt. In 2004 stond afval centraal, vorig jaar energie en mobiliteit. Ook in 2006 moet interne milieuzorg een aandachtspunt blijven.
Mijnheer de minister, welke thema's werden in 2006 gekozen voor het project interne milieuzorg binnen de Vlaamse overheid, en welke centrale acties worden eraan verbonden? Moet het project interne milieuzorg ook in Vlaanderen uitmonden in een EMAS-certificaat voor elke overheidsdienst, zoals op federaal niveau is overeengekomen? En hoe staat het met de interne milieuzorg van de kabinetten zelf? Werkt uw kabinet ook aan een EMAS-certifïcering? Zijn er ook plannen voor andere ministeriële kabinetten?
De voorzitter: Minister Peeters heeft het woord.
Minister Kris Peeters: Gezien de actualiteit van de thema's mobiliteit en energie en het belang ervan binnen de Vlaamse overheid, werd beslist om ook in 2006 prioritair rond deze thema's te werken. In uitvoering van de beslissing van de Vlaamse Regering van 20 mei 2005 werd een ontwerp actieplan 2006-2010 Energiezorg in de Vlaamse overheidsgebouwen en een ontwerp actieplan 2006-2010 Milieuzorg in het voertuigenpark van de Vlaamse overheid opgesteld. Na een gunstig advies van de Inspectie voor Financiën werd het begrotingsakkoord aangevraagd voor het actieplan energiezorg met het oog op een agendering op de Vlaamse Regering. Het ontwerp actieplan milieuzorg ligt momenteel ter advies voor bij het college van secretarissen-generaal en MOVI of Netwerk voor Managementvaardigheden in de Openbare Vlaamse Instellingen.
De acties in het actieplan energie-zorg omvatten het actualiseren van enkele omzendbrieven over energiezorg, de nodige stappen ter voorbereiding van het energieprestatiecertificaat voor de Vlaamse overheidsgebouwen en communicatie en sensibilisering van de ambtenaren en energiezuinige aankopen. Ook over het gebruik van hernieuwbare energie zijn enkele acties gepland. Het actieplan milieuzorg in het voertuigenpark focust op de inventarisatie van mobiliteitsgegevens en het wagenpark, het verder promoten van milieuvriendelijke dienstverplaatsingen en de toepassing van Ecoscore bij de aankoop van nieuwe dienstwagens. Er is ook in een tweejaarlijkse rapportering over de behaalde resultaten voorzien.
Deze actieplannen werden opgemaakt in overleg met de betrokken diensten. Voor het actieplan energie waren dit de afdeling Gebouwen en de afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie, voor het actieplan mobiliteit was dat de cel Lucht van Aminal en de administratie Logistiek Management. Er was ook overleg met de Mobiliteitscel en De Lijn.
Naast de acties uit beide actieplannen wordt een basisset van indicatoren voor de departementen en agentschappen samengesteld en worden verschillende vormingsactiviteiten voor milieuverantwoordelijken en sleutelfiguren als bijvoorbeeld aankopers georganiseerd. De handleiding milieuzorg, gebaseerd op ervaringen binnen de Vlaamse overheid en steden en gemeenten, zal ook voort worden ontwikkeld. Daarnaast worden uiteraard ook acties uitgevoerd op het niveau van de entiteiten zelf. De coördinatiecel Milieuzorg van Aminal staat ter beschikking van de entiteiten voor de ondersteuning van die acties. Meer informatie is beschikbaar op de website www.vlaanderen.be/milieuzorg.
In tegenstelling tot de federale overheidsdiensten is niet in een verplichte EMAS-registratie voorzien voor de Vlaamse overheidsdiensten. In het implementatieplan dat als basis diende voor de invoering van milieuzorg in de Vlaamse overheid werd bewust gekozen om een ISO14001-certificaat of een EMAS-registratie niet verplicht te maken. Een en ander werd wel mee opgenomen in het algemene kader milieuzorgniveau 3 en 4. De Vlaamse overheid kiest ervoor om eerst werk te maken van het overtuigen van het management en de medewerkers van de meerwaarde van een milieuzorgsysteem, onder meer door de hoger beschreven actieplannen, gerichte sensibilisatie- en communicatieacties en het voorzien van de nodige adviesverlening en ondersteuning, vooraleer een verplichte EMAS-registratie op te leggen. De entiteiten waarvoor een EMAS-registratie een meerwaarde kan betekenen, kunnen dan in de toekomst aangespoord worden om de nodige acties te ondernemen. Dat komt ook overeen met mijn persoonlijke ingesteldheid: eerst stimuleren, enthousiasmeren en dan pas desgevallend verplichten en sancties opleggen.
De werking inzake milieuzorg richt zich in de eerste plaats tot het ministerie en de Vlaamse openbare en wetenschappelijke instellingen. De communicatiemiddelen die ontwikkeld werden over de thema's afval, energie en milieuvriendelijk rijgedrag werden ook altijd aan de kabinetten bezorgd. De kabinetten die gevestigd zijn in één van de grote gebouwen van het ministerie, zoals mijn kabinet, maken uiteraard deel uit van de milieuzorgacties die in het kader van de gebouwenwerkgroepen milieuzorg gebeuren. Concrete plannen voor het behalen van een EMAS-certificaat zijn er momenteel niet op mijn kabinet.
De heer Bart Martens: Ik dank u voor uw antwoord. Het antwoord op de eerste vraag was zeer volledig en stemt mij ook vreugdevol. Ik ben het ermee eens dat inzake milieuzorgcertificaten stimulering eerst aan bod moet komen. Het project milieuzorg binnen de Vlaamse administratie loopt echter al sinds 2002. Het wordt dus tijd om aan te zetten tot het behalen van een certificaat. Het biedt tegelijk voor de gebruikers van de administratie een garantie van kwaliteitszorg.
De federale overheid gaat hier blijkbaar een stap verder in en wil de milieuzorgcertificaten veralgemeend invoeren tegen 2007. Ik hoop dat u bij de positieve evaluatie van voorbeelddiensten de stap zult zetten om het bij alle overheidsdiensten veralgemeend toe te passen.
De voorzitter: Minister Peeters heeft het woord.
Minister Kris Peeters: Ik ben door mijn vorig leven voorzichtig geworden met het uitdelen van certificaten en labels. Ik hoop dat de kwaliteit en de kwaliteitsverbetering op het federale niveau zichtbaar zullen worden.
De voorzitter: Het incident is gesloten.