Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Vergadering van 13/12/2005
Vraag om uitleg van de heer Luk Van Nieuwenhuysen tot mevrouw Inge Vervotte, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, over een mogelijk compromis over de MUG van Halle
De voorzitter: De heer Van Nieuwenhuysen heeft het woord.
De heer Luk Van Nieuwenhuysen: Mevrouw de minister, het probleem van het taalgebruik bij de hulpdiensten in de Vlaamse Rand wordt door een aantal leden van dit parlement nauwgezet opgevolgd, niet om aan communautaire scherpslijperij te doen, maar omdat het om een mensonwaardige situatie gaat.
Recent waren er hoopgevende berichten uit de betrokken regio. Zo zouden voortaan alle 101 oproepen voor dringende politiehulp uit de provincie Vlaams-Brabant bij het Communicatie- en Informatiecentrum te Leuven terechtkomen. Voor de medische hulpdiensten is dat helaas nog niet het geval. De ervaring heeft geleerd dat in sommige gevallen daar al initieel fouten worden gemaakt.
Onlangs keurden de gemeenten Galmaarden, Herne en Bever een voorstel goed om een voorpost van de Lennikse brandweer in Tollembeek uit te bouwen. Dat betekent dat zowel de interventies van de brandweer als van de dienst 100 sneller zullen kunnen gebeuren en dat de mensen in hun eigen taal zullen worden geholpen.
Voor de MUG blijft de huidige situatie evenwel ongewijzigd. In zijn antwoord van 25 oktober op verschillende interpellaties in de Kamer stelt minister Demotte als oplossing voor het aanslepende probleem van de MUG in Halle voor dat het plaatselijke ziekenhuis zou deelnemen aan een proefproject met een mobiele urgentiegroep die door een verpleegkundige en een ambulancier wordt bemand - een MUG-light als het ware. Ik vind dit veeleer een noodoplossing dan een oplossing voor de dringende medische noodhulp.
Minister Demotte beroept zich op een tendens naar mobiele urgentiegroepen zonder arts. In acht op de tien gevallen zou de aanwezigheid van een arts niet onmisbaar zijn, argumenteert hij. Dat betekent echter dat in 20 percent van de gevallen de aanwezigheid van een arts wel levensreddend kan zijn.
Minister Demotte verklaart verder dat hij hierover onderhandelingen heeft gevoerd met zijn Vlaamse collega en met de directie van het ziekenhuis van Halle. Die gesprekken waren op dat ogenblik nog niet afgerond, maar volgens hem zouden er geen tegenstrijdige posities zijn ingenomen. Dat zou dus betekenen dat u zo'n MUG-light wel zou zien zitten.
Op de jongste gemeenteraad van de gemeente Herne verklaarde het gemeentebestuur dat een oplossing nog een kwestie van enkele weken is. Is dat inderdaad zo, mevrouw de minister? Bent u van oordeel dat zo'n afgeslankte MUG een aanvaardbare oplossing biedt voor de problematiek van de regio Halle?
Mevrouw de minister, u hebt altijd gesproken over een tweesporenbeleid. Het probleem is inderdaad veel ruimer dan enkel de MUG van de regio Halle. Is er al enige vordering in verband met het taalgebruik van de hulpdiensten in het algemeen in de Vlaamse Rand?
De voorzitter: De heer Demesmaeker heeft het woord.
De heer Mark Demesmaeker: Ik sluit me aan bij deze vraag, want ik ben benieuwd naar de stand van zaken in dit dossier.
We hebben daarnet in een andere commissie nog een discussie gevoerd over de manifeste wantoestanden die heersen op het vlak van de gebrekkige tweetaligheid in Brusselse ziekenhuizen. We waren dan ook zeer verheugd toen de Vlaamse Regering in haar regeringsverklaring het engagement aanging om voor de regio Zuid-West-Brabant te ijveren voor een eigen MUG-dienst. Ik hoop dat het geen MUG-light wordt, maar een volwaardige MUG-dienst. Dat zou alvast een mooi kerstcadeau zijn voor Halle.
Wat de timing betreft, horen we allerlei geruchten dat een oplossing nabij is. Mevrouw de minister, wanneer denkt u dat deze MUG-dienst operationeel zal zijn?
De voorzitter: Minister Vervotte heeft het woord.
Minister Inge Vervotte: Hoewel we in dit dossier enkel een bemiddelende rol kunnen spelen, staan we er volledig achter. Er zijn al meerdere gesprekken gevoerd met alle betrokken partijen om iedereen op dezelfde lijn te krijgen.
De pilootprojecten die minister Demotte wil starten zijn geïnspireerd op het buitenland en op ervaringen die zijn opgedaan in Leuven, onder meer met het oog op een rationalisering van de middelen. We stellen vast dat de personen die de MUG-oproepen in de call centers beantwoorden, vaak geen medische scholing hebben. Daardoor wordt te vaak een arts mee uitgestuurd, terwijl dat niet altijd noodzakelijk is. Het is de bedoeling de screening aan de telefoon professioneler te laten verlopen zodat reeds op dat moment kan worden beoordeeld of het noodzakelijk is om een arts mee te sturen.
Minister Demotte wil in 2006 van start gaan met zes verschillende pilootprojecten, drie in Vlaanderen en drie in Wallonië. Op basis van de ervaringen die reeds zijn opgedaan in Leuven waar intussen al zo'n dispatchingsysteem is uitgewerkt, wil hij nagaan of dit systeem ook in Halle kan worden ingezet.
De Vlaamse Regering heeft zich bereid verklaard om daaraan mee te werken. Zij wil wel de nodige kwaliteitsgaranties krijgen. Samen met het ziekenhuis en minister Demotte zitten we rond de tafel om protocolakkoorden te sluiten. Daarbij moet worden nagegaan wat de voorwaarden zijn om deze operatie succesvol te laten verlopen. Als iedereen akkoord gaat met de inhoud die ook wetenschappelijk onderbouwd moet zijn en voldoende kwaliteitsgaranties moet leveren, kunnen de handtekeningen worden gezet en kan het pilootproject MUG-Halle van start gaan.
De taalproblematiek is opnieuw aan bod geweest tijdens de interministeriële conferentie van gisteren. Minister Demotte heeft het taalmeldpunt voor advies bezorgd aan alle verenigingen van ziekenhuisbeheerders om zijn voorstel te toetsen op haalbaarheid en draagkracht. Hij wilde in eerste instantie wachten op de reactie van al deze mensen voor de werkgroep van start zou kunnen gaan. We hebben ons daartegen verzet: voor ons is het niet noodzakelijk dat die werkgroep pas bijeenkomt als alle adviezen binnen zijn. Minister Demotte heeft zich daar gisteren akkoord mee verklaard. Dit punt zal opnieuw worden geagendeerd op de volgende interministeriële conferentie, en dan kan verslag worden uitgebracht van de werkzaamheden van deze werkgroep.
We willen zorgen voor een goede juridische, wetenschappelijke en kwaliteitsvolle basis en voor de nodige financiële ondersteuning.
De voorzitter: De heer Van Nieuwenhuysen heeft het woord.
De heer Luk Van Nieuwenhuysen: Mevrouw de minister, ik heb te weinig zicht op de efficiëntie om te oordelen of een afgeslankte MUG al dan niet een goede zaak is. Dat zal moeten blijken uit de proefprojecten. Ik hou mijn hart wel vast als ik u hoor zeggen dat de eigenlijke screening gebeurt door de dispatching. De dispatching beslist dus of er al dan niet een dokter meegaat.
Als ik u goed heb begrepen, zijn de besprekingen, meer specifiek voor wat Halle betreft, nagenoeg afgerond. Zijn er op dit ogenblik nog financiële problemen? Het ziekenhuis van Halle maakte nogal wat bezwaren op het financiële vlak. Bestaan die bezwaren nog steeds?
Er is overleg geweest met uw federale collega. Ik vrees dat dit een vervolg is op het verhaal dat we nu al jaren horen, en dat minister Demotte deze zaak op de lange baan wil laten. Ik weet dat u ter zake weinig mogelijkheden hebt, maar ik hoop dat u dit dossier met de nodige assertiviteit zult blijven volgen.
De voorzitter: De heer Demesmaeker heeft het woord.
De heer Mark Demesmaeker: Mevrouw de minister, ik heb begrepen dat het geen MUG-light zou worden, er zou alleen een eerste filtering gebeuren bij de dispatching. U hebt het gehad over het project in Leuven. In hoeverre functioneert dat? Wat zijn de ervaringen op het terrein?
Minister Inge Vervotte: Het is inderdaad niet zo dat er eerst een grondige screening moet gebeuren en pas dan wordt beslist of er al dan niet een arts moet komen. Het gaat veeleer over twijfelgevallen. Ook de bezettingsgraad en de permanentie spelen daarbij een rol. In bepaalde gevallen is het niet noodzakelijk dat er een arts wordt meegestuurd. In Leuven heeft dit project positieve resultaten opgeleverd. In bepaalde gevallen zoals verkeersongevallen zal sowieso een arts worden meegestuurd. Er wordt echter ook geregeld een beroep gedaan op MUG-diensten als dat niet echt nodig is.
Tijdens de besprekingen met de minister Demotte hebben we onder meer de randvoorwaarden van het project besproken zodat we kunnen garanderen dat het geen MUG-light wordt. Het gaat dan onder meer over de apparatuur die wordt meegestuurd. Als er geen arts wordt meegestuurd en er toch een probleem zou opduiken, moet die apparatuur dit signaleren aan de arts op de spoedafdeling die alles wat ter plaatse gebeurt, mee kan volgen. De bedoeling is maximale garanties in te bouwen.
Op basis van de positieve ervaringen in het buitenland en in Leuven wil ik het project een kans geven. Het moet wel voldoende onderbouwd en gestructureerd zijn. Wat de financiële omkadering betreft, zou het ziekenhuis akkoord kunnen gaan met het voorstel. Het financiële aspect is dus niet langer het grootste knelpunt. Nu moeten nog alleen de voorwaarden die een kwaliteitsvolle hulpverlening kunnen waarborgen worden besproken. Ik heb niet het gevoel dat dit project op de lange baan wordt geschoven. De federale overheid heeft voor 2006 al de nodige middelen vrijgemaakt.
De voorzitter: Het incident is gesloten.