Commissie voor Leefmilieu en Natuur, Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid en Ruimtelijke Ordening en Onroerend Erfgoed Vergadering van 16/06/2005
Vraag om uitleg van de heer Ludwig Caluwé tot de heer Kris Peeters, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, over de verwerkingskost van chemische sluikstorten
De voorzitter: Aan de orde is de vraag om uitleg van de heer Caluwé tot de heer Peeters, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, over de verwerkingskost van chemische sluikstorten.
De heer Caluwé heeft het woord.
De heer Ludwig Caluwé: Mijnheer de minister, heel wat grensgemeenten met Nederland worden de jongste jaren geconfronteerd met een bijzonder fenomeen dat steeds groter wordt. Ze treffen op hun grondgebied regelmatig afval van drugslabo´s aan, vermoedelijk afkomstig uit Nederland. Het afval waar die labo´s niet onmiddellijk blijf mee weten, wordt over de grens gedropt.
De voorbije zomer werd de gemeente Wuustwezel op korte tijd zes keer geconfronteerd met het sluikstorten van dergelijk chemisch afval. Het ging in het totaal over ongeveer 15.000 liter aceton, zoutzuur en restafval van amfetamineproductie.
Ook Hoogstraten werd met deze problematiek geconfronteerd. Vorig jaar moest die gemeente 1500 kilo drugsafval laten verwerken. Dat kostte 12.500 euro. Dat was het resultaat van kleine gevallen van sluikstorten. Eind mei 2005 werd in Hoogstraten op het industrieterrein echter een oplegger ontdekt met daarin meer dan 20.000 liter drugsafval van een laboratorium.
De vraag is natuurlijk wie de verwerkingskosten moet betalen. Een aantal jaren geleden beschouwde justitie dergelijke kosten als gerechtskosten. Die zou de dader dan moeten betalen, indien hij ooit werd gevonden. Justitie beperkt zich nu echter tot het nemen van enkele stalen. De rest van het afval blijft achter in de gemeente waar het werd aangetroffen.
Op dit ogenblik moeten de gemeenten dus de kosten van de verwerking op zich nemen. In een aantal gevallen gaat het om zoveel afval dat het niet meer billijk lijkt dat de gemeenten alleen voor de verwerkingskosten moeten opdraaien.
Mijnheer de minister, is deze problematiek u bekend? Hebt u cijfers over de omvang ervan? Wie moet de verwerking van dergelijk afval betalen? Indien de gemeenten voor de kosten moeten opdraaien, welke maatregelen kunt u dan nemen om die verwerking van het afval financieel draaglijker te maken?
De voorzitter: Minister Peeters heeft het woord.
Minister Kris Peeters: Mijnheer Caluwé, er zijn op dit moment op Vlaams niveau geen cijfers, en die worden ook niet bijgehouden, over de hoeveelheid sluikstortafval en de totale verwerkingskost daarvan.
Ik verwijs naar de artikelen 12, 13, 37 en 54 van het Afvalstoffendecreet, waarin een aantal bepalingen zijn opgenomen met betrekking tot deze problematiek. Dat heeft aanleiding gegeven tot een bepaalde strategie, die wordt gehanteerd door de OVAM.
Ik verduidelijk dat even. Afvalstoffen achtergelaten op openbaar domein vallen onder de verantwoordelijkheid van de burgemeester of de gouverneur. Afvalstoffen achtergelaten op privé-domein vallen onder het beheer van de privé-eigenaar, maar de burgemeester kan in zo´n geval wel het beheer afdwingen of maatregelen treffen. In het kader van de Gemeentewet heeft de burgemeester nog aanverwante bevoegdheden. In elk geval kan de OVAM, mits bepaalde vormvoorschriften en duidelijk aanwezige risico´s voor mens of milieu, ambtshalve maatregelen treffen. Dat is dus nog een bijkomend element.
Gezien de wetgever onder het gedeelte?toezicht´ expliciet taken voorziet voor de burgemeester en/ of de gouverneur, oordeelt de OVAM op basis van het subsidiariteitsprincipe dat het in de eerste plaats de taak is van de gemeenten om acties te ondernemen tegen sluikstorten. De OVAM biedt de gemeenten wel ondersteuning, zowel organisatorisch als financieel.
Daarnaast, en dat is volgens mij ook heel belangrijk in dit concrete geval, is er de samenwerkingsovereenkomst, cluster Hinder, waarin een clausule is opgenomen die de gemeenten ondersteunt bij de verwijdering van gevaarlijk afval achtergelaten door onbekenden. Het voorbeeld van die derivaten afkomstig van de aanmaak van drugs kadert daarin. Binnen bepaalde marges betaalt de OVAM 100 percent van de gemaakte kosten terug. De stad Hoogstraten heeft deze cluster ondertekend, de gemeente Wuustwezel niet. Voor 2004 heeft de stad Hoogstraten onlangs drie dossiers ingediend voor een totale verwerkingskost van 8052,76 euro. Deze aanvraag ligt momenteel ter beoordeling voor bij de OVAM.
Het systeem biedt voor de ge?nteresseerde gemeenten een aanzienlijke financiële ondersteuning. De OVAM heeft daar in 2003 ruchtbaarheid aan gegeven via de provinciale infomiddagen en de uitwerking van een typebestek.
Bij grotere partijen achtergelaten afvalstoffen, die een bijzonder karakter hebben of een hoog risico vormen, kan de OVAM wel actief tussenkomen en een ambtshalve verwijdering uitvoeren. De OVAM beschikt echter niet over interventiemiddelen zoals brandweer en/of civiele bescherming. Ze moet tevens een aantal vormvereisten volgen vooraleer sprake kan zijn van een tussenkomst. Daarenboven moet dit uiteraard worden gekaderd binnen de budgettaire mogelijkheden. De OVAM hanteert sinds 2001 jaarlijks een maximumbedrag van 500.000 euro voor die ambtshalve verwijdering van gevaarlijke afvalstoffen. Gezien de toenemende taken inzake ambtshalve bodemsanering, moet een maximum worden gehanteerd. Het budget wordt immers ook gebruikt om een aantal ambtshalve bodemsaneringen te starten en/of verder te zetten. Op deze manier wordt er een oplossing geboden aan de vele honderden onschuldige bezitters.
De invulling van de beschikbare middelen voor afvalverwijdering door de OVAM gebeurt op basis van prioriteitenstelling. Dossiers waarin reeds een vonnis is geveld tegen een in gebreke blijvende partij of dossiers met een hoog risico voor de omgeving of voor de bodem, staan natuurlijk hoog op die prioriteitenlijst.
De voorzitter: De heer Caluwé heeft het woord.
De heer Ludwig Caluwé: Ik dank de minister voor zijn antwoord. Volgens mij moet dit soort van afval inderdaad tot de belangrijkste prioriteiten behoren.
Gelet op de specifieke problematiek van grensgemeenten die hiermee worden geconfronteerd, lijkt het me zinvol dat de OVAM met die gemeenten rond de tafel gaat zitten om het te hebben over hoe een degelijke formule kan worden uitgewerkt om dit probleem op een goede manier aan te pakken. De samenwerkingsovereenkomst biedt alleszins mogelijkheden op dat vlak.
Minister Kris Peeters: Ik zal die suggesties meenemen en kijken in welke mate de OVAM op dat punt bijkomende suggesties kan doen en rond de tafel kan zitten met die grensgemeenten.
De voorzitter: Het incident is gesloten.