Commissie voor Leefmilieu en Natuur, Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid en Ruimtelijke Ordening en Onroerend Erfgoed Vergadering van 28/04/2005
Vraag om uitleg van de heer Bart Martens tot de heer Kris Peeters, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, over de watertoets bij het verlenen van vergunningen
De voorzitter: Aan de orde is de vraag om uitleg van de heer Martens tot de heer Peeters, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, over de watertoets bij het verlenen van vergunningen.
De heer Martens heeft het woord.
De heer Bart Martens: Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, sinds 24 november 2003 is met de inwerkingtreding van het nieuwe decreet integraal waterbeheer de zogenaamde 'watertoets' in Vlaanderen van kracht. Met de watertoets wordt nagegaan of een ingreep schade kan veroorzaken aan het watersysteem. Het bouwen van bijvoorbeeld een woning of het aanleggen van een verkaveling kan voor het watersysteem een schadelijke ingreep zijn. Daarom dient iedere stedenbouwkundige- en verkavelingsvergunning de watertoets te ondergaan. De bevoegde overheid mag ingrepen met een schadelijk effect weigeren of - indien de schade beperkt kan worden - compenserende maatregelen opleggen.
De watertoets werd vooral ingevoerd als een instrument voor de beoordeling van nog niet aangesneden woonuitbreidingsgebieden die in overstroombaar gebied liggen en die best vanuit het oogpunt van de bestrijding van wateroverlast niet bebouwd worden. Maar tot op vandaag worden nog steeds bouwvergunningen afgeleverd en plannen goedgekeurd om te bouwen in overstromingszones.
De watertoets wil daarenboven niet alleen ingrepen die een effect hebben op de kwantiteit van het water beoordelen, maar ook de kwaliteit van het oppervlakte- of grondwater is een belangrijk criterium. Dus ook ruimtelijke structuur- en uitvoeringsplannen zijn onderworpen aan de watertoets. Hetzelfde geldt voor plannen van ruilverkaveling, landinrichting en natuurinrichting. De aanleg van wegen en andere grote infrastructuur ontsnapt er evenmin aan.
De Raad van State heeft in zijn arrest van 18 januari 2005 het ruimtelijk uitvoeringsplan van de gemeente Nevele vernietigd omdat geen watertoets werd uitgevoerd. Het is jammer dat de heer Lachaert nu niet aanwezig is, want hij is heel goed op de hoogte van de problematiek. De gemeente wilde een gebied, dat vroeger meer dan eens overstroomde, verkavelen en had daartoe maatregelen genomen om de wateroverlast tegen te gaan. Dat voldeed niet volgens de Raad van State, want er diende wel degelijk een watertoets conform het decreet uitgevoerd te worden.
Willen we dus uit de juridische, ecologische en bestuurlijke impasse geraken, dan moet er dringend werk gemaakt worden van de nodige uitvoeringsbesluiten. De invulling van de watertoets laat immers al lang genoeg op zich wachten. In deze 'chaotische' toestand nemen lokale overheden nog steeds kortzichtige beslissingen die het overstromingsgevaar blijvend vergroten. Ik wil dit niet veralgemenen, maar er kunnen zeker voorbeelden worden gegeven van beslissingen die met een correct uitgevoerde watertoets niet genomen hadden kunnen worden. Laat ons niet wachten op de volgende overstroming vooraleer in actie te schieten.
Mijnheer de minister, hoe ver staat het met de opmaak van het uitvoeringsbesluit bij het decreet integraal waterbeleid? Het uitvoeringsbesluit moet uitvoering geven aan het instrument van de watertoets. Welke richtlijnen worden voorbereid om de grenzen af te bakenen waarbinnen schade veroorzaakt aan oppervlakte- en grondwater, moet worden onderzocht? Hoever staat het met de opmaak van de overstromingskaarten, die voor de gemeenten als leidraad kunnen dienen bij het beoordelen van nieuwe verkavelingen?
De voorzitter: Mevrouw Van den Eynde heeft het woord.
Mevrouw Marleen Van den Eynde: Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik was niet van plan om het woord te vragen, maar ik wil even opmerken dat ik heel slechte ervaringen heb met de watertoets bij een concreet probleem in mijn gemeente. Ik betreur dat de watertoets niet is wat hij moet zijn. Een gemeentebestuur kan na de uitspraak over de watertoets zware onderhandelingen voeren waardoor de watertoets wordt herzien. Ik heb daar een heel slecht gevoel bij. Ik zal u nog een schriftelijke vraag stellen over dit concrete probleem. Ik hoopte dat de watertoets soelaas zou brengen bij een aantal problemen met wateroverlast, maar ook bij een tekort aan water en een verstoring van de waterhuishouding. Het voorval heeft me echt geschokt en het is duidelijk dat de watertoets niet is wat hij zou moeten zijn.
De heer Erik Matthijs: Mijnheer Martens, lokale besturen nemen de dag van vandaag geen lichtzinnige beslissingen meer. Als bepaalde wijken, meestal in woonuitbreidingsgebieden met sociale verkavelingen, jaarlijks overstromen, dan wordt bij een overstroming zeker één persoon uit zijn bed gebeld en dat is de burgemeester. Ik ben me als burgemeester dan ook heel goed bewust van de problemen die in vele gevallen onoplosbaar zijn. De regering heeft al heel wat gedaan om de watertoets toe te passen. Ik denk aan de stedenbouwkundige verordeningen inzake hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen. Ook de CIW heeft een nota gestuurd aan de VVSG en de VVP. Er is al heel wat gebeurd, maar een en ander moet nog op punt worden gesteld.
De voorzitter: Minister Peeters heeft het woord.
Minister Kris Peeters: Mijnheer de voorzitter, dames en heren, door de Vlaamse administratie wordt een ontwerp van uitvoeringsbesluit bij het decreet integraal waterbeleid opgemaakt. Aan dit ontwerp wordt momenteel de laatste hand gelegd. Ook de Coördinatiecommissie Integraal Waterbeleid, CIW, is daarbij betrokken. Ik zal het ontwerp zo snel mogelijk en zeker in de loop van 2005 ter goedkeuring voorleggen aan de Vlaamse Regering. In het najaar van 2004 heeft de CIW een nota met toelichting verspreid, gericht aan haar leden.
Voor de geografische begrenzingen zullen er kaarten bij het ontwerp van besluit mee ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Vlaamse Regering. In het verleden werden al vragen gesteld over de indicatieve kaarten voor het inschatten van het risico op overstroming van gronden. Samen met het uitvoeringsbesluit voor de watertoets zal er, naast andere kaarten, een verbeterde kaart met de overstromingsgevoelige gebieden ten behoeve van de watertoets ter goedkeuring worden voorgelegd.
De voorzitter: Het incident is gesloten.