Commissie voor Openbare Werken, Mobiliteit en Energie Vergadering van 24/09/2002
Vraag om uitleg van de heer Eloi Glorieux tot de heer Steve Stevaert, minister vice-president van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, over de informatieverstrekking aan de huishoudelijke afnemers bij de volledige vrijmaking van de electriciteitsmarkt
De voorzitter : Aan de orde is de vraag om uitleg van de heer Glorieux tot de heer Stevaert, minister vice-president van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, over de informatieverstrekking aan de huishoudelijke afnemers bij de volledige vrijmaking van de elektriciteitsmarkt.
De heer Glorieux heeft het woord.
De heer Eloi Glorieux : Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, op 1 januari 2003 zal de volgende stap gezet worden in de vrijmaking van de elektriciteitsmarkt. Op 1 juli 2003 wordt de elektriciteitsmarkt volledig vrijgemaakt en zullen in theorie ook de kleine huishoudelijke klanten hun stroomleverancier vrij kunnen kiezen. In de praktijk is de overgang naar een volledig vrijgemaakte stroommarkt evenwel afhankelijk van verschillende factoren. In de eerste plaats moeten de gezinnen goed op de hoogte gebracht worden van de mogelijkheid om van stroomleverancier te kunnen veranderen, van de verschillende alternatieve stroomleveranciers waartoe ze zich kunnen wenden en van de voor- en nadelen die aan iedere leverancier verbonden zijn.
Het overschakelen van de oude monopolist naar een andere leverancier zal pas gebeuren als dit administratief en technisch zeer vlot verloopt en als er bij de klanten niet de minste twijfel bestaat omtrent de bevoorrading. In Nederland hebben alle leveranciers samen de 'Clearing House' opgericht, een soort kruispuntbank waar op een vlotte en automatische manier het wisselen van stroomleverancier mogelijk wordt gemaakt. Het lijkt me aangewezen dat de VREG, de Vlaamse regulerende instantie voor elektriciteit en gas, in samenspraak met alle leveranciers, ook een gelijkaardige onafhankelijke instelling in Vlaanderen zou oprichten.
Het is een beleidsdoelstelling van de regering om het aandeel van de hernieuwbare elektriciteit op te trekken tot minstens 3 percent in 2004. Volgens een recente enquête die in opdracht van Greenpeace door het pollbureau INRA werd verricht, blijkt dat in België in een vrije elektriciteitsmarkt 83 percent van de burgers zou kiezen voor groene stroom. Het is in dit opzicht belangrijk dat de bevolking goed geïnformeerd wordt over de oorsprong van de stroom die de verschillende leveranciers aanbieden. Om bij te dragen tot de realisatie van de beleidsdoelstelling inzake hernieuwbare energie, is het hierbij aangewezen dat de overheid de burgers zou motiveren om hun stroom zoveel mogelijk aan te schaffen bij de meest groene leveranciers.
Op dit ogenblik blijken de verschillende betrokken partijen, Electrabel, Luminus enzovoort, elk hun eigen Clearing House op te richten in plaats van te streven naar één gezamenlijke en onafhankelijke instelling. Als ik me niet vergis, moet volgens het elektriciteitsdecreet de netbeheerder de informatieverschaffing hierover coördineren. Ik weet niet wat dit precies inhoudt. Betekent dit dat de netbeheerder een brief naar alle burgers zal schrijven met de uitleg over wat hen allemaal te wachten staat? Het is des te meer van belang dat er een onafhankelijk informatiepunt komt waar de burger inlichtingen krijgt over de prijzen van de stroom bij de verschillende leveranciers, welke maatschappij groene stroom levert enzovoort.
Ook een belangrijk aandachtspunt is de informatieverstrekking aan de armere gezinnen. Uit een studie die werd verricht in Noord-Ierland en Groot-Brittannië blijkt dat vooral deze bevolkingsgroep de minste informatie krijgt en zichzelf het minst spontaan informeert over de bestaande mogelijkheden. Bijgevolg missen deze mensen een kans om hun stroomfactuur naar beneden te halen door bewust voor een bepaalde leverancier te kiezen.
Mijnheer de minister, welke informatie-initiatieven zullen worden genomen om de burgers voor te bereiden op de totale vrijmaking van de elektriciteitsmarkt tegen 1 juli 2003 en hen op een objectieve wijze te informeren over de mogelijkheid om van stroomleverancier te veranderen? Ik weet dat we vandaag dagelijks worden geconfronteerd met reclamespots en advertenties in kranten van stroomleveranciers die proberen de KMO's aan zich te binden, waarvoor de markt reeds vroeger vrijkomt. De burgers hebben echter vooral nood aan informatie hoe ze kunnen overschakelen, wat ze daarvoor moeten doen, wanneer enzovoort. Zal de burger aangemoedigd worden om te kiezen voor een groene stroomleverancier? Zo neen, waarom niet? Zo ja, hoe zal dit gebeuren?
Welke initiatieven zullen worden genomen om het overschakelen naar een andere stroomleverancier technisch en administratief vlot te laten verlopen? Wordt eraan gedacht om de VREG een soort onafhankelijk Clearing House te laten oprichten zoals dat in Nederland het geval is?
De voorzitter : Minister Stevaert heeft het woord.
Minister Steve Stevaert : Mevrouw de voorzitter, geachte leden, vanaf juli 2003 hebben alle elektriciteits- en aardgasgebruikers in Vlaanderen, ook de gezinnen, de mogelijkheid om van energieleverancier te veranderen. Op diverse manieren zullen de gezinnen en de bedrijven op de hoogte worden gebracht van deze mogelijkheid.
Ten eerste brengen de elektriciteits- en aardgasnetbeheerders alle klanten die in aanmerking komen om van energieleverancier te veranderen, hiervan ten minste twee maanden op voorhand op de hoogte. Voor de gezinnen betekent dit dat zij voor 1 mei 2003 een brief van hun huidige elektriciteits- en aardgasverdeler zullen ontvangen waarin hen de procedure wordt uitgelegd om van energieleverancier te veranderen.
Ten tweede zullen uiteraard ook de energieleveranciers de gezinnen op de hoogte brengen van de mogelijkheid om van leverancier te veranderen. Bestaande leveranciers zullen hun klanten trachten te behouden. Nieuwe leveranciers zullen naambekendheid willen opbouwen en zullen grote inspanningen leveren om de huisgezinnen te overtuigen om van leverancier te veranderen.
Ten derde zal de VREG erop toezien dat de communicatie van de netbeheerder op een neutrale manier gebeurt. Zo moeten de distributienetbeheerders hun klanten op een objectieve manier informeren over de mogelijkheid om van leverancier te veranderen en mogen zij geen voorkeur laten blijken voor een bepaalde leverancier. De VREG zal daarnaast een communicatiecampagne voeren, met radiospots, advertenties, folders, redactionele artikels en presentaties.
De eerste golf van de communicatiecampagne die momenteel aan de gang is, mikt op de KMO-klanten. De tweede golf is gepland in het voorjaar van 2003 en zal de huisgezinnen aanspreken. De VREG beschikt ten slotte over een zeer toegankelijke website waar alle bedrijven en gezinnen terechtkunnen voor objectieve informatie met betrekking tot de vrijmaking van de energiemarkt.
Op diverse manieren zullen de burgers worden aangemoedigd om te kiezen voor een groenestroomleverancier. Via het systeem van groenestroomcertificaten worden de energieleveranciers verplicht om een bepaald percentage van de geleverde stroom aan te bieden op basis van hernieuwbare energiebronnen. Daarnaast werd beslist om het distributienettarief niet aan te rekenen voor groene stroom, waardoor de verkoopprijs van groene stroom wordt gedrukt en het voor de gezinnen aantrekkelijker wordt om groene stroom te kopen. Bovendien zijn de elektriciteitsleveranciers verplicht om de oorsprong van de geleverde elektriciteit op de factuur te vermelden. Op die manier worden de gezinnen bewust gemaakt van de wijze waarop de verbruikte elektriciteit wordt geproduceerd en worden ze aangemoedigd om te kiezen voor een milieuvriendelijke elektriciteitsproductie.
Om het veranderen van energieleverancier vlot te laten verlopen, hebben de distributienetbeheerders in nauw overleg met de VREG een systeem uitgewerkt. Per netbeheerder zal een aansluitingsregister worden bijgehouden waarin staat wie elektriciteit afneemt van welke leverancier. Voor de hele elektriciteitssector werd een uniform communicatieprotocol opgesteld dat gebruikt zal worden door alle distributienetbeheerders. Dit protocol moet nog worden goedgekeurd worden door de VREG. Elke leverancier kan dit protocol gebruiken bij zijn informatieuitwisseling met elke distributienetbeheerder. Het is niet strikt vereist dat één enkel Clearing House wordt opgericht, want het gebruikte protocol is gemeenschappelijk en de geografische ligging van de aansluiting bepaalt naar welke distributienetbeheerder het bericht met informatie over een leverancierswissel moet worden gestuurd.
De voorzitter : De heer Glorieux heeft het woord.
De heer Eloi Glorieux : Mijnheer de minister, ik dank u voor het antwoord. De informatieverstrekking moet op een grondige en onafhankelijke wijze gebeuren. We worden al overspoeld met radiospotjes van Electrabel en Luminus, met als boodschap : 'Wij zijn de beste, kom naar ons'. De burger heeft echter andere informatie nodig op het ogenblik dat de markt vrij wordt. De burger wil weten hoe hij kan veranderen en wanneer.
Daarnaast is er natuurlijk ook de specifieke informatie die eigen is aan de verschillende klanten. Het is de taak van de VREG om erop toe te zien dat de informatieverstrekking objectief gebeurt, want dat is heel belangrijk. Ik merk dat er om de KMO's voor te bereiden op de vrijmaking tegen 1 januari door allerlei instanties, bijvoorbeeld door de Kamer van Koophandel, lokale informatiesessies worden georganiseerd. Dat soort initiatieven is natuurlijk moeilijker te organiseren voor alle burgers. Toch is het heel belangrijk om de burgers goed te in te lichten.
Ik wil nog even verwijzen naar mijn bemerking over de armere gezinnen als specifieke doelgroep. In Noord-Ierland en Groot-Brittannië hebben die mensen blijkbaar weinig of geen toegang tot dat soort informatie. Als gevolg daarvan maken ze veel minder gebruik van de vrijmaking van de elektriciteitsmarkt om hun stroomfactuur naar beneden te halen. Daaruit blijkt dat de informatieverstrekking van groot belang is, anders zijn de meeste mensen niet op de hoogte. De informatie moet onafhankelijk zijn en mag niet enkel bestaan uit reclameboodschappen van een of andere privé-maatschappij.
De voorzitter : Het incident is gesloten.