Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, Daarkom kent u voldoende. Het is niet de eerste keer dat daarover een vraag wordt gesteld, en wellicht is het ook niet de laatste keer. Al hoop ik dat het toch ooit de laatste keer wordt. We kennen Daarkom als het Vlaams-Marokkaans Culturenhuis dat iets minder dan tien jaar geleden in Brussel is opgericht, in het gebouw La Gaîté. Onlangs antwoordde u op mijn vraag naar cijfers. Cijfers zijn relevant, want meten is weten. Uit uw antwoord blijkt het volgende, en ik kijk nu toch even op mijn blaadje papier. De eerste jaren, van 2006 tot 2011, was het gebouw gewoon niet open. Gedurende ongeveer vijf jaar heeft men gerenoveerd. Van 2006 tot 2014 kostte dit project 7.407.955 euro. Het jaarlijkse huurcontract kost Vlaanderen 236.511 euro, of bijna 10 miljoen oude Belgische frank.
Uit uw eigen cijfers leid ik af dat Daarom een erg beperkte werking ontwikkelt. In het eerste jaar, in 2011, zijn er amper 31 activiteiten georganiseerd. In 2012 werden de vergaderzaal en de theaterzaal 39 keer gebruikt. 28 activiteiten werden in dat jaar door derden ingericht. Het afgelopen jaar werden ongeveer 60 activiteiten georganiseerd. Als we het geheel in ogenschouw nemen, dan mogen we spreken van een moeilijke opstartfase. Ik denk zelfs dat er sprake is van wanbeheer. Er zijn directeurs ontslagen en er is een crisismanager aangesteld. Ik wil u daarover een concrete vraag voorleggen. Onlangs zei u dat u de ambassadeur van Marokko zult spreken over dit Vlaams-Marokkaans project. U pleitte ook al voor een nomadisch bestaan van het initiatief. Welke conclusies trekt u uit deze cijfers voor de verdere werking en financiering van Daarkom?
Minister Gatz heeft het woord.
Voorzitter, collega's, mijnheer Vanlouwe, ik verbind daar op dit moment nog geen conclusies aan, omdat ik niet anders kan. Het spijt me dat ik ten dele hetzelfde moet antwoorden als wat ik ongeveer drie weken geleden daarover in de commissie Cultuur heb gezegd. Uw analyse is grotendeels juist. Er zijn al zeer veel middelen naar het project gegaan. Het project is ook nooit van de grond gekomen zoals de initiatiefnemers het hadden gehoopt. Op dit ogenblik zitten we dus met een erfenis die ons noopt tot het nemen van nieuwe beslissingen.
In concreto weten we wat de Vlaamse en de Marokkaanse overheid daarin hebben geïnvesteerd. Het gaat niet alleen over werkingsmiddelen, maar ook over investeringen. We weten dat we gebonden zijn aan een vrij langdurig en duur huurcontract. Toch zijn er een aantal positieve signalen sinds de crisismanager zich over de werking heeft ontfermd. Sedert het beantwoorden van uw vraag en die van mevrouw Idrissi heb ik verschillende gesprekken gevoerd met stakeholders over de inhoud van het project. Ik sprak uiteraard met de raad van bestuur van Daarkom zelf, met de crisismanager, en volgende week ook met de ambassadeur van het Koninkrijk Marokko.
Eind november zal ook de minister-president met hem spreken. Dat is niet zonder belang, want er moet een beslissing door de twee partners worden genomen. In het begin heeft men gekozen voor een interstatelijke constructie die in een verdrag is gegoten, en Daarkom is daaruit ontstaan. Dat betekent dat we met twee moeten overleggen en kijken welke toekomst dit project kan hebben. Op dat vlak reserveer ik voor mezelf nog wat tijd vooraleer ik daarover iets zeg. Er tekenen zich misschien al wat contouren af, maar ik ga daar niet unilateraal uitspraken over doen alvorens ik de hoffelijkheid heb opgebracht om daarover met de ambassadeur van Marokko te overleggen. U zult dat begrijpen.
Voorzitter, minister, collega's, ik noteer dat u ongeveer hetzelfde zegt als wat u drie weken geleden hebt gezegd: u zult met de ambassadeur van Marokko praten. Het is wel een oud dossier. Ik hoop dat u als bevoegde minister heel snel een initiatief neemt. Het kan toch niet dat dit huurcontract – dat goed is voor 236.000 euro per jaar en als een molensteen rond de nek van Vlaanderen hangt – amper iets oplevert qua werking.
Heel wat initiatieven in Brussel verdienen bijkomende ondersteuning. Het is op dit ogenblik niet altijd gemakkelijk. Ik denk aan onderwijs, kinderopvang. Als ik zie welke bedragen er gegaan zijn naar dit initiatief, vraag ik me af of die niet beter op een andere, efficiëntere manier in Brussel zouden zijn geïnvesteerd. Ik hoop daadwerkelijk dat u snel een beslissing neemt met de Marokkaanse overheid en dat het geen bodemloze put blijft.
De heer Poschet heeft het woord.
Vorig jaar werd Hugo De Greef aangesteld als crisismanager voor Daarkom. Hij heeft een eindrapport opgesteld. Wat zijn de aanbevelingen daarin en welke beleidskeuzes koppelt u daaraan? U zegt dat u gesprekken had met stakeholders, minister. Wie waren dat juist?
Mevrouw Idrissi heeft het woord.
Mijnheer Vanlouwe, uw vraag doet me vermoeden dat het eigenlijk helemaal niet gaat om het project Daarkom. Dezelfde vraag hebt u enkele weken geleden in de commissie gesteld. Het is vreemd dat de vorige regering er eerst voor heeft gezorgd dat een groot deel van de subsidies van Daarkom werden afgenomen, waardoor er bijna geen werking kon worden gerealiseerd, en dat u nu komt zeggen dat er geen werking is. Natuurlijk, als je al die middelen afneemt, is het moeilijk om een werking te ontwikkelen.
In de commissie hebt u ook geantwoord, minister, dat u ging spreken met stakeholders en met de Marokkaanse ambassadeur. Wanneer wilt u naar het parlement komen met een plan voor Daarkom? Daar kijk ik erg naar uit.
Mijnheer Vanlouwe, u bent niet op de hoogte. Zelfs gisteren nog was er een groot event in Daarkom.
U hebt de vraag gesteld. We gaan geen debat onder elkaar voeren.
De heer Caron heeft het woord.
Ik wil mijn waardering uitspreken voor de ernst waarmee de minister het dossier wil aanpakken. Het dossier is in alle opzichten besmet en verbrand. Mijnheer Vanlouwe, ik wil u de aanbeveling meegeven om u wat in het dossier te verdiepen, voor u dergelijke gratuite uitspraken doet. (Opmerkingen)
Het is waar dat het dossier slecht is bemeesterd. Maar er zijn ook heel goede verklaringen voor, en die liggen voor een groot deel bij de vorige regering, die het zelf de nek om heeft gewrongen. En nu zitten we ermee. Sorry, het moet worden gezegd zoals het is. Ik zeg niet dat het beheer goed was, maar het heeft ook nooit de kans gekregen om tot enige wasdom te komen.
Minister, ik ben blij dat u het rapport van Hugo De Greef mee in ogenschouw neemt. Ik zal het plat zeggen: ofwel sluit u de tent, ofwel maakt u een reële werking mogelijk met een redelijk, niet onnozel budget. Die keuze hebben we gemist in de vorige legislatuur. (Applaus bij Groen)
De heer Janssens heeft het woord.
Minister, ik zal een andere insteek geven dan de twee andere oppositiepartijen. Daarkom betekent, zo heb ik althans op de website gelezen: ‘jullie huis’ of zoiets als ‘welkom, doe alsof je thuis bent’. Als de tienduizenden Vlamingen en Brusselaars van Marokkaanse origine de voorbije decennia werkelijk zouden hebben gedaan alsof ze zich hier thuis voelen, kun je je toch afvragen waarom er nog een zwaar gesubsidieerd Vlaams-Marokkaans cultuurhuis nodig is. We hebben dit jaar vijftig jaar migratie naar Vlaanderen herdacht, onder andere ook uit Marokko. Wie zich al een halve eeuw hier heeft gevestigd, zou zich toch al lang Vlaming onder de Vlamingen moeten voelen. Zijn er bijvoorbeeld in de Verenigde Staten nog veel Amerikaans-Vlaamse cultuurhuizen? (Opmerkingen)
Ik denk het niet, omdat men Amerikaan onder de Amerikanen is. Dat is ook inburgering die naam waardig.
Daarom, minister, wanneer u vaststelt dat dit project de belastingbetaler veel geld kost en weinig of niets oplevert, kan ik u alleen maar verzoeken om de enige juiste conclusie te trekken en dit project te stoppen.
Het minste wat we kunnen zeggen, is dat dit dossier de gemoederen beroert en dat de meningen heel uiteenlopend zijn.
Ik wil even ingaan op de vraag van de heer Poschet. De bevindingen van de crisismanager gaan in de richting van een inbedding van het huis in een samenwerkingsverband met andere instellingen, Vlaamse instellingen in Brussel.
De gesprekspartners die ik heb gezien als brede stakeholders van Daarkom, durf ik te bestempelen als vertegenwoordigers van de levende Marokkaanse gemeenschap in Brussel. Om allerlei redenen, ook redenen van privacy, zal ik de mensen met wie ik soms vertrouwelijke gesprekken voer, niet met naam en toenaam noemen. U moet zich daar geen al te gekke dingen bij voorstellen. Het gaat erom een aantal verstandige mensen te zien en om hun te vragen hoe zij de toekomst van dit niet eenvoudige project zien.
De vraag van mevrouw Idrissi naar de timing is terecht, we kunnen dit niet eeuwig laten aanslepen. Ik moet en zal erin slagen om tegen het jaareinde een scenario naar voren te schuiven. Het kunnen meerdere scenario’s zijn. Ik wil het daar gerust met u over hebben in de commissie.
Laat me in dit dossier, dat al een hele voorgeschiedenis heeft – de heer Caron verwees er al naar –, nog even de tijd. Laat me minstens nog een aantal belangrijke contacten hebben met onze partner om te bekijken hoe we een goede oplossing kunnen vinden voor dit project.
Mijnheer Caron, ik heb me wel degelijk verdiept in dit dossier. Ik heb de cijfergegevens die klaar en duidelijk aantonen hoeveel geld hierin werd gestoken: 7.407.000 euro. Dat is gigantisch veel geld. Bovendien is er de koppeling aan een huurcontract van maar liefst 236.000 euro.
Ik hoor de bemerking dat bepaalde subsidies zouden zijn afgenomen. De vraag is natuurlijk of de subsidies zijn afgenomen omdat er geen werking was dan wel omdat afspraken niet werden nageleefd door het bestuur.
Ik kan alleen maar vaststellen dat er heel wat directies zijn geweest, dat er een verloop is geweest van personeel en dat er crisismanagers werden aangesteld. Nu is het acht jaar geleden dat het project werd opgestart, vijf jaar daarvan hebben gediend voor de renovatie van een project. Ik vraag mij echt af of dit op een efficiënte manier werd bestuurd.
Ik heb ook gehoord dat we spreken van een besmet dossier, een verbrand dossier, een slecht bemeesterd dossier. Er moet worden bekeken waar de verantwoordelijkheid daarvoor ligt. (Applaus bij de N-VA)
De actuele vraag is afgehandeld.