Verslag plenaire vergadering
Verslag
Dames en heren, aan de orde is het actualiteitsdebat over het politieke akkoord voor een zesde staatshervorming.
Het debat is geopend.
De heer Van Hauthem heeft het woord.
Minister-president, collegas, het applaus aan het einde van uw verklaring maakt duidelijk dat niet iedereen er zo enthousiast over is. Dat geldt vooral voor het eerste deel.
Minister-president, u hebt zich maandenlang en soms jarenlang weggestoken achter het feit dat u zogezegd niet kon worden betrokken bij de communautaire onderhandelingen. Wij hebben u meermaals aangemaand om uw stem te laten horen. Nu alles in kannen en kruiken is, doet u dat. U komt zonder blikken of blozen zeggen dat er wat het Vlaamse regeerakkoord en de Octopusnota betreft, eigenlijk geen vuiltje aan de lucht is.
Dat is uw boodschap vandaag, namens neem ik aan de gehele Vlaamse Regering. Minister-president, u weet pertinent dat dat niet zo is. U weet pertinent dat de fiscale autonomie niet degene is die in de Octopusnota staat. U weet pertinent dat het inzake bevoegdheden niet datgene is dat in de Octopusnota staat. U weet pertinent dat het wat betreft de Financieringswet niet geregeld is zoals u dat in uw Octopusnota had vooropgesteld.
U weet ook zeer goed dat het akkoord rond Brussel-Halle-Vilvoorde en Brussel, zowel politiek als juridisch, pertinent ingaat tegen uw Octopusnota, want het gaat in tegen de territoriale integriteit van Vlaanderen, die u zo bejubelt in uw Octopusnota. De Franstaligen krijgen daarvoor rechten bij, in Brussel gaat de tweetaligheid achteruit en worden wij politiek gewoon geliquideerd.
Kortom, wij zitten met een staatshervorming zoals die in de jaren 80 en daarvoor altijd naar voren is gekomen: bevoegdheidsoverdracht naar alle deelstaten, maar wel op de kap van de Brusselse Vlamingen en van de Vlamingen in de Rand, en financieel cash betaald. Dat is het principe dat in deze staatshervorming zit. En dat gaat in tegen uw regeerakkoord. Zelfs Jean-Luc Dehaene noemde dit absoluut geen copernicaanse omwenteling.
Waar u het lef vandaan haalt om, na jarenlang te zwijgen, hier kwansuis te zeggen dat er wat betreft het Vlaamse regeerakkoord geen vuiltje aan de lucht is, is mij een raadsel. Tenzij de oude CVP misschien is teruggekomen. (Applaus. Opmerkingen)
Wij hadden gehoopt dat men vanuit dit beleidsniveau zou wegen op de communautaire onderhandelingen en dat men desnoods, als het ingaat tegen wat hier kamerbreed is afgesproken, vanuit dit parlement en deze Vlaamse Regering de oppositie zou organiseren tegen wat men niet goed vindt. Maar neen, het omgekeerde is waar.
En hoe groot het raadsel ook is waarom u hier komt zeggen dat er geen vuiltje aan de lucht is, het is wat ons betreft nog onduidelijker hoe u de N-VA achter deze regeerverklaring hebt gekregen. Ik begrijp het absoluut niet meer. Ik weet, collegas van de N-VA, dat u bij de Septemberverklaring een beetje boos was op ons omdat wij zogezegd alleen u viseerden. Dat is niet waar. Wij hebben in al onze communicatie vooral de onderhandelende partijen geviseerd. Maar wij mogen toch nog vragen stellen over de positie van de N-VA, naar aanleiding van de Septemberverklaring, en zeker naar aanleiding van wat de minister-president vandaag komt verklaren? Want kon u zich bij de septemberverklaring nog wegstoppen achter het feit dat nog niet het hele akkoord gekend was, dan kennen we vandaag het akkoord wel. En dus kunt u zich achter dat argument niet meer wegstoppen, mijnheer De Wever.
Het gaat dus niet op om enerzijds het akkoord terecht af te branden, en u anderzijds te scharen achter een regeerverklaring waarin staat dat het regeerakkoord en de Octopusnota geen geweld wordt aangedaan.
Over de fiscale hervorming zei de voorzitter van de N-VA op 1 oktober in De Tijd: Dit is de fiscale autonomie van de gemeente Bommerskonten. U vindt dat schitterend, minister-president, en blijkbaar heel uw regering. Volgens de voorzitter van een coalitiepartner stevenen we af op de fiscale autonomie van de gemeente Bommerskonten. Dus Vlaanderen is gelijk aan Bommerskonten.
Ten tweede zei de heer De Wever op zijn gezinsdag in Bokrijk het volgende: Er loeren grote bedreigingen. Als de nota-Di Rupo wordt uitgevoerd en dat wordt ze nu zullen Brussel en Wallonië meer dan een miljard bij krijgen terwijl Vlaanderen zwaar zal moeten inleveren. Hij heeft gelijk. Daarnaast wil de PS onze middenklasse en onze bedrijven nog maar eens laten opdraaien voor de federale tekorten door massieve belastingverhogingen. Ik wil duidelijk zijn: de rekeningen doorschuiven naar Vlaanderen, het zal met de N-VA in de Vlaamse Regering niet waar zijn. Aan de nota-Di Rupo zeggen wij vandaag nog meer dan gisteren luid en duidelijk neen. Duidelijker kan niet.
Collegas van de N-VA, wij gaan u niet vragen om de Vlaamse Regering te verlaten, hoewel daar misschien redenen voor zijn, maar dat moet u voor uzelf uitmaken. Vorige week heeft de heer Demesmaeker hier nog gezegd dat het akkoord over de splitsing van het gerechtelijk arrondissement Brussel niet kon. Als dat zo zou doorgaan, zou er een zwaar probleem zijn. De teksten zijn er nu, en nauwelijks een week later is er geen enkel probleem. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Minister-president, wat is de cohesie nog in deze Vlaamse Regering? Moet de N-VA eruit of niet? Dat moeten ze zelf bepalen. We hadden wel gehoopt dat de Vlaamse Regering in het algemeen oppositie zou voeren tegen slechte akkoorden. Nog meer hadden we gehoopt dat de N-VA binnen de Vlaamse Regering de druk zou opvoeren, dat ze binnen de Vlaamse Regering de coalitiepartners zou stuwen om het Vlaamse regeerakkoord en de Octopusnota uit te voeren. We hadden van de N-VA gehoopt dat ze binnen de regering ervoor zou zorgen dat de Vlaamse Regering eindelijk buiten de lijntjes zou kleuren. Helaas neemt de N-VA blijkbaar genoegen met de vaststelling de foute vaststelling dat er geen vuiltje aan de lucht is.
U kunt geen twee dingen tegelijk doen. Ik zeg dit in alle kalmte. U kunt niet aan de overkant oppositie voeren tegen een akkoord dat u terecht, zeer terecht, slecht vindt. Wij gaan daar ook oppositie tegen voeren, hopelijk kunnen we dat schouder aan schouder doen. U kunt u niet verstoppen. U kunt niet aan de overkant oppositie voeren en hier zeggen dat u gewoon in de regering blijft zitten, onder het motto: het is een ander niveau. Die vlieger, collegas van de N-VA, gaat niet op. Als u uw geloofwaardigheid wilt behouden, en de rechtlijnigheid waar u zo graag over spreekt, wel we geven u nog een kans. Wij zullen in de komende weken en maanden hier in dit Vlaams Parlement moties betreffende een belangenconflict indienen om datgene wat er federaal aan de hand is, te blokkeren, omdat het niet in overeenstemming is met die Octopusnota. Dan zult u kleur moeten bekennen. U hebt dat eigenlijk vandaag al gedaan, mijnheer De Wever, door te zeggen het federale is dit en het Vlaamse is dat, alsof wij daar niet bij betrokken zijn.
Ik dacht, collegas van de N-VA, dat u in de Vlaamse Regering zat om de waakhond te spelen over dat Vlaams regeerakkoord en de Octopusnota. Ik moet vaststellen dat u vandaag abdiceert, want, mijnheer De Wever, u hebt in datzelfde interview in De Tijd op 1 oktober gezegd: Het wordt oorlog op alle fronten. Op het front dat ertoe doet, dit front, hebt u vandaag al gecapituleerd. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Sanctorum heeft het woord.
Voorzitter, ik heb even gewacht tot het applaus gedaan was, anders zou het erop lijken dat het Vlaams Belang voor Groen! applaudisseerde en dat zou als een tang op een varken slaan. (Opmerkingen van het Vlaams Belang)
Collegas, bravo! We hebben niet alleen een communautair akkoord bereikt in dit land, na jaren aanslepende communautaire spanningen, een akkoord waarin BHV wordt gesplitst, zowel de kieskring als het gerechtelijke arrondissement, maar ook een akkoord waarin Brussel middelen krijgt, specifiek voor onder meer veiligheid en mobiliteit, waarin de fiscale autonomie voor het Vlaamse Gewest toeneemt van 43 naar 78 procent, waarin bevoegdheden worden overgedragen ter waarde van 17 miljard euro en waarin, last but not least, excessieve voordelen voor politici worden aangepakt.
Maar, collegas, het federale akkoord heeft ook de toets van het Vlaamse regeerakkoord doorstaan. (Opmerkingen van het Vlaams Belang)
Zo heeft de minister-president ons daarnet uitgelegd. Dat betekent dat de N-VA in de regering blijft zitten en loyaal het communautaire akkoord mee zal uitvoeren. Zo heb ik dat duidelijk begrepen. Heel wat bevoegdheden en middelen worden overgeheveld van het federale naar het Vlaamse niveau en ook de N-VA-ministers zullen dit akkoord natuurlijk moeten uitvoeren. Zeker onze Vlaamse minister van Financiën van de N-VA zal heel wat werk krijgen met het fameuze opcentiemenmodel op de personenbelasting.
En, collegas, eigenlijk is de wierook van de Vlaamse Regering en van de Vlaamse minister-president voor de fameuze vlinder van Elio Di Rupo en de acht onderhandelende partijen, een goede zaak. De bevolking is het beu en snakt naar stabiliteit op politiek vlak na deze communautair woelige tijden en in deze financieel woelige tijd. Als de N-VA consequent is wat ik hoop dan moet de partij het akkoord over de staatshervorming ook goedkeuren in de Kamer. (Rumoer)
Beste collegas, ik kom tot mijn punt. Ik vrees dat de waarheid anders zal zijn. Ik heb het persbericht op de site van de N-VA eens gelezen en nu ben ik bezorgd. De titel luidt: Een historische kans gemist. Goed, dat is niet nieuw, maar wat verder staat: De nieuwe financieringswet zal Vlaanderen effectief met een heel zware factuur opzadelen, en toch zegt de N-VA: maar we blijven in de Vlaamse Regering. Er staat: De Vlamingen in Brussel krijgen nog minder rechten, de Franstaligen in Vlaams-Brabant nog meer voorrechten, maar we blijven in de Vlaamse Regering. De communautaire conflicten worden aangewakkerd, het akkoord bevat reeds de kiemen voor toekomstige conflicten, maar we blijven in de Vlaamse Regering. Bevoegdheden: zeker niet de copernicaanse omwenteling, maar we blijven in de Vlaamse Regering. Wat is het nu? Hierover gaat mijn voornaamste bezorgdheid.
Beste collegas van CD&V en sp.a, hoe garandeert u dat deze Vlaamse Regering geen oppositieregering wordt, zeker met de uitvoering van het communautaire akkoord? Vlaanderen kan zich geen oppostieregering veroorloven. Hoe zult u ervoor zorgen dat minister Bourgeois en zeker minister Muyters, onze minister van Financiën, het communautaire akkoord zullen uitvoeren?
Enerzijds is er een N-VA puur, die op federaal niveau met de vlag vooruit ten strijde trekt Senatus Populusque Romanus tegen het fameuze Vlinderakkoord. Anderzijds hebben we een N-VA light, dat zijn de notarissen van deze Vlaamse Regering die zich vastklampen aan hun stoel en die zogezegd het communautaire akkoord moeten uitvoeren.
Beste collegas van de N-VA, u hebt een stap opzij gezet tijdens de communautaire onderhandelingen en dat was uw goed recht, maar als u het fundamenteel oneens bent met de aangekondigde staatshervorming, wel heb dan ook de moed om ook uit de Vlaamse Regering te stappen. En waar is Bart De Wever? Hij zit hier nu, maar waar is de eclatante Bart De Wever in dit verhaal?
Beste collegas van CD&V, sinds vandaag is het duidelijk dat de N-VA de nieuwe CD&V is. (Applaus bij het Vlaams Belang en Groen!)
De zesde staatshervorming moet nog in de praktijk worden gebracht en sommigen, inclusief de minister-president, dromen al van een zevende staatshervorming. Ik vrees dat dit vooral een communicatietechniek is om een regering bijeen te houden en een interne spreidstand te maskeren. Maar laten we eerst die zesde staatshervorming tot een goed einde brengen vooraleer op tafel te slaan voor de zevende. We zijn nu politieke rust verschuldigd aan onze bevolking. (Applaus bij Open Vld en Groen!)
De heer Vereeck heeft het woord.
Voorzitter, leden van de regering, collegas, Jean-Luc Dehaene, boegbeeld van CD&V, heeft al gezegd dat dit absoluut geen copernicaanse omwenteling is. Minister-president Peeters heeft gezegd dat het een stap in de richting van een copernicaanse omwenteling is. Het is een evolutief proces. Wat zou Copernicus daar zelf van denken? Hij draait zich om in zijn graf. De heliocentrische theorie is dat vanaf nu de aarde rond de zon draait en niet langer de zon rond de aarde. Het zwaartepunt zou gaan liggen bij de regios, en niet langer bij de federale staat. Dat is het dus niet geworden. Het is geen copernicaanse omwenteling, het is een Vlinderakkoord. En die vlinder fladdert niet langer in de plantentuin van Meise.
Minister-president, ik vond het wat bizar dat u met de plantentuin van Meise op de proppen kwam. Dat was al beslist in 1999. Ik zat toen in een kabinet van het ministerie van Landbouw, ik heb dat zelf van dichtbij meegemaakt. Ik vind het dan ook bizar om nu, twaalf jaar na datum, te zien dat dit opnieuw als een verwezenlijking naar voren wordt geschoven.
Dit is geen copernicaanse omwenteling, het is een heel traditionele staatshervorming, waarbij delen van het federale niveau afkalven naar de regios. Het zijn zaken waarover men de afgelopen jaren niet meer akkoord geraakte, zoals het arbeidsmarktbeleid met de verschillende doelgroepen in het noorden en het zuiden van het land, het verkeersveiligheidsbeleid en de andere visies die we hebben over het gebruik van repressieve methodes als flitspalen en maximumsnelheden, het preventie- en het zorgbeleid, waarover we het met onze zuiderburen niet meer eens zijn.
Het is ook een traditionele staatshervorming voor wat Brussel-Halle-Vilvoorde betreft, maar het had allemaal nog veel erger gekund. Er is geen uitbreiding van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, er is geen ratificatie van het minderhedenverdrag, en dan moeten we daar blij mee zijn. Voor de LDD-fractie is enkel een confederaal model mogelijk. LDD is geen separatistische partij, maar vraagt niet veel. Wij vragen enkel de toepassing van artikel 35 van de Grondwet, waarbij alle bevoegdheden, inclusief het innen van belastingen, naar de regios gaan, en we dan samen bekijken wat we eventueel nog gemeenschappelijk doen. Dat zou de fundamentele problemen in dit land kunnen oplossen.
Ik ben best wel verrast dat er een akkoord is, dat men er überhaupt nog uit is geraakt op de een of andere manier. Volgens mij is dit de allerlaatste manier waarop men nog een akkoord kan vormen volgens de traditionele federale logica. Het heeft dan ook bijna 500 dagen geduurd. Men heeft tot mijn grote verrassing opnieuw tijd gekocht voor de ontmanteling van België de ontmanteling van België, voor alle duidelijkheid, niet in een separatistische logica volgens LDD, maar in een confederale logica.
Het doet een beetje denken aan BiA: België in Afbouw. Net als bij Vlaanderen in Actie (ViA) hebt u daarnet geprobeerd om ons te enthousiasmeren voor dat project met die waslijst van kleine maatregelen, zoals de plantentuin van Meise, en ons zo weg te leiden van de fundamentele vaststelling dat dit geen copernicaanse omwenteling is en dat de fundamentele problemen in dit land blijven. Ik denk daarbij aan de transfers tussen Noord- en Zuid-België die, naargelang de bron, tussen 6 à 12 miljard euro worden geschat. Die transfers worden niet aangepakt. Ze zijn niet goed voor de welvaart van Vlaanderen, maar evenmin voor die van Wallonië. Collegas aan de universiteit van Luik hebben inderdaad al aangetoond hoe die oversubsidiëring van het Waalse Gewest leidt tot het wegmoffelen van de structurele problemen.
De responsabilisering van Wallonië komt er eigenlijk pas aan binnen tien jaar en zal pas binnen twintig jaar effectief zijn. Ook dat, collegas, is veel te laat. Tenzij er want dat kan nog een serieuze sociaal-economische hervorming komt. Indien in die sociaal-economische hervoming zou staan dat de werkloosheidsuitkering zou worden beperkt in de tijd, zoals dat in de meeste landen gebeurt, zou dat kunnen leiden tot een belangrijke afbouw van die tranfers in dit land.
De belangrijkste hefbomen blijven eigenlijk nog federaal. Vandaar dat er geen sprake is van een copernicaanse omwenteling. Zo zou het innen van belastingen binnen zon copernicaanse omwenteling, binnen het confederaal model, binnen de logica van artikel 35, volledig en integraal naar de gewesten moeten komen. Verder is de sociale zekerheid de ultieme hefboom om te sturen. Minister-president, de bankencrisis toont opnieuw aan hoe moeilijk u het hebt om uw tanden te laten zien. U blijft voor een stuk achter met een mond vol tanden. Belangrijke elementen zoals het normatieve kader voor het arbeidszoekgedrag blijven federaal. U mag wel controleren, maar het normatieve kader, de regels, blijven federaal. Het normatieve kader voor de programmatie van ziekenhuizen blijft federaal.
U hebt verklaard dat alles in overeenstemming is met de Octopusnota. Er zijn echter heel wat elementen uit de nota-Di Rupo die niet in overeenstemming zijn met de Octopusnota. Ik heb u daar enkele maanden geleden een lijst van bezorgd. Ik pik er twee elementen uit. Brussel wordt in deze zesde staatshervorming een derde gewest. Brussel krijgt bevoegdheden die vergelijkbaar zijn met een volwaardig gewest. De Octopusnota gaat uit van de tweeledigheid van dit land, waarbij Brussel door de twee gemeenschappen wordt bestuurd. Als er nog gemeenschapsbevoegdheden zijn, gaan die voor het grootste deel naar de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie. Minister-president, u zegt terecht dat Vlaanderen al 670 miljoen euro investeert in Brussel. Daar komt nu nog eens 461 miljoen euro bovenop, zonder dat er een noemenswaardige hervorming is van de Brusselse structuur. Collegas, ik wil er even op wijzen dat men in voorstellen in 2005 over de herfinanciering van Brussel sprak in de grootteorde van 64 miljoen euro. Nu gaat het dus al om 461 miljoen euro. Daarmee is ook het enige breekijzer dat wij nog hebben voor een serieuze copernicaanse omwenteling weer voor jaren uit onze handen geslagen.
De vennootschapsbelasting is het tweede element. Ik hoor daar niets meer van, hoewel dat in uw Octopusnota staat. Dat betekent dat uw regering helaas niets anders dan een subsidieregering is. U krijgt middelen van het federale niveau en u moet die middelen uitgeven. U kunt geen fiscaal beleid voeren. En dan komt u tot dergelijke malheuren zoals uw strategische investeringssteun voor maneges en saunas. U zit op een berg geld dat u op een bepaald moment maar moet uitgeven.
En dan komt u tot een flankerend beleid in de automobielsector, waarbij u niets anders kunt doen dan eventueel de sale-and-lease-back van een terrein voor Opel Antwerpen voorstellen. U kunt echter geen krachtdadig beleid voeren, en dat kunt u na deze zesde staatshervorming nog altijd niet. Dat zijn twee cruciale elementen uit de Octopusnota die niet zijn gerealiseerd.
Ik hoorde u daarnet nogmaals alle elementen van die Octopusnota opsommen, waaronder het territorialiteitsbeginsel. De heer Bouckaert heeft er vorige week nog een betoog over gehouden: de regeling met betrekking tot het gerechtelijk arrondissement valt absoluut niet in overeenstemming te brengen met dat territorialiteitsbeginsel. De conclusie is dus: dit is geen copernicaanse omwenteling. Dit kan onmogelijk in overeenstemming zijn met de Octopusnota.
Ik wil eindigen met een politieke associatie die ook de twee vorige sprekers hebben gemaakt. Mijnheer De Wever, zijn er twee N-VAs? U zult daar straks hopelijk op antwoorden. Enerzijds is er de kliek Muyters-Bourgeois, die blijkbaar in de regering wil blijven, of die in de regering blijft. Zij vinden dus dat dit akkoord in overeenstemming is met het regeerakkoord, en dus met de Octopusnota, want die maakt daar een integraal deel van uit. Dan zeg ik: vanaf nu moet de N-VA zwijgen.
Mijnheer De Wever, zelf zegt u dat men een historische kans verloren heeft laten gaan om institutioneel en financieel orde op zaken te stellen. Octopus is een breekpunt. In uw Belgabericht van deze ochtend reageert u niet op de overeenstemming met de Octopusnota, maar u deed dat tien dagen geleden wel. U had het toen over een massale verarming van de Vlaamse bevolking, over volksverlakkerij. U stelde dat de fiscale autonomie een lege doos is, met het systeem van de opcentiemen, terwijl u mee die jobkorting hebt afgeschaft. Nu zegt u in uw Belgabericht dat u moet wachten op precieze wetteksten. Waar heb ik nog eens gehoord dat we moesten wachten op teksten? Blijkbaar heeft minister Muyters die dus wel. Zou hij ze hebben gekregen van de minister-president, en u niet? Wil de echte N-VA nu opstaan? (Applaus bij Open Vld en LDD)
De heer van Rouveroij heeft het woord.
Minister-president, geachte leden, Open Vld is blij. Het zal u verbazen, maar we zijn blij, en ik zal u uitleggen waarom. We zijn eindelijk af van die onvruchtbare discussie en die telkens terugkerende vraag wat de N-VA zal doen: blijft ze nu in de regering of stapt ze eruit?
Ik heb u en de Vlaamse Regering vaak vergeleken met een kapitein van een schip en een bemanning. Met een muitende bemanning, inderdaad. (Gelach)
Nomen est omen in dezen. Ik ben blij dat u de muitende bemanning opnieuw onder controle hebt. De Vlaamse Regering kan nu eindelijk datgene doen waarvoor ze door de meerderheid is verkozen. Ze is immers niet verkozen door het volk. De parlementsleden zijn dat wel. De Vlaamse Regering kan eindelijk regeren. Zoals u weet, heeft Open Vld de jongste maanden telkens vastgesteld dat er van dat regeren niet veel in huis komt. Telkens was er die goednieuwsshow om te camoufleren dat er weinig of niets gebeurt. Ik verwijs nogmaals naar de vaststelling van Voka dat de Vlaamse werkvloer niets merkt van uw beleid. De tijd is nu eindelijk aangebroken, niet om een goednieuwsshow te brengen, maar om het goede nieuws te maken. Wij nodigen u daartoe uit. Het is eindelijk tijd voor de sociaal-economische problemen die Vlaanderen dag in, dag uit kent, en dat in een steeds sneller tempo. Mensen maken zich zorgen. Bedrijven maken zich zorgen, en terecht, maar dat geldt uiteraard ook voor België, en die hypotheek is ook daar gelicht. Daarom zijn we niet alleen blij, maar ook trots.
Open Vld is ook trots dat ze er in federaal verband in geslaagd is samen met onder andere uw partij om eindelijk de hypotheek te lichten en oplossingen te genereren en om er eindelijk voor te zorgen dat deze Vlaamse deelstaat meer bevoegdheden heeft en mogelijkheden krijgt om beleid te voeren.
Minister-president, u hebt die mogelijkheden uitvoerig opgesomd maar u was daarbij niet volledig. U hebt zich beperkt tot de hoofdlijnen. Ik vat ze even samen. Wij onthouden uit deze zesde staatshervorming, de grootste ooit, zeker in kwantitatieve termen, 17 miljard euro, belangrijke socio-economische hefbomen. Ik benadruk de activering die ons nu helemaal in handen wordt gespeeld, en belangrijke onderdelen van de sociale zekerheid. Voor de eerste keer kunnen we RSZ-kortingen toekennen, bijvoorbeeld aan 50-plussers en dus de loonlast verlagen. Op die manier kunnen we ervoor zorgen dat werkgevers ouderen aan het werk helpen. Verder zijn er de kinderbijslag, de rusthuizen. We hebben homogenere pakketten zoals mobiliteit en woonbeleid. Er komt ook een reeks nieuwe bevoegdheden zoals het jeugdsanctierecht en de fiscale bevoegdheid inzake personenbelasting.
In die blijdschap zit ook een verlangen, een verwachting. Het verlangen is dat u met die nieuwe bevoegdheden ook iets nuttigs zult doet. Als oppositiepartij zullen wij u daarin nauwgezet volgen. We zijn er niet helemaal gerust in. Onze blijdschap zou dan de vormen aannemen van naïviteit. We zijn er niet helemaal gerust in omdat wat hieraan is voorafgegaan, ons niet helemaal gerust maakt. Er was al een mogelijkheid om een zekere fiscale autonomie uit te oefenen. Het was een onvolmaakte fiscale autonomie, eerder een vorm van fiscale korting. Maar het eerste wat deze regering heeft gedaan, al was dat in omstandigheden die haar dwongen om een keuze te maken, was de jobkorting afschaffen. Dat betekende dat 700 miljoen euro ten laste van de werkende bevolking werd gelegd.
U krijgt nu fiscale autonomie in de personenbelasting. U zult gebruik kunnen maken van het milderen van de progressiviteit binnen bepaalde grenzen die niet onredelijk zijn. Een van die grenzen is 1000 euro. De jobkorting ging over 250 euro. U krijgt iets in handen, doe daar nu ook iets mee. We kijken er reikhalzend naar uit, zowel voor de middenklasse die vandaag wordt belaagd als voor de lagere inkomens waar de loonspanning tussen werken en niet werken groter moet worden.
En dan kom ik bij de vermaledijde kindpremie. Niemand vraagt om die kindpremie. Toch blijft u tot het laatste moment volharden. Ik hoop dat het bij deze ook het laatste moment is. De bevoegdheid inzake kinderbijslag is immers overgedragen. Het gaat niet alleen over meer dan 3 miljard euro maar ook over de bevoegdheid ten gronde. Ik raad u dan ook aan te luisteren naar de signalen uit de samenleving. Maak keuzes en besef dat het huis op dit ogenblik staat te wankelen. De funderingen die zijn gegoten door al wie ons is voorafgegaan, worden vandaag aangetast. Houd u dus niet bezig met het opsmukken van het huis dat daarop staat. Houd u vooral bezig met wat belangrijk is en probeer, gebruikmakend van uw nieuwe bevoegdheden, iets te doen in het kader van de kindpremie. Probeer dat op te vangen in het pakket nieuwe bevoegdheden dat u nu ter hand wordt gesteld. Volhard niet in de boosheid.
Minister-president, ik geef nog even mee dat een van uw eerste maatregelen ter zake eruit zou kunnen bestaan de huidige 200 categorieën van kinderen tot een minimum te herleiden. Kinderen zijn kinderen. Kinderen kunnen gehandicapt zijn. Dit kan een argument tot onderscheid zijn. De leeftijd kan ook een argument vormen. Die argumenten zijn echter beperkt. U mag op dit vlak zeker vereenvoudigen.
Mijn fractie hoopt ook dat u de nieuwe bevoegdheden zult gebruiken om binnen uw ploeg het een en ander te herschikken. Zo kunt u dan homogenere pakketten in de bevoegdheidsverdeling tussen uw excellenties creëren en ervoor zorgen dat de blokkeringen die we in het verleden hebben opgemerkt, niet meer of minder zullen plaatsvinden.
U hebt in uw toespraak verklaard dat de deelstaten geen inspraak in het proces aangaande de staatshervorming hebben gehad. Dat klopt. Ik weet echter niet of u zich nog herinnert dat de gesprekken tussen de gemeenschappen ook succesvol zijn geweest.
Ik gebruik weer het beeld van het zwalpend schip. Volgens mij kan dat schip nu een koers uitzetten. U kunt weer de bakens verzetten. Als oppositiepartij zullen we de positie van die bakens uiteraard kritisch beoordelen. Waar mogelijk, zullen we ze verzetten. U hebt in elk geval geen enkel excuus meer om niet te doen wat u moet doen. U moet regeren. U moet de sociaal-economische problemen en de problemen van elke dag oplossen.
Het is me opgevallen dat de heer De Wever noch de heer Van Dijck op het einde van uw toespraak hebben geapplaudisseerd. Dat wordt een gewoonte. (Rumoer. Opmerkingen van de heer Kris Van Dijck)
In dat geval was het applaus bijzonder sober. Ik wil hier toch nog iets over zeggen. Er is ons iets opgevallen waarvoor we vroeger al dachten dat we moesten vrezen. De heer Sanctorum heeft het ook vermeld. Misschien zitten we nog met een oppositie binnen de Vlaamse Regering. Vlaanderen kan dat missen als de pest. Misschien is dit ook de reden waarom u op het einde van uw toespraak niet het vertrouwen van het Vlaams Parlement hebt gevraagd. Ik weet dat u het amper twee weken geleden hebt gekregen. Er is ondertussen echter veel veranderd. Het zou misschien verstandig zijn het nogmaals te vragen.(Applaus bij Open Vld en Groen!)
De heer Caluwé heeft het woord.
Voorzitter, we hebben woord gehouden. We vroegen, onder meer in het Vlaams regeerakkoord, een belangrijke staatshervorming en we hebben er een gekregen die in overeenstemming is met het Vlaams regeerakkoord. (Opmerkingen)
We vroegen een verschuiving van het zwaartepunt en die verschuiving komt er. De Vlaamse Regering en het Vlaams Parlement zullen in de toekomst zeggenschap hebben over 35 miljard euro aan uitgaven voor Vlaanderen. Voor de Federale Regering zal dit voor heel België nog 32 miljard euro zijn.
Het gaat hierbij om belangrijke bevoegdheden. Niet enkel worden de bestaande bevoegdheden inzake economie, energie, landbouw, wonen, verkeer, binnenlands beleid en onderdelen van justitie verder uitgebouwd, aangevuld en homogener gemaakt. Daarnaast breken we voor het eerst in heel de evolutie van onze staatshervorming in in de sociale zekerheid. Dit is een kwantumsprong. Het arbeidsmarktbeleid, onderdelen van het gezondheidsbeleid en de totale tak van het gezinsbeleid worden naar de deelstaten overgeheveld. Voor het eerst breken we in in de sociale zekerheid. (Opmerkingen)
Mijnheer Caluwé, uw laatste zin was veelzeggend. U breekt niet in in de sociale zekerheid. U kent ook de resoluties en de Octopusnota waarin u vroeg om een normering en de financiering van onder meer het gezinsbeleid en het gezondheidsbeleid. Dat komt er niet.
Wat de responsabilisering betreft, lezen en zien we in de uiteindelijke nota-Di Rupo dat die weg is. Nochtans dacht ik dat het uitgangspunt was: wie het goed doet, moet daarvoor worden beloond, maar wie een slecht beleid voert, zal er ook de gevolgen van ondervinden. We stellen nu vast dat zowel inzake tewerkstellingsbeleid als inzake gezondheidsbeleid het bonus-malussysteem gewoon niet meer bestaat. Waar zijn we dan mee bezig? Idem voor de Financieringswet. Voor de gewesten gaat het om het principe dat als je het economisch goed doet en dat veel belastingen opbrengt, je dan veel krijgt en als het economisch minder gaat, je dan minder krijgt. Dat geldt niet voor het Waalse Gewest, dat is verzekerd van 500 miljoen euro per jaar gedurende tien jaar. Laat nu toch net de laatste wijziging van de Financieringswet tien jaar geleden zijn. Wij worden geresponsabiliseerd wat de Financieringswet betreft, de andere kant niet. U weet dat de Franse Gemeenschap nog extra wordt gefinancierd, zonder nog van Brussel te spreken. De responsabilisering inzake arbeidsmarktbeleid en gezondheidsbeleid is er niet. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Wat u zegt, is totaal onjuist. Voor het eerst hebben we wel wat te zeggen. Het was lang een taboe, maar voor het eerst hebben we wel wat te zeggen aan de bijdragen in de sociale zekerheid. Als deelstaat kunnen we sociale bijdragen verminderen. Dit kon in het verleden nooit en werd in een aantal kringen als een absoluut taboe beschouwd. Voortaan kan dit wel gebeuren.
Wat de financiering van de gewesten betreft, gebeurt die in de toekomst grotendeels op basis van belastingen. Dat betekent dat wanneer je als gewest een goed beleid hebt gevoerd en wanneer het aantal jobs toeneemt, je in de toekomst meer middelen zult krijgen. Daarin zit de responsabilisering. De absurditeit die in de huidige Financieringswet zat, namelijk dat Wallonië bij goede prestaties minder terugkreeg en zichzelf als het ware strafte, wordt weggenomen.
Die wordt gecorrigeerd met 500 miljoen euro per jaar. Proficiat.
Het feit dat er die vaste sokkel is van 500 miljoen euro die naar Wallonië gaat, geeft net aan dat de nieuwe Financieringswet een belangrijke verbetering is ten opzichte van de bestaande. Er is gezegd dat iedereen het eerste jaar blijft houden wat men had. We moeten in 500 miljoen euro voorzien, wat betekent dat het nieuwe systeem voor de toekomst een belangrijke verbetering is omdat de correctie net het eerste jaar moet worden doorgevoerd.
Gedurende tien jaar.
Gedurende tien jaar, maar het is een constant bedrag. U weet hoeveel de inflatie ieder jaar bedraagt, u weet hoeveel de economische groei bedraagt. Over tien jaar is dat bedrag nog 60 procent van het oorspronkelijke bedrag waard.
Nu moeten we nog blij zijn dat het bedrag nog niet geïndexeerd is.
De heer Van den Heuvel heeft het woord.
Voorzitter, in aansluiting bij de wijze woorden van onze fractievoorzitter, wil ik een aantal verduidelijkingen geven.
Mijnheer Van Hauthem, u zegt dat we als Vlaming de responsabilisering van werk hebben moeten loslaten. Dat is onjuist. We hebben altijd gezegd dat we kiezen voor een transparant responsabiliseringsmechanisme, geen ingewikkeld systeem van bonus en malus op basis van elementen en variabelen die pas achteraf kunnen worden bekendgemaakt. Neen, wij kiezen voor een direct responsabiliseringssysteem, namelijk een verdeling van de werkdotatie op basis van belastingopbrengsten. De deelstaat die zorgt dat meer mensen aan de slag gaan, zal meer belastinginkomsten hebben. De deelstaat zelf zal die onmiddellijk kunnen innen. Dat is dus een duidelijker, eenvoudiger en helderder systeem.
De solidariteit wordt transparant en dus afgebouwd, van 95 naar 80 procent. Alle perverse effecten zijn weg. De startcompensatie wordt afgebouwd. Het gaat dus echt niet om een nieuwe transfer, zoals sommigen ook van uw partij hebben beweerd. De transfer wordt zichtbaar en op termijn afgebouwd.
En dan is er ook de fiscale autonomie. Daarover moet mij iets van het hart. Vlaams-nationalisten pleiten altijd voor meer fiscale autonomie. Zij pleiten voor meer bevoegdheden voor Vlaanderen, de Vlaamse Regering en het Vlaams Parlement. Terecht. Maar wij geloven sterk dat wij het met meer autonomie beter zullen doen. Doe dus niet flauw en zeg niet dat die fiscale autonomie een risico inhoudt omdat dit zou kunnen leiden tot minder ontvangsten. Verdorie, geloof in onze eigen kracht en ons eigen, sterk Vlaams beleid! (Applaus bij CD&V)
Mijnheer Van den Heuvel, ik heb geen probleem met het feit dat deelstaten terugkrijgen wat zij investeren; dat zij meer krijgen wanneer zij een goed beleid voeren en minder krijgen wanneer het minder goed gaat. Maar wel op één voorwaarde: als dat voor alle deelstaten geldt. En dat is niet het geval. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Fiscale autonomie geldt voor alle deelstaten. Die geldt evenveel voor Wallonië en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest als voor het Vlaamse Gewest. Wat u zegt, is belachelijk.
De heer Van den Heuvel heeft het perfect verwoord: de hervorming van de Financieringswet beantwoordt aan onze principes. Die hervorming heeft democratiserende, responsabiliserende en stabiliserende gevolgen. De solidariteit wordt ten dele behouden, maar de ondoorzichtige elementen ervan worden afgebouwd en weggewerkt.
Wij hebben dus woord gehouden. Wij vroegen de splitsing van BHV, van het gerechtelijk arrondissement en van het kiesarrondissement. Wij verkregen die splitsing voor alle verkiezingen, wat nooit eerder in een voorstel was opgenomen. Daarbij is geen enkel van de doemscenarios inzake compensaties zoals de aantasting van het territorialiteitsbeginsel, nieuwe faciliteiten of het afstaan van bevoegdheden in Vlaanderen aan de Franstaligen uitgekomen. Het is een zeer zuivere splitsing geworden.
Mijnheer Caluwé, hoe kunt u van een zuivere splitsing spreken? Weet u wat een zuivere splitsing zou zijn? Datgene wat in het vorige regeerakkoord stond. Daarin stond het principe dat er moet worden gesplitst zonder dat daar een prijs voor wordt betaald. U bent nu blij dat aan de onderhandelingstafel de exuberante eisen van de Franstaligen niet zijn aanvaard. Maar wat overblijft, is nog altijd veel te veel. Het gaat niet meer om de koffielepel suiker van de heer De Wever, het is een zaak van 50 kilo suiker geworden! (Applaus bij het Vlaams Belang)
Mijnheer Van Hauthem, in dat verband kan ik de heer Maingain citeren. Vandaag zei hij over die zogezegde compensatie dat het erop neerkomt dat de Franstaligen de faciliteiten een tweede keer hebben betaald.
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Mijnheer Van Hauthem, de heer Maingain sprak vandaag over une victoire flamande totale. Kunnen wij het beter verwoorden? Hij heeft zelfs zijn alliantie met de MR opgeheven omdat geen enkele van zijn eisen zijn ingewilligd. Hij bestempelt die staatshervorming als confederalistisch.
Probeer nu ook eens als Vlaming te zeggen dat iets goed is, dat we eens iets hebben bereikt en dat alle inspanningen van de Vlaamse beweging en van ons allemaal tot iets hebben geleid. U hebt het over een zak van 50 kilogram, maar waarover hebt u het dan uiteindelijk?
Mijnheer Van Rompuy, u weet zeer goed wat in het vorige regeerakkoord stond. We krijgen nu: in zes faciliteitengemeenten mag men nog altijd voor Brusselse lijsten stemmen. De omzendbrief-Peeters blijft behouden, maar zal onder vuur komen liggen. Blijkbaar bestaan er in dit land twee soorten Raad van State, een goede en een slechte. De slechte geeft ons gelijk voor de interpretatie van de taalwetgeving en dus moet er een goede komen, een tweetalige, die de omzendbrief-Peeters in het vizier kan brengen en desnoods onderuit halen. Bedoelt u dat? In het gerechtelijk arrondissement krijgen we Franstalige magistraten. De tweetaligheid in Brussel wordt afgebouwd en een aantal Vlaamse magistraten wordt op straat gezet. Dat is uw zuivere splitsing van de kieskring en van het gerechtelijk arrondissement.
Mag ik Leo Peeters citeren? Hij heeft vorige week verklaard dat hij nooit had gedacht dat zijn omzendbrief deze onderhandelingen zou overleven. Hij heeft hem ingevoerd in 1997.
De omzendbrief zal dit niet overleven. Dat weet u toch.
De Franstalige burgemeesters hebben dit systematisch overtreden. Het was de grote eis van de Franstaligen om die omzendbrief-Peeters weg te hebben. Hij heeft de onderhandelingen overleefd.
U geeft ze nu de wapens in handen om die onderuit te halen.
De Franstaligen hebben hem geavaleerd, want hij staat in dat akkoord. Als er ooit betwistingen komen, heeft die omzendbrief-Peeters nu onbetwistbaar rechtskracht, ook in de faciliteitengemeenten. Daar zullen ze zich bij moeten neerleggen. U geeft het totaal verkeerde voorbeeld.
Collegas, uiteraard kijken de partijen verschillend naar de staatshervorming en ongetwijfeld dan ook naar dit akkoord. Er zijn er die 5 kilometer willen afleggen, er zijn er die 10 kilometer willen afleggen. Ik hoor de teleurstelling bij de heer Van Hauthem. Vlaamse onafhankelijkheid staat niet in ons programma, niet omdat wij vasthangen aan de ene of de andere staatsstructuur, wel is een staatsstructuur voor ons geen doel op zich, het is een middel om een beleid te maken voor de mensen. Vlaamse onafhankelijkheid betekent hoe dan ook dat we Brussel zouden verliezen. (Opmerkingen bij het Vlaams Belang)
Uit Brussel halen we als Vlaanderen 10 procent van ons nationaal inkomen. Er wordt gesproken over de tegemoetkoming voor de hoofdstedelijke functie van 461 miljoen euro. Die is geplafonneerd op 1 duizendste van het bnp. Wij Vlaanderen halen uit onze hoofdstad 10 procent of 100 duizendste van ons nationaal inkomen. Dat is hoofdzakelijk door de pendelaars. Bijna 10 procent van onze actieve bevolking werkt in Brussel. Indien we dat niet meer zouden hebben, betalen zij belastingen, niet aan ons, maar aan Brussel of Wallo-Brux. Hun pensioen, ziekteverzekering, kinderbijslag of werkloosheidsvergoeding zou er één van Brussel of Wallo-Brux zijn, en niet één waar wij iets aan te zeggen hebben. Dat is niet ons programma.
Collegas, de voorbije jaren hebben we heel wat aandacht en energie besteed aan de spelregels van ons politieke systeem. We moeten dat blijven doen, maar we moeten nu als Vlaams Parlement ook merken dat ons speelveld is uitgebreid. Er moet nu ook voldoende aandacht gaan naar het spel, dat we beter kunnen spelen voor tal van onze bevoegdheden, arbeidsmarktbeleid, gezondheidsbeleid en gezinsbeleid, zodat we een beter Vlaanderen kunnen creëren. (Applaus bij CD&V en sp.a)
De heer Van Malderen heeft het woord.
Voorzitter, dames en heren ministers, collegas, na vijf jaar stilstand en ongezien moeizame onderhandelingen, bereikten acht partijen een akkoord over de zesde staatshervorming, een staatshervorming die eens te meer de architectuur van ons land grondig hertekent. De regering is tevreden, de heer van Rouveroij is blij en eigenlijk zou het hele parlement blij moeten zijn. Men moet er wel toe in staat zijn, mijnheer Van Hauthem. Blij met de bijkomende bevoegdheden en de bijkomende middelen die moeten toelaten om nog beter, nog sterker een beleid te voeren voor alle Vlamingen. Zoals de minister-president reeds stelde, is deze zesde staatshervorming conform het regeerakkoord en de Octopusnota. Door deze staatshervorming zullen we ons binnenkort in dit parlement over een hele rits bijkomende bevoegdheden mogen buigen.
Mijn partij daar ga ik op focussen is steeds vragende partij geweest voor een sociale staatshervorming. Welnu, dit is ook een sociale staatshervorming die zowel op het federale niveau als op het niveau van de deelstaten toelaat om een performant, eigentijds en rechtvaardig sociaal beleid te voeren dat ook de uitdagingen van de toekomst aankan. Lang waren we vragende partij voor het regionaliseren van het arbeidsmarktbeleid. Dat is verworven. Vlaanderen zal volledige beslissings- en uitvoeringsbevoegdheid hebben over de beschikbaarheid van werklozen. Het regionaliseren van het doelgroepenbeleid zal toelaten om een consistenter beleid te voeren dat ook een gerichtere inschakeling van de zwaksten op de arbeidsmarkt mogelijk maakt. Met name voor onze sociale economie is dat zeer belangrijk.
De middelen die overkomen, zullen we trouwens naar eigen inzicht kunnen besteden in functie van de specifieke problemen van de Vlaamse arbeidsmarkt. Het zal ook afgelopen zijn met dubbel werk en overlappende maatregelen want krachtens het akkoord trekt het federale niveau zich volledig terug uit het arbeidsmarktbeleid. Dienstencheques, arbeidsbemiddeling, outplacement, plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen (PWAs) worden allemaal Vlaams en leiden tot een homogeen bevoegdheidspakket.
Collegas, vorige week hadden we het hier uitgebreid in een levendig debat over de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt. Door deze voorliggende staatshervorming, krijgt Vlaanderen de bevoegdheid over het betaald educatief verlof, over het industrieel leerlingenwezen, over startbanen, over stageboni en zal ze ook alle hefbomen in handen hebben om de toegang tot de arbeidsmarkt voor onze jongeren te vereenvoudigen. Uit rapporten en artikels blijkt dat we nog een hele weg af te leggen hebben. De heer Vereeck noemt dat kleine maatregelen, maar voor vele duizenden jongeren die vandaag werkloos zijn, is dat een wereld van verschil.
Collegas, vaak hebben we in de commissie Welzijn moeten verwijzen naar het federale niveau bij aanslepende en hangende discussies over ouderenzorg, over gezondheidszorg of over beleid voor kinderen. In de nabije toekomst zullen de gemeenschappen bevoegd worden over homogene pakketten met betrekking tot ziekenhuizen, ouderenzorg, geestelijke gezondheidszorg, relevante delen van justitie en jeugdzorg en over de eerstelijnsgezondheidszorg. We zullen heel concreet werk kunnen maken van een maximumfactuur en het begrenzen van de rusthuiskosten. De aanslepende discussie met het federale niveau over de bevoegdheid preventie is beslecht. Het kindergeld wordt Vlaams. Gezien de vergrijzing en de verjonging van de regio, verwerft Vlaanderen noodzakelijke instrumenten om een Vlaams sociaal beleid te kunnen voeren. De overkomst van de private huurwet maakt een coherent Vlaams woonbeleid mogelijk dat zich ook richt op de private huurmarkt in al haar aspecten. Door de overkomst van de bevoegdheid over de distributienettarieven zal Vlaanderen zelf kunnen beslissen over de manier waarop de kosten van het netbeheer worden doorgerekend in de factuur van de consument. Dat is met andere woorden ontegensprekelijk een sociale staatshervorming.
Ik ben het niet eens met de kritiek die hier en elders is geuit over de Financieringswet. Hier ligt vandaag geen verschuiving voor, maar hier ligt, zoals de heer Van den Heuvel daarnet al heeft gezegd, responsabilisering voor. Goed beleid zal worden beloond, slecht beleid zal worden afgestraft. We zullen kunnen, maar we zullen ook moeten zaaien naar de zak.
Dit heeft een zeer beperkt effect: cumulatief 880 miljoen euro over achttien jaar. In het geheel van het pakket zijn dat relatief kleine cijfers. Dit geeft aan dat er geen verlies is voor Vlaanderen, dat er geen verschuiving is, en dat die responsabilisering aan het werk wordt gezet.
Collegas, ik rond af. Ik ben het volledig eens met de minister-president: hiermee is het werk niet af. We staan nog maar aan het begin van een heel langdurige concretisering van een akkoord. Ik roep iedereen op om de kans die we vandaag, na vijf jaar stilstand, in heel moeilijke omstandigheden hebben, met beide handen aan te grijpen om Vlaanderen sterker en beter te maken, en om dit akkoord om te zetten in reëel beleid en in reële daadkracht. (Applaus bij CD&V en sp.a)
De heer De Wever heeft het woord.
Goede middag. Minister-president, u hebt gezegd dat het heel spijtig is dat de Vlaamse Regering niet betrokken is bij de communautaire onderhandelingen. Dat is inderdaad, naast de vele andere, een anomalie in ons staatsbestel. U hebt ook gezegd dat, gezien dat verschil in beleidsniveaus, de onderscheiden politieke partijen een eigen beoordeling maken van het bereikte akkoord. Dat is ook zo. De grenzen van meerderheid en oppositie lopen niet parallel. Dat is al zo sinds 2009. Wij zijn hier een meerderheidspartij, wij zullen naar alle waarschijnlijkheid een oppositiepartij zijn op het federale niveau. Men mag van ons niet verwachten dat wij dezelfde appreciatie hebben van wat er daar wordt bedisseld en beslist. Dat hoort er nu eenmaal bij.
Dat geeft natuurlijk een moeilijk moment. De N-VA was als partij niet betrokken bij dit akkoord en onze opinie erover is dus ook niet dezelfde als die van onze coalitiepartners. Dat zal voor u geen verrassing zijn. Het gevolg is dat je hier een kleine hoogdag krijgt voor de oppositie. Daar zullen we niet flauw over doen. En dat wij de meeste wind mogen vangen, dat is normaal. Wij zijn immers niet betrokken, en wij keuren het af. Maar wij hebben inderdaad beslist om in de Vlaamse Regering te blijven. Ik zal op het einde van mijn praatje zeggen wat daarbij de doorslag heeft gegeven.
De N-VA kan natuurlijk van de minister-president niet verwachten dat hij namens de Vlaamse Regering of zelfs namens zichzelf al onze kritiek op het federale akkoord zou uitspreken. Dat kan niet en dat verwachten wij niet. Maar niemand mag van mij verwachten dat ik als partijvoorzitter deze kritiek niet meer zou mogen uitspreken.
Ik heb natuurlijk geen moeite om te erkennen dat met dit akkoord nieuwe bevoegdheden naar Vlaanderen komen. Niet alles is negatief, dat zou al te gek zijn. De minister-president heeft die nieuwe bevoegdheden opgesomd, andere sprekers hebben ze ook aangehaald. Dat is ook zo, daar heb ik geen moeite mee. Wij zijn blij met elke nieuwe bevoegdheid die naar Vlaanderen komt, met elke uitbreiding van onze autonomie. Men moet de pluspunten durven te erkennen als men geloofwaardig wil wijzen op de minpunten.
Die minpunten zijn er volgens ons wel degelijk. Ze zijn, wat ons betreft, erg groot.
Minister-president, wat de bevoegdheden betreft, zal het citaat van Jean-Luc Dehaene u nog enige tijd achtervolgen: het is geen copernicaanse omwenteling geworden. Wij hebben te weinig gekregen. Minister-president, ik citeer u: Er zijn delen van het Octopusakkoord uitgevoerd, het is dus verre van het volledige Octopusakkoord. Wij hebben te weinig gekregen, maar wij hebben er wel veel voor betaald en wat ons betreft te veel.
In de Financieringswet zien we een aantal zekere geldstromen naar de Franstalige entiteiten van dit land. Dat geld is verzekerd. Het is van niets afhankelijk. Het gaat om bedragen die gewoon in de wet zijn ingeschreven en vaak welvaartsvast zijn. Er mag gebeuren wat wil, ze zullen dat geld krijgen. Wij zijn afhankelijk van een groei in de personenbelasting om met dit akkoord iets te winnen.
Men kan natuurlijk altijd verwachtingen uitspreken over deze groei en het geloof in eigen kunnen, maar die discrepantie in de Financieringswet is er voor ons te veel aan. Er wordt gewezen op 800 miljoen euro potentiële winst voor Vlaanderen als de projecties uitkomen, gecumuleerd over achttien jaar. Als men die rekenkunde toepast op het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, winnen zij 13 miljard euro. Dus zelfs al komen die projecties uit, dan is dat toch niet de verhouding die je in zon akkoord zou mogen verwachten? U kunt van mij toch niet verwachten dat ik over deze Financieringswet ga jubelen?
Wat betreft de fiscale autonomie die erin zit, ben ik inderdaad blij dat de dotaties die het Vlaamse Gewest krijgt, worden omgezet in eigen middelen, via het opcentiemensysteem. Dat is positief. Het is altijd beter zelf over je middelen te kunnen beschikken. Maar bij echte volwaardige fiscale autonomie stellen wij ons inderdaad iets anders voor: autonomie om zelf tarieven te heffen, om zelf de baremas te bepalen. Dat is de essentie.
Wij vrezen dat we weinig zullen kunnen doen met het instrumentarium van fiscale autonomie dat men er nu bij heeft gekregen. Dat zal de komende jaren blijken. En wat we zullen kunnen doen, konden we ook al onder het oude stelsel. (Opmerkingen van de heer Eric Van Rompuy)
Ik probeer evenwichtig te zijn, mijnheer Van Rompuy. Het is positief dat we eigen middelen krijgen, maar de toekomst zal uitwijzen of wij daar in de komende jaren gebruik van zullen kunnen maken. Ik vrees, in de doorwerking van de Financieringswet, dat wij geen middelen zullen hebben om belastingkortingen toe te kennen. Daar geloof ik niet in. Het spijt mij.
Dat heeft te maken met de budgettaire mogelijkheden die we hebben. Technisch is het perfect mogelijk om belastingkortingen door te voeren, conform de Financieringswet. De vraag is of we die budgettaire ruimte gaan hebben, maar dat is een andere discussie. U gooit alle zaken op een hoopje, om aan te tonen dat we er geen fiscale autonomie bij krijgen. En dat betreur ik.
Dat heb ik niet gezegd. De ervaring van de jobkorting bewijst dat die ruimte er nu al niet is om veel belastingkorting toe te kennen. En is er nu iemand van ons, collegas, die gelooft dat dat de komende jaren zal veranderen? Als mijn projecties van de Financieringswet uitkomen, namelijk dat de groei in de personenbelasting dezelfde zal zijn als de afgelopen twintig jaar, zullen we daaraan verliezen. Veel middelen om fiscale kortingen te geven, zullen we dus niet hebben. En ik maak me daar zorgen over. Dit zal het soort autonomie zijn dat de Vlaamse burger ondervindt na de staatshervorming: eventueel zelfs belastingverhoging om nog rond te kunnen komen. Dat is niet de Vlaamse autonomie waar ik van droomde. En ik ben daar bezorgd over.
De heer Crombez heeft het woord.
Het is goed dat er bezorgdheid is. Het is belangrijk dat dit in het juiste kader wordt geplaatst. Heel dit parlement wil fiscale autonomie. Die is er technisch, zoals de heer Van Rompuy zei. Gaan we die kunnen uitoefenen op basis van de nieuwe Financieringswet? De Financieringswet verschuift de middelen niet tussen Vlaanderen en Wallonië. Vlaanderen zal ongeveer evenveel middelen hebben als nu, met de oude Financieringswet. Het hangt dus niet van de Financieringswet af of die autonomie zal kunnen worden uitgeoefend. De belangrijkste parameter zal economische groei zijn. Dat was in 2009 ook zo, toen we samen het regeerakkoord hebben gemaakt en de jobkorting hebben teruggeschroefd.
Wat niet kon, was de verkiezingsbelofte van Open Vld in 2009, namelijk: er is al 2 miljard euro te kort, en we gaan nog 600 miljoen euro extra tekort creëren door een verdubbeling van de jobkorting. Dat ging niet, omdat de economische groei er niet was. De Financieringswet zelf is niet de reden waarom je wel of niet belastingkortingen zult kunnen geven. Dat zal de groei zijn, die we zelf mee kunnen creëren, op een betere manier, omdat we meer bevoegdheden hebben. Daar gaat het om.
Ik wil ten slotte nog reageren op de vergelijking tussen de 880 miljoen euro en de 13 miljard euro. Dat was hetzelfde in uw eigen nota. De Financieringswet werd hervormd en er waren extra middelen voor Brussel. Die 880 miljoen euro, dat gaat natuurlijk over het feit of we al of niet verarmd zijn door de Financieringswet. Het antwoord was neen. Ik ben het ermee eens dat het cumulatief is, gespreid over achttien jaar, en dat het een klein bedrag is. Maar dat vergelijken met de middelen voor Brussel, klopt niet helemaal. U begrijpt het maar al te goed, want het stond ook zo in uw eigen nota.
Neen, dat stond niet zo in mijn eigen nota, mijnheer Crombez. Als je de totale optelsom maakte van alle geldstromen in mijn nota, was er een zeer duidelijke winst voor Vlaanderen. Het is daarom dat de Franstaligen zo geweldig enthousiast hebben gereageerd op mijn nota. Ze hebben uitgeteld hoeveel het hun zou kosten en dat het Brussel in the long run niets zou opbrengen. Je moet de nota natuurlijk wel in zijn geheel durven te lezen. Die nota was wat dat betreft wel doorspijkerd.
Dat is trouwens erkend door professor Decoster, die nu niet bepaald een grote ideologische vriend van ons is. Hij heeft dat in Terzake netjes uitgerekend en heeft gezegd dat de nota-De Wever kon leiden tot 5 procent belastingverlaging in Vlaanderen en tot 8 procent belastingverhoging in Wallonië. Ik was daar zeer van onder de indruk. Die uitzending heeft me waarschijnlijk veel kiezers gekost.
Ik ben het ook niet met u eens dat Vlaanderen per se niet zal verarmen. In de gemeenschapsfinanciering wordt wel degelijk een gat geslagen via de Lambermontmiddelen. Er komt een nettotransfer van middelen. We hebben ze niet, maar we gingen ze krijgen. De Franse Gemeenschap zal ze nu krijgen. We kunnen het debat technisch voeren. We gaan onze berekeningen in detail binnenkort vrijgeven. We zullen nog genoeg gelegenheid hebben om daar onderling over te discussiëren.
Dat zal een goede zaak zijn.
Mijn laatste punt ging niet over mogelijke belastingkorting. Mijn punt was dat het niet juist is om de verschuiving van de middelen, die 880 miljoen euro voor Vlaanderen ten opzichte van de huidige Financieringswet, te vergelijken met achttien keer de middelen voor Brussel. Het gaat niet om de ruimte voor belastingkorting. Ook in uw nota stonden er middelen voor Brussel. Als we die maal achttien doen, zoals u zelf doet, komen we ook aan grote bedragen.
U moet de totale effecten van zon nota maal achttien doen. Ik neem aan dat u een beetje gepikeerd was door de kwalificatie die we toen gegeven hebben, u mag dat niet persoonlijk opnemen, in dat geval mijn excuses. Maar werken met gecumuleerde cijfers, terwijl andere cijfers eindeffecten zijn in 2030, dat vonden wij een beetje creatief. Ik zal het zo zeggen. We zullen daar ongetwijfeld nog over praten.
De heer Sanctorum heeft het woord.
Mijnheer De Wever, u bent duidelijk bezorgd om de belastingkorting. Zolang de progressiviteit niet wordt aangetast, kan Vlaanderen met die fiscale autonomie doen wat het wil.
Dat is niet juist.
Zo staat het in het akkoord.
Het is niet juist wat u zegt.
Het is wel juist: uw coalitiepartners zullen dat bevestigen.
Uw retoriek verschilt sterk van de communicatie eerder op de dag, mijnheer De Wever. U bent op dit moment erg voorzichtig geworden. Deze ochtend werd het akkoord verguisd. Nu zegt u dat het niet helemaal geworden is wat u wilt. U zult wel moeten kiezen. Is de deal van deze staatshervorming slecht, of gaat die in de goede richting?
Mijnheer De Wever, in het begin van uw toelichting zei u dat de Vlaamse Regering niet vertegenwoordigd was aan de onderhandelingstafel. Sorry hoor, maar dat is een fabeltje. De Vlaamse minister-president was wel aanwezig tijdens de gesprekken over het communautaire akkoord via de gsm van Wouter Beke die op de tafel lag. Virtueel was de minister-president natuurlijk aanwezig. (Gelach. Rumoer)
Hij wist heel goed wat daar gebeurde. Voor de communicatie binnen uw Vlaamse Regering kan ik natuurlijk niet instaan, maar de regering was in de feiten vertegenwoordigd.
Mijnheer Sanctorum, laten we een klein beetje ernstig blijven. We hebben natuurlijk allemaal een partijkaart. Ik heb gezegd dat de grenzen van meerderheid en oppositie niet parallel lopen. Dé Vlaamse Regering is daar niet bij betrokken. Als ze dat wel was, zou de minister-president verslag moeten uitbrengen aan zijn ministers en zou zijn ploeg aan de onderhandelingstafel vertegenwoordigd moeten zijn. U mag niet alles door elkaar halen.
Ik zeg helemaal niets anders dan in mijn persmededeling, ik ben ze trouwens punt per punt aan het overlopen, het zijn dezelfde vier punten. Wat wilt u dat ik nog meer zeg? Ik zeg dat er zeer grote minpunten zijn, dat het negatieve doorweegt, dat we te weinig bevoegdheden krijgen, en dat het geen copernicaanse omwenteling is. Ik geloof niet in de Financieringswet, ik geloof dat die ons geld zal kosten. Het stoort me dat de Franstaligen zekere geldstromen krijgen en de fiscale autonomie is niet wat we gewenst hadden. Wat wilt u nog meer?
Maar u blijft in de Vlaamse Regering.
We moeten helemaal niet technisch worden in verband met de fiscale autonomie. We moeten een onderscheid maken tussen de bevoegdheid die we krijgen om iets te doen aan die progressiviteit, al blijft ze wel gehandhaafd. We kunnen maximum 1000 euro aan belastingvermindering toekennen, weze het dat er nog een parameter van 90 procent ten overstaan van de vorige schijf oploopt, maar dat is een detail. Ik heb het nu over die 1000 euro. Dat is niet weinig. Daar moeten we niet minnetjes over doen. 250 euro jobkorting was al leuk, dat werd door de mensen in dank aanvaard. 1000 euro zal des te meer in dank worden aanvaard.
Of we die bevoegdheid kunnen uitvoeren, dat is een ander verhaal. Dat is een kwestie van keuzes. Dan zeggen wij nog eens: tussen 2010 en vandaag heeft die Vlaamse Regering 2,9 miljard euro meer ontvangsten geïnd. Daar hadden wij andere keuzes mee gemaakt. Deze Vlaamse Regering geeft 15 miljoen euro uit aan een kindpremie. Wij zouden dat gebruiken om fiscale kortingen te geven.
Mijnheer van Rouveroij, vindt u dat Vlaanderen te veel geld krijgt? Ik hoor u dat altijd zeggen, vindt Open Vld dat? Ons budget volgt netjes de economische groei, dat weet u, dat is de Financieringswet. Het gebeurt zelfs iets te traag. De heer Van Mechelen knikt, hij kent deze materie door en door. Vindt Open Vld dat Vlaanderen te veel geld krijgt? Ik hoor u telkens weer zeggen dat we massas middelen krijgen. Is dat verkeerd volgens u?
Dat is niet het punt, mijnheer De Wever, het gaat er niet over of we al dan niet te veel geld krijgen. Met het geld dat we krijgen, doen we niet de juiste dingen.
Mijnheer van Rouveroij, N-VA heeft één minister van Begroting en die legt een begroting in evenwicht voor. U hebt er twee, één in de Brusselse Regering en één in de Federale Regering. U mag me eens vertellen wat daar de toestand is. Het is misschien beter om eens voor eigen deur te vegen dan om telkens weer het fabeltje te vertellen dat het geld hier als manna binnenvalt. (Applaus bij de N-VA)
De heer Dewinter heeft het woord.
Mijnheer De Wever, ik heb daarjuist de belangrijkste punten van kritiek uit uw persmededeling aangehoord en u hebt volkomen gelijk. Ik ben het met u eens.
Het is natuurlijk het een of het ander. Ik heb de indruk dat u aan een acute vorm van schizofrenie lijdt. Aan de ene kant schiet u het akkoord terecht af, maar aan de andere kant zult u er hier in deze regering wel mee uitvoering aan geven! U maakt het vlinderakkoord met de grond gelijk terecht , maar u zult het hier in de Vlaamse Regering, met uw twee ministers, in de praktijk moeten brengen. Het is kiezen of delen. Ik heb de indruk dat u het schaamlapje van Elio Di Rupo aan het worden bent. (Gelach)
U wordt het schaamlapje van Di Rupo omdat u door uw blijvende aanwezigheid in deze Vlaamse Regering zijn vlinderakkoord legitimeert! U moet eruit stappen als u geloofwaardig wilt zijn en blijven in uw kritiek uw terechte kritiek op het Vlinderakkoord. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Mijnheer Dewinter, zoals ik in het begin al zei, zal ik daar op het einde toe komen. U kunt me op dat moment nog eens ondervragen.
Collegas, ik wou nog een vierde puntje van kritiek brengen op het gesloten akkoord, namelijk op het hoofdstuk Brussel en Halle-Vilvoorde. Wij vinden dat er veel geld wordt gegeven aan het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest. Ook dat is welvaartsvast en het tikt geweldig aan, het wordt meer dan 1 miljard euro in 2030, maar er staan geen geweldige hervormingen tegenover. De partijen die het akkoord hebben gesloten, hebben eigenlijk ruiterlijk erkend dat het heel teleurstellend is, dat er heel weinig tegenover staat. Het is zeker niet wat de Vlamingen ervan verwacht hadden.
We maken ons zorgen over de tweetaligheid van Brussel. We zien dat die in de magistratuur wordt afgebouwd en dat degenen die de wet al jaren niet toepassen, daar nu eigenlijk voor worden beloond via een wetswijziging. We maken ons ook zorgen over de taalverhouding in de nieuwe Vlaamse rechtbank, 80/20, die niet in overeenstemming is met de werklast. We hebben niet de indruk dat men het juiste akkoord heeft gesloten, dat de juiste verhoudingen erin staan.
Het is nog maar de vraag of het daarbij blijft. Ik lees in de tekst nog heel veel vaagheden en heel veel vragen. Er zullen nog werkgroepen komen, een over het taalgebruik in Brussel en een over tweetalige lijsten, en daar ben ik zeker niet gerust in. Ik hoop maar dat het het soort werkgroepen zijn die kenmerkend zijn in dit soort akkoorden en die dienen om zaken naar de Griekse kalenden te verwijzen, en niet dat er effectief nog iets van zal komen.
We vrezen ook dat er geen pacificatie zal komen in de Rand. Dat was nochtans de bedoeling: de splitsing van BHV moest de electorale invloed van Brussel in de Rand wegnemen, maar we vrezen dat dat niet zal lukken. Er zullen Franstalige lijsten blijven opkomen in Halle-Vilvoorde. We vrezen dat men ze ook in Leuven op de kiesbrief zal zien. In Leuven hebben we dat tot op heden nooit gehad, maar nu zullen ook MR en FDF op de kiesbrief staan. Dat is de situatie. Men had beter een akkoord waarmee men geen enkel belang meer creëerde voor de Franstaligen om op te komen en om zich te organiseren in Vlaams-Brabant. Wij vinden het jammer dat dit er niet in zit. De coöptatie in de Senaat maakt dat ze belang hebben bij het indienen van zo veel mogelijk lijsten. Dat is gewoon zo en dat vinden wij spijtig.
Ik wil één puntje aanhalen. Ik lees ook bij professor Vuye, uw woordvoerder in de onderhandelingen die trouwens aanwezig was toen het over Brussel-Halle-Vilvoorde ging, dat in de nieuwe kieskring Halle-Vilvoorde-Leuven het perspectief zou zijn gecreëerd dat er geen Franstalige lijsten meer zouden opkomen. Na de splitsing zullen er natuurlijk nog Franstalige lijsten in Halle-Vilvoorde-Leuven opkomen! Die bestaan nu ook, de heer Van Eyken is verkozen in Halle-Vilvoorde.
U geeft de indruk aan de bevolking dat na de splitsing van BHV er geen Franstalige lijsten meer zouden opkomen in de kieskring Vilvoorde-Halle-Leuven. Dat soort demagogie verkopen, is oneerlijk en laf.
Dat heb ik nooit gezegd.
U hebt gezegd dat u geen nachtmerrie hebt van dit BHV-akkoord. Wat in uw taalgebruik wil zeggen dat u het eigenlijk niet zo slecht vindt. Dat betreur ik.
U bent nu ook mijn woordvoerder.
Van sommige zaken moet u kunnen zeggen dat ze goed zijn. Ik had gedacht dat u over het BHV-akkoord iets positiefs zou hebben gezegd. De compensaties die erin staan, stonden ook in uw nota.
Een aantal, ja.
Het stemrecht in de faciliteitengemeenten stond in uw nota. Er werd een adjunct toegevoegd aan de Raad van State, ook een Franstalige, enzovoort. U bent oneerlijk. Dat gevecht heb ik jaren geleden, ook samen met u, gevoerd. U kunt op andere terreinen kritiek hebben, maar voor de Rand rond Brussel is dit akkoord een heel goede zaak. Trouwens, Maingain bewijst het elke dag.
Ik heb niet gezegd dat er door een splitsing nooit lijsten zouden kunnen worden neergelegd. Ik heb gezegd dat het jammer is dat er een belang is gecreëerd. In het eerste voorstel gaven we inderdaad toe dat de status-quo electoraal zou blijven in de zes faciliteitengemeenten. Dat is een van de mooie aspecten, namelijk dat het kiezerskorps van de Franstaligen in Brabant in twee helften werd gekapt, degenen in de zes faciliteitengemeenten die voor Brussel zouden stemmen, en de rest die tot op heden zwak georganiseerd is. De kans dat ze een zetel kunnen halen is, is nihil, en de kans dat ze nog zouden opkomen, is klein. Als ze al kunnen opkomen, zou het alleen op een UF-lijst geweest zijn.
Nu creëert u een concreet belang voor MR, FDF en cdH, om zich te organiseren, want ze kunnen die stemmen voor de coöptaties recupereren. Het spijt me, maar zo is dat. Ik geef helemaal geen oneerlijke kritiek, en ik zeg niet dat er in mijn nota geen toegevingen stonden. Er stonden er een aantal in, maar in het uiteindelijke akkoord zijn dat er veel meer en heeft men er bepaalde zaken in laten sluipen, die ik heel jammer vind. Dat mag toch worden gezegd.
Dat mag worden gezegd, maar dan moet u ook alles zeggen. Als het gaat over de stemoverschotten in de kieskring Halle-Vilvoorde, is dat verdeeld over verschillende partijen, en die stemoverschotten komen in aanmerking voor het toebedelen van vier zetels in de Senaat, waarvan de kieskring 2,5 tot 3 miljoen Franstaligen telt. Het gaat dan over een paar duizend stemmen, verdeeld over vier partijen.
Dan zeggen dat de francofonie van Brussel terug in de Rand gaat stemmen, zoals vroeger het geval was, vind ik totaal oneerlijk. U maakt misbruik van de mensen omdat ze het dossier niet kennen. Dat doet u herhaaldelijk. Dat hebt u gedaan met de Financieringswet.
U moet me geen woorden in de mond leggen.
Jawel, ik leg u die woorden in de mond omdat u ze hebt uitgesproken.
Voor een man die in Londerzeel woont, en die zich vandaag stoort aan Franstalige propaganda, zal de look and feel niet veranderen, want er zullen nog altijd Franstalige lijsten opkomen. (Opmerkingen van de heer Eric Van Rompuy)
Er heeft zeer lang een deal op tafel gelegen, waardoor de Franstaligen geen belang meer hadden om daar lijsten neer te leggen. Dat is alles wat ik u heb gezegd.
Ik heb u ook ruiterlijk gezegd dat u aan geen van de excessieve eisen van het FDF hebt toegegeven. In 2005 onder premier Verhofstadt was dat even anders. Toen Dehaene eraan bezig was, gingen er ook teksten in die richting. Dat was zeer positief. Het FDF is dan moeten opstappen en daardoor was het akkoord geen nachtmerrie.
Meer mag u van een partij in de oppositie niet verwachten, als ik zie dat een aantal toegevingen die ik in mijn nota had staan, sterk zijn uitgebreid, en dat de verbrusseling van de zes randgemeenten doorgaat, en dat de pacificatie er niet is.
De omzendbrief-Peeters wordt nu in de schietkraam gezet van de tweetalige kamer van de Raad van State. Dat weet u toch. Dan weet u toch dat er procedures gaan komen en dat de kans bestaat dat we nu de interpretatie die Vlaanderen wil geven aan de taalwetgeving, gaan verliezen. De toekomst zal uitwijzen wie er op dat vlak gelijk heeft.
De heer Vereeck heeft het woord.
Mijnheer De Wever, u bent op een heel zachte manier begonnen met toe te geven dat er inderdaad een aantal pluspunten in het akkoord zitten. Ook wij hebben dat toegegeven. Maar u bent nu al bijna twintig minuten aan het afgeven op dit akkoord. Het negatieve weegt door. Ik was bezig met uw kritieken te noteren, maar daar ben ik mee gestopt. U schuwt de grote woorden niet: massale verarming, lege doos enzovoort.
Geef nu eens punten op dit akkoord. Is men nu geslaagd? Waarom blijft u in de regering?
De heer Van Der Taelen heeft het woord.
Mijnheer De Wever, ik ben heel blij dat u het even over Brussel gehad hebt. Ik meen dat er in dit parlement te weinig over Brussel wordt gesproken. Brussel is onze hoofdstad. U weet misschien wel dat ik uw kritiek deel op de manier waarop Brussel wordt beheerd. Desalniettemin vind ik het intellectueel oneerlijk om elke financiële bijdrage voor het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest af te doen als minnetjes omdat de structuren van Brussel niet worden veranderd.
Enerzijds zijn de structuren van Brussel wel veranderd. Het wegvallen van de gouverneur en het concentreren van het veiligheidsbeleid op het niveau van het gewest zijn een grote vooruitgang. Anderzijds moet u toch ook toegeven, mijnheer De Wever, dat Brussel als hoofdstad een groot aantal problemen heeft. Als wij nu niet helpen om die aan te pakken, zal dat catastrofale gevolgen hebben. Er wordt een bevolkingstoename van 250.000 mensen verwacht in de volgende vijftien jaar. Als Brussel geen grote financiële injectie krijgt, ook vanuit Vlaanderen, zal dat catastrofale gevolgen hebben voor Vlaanderen. We kunnen nu natuurlijk zeggen dat we niets geven zolang de instellingen niet veranderen. Ik zeg u dat, als we nu niet met open ogen kijken naar de problemen van onze hoofdstad, Vlaanderen daar de volgende jaren de zeer negatieve gevolgen van zal dragen. Ik zou van de N-VA eindelijk eens een uitgewerkte visie willen krijgen over de plaats van de hoofdstad van Vlaanderen. Tot op heden is die hoofdstad nog altijd Brussel.
Mijnheer Van Der Taelen, ik ben blij dat u zon belangstelling hebt voor ons programma. En het zal u misschien verbazen, maar ik geef u over de hele lijn gelijk. Ik heb niets in te brengen tegen wat u gezegd hebt. Alleen dacht ik dat het moment waarop er geherfinancierd wordt het uitstekende moment was om er allerlei dingen aan te koppelen qua hervormingen. Dat is niet gebeurd.
U zegt dat het een positieve zaak is, maar wees nu eens eerlijk: hoeveel keer hebben we hier, vanuit alle partijen, niet geroepen over de fusie van de politiezones, over het veiligheidsbeleid, over de fusie van de negentien gemeenten, over het waterhoofd dat Brussel geworden is op niveau van het gewest en alle onderliggende besturen, over ministers die grote kabinetten hebben maar geen bevoegdheden u kent er waarschijnlijk wel zo eentje. Hoe vaak werd dat hier niet aangekaart, door bijna alle partijen? Nu Brussel aan de poort stond om geld te vragen, was dit het moment om daar veel dingen aan te koppelen. Ik kan alleen, samen met u, vaststellen dat dat niet gebeurd is. Ik denk dat die kritiek mag worden geuit.
Er is een aanzet gebeurd, een historische aanzet. We zijn het met elkaar eens dat er meer moet gebeuren. Zoals u echter weet, kan men in politiek niet alles op één dag bereiken. Het afschaffen van de gouverneurspost, het centraliseren van het veiligheidsbeleid op regionaal vlak en het mobiliteitsbeleid, is geen geringe stap. Vanuit Antwerpen kan dat misschien een beetje moeilijk geapprecieerd worden. Als Brusselaar zeg ik u dat dit een stap vooruit is. Het belangrijkste is dat Vlaanderen nu eens inziet dat, als we niet fenomenaal ingrijpen in Brussel, de negatieve gevolgen daarvan niet alleen voor de Brusselaars zullen zijn, maar voor heel Vlaanderen. Er staat nog altijd geen muur rond Brussel, hoe graag u dat ook zou hebben.
Ik geef u nog altijd over de hele lijn gelijk. Alleen vind ik 500 miljoen euro voor een aanzet nogal duur betaald. Als Antwerpenaar zou ik heel blij zijn met zon herfinanciering. Ook wij hebben grootstedelijke problemen, ook onze bevolking swingt de pan uit, ook wij hebben druk op ons onderwijs, ook onze bevolking verkleurt, ook wij hebben sociale problemen. Als men dat allemaal erkent voor Brussel, mag men Antwerpen ook 500 miljoen euro geven. Dan wil ik mijn oordeel over dit akkoord milderen. Maar dat zal allicht niet gebeuren. Men geeft het aan Brussel, in ruil voor wat u zelf een aanzet hebt genoemd. Ik vraag mij af hoe u nog tot verdere hervormingen zult komen. (Applaus N-VA)
De heer Decaluwe heeft het woord.
Mijnheer De Wever, ik heb wat met u te doen. Het is natuurlijk niet simpel als driekwart van het parlement kritische vragen afvuurt op één enkele man. Het is niet gemakkelijk voor uw partij. Ik heb daar respect voor.
Ik heb een simpele vraag. U zegt dat u in de Vlaamse Regering blijft. Dat vind ik op zich positief. Maar betekent dit dat het Vlaams regeerakkoord in uw ogen niet wordt geschonden? Ja of nee?
Wel, de minister-president heeft het namens de regering gezegd.
Dus volgens u en de N-VA wordt het Vlaams regeerakkoord niet geschonden?
Dan kom ik tot de hamvraag, die ik al de hele tijd wil beantwoorden. U zult hebben opgemerkt dat onze analyse meer aansluit bij de partijen die hier in de oppositie zitten, dan bij de partijen die hier in de meerderheid zitten.
Dat lijkt me ook volkomen normaal, want wij zijn een oppositiepartij op het niveau waarop over dit akkoord is onderhandeld en voort zal worden onderhandeld, waar het in wetteksten zal worden gegoten hopelijk en er uiteindelijk over zal worden gestemd. De vraag die op de lippen brandt, is: moeten we daarom ook hier een oppositiepartij worden? Velen in dit huis menen van wel. Men heeft de vinger op de wonde gelegd: de meerderheid eist die loyaliteit, de oppositie zegt dat we die niet mogen geven en nu een oppositiepartij moeten worden.
We hebben beslist dat niet te doen en dit moeilijke moment veeleer te doorstaan. Ik geef u een aantal redenen waarom we dat doen. U zult daar niet tevreden mee zijn, maar ik geef ze u toch. Om te beginnen zijn we fundamenteel van oordeel dat er geen crisis moet komen op het Vlaamse niveau door beslissingen van het federale niveau. Dat kunt u weglachen, maar ik vind dat wel vrij fundamenteel. Het is niet aan de overkant dat de atmosfeer hier wordt bepaald.
Ook willen we geen andere Vlaamse Regering tot stand zien komen omdat dit de Federale Regering goed zou uitkomen. Men kan zich afvragen of ik nu het schaamlapje ben van Elio Di Rupo, of niet. Ik denk het niet, in dit geval. Het zal echter niet Elio Di Rupo zijn die beslist hoe de Vlaamse Regering er in de toekomst uit zal zien. Er zijn misschien sommigen die dat graag willen en sommigen die graag onze plaats zouden innemen, maar ik vind dat niet kunnen.
Ik heb ook wel een idee wat er zou gebeuren, mochten we oordelen dat onze evaluatie negatief is en toch opstappen, ondanks het feit dat we er niets mee te maken hebben en dit ons wordt opgelegd. Er zal vrij snel een andere Vlaamse Regering komen. Daar ben ik nogal gerust in. De vraag is of dat dan een betere Vlaamse Regering zal zijn vanuit het oogpunt van de dingen die ons bezighouden. Wat ons bindt, is de Vlaamse zaak. Zou dat dan een betere Vlaamse Regering zijn? Zou die regering bijvoorbeeld het principe dat we de komende jaren geen overschotten boeken, nog hoog in het vaandel dragen? Ik zie de lichaamstaal op sommige banken. (Gelach)
Die bevestigt me dat dit dus niet het geval zou zijn. Is dat dan beter? Moeten we nu opstaan en onze plaats laten innemen? Dan zal er opnieuw worden onderhandeld over de regering, maar zal dat dan beter zijn voor de dingen die wij belangrijk vinden? Ik denk het niet.
Dan is er nog een laatste, heel persoonlijke overweging. Ik ben ervan overtuigd dat het voor mijn partij zeer belangrijk is om een beleidspartij te blijven, op het Vlaamse niveau en wat mij betreft op zo veel mogelijk andere niveaus. Ik durf dat te zeggen. Sommigen zullen zeggen dat dit met postjes te maken heeft. Wat dat betreft, denk ik dat ik qua geloofwaardigheid van weinig of geen mensen lessen te ontvangen heb. Ik vind het belangrijk dat het Vlaams-nationalisme een beleidsfactor blijft. Ik denk immers dat de komende jaren heel erg belangrijk zullen worden voor dit land. Ik denk niet dat dit verhaal ten einde is. Dat vergt nu dus loyaliteit aan de Vlaamse Regering. Als dat vereist dat we zeggen dat er formeel geen schending is van het Vlaamse regeerakkoord, dan zeg ik u dat, maar dat betekent niet dat dit akkoord de uitvoering is van het Vlaamse regeerakkoord. Dat weet u ook, mijnheer Decaluwe. Er zijn heel veel aspecten waarmee CD&V het al evenmin eens is. U beklemtoont natuurlijk de positieve dingen, en dat is normaal, want u zit in de meerderheid aan de overzijde. Er zijn echter heel veel dingen waarvan u ruiterlijk zult toegeven dat u ze al evenmin goed vindt, dingen die niet in het Vlaamse regeerakkoord staan en er ook geen uitvoering van zijn.
Ik bevestig echter hier wel formeel de loyaliteit van de N-VA aan deze Vlaamse ploeg. We hebben in 2009 een Vlaams regeerakkoord gesloten. We zullen graag de rit uitrijden en we zullen dat in grote loyaliteit doen, ook al moet ik daarvoor dan vandaag spitsroeden lopen bij de oppositie en sommige leden van de meerderheid. Dat lijkt me heel normaal. Mijn opinie over dit akkoord is klaar en duidelijk, en onze stelling ten opzichte van de Vlaamse Regering evenzeer. (Applaus bij de N-VA)
De heer Van den Heuvel heeft het woord.
Voorzitter, ik had eigenlijk al een paar minuten geleden het woord gevraagd. Ik had over de Financieringswet een aantal vragen willen stellen aan de heer De Wever, zeker toen het debat over Brussel opnieuw oplaaide. Mijnheer De Wever, het lijkt me heel belangrijk niet te vervallen in goedkope, stereotiepe beweringen. We weten allemaal dat die 500 miljoen euro voor Brussel ook in uw nota stond en dat u andere toezeggingen hebt gedaan in Vollezele. (Opmerkingen van de heer Bart De Wever)
Het was in eerste instantie voor u niet nodig om die Financieringswet te herzien. Nu is er een nieuwe Financieringswet, die in 11 miljard euro fiscale autonomie voorziet, die heel wat aanpassingen doet aan het solidariteitsmechanisme en die een grotere responsabilisering invoert. Dat zijn drie belangrijke principes die u al jaren vraagt, samen met ons, en die in deze nieuwe Financieringswet staan. Ik vind dat een fantastische vooruitgang ten opzichte van het status-quo van de oude Financieringswet.
En in alle kalmte zeg ik u dat wij daar geen euro voor betaald hebben. In vergelijking met de oude Financieringswet gaan wij er niet op achteruit. Dankzij de oude Financieringswet gingen wij er in BBP-punten op vooruit. Welnu, wij moeten van die vooruitgang niets inleveren. De andere deelstaten in dit land blijven status-quo. De heer Crombez had het over een status-quo in grosso modo 15 à 20 jaar. Daarbij worden de duidelijke principes ingenomen van meer responsabilisering en meer fiscale autonomie en een transparant solidariteitsmechanisme.
U zegt dat onze inkomsten onzeker zijn, want ze hangen af van de economische groei. Die van de Franse Gemeenschap zouden zeker zijn omdat het om zekere dotaties gaat. Mijn vraag aan u is hoe de Vlaamse Gemeenschap wordt gefinancierd. Op basis van dotaties. En op basis waarvan worden die dotaties jaarlijks aangepast?
Op basis van inkomsten
Neen, op basis van de economische groei. Dat is dezelfde parameter als voor de gewestfinanciering. U maakt een kringredenering. Het is heel duidelijk dat u op dat vlak met heel gemakkelijke slogans de mensen probeert wijs te maken dat deze nieuwe Financieringswet een gat van 2 miljard euro slaagt in de Vlaamse financiën. Ik zeg in alle rust dat uw redenering onjuist, niet eerlijk en niet consequent is.(Applaus bij CD&V en sp.a)
De toekomst zal uitwijzen wie van ons beiden gelijk heeft. Ik herhaal dat wij binnenkort de berekeningen heel gedetailleerd zullen bekendmaken. We kunnen dat debat dan ongetwijfeld verder voeren. Ik vind het wel niet zo netjes dat u elke keer aan Vollezele refereert. Ik heb u daar niet gezien. Misschien zat u daar ergens verborgen. U weet dus ook niet wat daar is gezegd en afgesproken. Sindsdien worden daar veel fabels over verteld.
Dat wij in het begin de Financieringswet niet ter discussie hebben willen stellen, is zeer juist. Wij mikten op heel grote bevoegdheidspakketten. Het ging toen over de volledige gezondheidszorg, de RVA enzovoort. Toen dat allemaal onmogelijk bleek, hebben wij samen met uw partij die daar eerder voorstander van was, de Financieringswet opengebroken en op tafel gelegd. Of ik daar achteraf, nu ik het akkoord zie, blij mee moet zijn, daar twijfel ik heel erg aan. Daarover zijn we het duidelijk niet eens.
De heer Sanctorum heeft het woord.
Mijnheer De Wever, daarnet begreep ik u niet toen u zei dat het BHV-akkoord de Franstalige lijsten in Vlaams-Brabant zou stimuleren. Nadien hebt u uitgelegd dat die Franstalige stemmen in Halle-Vilvoorde bij het totaal van de Franstalige stemmen worden opgeteld voor vier gecoöpteerde senatoren. Als dat uw fundamentele kritiek is op het BHV-akkoord, dan denk ik dat we een heel zuivere splitsing hebben gerealiseerd van BHV.
Wanneer u tot slot zegt dat dit akkoord geen schending en ook geen uitvoering van het Vlaams regeerakkoord is, dan wordt mijn analyse van daarnet bevestigd, namelijk dat N-VA de nieuwe CD&V in Vlaanderen is.
Mijnheer Sanctorum, ik heb in de peilingen ook gezien dat N-VA de nieuwe CD&V is geworden. En dat vergt inderdaad een beetje flexibiliteit. U mag me echter niet kwalijk nemen dat ik heb gezegd dat de taken van het Octopusakkoord deels worden uitgevoerd, zoals minister-president Peeters heeft gezegd. En ik ben blij met elke nieuwe bevoegdheid. Maar ik kan niet zeggen dat alle aspecten van dat akkoord een uitvoering zijn van het Vlaamse regeerakkoord. Ik zeg echter ook niet dat het regeerakkoord formeel wordt geschonden. Ik bevestig immers mijn loyauteit aan deze ploeg. Dat is heel duidelijk.
De heer Vereeck heeft het woord.
Mijnheer De Wever, volgens mij moet u schele hoofdpijn hebben: uw hoofd moet vol elektriciteit zitten over hoe u die twee tegengestelde belangen kunt verzoenen. Aan de ene kant brandt u dit akkoord nogmaals af, aan de andere kant blijft u toch zitten.
Ik wil even ingaan op uw vier punten. U zegt dat een federale crisis niet mag leiden tot een Vlaamse crisis.
Villa Politica is al gedaan. (Opmerkingen)
Dan speel ik nog wel eens een spelletje Cluedo.
Ja, dat was geestig.
Uw vier punten raken kant noch wal. Ten eerste mag een crisis op het federale niveau niet afstralen op het Vlaamse niveau. Dan had u de Octopusnota geen onderdeel moeten maken van uw regeerakkoord, want daar staat wel een en ander in over de staatshervorming.
Ten tweede wilt u geen andere Vlaamse Regering ten behoeve van het federale niveau. Dat is wel heel bijzonder, want die Federale Regering is nog altijd niet gevormd. We zullen zien welke van de acht partijen uiteindelijk mogen meedoen.
Ten derde, wie zegt dat die andere Vlaamse Regering beter zou zijn? Ik kan hier alvast melden dat het niet veel slechter kan. (Opmerkingen)
We hebben vorige keer gemerkt dat de buffers ontbreken. Ik kijk uit naar een Vlaamse Regering die aan schuldafbouw doet.
De N-VA wil een beleidspartij worden. In dat geval had ze mee moeten onderhandelen en had de heer De Wever erbij moeten zijn. (Opmerkingen van de heer Bart De Wever)
Mijnheer De Wever, u hebt dat min of meer geprobeerd. Ik vraag u nogmaals dit akkoord punten te geven. Het is blijkbaar geen schending van het Vlaams regeerakkoord en van de Octopusnota. Ik leid hieruit af dat de heer Di Rupo geslaagd is. Hij heeft blijkbaar een akkoord afgescheiden dat in de lijn van uw Octopusnota ligt.
Er staat ook een Octopusnota in het Waals regeerakkoord. Als we die logica volgen, zou de Waalse Regering onmiddellijk ontslag moeten nemen. Die Octopusnota, die eigenlijk voor een totale status quo pleit, is immers op veel punten geschonden.
Indien we die logica doortrekken, mag een deelstaat in haar regeerakkoord geen ambitie meer uitspreken over haar eigen zelfbestuur, in de hoop dat die ambities kunnen worden gerealiseerd. Dit regeerakkoord is een leidtekst die ons allemaal bindt en die zeer nuttig is. Als hiertegenover beslissingen worden genomen waar wij niets over te zeggen hebben en die niet in de lijn van ons regeerakkoord liggen, moet de Vlaamse Regering maar ontslag nemen. Ik vind dat allemaal eigenaardig.
In elk geval zou de Waalse Regering in dat geval onmiddellijk moeten opstappen. Daar wordt het debat echter niet gevoerd. Daar is immers geen oppositie meer.
De heer Sannen heeft het woord.
Voorzitter, de heer De Wever heeft al gedeeltelijk bevestigd dat hij zich loyaal wil gedragen. Dit akkoord houdt niet de totale uitvoering van het Vlaams regeerakkoord in. Ik heb echter begrepen dat hij binnen de Vlaamse Regering loyaal zal helpen het Vlinderakkoord in Vlaanderen te implementeren.
Mijnheer Sannen, u hebt me horen verklaren dat wat hiertegenover wordt beslist op ons afkomt. Ik zie dat u daarvan geniet. Dat is u gegund. Er zijn zo van die dagen. Wij zullen ermee moeten omgaan. We hebben ervoor gekozen dat binnen de Vlaamse Regering te doen. Indien u mij daarbij enig enthousiasme wilt aanmeten, mag u dat gerust doen. Dat behoort tot het politieke spel. Cest de bonne guerre.
De heer Dewinter heeft het woord.
Voorzitter, ik heb de minister-president goed geobserveerd. Dit debat is zeker niet onbelangrijk. Ik heb gezien hoe hij steeds zorgzamer en lijdzamer dit debat ondergaat. Hij komt, net zoals zovelen die dit observeren, tot een conclusie over wat we hier hebben meegemaakt. CD&V en sp.a bevragen hun coalitiepartner publiek over zijn loyauteit. Ze hebben kritiek op elkaar over de uitvoering van het een en het ander. Dit is een voorafspiegeling van wat we de komende jaren in deze meerderheid en in deze regering zullen beleven.
De heer De Wever speelt de rol van de party crasher die het feestje van minister-president Peeters bederft. Hij zorgt er uiteindelijk voor dat hij de ergste nachtmerrie van CD&V en van sp.a wordt. Federaal voert hij extern oppositie. Binnen deze meerderheid zal hij intern oppositie voeren.
In de praktijk had de heer De Wever natuurlijk gehoopt dat CD&V en sp.a hem eruit zouden hebben gezet. Hij had gehoopt dat een inbraak van de Open Vld tot de federale deal zou hebben behoord. Tot grote spijt van de heer De Wever is dat niet gebeurd. Hij moet zowaar in de Vlaamse Regering blijven zitten. Hij kan geen kant meer uit.
Volgens mij importeren we nu de federale bestuursimpotentie naar de Vlaamse meerderheid, met alle gevolgen die daar uit voortvloeien. Dat debat is zeer relevant voor wat er de komende maanden en jaren op de minister-president afkomt. Ik wens hem veel plezier en vooral innige deelneming. (Applaus bij het Vlaams Belang)
In tegenstelling tot de heer Dewinter, kan ik geen gedachten lezen en laat de bedachtzame blik van de minister-president me niet toe te weten wat er in hem omgaat. Consul est vir multis miseriis. Volgens mij heeft de minister-president al wel wat anders doorstaan.
De zaken die de heer Dewinter mij mentaal heeft toegedicht, laat ik voor zijn rekening. Hij kan gedachten lezen en ik kan dat niet. (Applaus bij de N-VA)
Minister-president Peeters heeft het woord.
Volgens mij was de verklaring die ik daarstraks namens de voltallige Vlaamse Regering heb afgelegd, zeer duidelijk. Ik wil nogmaals herhalen dat er volgens de voltallige Vlaamse Regering geen tegenspraak is met het Vlaams regeerakkoord. Dat is tijdens de verschillende toespraken, vooral die van de meerderheidspartijen, nog eens bevestigd.
We moeten nu alles zetten op de uitvoering van wat op ons afkomt om een coherenter en doorslaggevend beleid te voeren.
Ik kijk uit naar hoe snel het allemaal op ons gaat afkomen. Mijnheer van Rouveroij, u had het over de kinderbijslag. Ik wil u eraan herinneren dat men eerst een aantal hervormingen op het federale niveau moet doorvoeren.
Voorzitter, dit parlement zal zich ook bezighouden met wat dit allemaal betekent voor Vlaanderen. Ik kan alleen maar bepleiten dat we samen met het parlement de operationalisering en de implementatie van de nieuwe bevoegdheden kunnen bespreken. (Applaus bij de meerderheid)
De heer Van Hauthem heeft het woord.
Voorzitter, ik stel alleen maar vast dat er een veranderende houding is tussen 2008 en nu. In 2005 stond er ook een communautair luik in het Vlaams regeerakkoord. In 2009 ook. Nu zegt men plots dat het aan de overkant is en dat wij er niets mee te maken hebben. Ik vraag me dan af waarom de minister-president naar het Vlaams Parlement komt om het standpunt van de Vlaamse Regering over een federaal akkoord toe te lichten. Ik stel ook vast dat men er in 2008 wel de consequenties heeft uit getrokken. Toen was er een crisis in de Vlaamse Regering, met name het ontslag van de N-VA, omdat op federaal vlak Brussel-Halle-Vilvoorde niet geregeld geraakte en de dialoog van gemeenschap tot gemeenschap was mislukt. Ik stel die vergelijking vast.
Tot slot wensen wij de indiening van een actualiteitsmotie mee te delen.
De heer Vereeck heeft het woord.
Voorzitter, ik zou aan de minister-president willen vragen wat zijn definitie is van geen tegenspraak. Ik heb er drie elementen uitgelicht. Ik vraag ze nog eens want ik heb er geen antwoord op gekregen.
Hoe kunt u de splitsing van het gerechtelijk arrondissement met Franstalige rechters geen inbreuk noemen op het territorialiteitsbeginsel? Dat lijkt me in tegenspraak te zijn met wat er in de Octopusnota staat.
Het is niet alleen in tegenspraak met wat u in 2008 hebt gezegd. Het is zelfs in tegenspraak met wat u amper enkele maanden geleden hebt gezegd, namelijk dat Brussel geen volwaardig gewest wordt. We zien alleen maar een versterking van het Brusselse Gewest, dat inderdaad op zoek is naar een drieledige nieuwe federale structuur. U gaat dat toch niet ontkennen? De basisidee van een tweeledige federale staat waarin we gezamenlijk Brussel besturen, is volledig aan het verdwijnen. Dat is volledig in tegenspraak met de geest van zowel het regeerakkoord als de Octopusnota.
Nogmaals, ik zie wel een duidelijke tegenspraak met de Octopusnota.
De heer van Rouveroij heeft het woord.
Voorzitter, wij kondigen een actualiteitsmotie aan.
De heer De Wever heeft het woord.
Voorzitter, ik moet de heer Van Hauthem corrigeren. De breuk in de Vlaamse Regering in 2008 had te maken met het feit dat deze regering collectief had beslist om de gemeenschapsdialoog aan te gaan. Een partij kon zich daar niet in schikken. Logischerwijze is ze uit de regering gezet of heeft ze de regering verlaten, al naargelang uw appreciatie van het moment.
De heer Sanctorum heeft het woord.
Voorzitter, wij kondigen een actualiteitsmotie aan.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
Het debat is gesloten.
Actualiteitsmoties
Door de heer Sanctorum, door de heer van Rouveroij en door de heer Caluwé werden tot besluit van dit actualiteitsdebat actualiteitsmoties aangekondigd. Ze moeten uiterlijk om 17 uur zijn ingediend.
Door het Vlaams Belang werd tot besluit van dit actualiteitsdebat een actualiteitsmotie ingediend. Ze zal worden gedrukt en rondgedeeld.
Het parlement zal zich daarover straks uitspreken.
Het incident is gesloten.