Verslag plenaire vergadering
Verslag
Algemene bespreking
Dames en heren, aan de orde is de algemene bespreking van het voorstel van decreet.
Mevrouw Robeyns, verslaggever, heeft het woord.
Collegas, het voorstel van decreet houdende aanstelling van erkende landmeters door provincies, gemeenten en OCMWs voor het opmaken van schattingsverslagen in het kader van onroerende verrichtingen die worden gesteld door de provincies, gemeenten en OCMWs werd op 9 november in de commissie voor Bestuurzaken, Binnenlands Bestuur, Decreetsevaluatie, Inburgering en Toerisme besproken. Het voorstel werd toegelicht door de heer Sauwens. Hij stelde dat de gemeenten, OCMWs, provincies en andere openbare besturen voor een aantal onroerende verrichtingen gebruik moeten maken van schattingsverslagen die zijn opgemaakt door de ontvanger van de registratie of het comité van aankoop. De betrokken diensten zijn echter overbevraagd en onderbemand, waardoor er achterstanden zijn op het vlak van de schattingsverslagen. De schattingsverslagen die de openbare besturen nodig hebben voor hun onroerende verrichtingen, blijven dus uit, en bijgevolg ook de onderhandelingen en akkoorden met de betrokken eigenaars. Dat levert een enorme vertraging op in belangrijke sociaal-economische dossiers. De heer Sauwens verwees onder meer naar projecten van sociale huisvestingsmaatschappijen, de Vlaamse Landmaatschappij en het Agentschap Wegen en Verkeer.
Het voorstel van decreet zorgt ervoor dat de schattingen niet alleen door het aankoopcomité en de ontvanger van registratie kunnen gebeuren, maar ook door landmeters-experten die ingeschreven zijn op het tableau, beheerd door de Federale Raad van landmeters-experten, conform de wet van 11 mei 2003. Door dit nieuwe systeem in het leven te roepen, kunnen de problemen van achterstand en onderbemanning snel en blijvend worden opgevangen.
De heer Sauwens wees er ten slotte ook nog op dat een aantal gemeentebesturen het vooropgestelde systeem al gedeeltelijk toepassen onder toezicht van de commissaris van het comité van aankoop of van de ontvanger van de registratie. Voor het toezicht en de rechtszekerheid zou het echter goed zijn dit een decretale grondslag te geven. Vandaar dat wordt voorgesteld het Provinciedecreet, het Gemeentedecreet en het OCMW-decreet in die zin aan te vullen of te wijzigen.
Tijdens de bespreking bevestigde de heer De Loor de analyse over de huidige achterstand en de gebrekkige werking van de comités van aankoop. Maar om er zeker van te zijn dat dit voorstel tegemoet komt aan de gestelde problematiek, stelde hij voor om hoorzittingen te houden om zo ook na te gaan of er eventueel andere oplossingen mogelijk zijn.
De heer van Rouveroij bevestigde dat de open Vld dit voorstel van decreet steunt. Hij stelde dat dit voorstel evenwichtig is en wel degelijk een oplossing biedt. Hij wees er wel op dat er nog een aantal federale initiatieven nodig zijn om het systeem te laten werken. Open Vld is alvast bereid om die te steunen. Het voorstel van decreet is dus een stap in de goede richting, maar de meet is nog niet helemaal bereikt, aldus de heer van Rouveroij.
De heer Vanden Bussche stelde dat er duidelijkheid moet zijn over de kostprijs van de schattingen. Verder zei hij ook dat de aankoopcomités laten verstaan dat zij, om de akte vlot en vlug te laten verlijden, liefst zelf worden aangesteld om de schatting te doen. Deze kwesties zouden volgens hem toch eerst uitgeklaard moeten worden.
De heer Verfaillie stelde dat de comités van aankoop onderbemand zijn en niet beschikken over een moderne infrastructuur. Dat valt volgens hem echter onder de verantwoordelijkheid van de federale minister van Financiën, die daarin onvoldoende investeert. De bestaande problemen leiden ertoe dat heel wat lokale besturen de procedures omzeilen en in een schemerzone belanden. Dat is geen gezonde situatie en daarom is volgens hem een decretaal initiatief aangewezen.
In zijn repliek stelde collega Sauwens dat de bekommernis van de heer Vanden Bussche terecht is. In dit voorstel van decreet wordt een extra mogelijkheid geboden, naast de twee reeds bestaande mogelijkheden. Hij verwees ook naar de omzendbrief van 12 februari 2010 van minister Bourgeois. Voor de vergoedingen verwees collega Sauwens nog naar de plichtenleer van de landmeters en naar het feit dat zij over baremas beschikken.
Voor de vraag naar hoorzittingen stelde collega Sauwens dat er in de commissie voldoende kennis aanwezig is over de problematiek. Nieuwe hoorzittingen zouden volgens hem dan ook niet tot nieuwe inzichten leiden. Hij vroeg dan ook om het voorstel om hoorzittingen te houden af te wijzen.
Collega De Loor benadrukte ten slotte nogmaals dat hij de problematiek van achterstand erkent. Hij zou echter graag een zicht krijgen op andere mogelijke oplossingen dan deze die in dit voorstel worden voorgesteld. Hij pleitte voor sterke openbare diensten. Het voorliggende voorstel van decreet houdt echter een privatisering van een openbare dienst in. Hij kan zich daar niet in terugvinden zonder dat daarover een ernstig politiek en maatschappelijk debat wordt gevoerd. Dit uitte zich dan ook in zijn stemgedrag.
Het voorstel van decreet werd aangenomen met 9 stemmen voor bij 1 onthouding.
De heer Huybrechts heeft het woord.
Voorzitter, onze fractie meent dat het een goede zaak is dat zowel het aankoopcomité als de ontvanger van registratie twee diensten die momenteel onderbemand en overbevraagd zijn worden ontlast door aan landmeters-experten de mogelijkheid te geven om ook de schattingsverslagen op te stellen. Op deze manier kan de opgelopen achterstand in de te behandelen dossiers worden weggewerkt. Het Vlaams Belang zal dan ook dit voorstel van decreet goedkeuren.
De heer De Meulemeester heeft het woord.
Voorzitter, minister, collegas, dit voorstel dat moet toelaten dat schattingen niet alleen door het aankoopcomité en de ontvanger van registratie kunnen gebeuren, maar ook door landmeters, is een goede zaak. Al te vaak gebeurt het dat, door de overbevraging van de huidige diensten die zich hiermee nu moeten bezighouden, de onroerende verrichtingen van de lokale besturen enorme vertragingen oplopen. Dat is niet alleen slecht voor de besluitvorming maar het is ook slecht voor de betrokken eigenaars, om nog te zwijgen over de problemen die zich op menselijk vlak voordoen wanneer het gaat over sociaal-economische projecten zoals sociale huisvesting, ziekenhuizen, rust- en verzorgingstehuizen enzovoort.
Het opstellen van de lijst van ingeschreven landmeters-experten die ingeschreven zijn op het tableau van de Federale Raad van landmeters-experten, vereenvoudigt bovendien deze gang van zaken in aanzienlijke mate. Er is immers geen aparte erkenning door het Vlaamse Gewest meer noodzakelijk.
Mogelijk wordt door het instellen van deze mogelijkheid de achterstand bij de comités van aankoop weggewerkt, wat tot een snellere gang van zaken aanleiding kan geven in een tijd waar elk initiatief dat werkgelegenheid oplevert, maximaal moet worden aangemoedigd.
Minister, onze fractie vraagt u evenwel snel de nodige initiatieven te nemen bij de federale regering, die ons in staat moeten stellen dit systeem optimaal te laten functioneren, onder meer met betrekking tot het kunnen beschikken over de vergelijkingspunten uit de lijst van meest recente vervreemdingen.
Voorzitter, collegas, hoewel onze fractie betreurt dat niet aan de oppositie werd gevraagd om dit voorstel, dat algemeen gedragen is, mee te ondertekenen, zal de Open Vld-fractie dit voorstel van decreet met overtuiging steunen. (Applaus bij Open Vld)
De heer Martens heeft het woord.
Voorzitter, collegas, ik wil mevrouw Robeyns danken voor het voortreffelijke verslag. Dit is inderdaad een heel belangrijk voorstel van decreet, waarmee we gevolg geven aan een van de aanbevelingen die we zelf hebben gedaan in onze commissie Versnelling Maatschappelijk Belangrijke Investeringsprojecten. Mensen die op lokaal vlak actief zijn, weten ook wat een lijdensweg de onteigeningsprocedures vandaag zijn, vanwege de bottleneck bij de comités van aankoop. Dit kan daaraan verhelpen.
Zeker bij projecten die te maken hebben met lijninfrastructuur, fietspaden en dergelijke speelt die onteigeningsproblematiek ten volle. Er moet iets gebeuren om dergelijke projecten sneller te doen verlopen. Ik merk enkel op, ook in het vooruitzicht van onze opvolgingscommissie van volgende maandag, dat dit tegemoetkomt aan onteigeningsproblemen die lokale besturen vaststellen. We wijzigen hiermee het Provinciedecreet, het Gemeentedecreet, het OCMW-decreet, maar er blijft nog een belangrijke problematiek liggen bij onteigeningen waar het Vlaamse Gewest mee te maken heeft, bijvoorbeeld voor de aanleg van overstromingsgebieden, een probleem dat we hier enkele weken geleden nog hebben besproken.
Het feit dat wij nu een initiatief nemen vanuit het parlement is een stap in de goede richting, maar het ontslaat de regering niet van het verdere werk dat ze moet maken van de uitvoering van de aanbevelingen van onze commissie Versnelling. Wij hopen ook dat er een deblokkering kan komen van onteigeningsdossiers waar het Vlaamse Gewest mee geconfronteerd wordt. Mogelijk kan het systeem waarin wij nu voorzien voor lokale besturen, al een deel van het contentieux bij de comités van aankoop wegnemen, zodat procedures die door het gewest worden ingesteld, ook sneller vooruit kunnen gaan. Maar er moet ook een goede afspraak komen met de federale overheid, om die comités sneller en beter te laten schatten en om een optimale afstemming te krijgen tussen bevoegdheden die wij onszelf hebben toegeëigend en bevoegdheden die nog altijd federaal blijven.
De heer Caron heeft het woord.
Voorzitter, collegas, ook wij menen dat dit voorstel van decreet tegemoetkomt aan de aanbevelingen van de commissies-Sauwens en -Berx. Het moet een aantal belangrijke maatschappelijke projecten mogelijk maken. Dat kan inderdaad veel efficiënter en steviger door daar ook de privésector een rol in te geven.
Ook wij zullen dit voorstel van decreet van harte ondersteunen. Wij hadden het, net zoals de heer De Meulemeester opmerkte, graag mee ondertekend. Maar goed, dat begrijpen we wel.
De heer de Kort heeft het woord.
Voorzitter, collegas, dit voorstel van decreet sluit inderdaad aan bij de bekommernissen en aanbevelingen die we hebben geformuleerd in de commissie-Sauwens. Ik had het er net nog over met de heer Sauwens dat we zeker nog een verdere screening moeten doen van de decreten. Er is immers ook een probleem voor de sociale huisvestingsmaatschappijen. Ook voor hen is er die bottleneck om met de comités van aankoop te werken. We zullen op dat vlak dus nog een gelijkaardig initiatief moeten nemen.
De heer Sauwens heeft het woord.
We komen inderdaad tegemoet aan een van de resoluties die door het parlement zijn goedgekeurd. We zullen zien in welke mate op korte termijn, ook door een juiste communicatie over deze decreetswijziging, de gemeenten dit zullen gebruiken, waardoor er ruimte kan ontstaan bij de comités van aankoop en de ontvangers van de registratie om sneller te werken voor de eigen Vlaamse agentschappen, want daar is de problematiek even schrijnend.
Bij ons in de buurt blijven er bijvoorbeeld belangrijke TV3V-projecten voor de verkeersveiligheid al twee jaar liggen. Dat gaat over zeer gevaarlijke situaties, met tien ongevallen met fietsers. Die projecten blijven liggen, puur door die onteigeningen. Desnoods moeten we ook daar een initiatief nemen. We kunnen het daarover hebben in de vergadering van onze opvolgingscommissie, collegas, die maandag zal plaatsvinden om 14 uur.
De heer De Loor heeft het woord.
Voorzitter, oorspronkelijk was ik niet van plan om nu iets te zeggen. Ik wou straks, bij de stemming, een stemverklaring afleggen. Ik zal echter nu al mijn betoog houden. De aangekaarte problematiek is me bekend. Mevrouw Robeyns heeft een voortreffelijk verslag gegeven. Toch kan dit voorstel van decreet mijn goedkeuring niet wegdragen, omdat het een gevaarlijke tendens inhoudt.
De voorbije weken hebben we in de commissie Binnenlands Bestuur naar aanleiding van de beleidsbrieven en de begrotingsbesprekingen de mond vol gehad van efficiëntere en effectieve overheden en sterke openbare diensten. Wat nu gebeurt, staat daar haaks op. De bevoegde minister, de minister van Financiën, heeft het jongste decennium totaal niet geïnvesteerd in de diensten van het Comité van Aankoop. Ik vind het gevaarlijk dat enerzijds die verrottingsstrategie wordt toegepast, waarbij er niet wordt geïnvesteerd in mankracht en omkadering, en anderzijds dan de zaak gewoon wordt overgeheveld naar de privésector. Ik pleit voor sterke openbare diensten, en daarin moet dan ook daadwerkelijk worden geïnvesteerd. Wat er nu gebeurt, is een privatisering. Die gebeurt niet op basis van een grondig maatschappelijk en politiek debat. Daarom zal ik mijn stemgedrag aanpassen.
De heer Verfaillie heeft het woord.
Ik heb natuurlijk alle begrip voor de houding van de heer De Loor, maar het probleem is duidelijk. Er is sprake van een federale instantie die onvoldoende of zelfs helemaal niet investeert, maar de diensten van die instantie komen vooral de Vlaamse overheid en de lokale besturen ten goede. De voorbije jaren heeft de federale overheid, ongeacht de politieke samenstelling ervan, niet willen investeren in de comités van aankoop. Als Vlaamse overheid en lokale besturen worden we daarmee geconfronteerd. Op het terrein kunnen daardoor fietspaden niet worden aangelegd, kunnen er TV3V-projecten niet worden uitgevoerd. Diverse leden hebben daarop gewezen. Als lokaal bestuur staan we in dezen al 10 jaar aan de klaagmuur. Mijnheer De Loor, ik denk dat uw gemeentebestuur ook aan de klaagmuur staat. Dan heeft het geen zin te wachten tot de federale overheid oplossingen zoekt, want dan zouden we wel eens nog 10 jaar moeten wachten. Dan moeten we zelf de koe bij de horens vatten en oplossingen zoeken binnen de Vlaamse decreetgeving. Dat is wat we nu doen.
De heer Dehandschutter heeft het woord.
Voorzitter, ik sluit me aan bij het betoog van de heer Verfaillie. Met dit voorstel willen we op een niet-ideologische, pragmatische manier een bestaande en aanslepende problematiek oplossen. Iedereen die vertrouwd is met lokaal bestuur, wordt al jaren geconfronteerd met die problematiek en ergert zich daar mateloos aan. Men kan dan vechten tegen de bierkaai en pleiten voor de uitbreiding van bestaande federale diensten. Dat behoort niet tot onze mogelijkheden. Er is capaciteit bij de landmeters. Die willen we aanspreken en valoriseren. Ik denk dat het Vlaams Parlement op die manier efficiënt werk levert.
Voorzitter, ik ben mijn betoog begonnen met de verklaring dat de problematiek me bekend is. Ook lokaal hebben we daarmee te kampen, met het OCMW van Zottegem. Ik erken die problematiek dus absoluut. Ik heb ook hoorzittingen gevraagd in de commissie, om te bekijken of er geen andere oplossingen en mogelijkheden waren om dat te verhelpen. Dat voorstel heeft het echter niet gehaald. Ik zeg enkel dat dit een gevaarlijke tendens is naar een privatisering van een openbare dienst, zonder dat daar een ernstig maatschappelijk en politiek debat over is gevoerd. Ik wil met mijn stemgedrag en met dit betoog een duidelijk signaal geven.
De heer Vanden Bussche heeft het woord.
In de commissie is ook aangegeven dat er in feite nog een andere beroepsgroep is die ook een dergelijke schatting zou kunnen doen, namelijk de notarissen. Daar hebben we het kort over gehad. Ik ben geen notaris meer, maar ik wil opmerken dat ook zij soms door de rechtbanken worden aangeduid om schattingen te doen.
Mijnheer De Loor, ik denk ook dat u zich onterecht zorgen maakt. Als we iets aan de privésector kunnen toevertrouwen, dan mogen we dat nooit uit de weg gaan. We moeten ons bezighouden met onze kerntaken.
Er is wel een probleem dat we kort hebben aangehaald tijdens de commissievergadering, namelijk dat van de betaling. Uiteraard zal de landmeter een vergoeding moeten krijgen, terwijl de mensen van het comité van aankoop het gratis doen. Als de gemeente, zoals wordt bepaald door de wet op de openbare aanbestedingen, prijs moet vragen, zullen de mensen van het comité van aankoop natuurlijk altijd de goedkoopste zijn.
Mevrouw Van den Eynde heeft het woord.
Voorzitter, we hebben de discussie over de comités van aankoop eigenlijk gevoerd naar aanleiding van de problematiek van de fietspaden die niet konden worden aangelegd. Ik heb daarover ook diverse vragen laten stellen in de Kamer door mijn collega, mevrouw De Bont, aan federaal minister Reynders. Daaruit blijkt dat de comités van aankoop de voorbije jaren niet of onbehoorlijk hebben gewerkt.
Eigenlijk is er ook een vorm van discommunicatie tussen de twee parlementen, de twee regeringen, waardoor de factuur nu voor een deel wordt doorgeschoven naar de gemeenten, de steden en de provincies. Ik kan de heer De Loor dus voor een stuk volgen, want de problematiek moet natuurlijk worden opgelost, en ik meen dat we met dit voorstel van decreet een oplossing bieden voor dat probleem.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het voorstel van decreet. (Zie Parl. St. Vl. Parl. 2009-10, nr. 219/1)
De artikelen 1 tot en met 13 worden zonder opmerkingen aangenomen.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van decreet houden.