Verslag plenaire vergadering
Verslag
Dames en heren, het debat is geopend.
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, ik wil eerst opmerken dat ik betreur dat de vergadering vandaag opnieuw werd geschorst. We waren pas begonnen. Dit is hetzelfde als gisteren.
Mevrouw De Vroe, ik heb de vergadering geschorst omdat de minister-president, die een heel druk bestaan heeft, dat weet ik, een paar minuten te laat is. Ik kon het debat toch moeilijk laten beginnen in zijn afwezigheid.
Ik heb de vergadering op tijd geopend, want sinds vorige week ben ik ter zake veel alerter geworden. Ik ben dus stipt om 10 uur begonnen, maar als de regering niet aanwezig is, kunt u uw vragen natuurlijk ook niet tot de regering richten.
Mijnheer de voorzitter, voor de duidelijkheid, ik verwijt u niets.
Ik weet dat het niet over mij gaat, maar ik leg uit waarom ik de vergadering heb geschorst. (Opmerkingen van minister-president Kris Peeters)
Mijnheer de minister-president, in deze kerstweek vergeven we het u dat u een beetje te laat bent, we houden het gezellig vandaag.
Geachte voorzitter, mijnheer de minister-president, waarde collegas, vorige week debatteerden we hier in het parlement nog over voorstellen van resoluties betreffende de klimaattop van Kopenhagen. Terwijl wij daar volledig van in de ban waren, wisten we niet dat er een grote milieuramp dreigde.
Op donderdag 8 december heeft Aquiris, de uitbater van het Brusselse waterzuiveringsstation, ervoor gekozen om de installatie volledig stil te leggen. Bijgevolg stroomt het afvalwater van meer dan 1 miljoen inwoners ongezuiverd in de Zenne, met een grote milieuschade en vissterfte tot gevolg.
Aan Aquiris, een onderneming van Veolia Water, wereldleider in waterbehandeling, werden in 2001 het ontwerp, de bouw en de uitbating gedurende twintig jaar toevertrouwd. Ik las een verslag van de commissie van 2002 waarin toenmalig Vlaams minister van Leefmilieu, mevrouw Dua, dit dossier besprak en meldde dat het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest voor 84,3 percent en het Vlaamse Gewest voor 15,7 percent bijdragen in de kosten van dit station.
Sinds 2007 is deze installatie in werking getreden. Al snel bleek er een probleem te zijn door een verhoogde toevoer van zand en steenpuin, waardoor bijkomende investeringen noodzakelijk bleken te zijn. De waterzuiveringskwaliteit was niet voldoende. Het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest spreekt van conceptiefouten bij de initiële bouw van het performante waterzuiveringsstation. Aquiris wil de bijkomende investeringskost niet of niet alleen dragen, maar contractueel werd bepaald dat eventuele bijkomende investeringskosten door de uitbater zelf te bekostigen zijn, tenzij het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest hem hiertoe zou verplichten. Bij verplichting zou de kost door Brussel en Vlaanderen volgens de eerder genoemde percentages moeten worden gedragen.
Zo ontstond er een contractueel dispuut tussen de uitbater en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest. Tal van brieven circuleerden maanden geleden al over deze geldkwestie. Als de Vlaamse Regering een waarnemer had gehad in de raad van bestuur van Aquiris, zou minister Schauvliege op de hoogte zijn geweest van dit probleem en had ze eerder kunnen ingrijpen zodat deze milieuramp misschien voorkomen was.
Waarom is het waterzuiveringsstation stilgelegd? Uit veiligheidsoverwegingen met betrekking tot de werknemers in het zuiveringsstation, zoals Aquiris beweert? Of om de Brusselse regering voor een voldongen feit te zetten? De exacte reden is momenteel na veel contacten en tegenstrijdige persberichten nog steeds niet 100 percent duidelijk.
Vast staat dat door deze geldkwestie en uit koppigheid de Zenne, de Rupel, de Dijle en de Schelde het slachtoffer zijn. De Zenne is opnieuw dood. Jarenlang milieubeleid is op zeer korte tijd tenietgedaan. Ik vernam uit goede bron dat op 9 december, de dag na het stilleggen van het station, de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) en de Vlaamse Inspectie door Brussel op de hoogte werden gebracht. Die dag nog werden er staalnamen verricht.
Op 10 december jongstleden nam Brussels minister van Leefmilieu Huytebroeck van Ecolo, die intussen is teruggekeerd uit Kopenhagen, telefonisch contact op met onze Vlaamse minister van Leefmilieu Schauvliege om dit probleem toe te lichten. Tot op heden is het contact tussen Brussel en Vlaanderen hierbij gebleven. Grondig gewestoverschrijdend overleg heeft nog steeds niet plaatsgevonden.
Via de pers reageerde minister Schauvliege maandag 12 december dat ze niet op de hoogte was, terwijl minister Huytebroeck haar er naar verluidt al mondeling over sprak. Wel nam de Vlaamse Regering intussen net als Brussel de beslissing om Aquiris et cetera in kortgeding te dagvaarden. Men had naar mijn mening sneller en eventueel samen gerechtelijke stappen moeten ondernemen om Aquiris te verplichten de installatie onmiddellijk te herstarten. Niet alleen de beide regeringen, maar ook de getroffen steden Mechelen en Antwerpen zijn al naar het gerecht gestapt.
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Het is heel gemakkelijk om te stellen dat beide gewesten samen acties moeten ondernemen. Maar dan zou het Vlaamse Gewest, dat vandaag niet op de hoogte is, ten minste op de hoogte moeten zijn gebracht van de situatie. Ik verneem van het kabinet dat zij geen definitieve of duidelijke informatie krijgen. Dan is het moeilijk om samen stappen te ondernemen.
Minister Schauvliege heeft een schrijven gericht aan minister Huytebroeck. Daar is geen antwoord op gekomen, noch schriftelijk, noch mondeling, over hoe de situatie in elkaar zit. Op dat moment heeft de minister zelf beslist de dagvaarding in te stellen. Het Vlaamse Gewest, met name de minister, heeft zo snel mogelijk de nodige stappen gezet.
Mevrouw De Vroe, u hebt het over afvaardiging als waarnemer in Aquiris. Excuseer, de contracten zijn destijds gemaakt terwijl wij in de oppositie zaten. Als daarover niets opgenomen is, denk ik niet dat de minister als waarnemer aanwezig kan zijn.
De heer Hendrickx heeft het woord.
Aansluitend bij wat mevrouw Rombouts zegt, beaam ik dat het Vlaamse Gewest heel alert heeft gereageerd. Minister Schauvliege is onmiddellijk in actie getreden.
Ik ben Mechelaar. Ik heb er bij onze stedelijke overheid op aangedrongen om snel stappen te zetten. Pas gistermiddag heeft men gecommuniceerd dat men gerechtelijke stappen zou zetten: een dagvaarding in kort geding met verkorte termijnen. Om nu te zeggen dat andere overheden sneller waren en korter op de bal hebben gespeeld, vind ik kort door de bocht.
De heer Watteeuw heeft het woord.
Mevrouw De Vroe pleit ervoor dat de twee gewestregeringen het probleem samen zouden aanpakken. Dat is toch een heel logische en verdedigbare stelling. Ik begrijp niet dat men zegt dat dit niet nodig zou zijn.
Ter informatie, er is wel contact geweest tussen minister Huytebroeck en minister Schauvliege, telefonisch. Ze hebben elkaar ook gezien in Kopenhagen. Misschien is het niet altijd formeel gebeurd, maar er is wel contact geweest. Ik kan er enkel voor pleiten dat er in de toekomst nog veel meer contact zal zijn.
De heer Caluwé heeft het woord.
Mevrouw De Vroe, u zoekt spijkers op laag water en tracht op een of andere manier de schuld in de schoenen van de Vlaamse Regering te schuiven. Ik wil u twee dingen zeggen. Vooreerst zoek ik ook geen schuldige of spijkers op laag water, maar als men dan toch wil zoeken, wil ik het volgende kwijt. Mevrouw Els Ampe werd als eerste, dat lees ik in de krant, door een klokkenluider geïnformeerd. Heeft zij dan onmiddellijk contact opgenomen met de Vlaamse minister voor Leefmilieu?
Ten tweede, spreekt men van een waarnemer bij de raad van bestuur van het zuiveringsstation en van het feit dat er geen waarnemer in zetelt vanuit het Vlaamse Gewest. Wanneer is dat contract afgesloten? Dat contract is afgesloten door mevrouw Dua die op dat ogenblik deel uitmaakte van de regering-Dewael. Waar ligt dan de verantwoordelijkheid?
Aansluitend bij de tussenkomst van de heer Watteeuw. Een contact moet wel leiden tot de nodige informatie om actie te ondernemen. Dat is hier vermoedelijk uitgebleven.
De heer Gatz heeft het woord.
We moeten hier geen rondje zwartepieten van maken. (Rumoer)
Rustig, collegas, ik begrijp dat jullie na gisteren misschien nog wat geïrriteerd zijn.
Het punt dat wij willen maken, is duidelijk. We moeten het debat hier nu niet voeren, want het debat wordt op dit ogenblik een paar kilometer lager in deze stad gevoerd en daar kunnen we de zwartepiet stroomafwaarts naartoe sturen. Het is duidelijk dat de verantwoordelijkheid bij mevrouw Huytebroeck ligt. Niemand trekt dat in twijfel, ook wij niet. Alleen zeggen wij dat het nu eenmaal gebeurd is en stellen we de vraag hoe we dit in de toekomst kunnen vermijden.
Als wij 15 percent van de kosten voor de waterzuiveringsinstallatie mee betalen, dan moeten wij nagaan of we in de toekomst niet korter op de bal kunnen spelen. Het vertrouwen dat vanuit Vlaanderen in Brussel is gesteld, en ik zeg dat als Brusselaar met de nodige schroom, is dus wel degelijk beschaamd. En dat is het punt dat wij willen maken. Het is niet de bedoeling te zeggen dat de Vlaamse Regering verantwoordelijk is voor wat met de Zenne is gebeurd. We willen wel bekijken hoe we als Vlaamse Regering in de toekomst niet korter op de bal kunnen spelen. Het cijfer van 15 percent is een aanknopingspunt, het aantal meetpunten is een ander aanknopingspunt. Dat is wat mevrouw Devroe zegt.
Nog een woordje over mevrouw Ampe. Zij heeft vorige week vrijdag als een volbloedparlementariër haar rol gespeeld en een vraag gesteld aan mevrouw Huytebroeck. Er is een bijzonder onduidelijk antwoord gekomen over de verantwoordelijkheid van de minister. Zij wist toen al welke ramp zich aan het voltrekken was. U vindt misschien dat zij op dat moment met allerlei instanties contact moest opnemen. Zij heeft echter haar rol als parlementariër gespeeld en is met een kluitje in het Zenneriet gestuurd. Pas de dag erna is de ware omvang van de ramp duidelijk geworden.
Wij willen geen zwartepiet doorschuiven maar hebben wel geconstateerd dat er een gebrek aan samenwerking was. Wij willen nadenken over hoe we dat in de toekomst kunnen vermijden. Voor de rest ligt de verantwoordelijkheid bij de Ecolo-minister van de Brusselse regering, en ik weet niet wat zij op dit ogenblik aan het vertellen is aan haar interpellanten.
De heer Vandaele heeft het woord.
De heer Demesmaeker zal het straks nog uitvoerig over dit dossier hebben. Hij zal waarschijnlijk de verantwoordelijkheid bij het Brusselse gewest leggen, wat voor een deel ook klopt. Over één ding heb ik hier nog niets gehoord, en dat is over de verantwoordelijkheid van Aquiris zelf. Dit is een voorbeeldsituatie die aantoont dat de overheid nog altijd een sterke greep moet behouden op openbare nutsvoorzieningen en niet alles zomaar aan derden mag overlaten. Dat is ook een conclusie die we kunnen trekken en die we ook al voor andere basisvoorzieningen als drinkwater en energie hebben getrokken.
Minister-president Peeters heeft het woord.
De heer Gatz heeft het debat naar het niveau gebracht waar het moet worden gevoerd. Het is een ecologische ramp en we moeten straks de analyse verder maken.
Ten tweede: ik heb met minister-president Charles Picqué contact gehad. Gisteren heeft hij me nog een brief bezorgd. Het enige wat u concreet voorstelt in het kader van het debat dat uw fractievoorzitter wil voeren, is het toevoegen van waarnemers aan de raad van bestuur van Aquiris. Weet u wie de aandeelhouders van Aquiris zijn? Verder is het zo dat er twee bestuurders namens het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest zetelen, en ook nog één onafhankelijke bestuurder. Minister Huytebroeck heeft gezegd dat ze de twee bestuurders heeft teruggetrokken omdat er een belangenconflict zou kunnen ontstaan.
Uw enige voorstel is dus het toevoegen van waarnemers in de raad van bestuur van Aquiris. Ik denk dat dit geen goede maatregel is. Het zou daarentegen een goede zaak zijn als het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest zijn twee bestuurders daadwerkelijk aan de vergaderingen zou laten deelnemen. Maar misschien hebt u nog andere suggesties. Wat is gezegd over de metingen en de rapportages daarvan is wél interessant. Ik zal op dat alles straks terugkomen.
Ik pleit er dus voor dat Vlaanderen een waarnemer bij Aquiris aanduidt. Dat hebt u goed begrepen. En ik pleit er ook voor dat er meer gewestoverschrijdend wordt overlegd over alle milieuproblemen.
U stelt dus voor om een waarnemer in de raad van bestuur aan te duiden?
Er zijn nu twee waarnemers van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest in de raad van bestuur.
Zijn er twee waarnemers of twee bestuurders?
Er zijn twee waarnemende bestuurders.
Mevrouw De Vroe, maak uw verhaal af. Nadien kan men reageren.
De heer Gatz heeft het woord.
Ik heb een poging ondernomen om rust in het debat te brengen. Ik vind het daarom ongepast, mijnheer de minister-president, dat u de rol van ondervrager-professor op u neemt. Tijdens het begrotingsdebat deed u dat ook. Laten we het zo niet aanpakken. Ik onderneem een tweede en laatste poging om de rust te herstellen.
Wij verwachten dat de spreker een beetje dossierkennis heeft.
De politieke draagwijdte van ons voorstel is het volgende. Het doet er niet toe of het om een waarnemer of een bestuurder gaat. Waar het om gaat, is dat wij korter op de bal willen spelen. Wij zullen straks vernemen waarom dat volgens u een slecht idee is. Mevrouw De Vroe zal het straks nog hebben over metingen en dergelijke, en dat is ook een manier om korter op de bal te spelen. Wij zijn van oordeel dat we mee aan tafel moeten kunnen zitten als we 15 percent van de waterzuivering betalen. Straks horen we uw mening, maar nu denk ik dat we in alle rust ons standpunt moeten kunnen uiteenzetten over de ecologische ramp waar we allemaal het slachtoffer van zijn.
Ik pleit dus voor een grondig gewestoverschrijdend overleg. Dat is nodig, maar tot vandaag is dat nog niet gebeurd. Inmiddels zijn ook de steden Mechelen en Antwerpen naar de rechter gestapt. Ik stel voor dat de steden niet afzonderlijk initiatieven nemen, maar dat dit gezamenlijk gebeurt.
Ik wil graag alles nog eens op een rijtje zetten, en er mijn vragen aan toevoegen. Waarom heeft de Vlaamse overheid niet sneller opgemerkt dat er een probleem was? Hoe staat het met de meetinstrumenten van de waterkwaliteit? Hoeveel schade loopt Vlaanderen op? Wie gaat het betalen? Hoe lang zal het duren vooraleer de waterkwaliteit in de Rupel, de Zenne, de Schelde en de Dijle terug op peil is? Op welke manier wil minister Schauvliege vermijden dat Vlaanderen opnieuw het slachtoffer wordt van grensoverschrijdende milieuschade? Ik wil hier herhalen wat ik tijdens de bespreking van de beleidsnota in de commissie al heb gezegd: het zou interessant zijn om een crisisplan voor grensoverschrijdende milieuproblemen uit te werken. Ik hoop dat daar werk van wordt gemaakt.
Ten slotte wil ik erop aandringen dat de Vlaamse Regering dringend de nodige stappen onderneemt zodat we met zekerheid kunnen stellen dat het waterzuiveringsstation vandaag opnieuw opstart.
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, dames en heren ministers, collegas, ik moet toegeven dat iedereen hier het voorbije weekend werd geschokt door het nieuws dat het grootste waterzuiveringsstation van ons land volledig stilligt en dat daardoor het afvalwater van een miljoen Brusselaars ongezuiverd de Zenne instroomt, en mogelijk ook de Rupel en de Schelde aantast. De Zenne is weer een open riool net als twee jaar geleden. De gevolgen voor de waterkwaliteit en de ecologische toestand zijn niet te onderschatten. Ondertussen geven de meetresultaten, gezien de weersomstandigheden en aangezien er geen regen meer valt, aan dat de zuurstofgraad effectief tot nul wordt herleid en dat de vissen sterven of alleszins emigreren.
Dat er al een aantal maanden een discussie loopt over de werking van de zuiveringsinstallatie, is hier al aangehaald. Dat daarop niet dadelijk actie is ondernomen, is ook al gezegd. We betreuren heel sterk dat op 25 november de installatie al een eerste keer gedeeltelijk is stilgelegd en dat er nog steeds geen communicatie of actie werd ondernomen tot op 8 december de volledige installatie werd stilgelegd.
Vorige maandag is er actie ondernomen en overleg geweest door de bevoegde Brusselse minister Evelyne Huytebroeck, maar dat gebeurde pas na drie weken, nadat de zuiveringsinstallatie een eerste keer gedeeltelijk werd stilgelegd en nadat verschillende signalen werden genegeerd of niet tot oplossingen hebben geleid. Het is hemeltergend vast te stellen dat de bevoegde minister zich blijkbaar weinig of niets aantrekt van de gevolgen van deze milieuramp. We kunnen ons vragen stellen bij het vooruitstrevend milieubeleid. Ik weet niet wat er in het hoofd van de bevoegde minister omgaat, maar stel wel vast dat de Brusselse riolering gewoon wordt opengezet en dat dit de Brusselse, maar voornamelijk de Vlaamse wateren treft. Wij zitten dus met de gebakken peren.
Vanuit Vlaanderen trachten we al enkele jaren een zeer streng beleid te voeren om de waterkwaliteit in orde te krijgen. Bedrijven krijgen strenge lozingsnormen en landbouwers strenge bemestingsnormen opgelegd, en om ons huishoudelijk afvalwater te zuiveren, worden jaarlijks miljoenen euros geïnvesteerd door het Vlaamse Gewest en de gemeenten.
De afgelopen jaren zijn de zoneringsplannen opgemaakt om zelfs het laatste huisje aan te sluiten op de riolering of op een individuele waterzuivering. Ons Vlaams monitoringnetwerk is zo fijnmazig uitgebouwd dat we elke kleine misstap kunnen vaststellen. Er wordt met een loep op dit meetnet gekeken, een overstort van een kleine gemeente wordt door critici veroordeeld en als schandalig bestempeld. Maar nu het overstort van een miljoen mensen de Zenne instroomt, vinden sommigen het niet opportuun om dat te allen tijde te voorkomen of daarover duidelijk te communiceren. Sterker nog, Vlaanderen investeert 16 percent in de installatie van Aquiris om te voldoen aan de normen die we krijgen opgelegd. We mogen dan ook verwachten dat er resultaat wordt bereikt.
Datgene wat we op jaren, met zware inspanningen van iedereen, hebben opgebouwd, wordt op korte tijd weer onderuitgehaald. Het is dan jammer te moeten vaststellen dat het misschien helemaal niet nodig was geweest, in die zin dat het een technisch probleem is dat kan worden opgelost. Het gekibbel over wie wat moet betalen of wie welke inspanningen moet doen, is eigenlijk bijzaak.
Positief om te horen is dat er vanaf gisteren eindelijk actie is ondernomen om de installatie zo snel mogelijk weer op te starten. De kordate reactie van de Vlaamse minister van Leefmilieu en van de Vlaamse Regering heeft toch dit al bereikt. Toch zijn er nog heel wat vragen over hoe het nu verder moet.
Wij hebben via de media vernomen dat Aquiris zelf actie heeft ondernomen om de installatie opnieuw op te starten. Aangezien wij momenteel geen reactie krijgen van de bevoegde minister, is de vraag hoe die heropstart kan worden bespoedigd en op korte termijn kan worden gerealiseerd.
Mijnheer de minister-president, kunt u ook duidelijkheid geven over de gevolgen voor de kwaliteit van het oppervlaktewater en voor het visbestand van de getroffen waterlopen? De Vlaamse wateren zijn getroffen en we zullen ons dan ook opnieuw moeten gaan verdedigen bij Europa. De vraag is dan wat er zal gebeuren wanneer we de Europese doelstellingen niet bereiken. Hoe groot is de kans dat wij op een of andere manier worden veroordeeld door Europa voor de kwaliteitsvermindering met als gevolg dat onze bedrijven en onze gemeenten eventuele strengere normen of boetes opgelegd krijgen?
Dan rest de vraag of de Brusselse minister de informatieplicht goed heeft uitgevoerd. Is zij nalatig geweest of heeft zij de zwaarst getroffenen toch op de hoogte gebracht? Indien zij het niet opportuun acht om ons in een dergelijke situatie op de hoogte te brengen, kunnen wij dan op een of andere manier dwingende maatregelen nemen of opleggen om zon communicatieprobleem in de toekomst te vermijden? (Applaus bij de meerderheid)
Mevrouw Van den Eynde heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister-president, collegas, wat de laatste week aan het licht is gekomen, is onbegrijpelijk en ronduit schandalig. Ik heb daar geen andere woorden voor.
Het afvalwater van meer dan een miljoen Brusselaars wordt al meer dan een week rechtstreeks in de Zenne geloosd zonder de noodzakelijke waterzuivering. Een dispuut tussen de Brusselse regering en het waterzuiveringsbedrijf ligt aan de basis van deze ongetwijfeld zeer zware verontreiniging van onze waterlopen.
Sinds 8 december, en dat betekent ondertussen al acht dagen, wordt de Zenne bezoedeld met de meest ondenkbare vuiligheid. Aangezien de loop van de Zenne wordt gevolgd door de Dijle, de Rupel en de Schelde, zullen binnen de kortste tijd verschillende belangrijke rivieren in Vlaanderen dood gemaakt worden, zullen de vissen uit deze waterlopen verdwijnen en zal het ecosysteem dood zijn.
Dit is een criminele daad, want Vlaanderen investeert sinds jaren in een waterzuiveringsbeleid. Door dit wanbeleid worden al die inspanningen in een keer weggevaagd. Er wacht ons mogelijk opnieuw een werk van jaren om de kwaliteit van onze rivieren opnieuw te verhogen en deze middeleeuwse toestanden weg te vagen. De Brusselse minister van Leefmilieu Huytebroeck is volgens eigen zeggen sinds 8 december op de hoogte en is er na acht dagen nog steeds niet in geslaagd om die criminele daad ongedaan te maken. Het gaat ons niet om wie nu gelijk heeft in de juridische procedure die het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest heeft aangespannen tegen het waterzuiveringsbedrijf. Er is altijd een politiek verantwoordelijke, en in deze milieuramp is dit ongetwijfeld de verantwoordelijkheid van die Brusselse zogenaamde groene minister. Ik zeg zogenaamd, want hoe kun je iemand milieubewust, ecologist of groen noemen wanneer die nalaat om op een degelijke manier te communiceren over de mogelijkheid tot het ontstaan van een milieuramp die zich niet alleen in de Zenne maar over een groot deel van Vlaanderen uitspreidt?
Hier moet niet gewacht worden, zoals de Ecolo-minister stelde, op het aantekenen van een juridische procedure. Hier moest snel ingegrepen worden, en dit is tot op vandaag nog steeds niet gebeurd. Het waterzuiveringsstation ligt al meer dan een week stil. En de gevolgen ervan, vooral in Vlaanderen, zullen niet te overzien zijn. De vervuiling zal zich immers niet beperken tot vier rivieren. Wanneer binnenkort nattere periodes aanbreken en de rivier buiten zijn oevers treedt, zullen omliggende weiden en grachten besmeurd worden en zullen mogelijk ook dieren de dood vinden door het drinken van vervuild water.
Mijnheer de minister-president, u antwoordde me tijdens de begrotingsbesprekingen dat u de Brusselse regering om verantwoording zou vragen. Hebt u inmiddels al een antwoord ontvangen? En kunt u mij nu eens juist meedelen wanneer Vlaanderen over deze criminele feiten op de hoogte werd gebracht? Daarover doen heel wat geruchten de ronde. Het verwijt van minister Huytebroeck gisteren in Terzake dat het Vlaamse Gewest de Brusselse milieuwetgeving niet respecteert, houdt totaal geen steek als we kijken naar de daden die zij als Brussels minister tentoon spreidt. Welke minister vertrekt er nu naar Kopenhagen als vertegenwoordiger voor het klimaatbeleid, terwijl die zijn of haar eigen milieubeleid nog niet op een deftige manier kan voeren! Want de problemen die er vandaag zijn, die waren er een jaar geleden ook. De discussies tussen het Brusselse gewest en het waterzuiveringsbedrijf zijn niet van gisteren.
Mijnheer de minister-president, het Vlaamse Gewest heeft ondertussen een schadeclaim ingediend. Maar mijn vraag is of u ook alle gemeentebesturen die langsheen de vervuilde rivieren gelegen zijn, zult ondersteunen in het opstarten van een juridische procedure. Want het is nu al duidelijk dat de smurrie in veel gemeenten op de oevers zal aanspoelen en dat bijgevolg mogelijk de gemeentelijke diensten regelmatig deze smurrie zullen moeten opkuisen en laten verwerken. Dat kost ook geld. Mijnheer de minister-president, ik verwacht dat u er bij de Brusselse regering op aandringt dat ze haar verantwoordelijkheid neemt en op zijn minst verantwoording aflegt voor de grove nalatigheid. Een verontschuldiging zou mijns inziens op zijn plaats zijn.
De Brusselse Ecolominister, maar ook de voorzitter van de zogenaamde Vlaamse groenen en Freya Piryns verschuilen zich echter achter het excuus dat het enkel om een communicatiestoornis gaat. Dat pikken wij niet. Laten we duidelijk zijn, wij hoeven van de groenen geen lessen meer in ecologie. Wij hoeven van de groenen geen lessen meer in milieubeheer. Mijnheer de minister-president, ik vraag u met aandrang Vlaanderen niet in de steek te laten. Ik verwacht van u en van de Vlaamse minister voor Leefmilieu een krachtdadig antwoord en krachtdadig beleid om deze milieuramp in Vlaanderen op een degelijke manier aan te pakken. (Applaus)
Mevrouw Idrissi heeft het woord.
Geachte voorzitter, geachte minister-president, beste collegas, sp.a is ten zeerste verontwaardigd over de stillegging van het waterzuiveringsstation Brussel-Noord en is verbijsterd over de ecologische ramp.
Wat sp.a nog het meest irriteert, zijn de schimmige redenen die door verschillende actoren opgegeven worden, waarom deze stillegging nu precies gebeurde. Tot op de dag van vandaag is dat niet duidelijk. Sinds 8 december en we zijn vandaag 17 december! vloeit het vervuilde water rechtstreeks in de Zenne. Dat is een natuurramp zonder meer. De verontwaardiging is groot. Verschillende lokale overheden zoals die van Mechelen en Antwerpen en hogere overheden ondernamen al juridische stappen om de schade te beperken of de inmiddels geleden schade te laten vergoeden. Maar echte, ondubbelzinnige antwoorden over het hoe en waarom van de stillegging zijn er nog steeds niet.
Laten we even teruggaan in de tijd. Tot voor 2007 was de Zenne het zorgenkindje bij de metingen van de kwaliteit van het oppervlaktewater. Minder eufemistisch gezegd: het was een openluchtriool. Al die tijd werd het afvalwater van meer dan één miljoen Brusselaars rechtstreeks en ongezuiverd in de natuur geloosd.
De heer Dehaene heeft het woord.
Collega, weet u hoelang het geleden is dat de eerste klachten binnenkwamen over de stank van de Zenne? Dat was 160 jaar geleden. We hebben er zo lang over gedaan om die Zenne een klein beetje proper te krijgen. Dat maakt het des te erger dat een dergelijk beleid ervoor gezorgd heeft dat het werk van de afgelopen jaren teniet wordt gedaan en dat we op dat vlak eigenlijk de klok 160 jaar terugdraaien.
Dat klopt. En het gaat niet alleen om de stank, maar ook om de vervuiling.
De Zenne mag dan wel een relatief bescheiden riviertje zijn, haar impact in het Scheldebekken is niet te onderschatten. Het is bovendien een stroomgebied waar naar schatting anderhalf tot twee miljoen mensen wonen. Na 2006, met de ingebruikname van de grote waterzuiveringsinstallaties, ging het alsmaar beter met de waterkwaliteit in de Zenne. Dat vertaalde zich ook in een opvallende verbetering van de biodiversiteit, met name in het visbestand. De rivier, het ecosysteem en de omwonenden kregen letterlijk en figuurlijk weer zuurstof.
In 2008 werd er voor het eerst sinds zeer lang weer gezonde vis gevangen in de Zenne. En nu? Waar staan we vandaag? Terug naar af. Samen met het prille leven in de Zenne vloeit ook het al even prille positieve imago van de hoofdstad in Vlaanderen en ver daarbuiten opnieuw weg.
We willen investeren in een duurzame ecologische stad. Brussel Eco Capital moet een feit zijn tegen 2016, scandeerden Groen! en Ecolo bij de afgelopen verkiezingen in hun programma. Veel mensen lachten me uit met mijn ambitie als ik zeg dat we van Brussel een ecologische stad willen maken, zei staatssecretaris De Lille van Groen! nog afgelopen zomer. Vandaag, in het licht van deze natuurramp, klinkt dat als een wansmakelijke grap.
Mijnheer de minister-president, welke bijkomende stappen zal de Vlaamse Regering zetten om deze milieuramp aan te pakken? Hoe kunnen we dit in de toekomst vermijden?
De heer Demesmaeker heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister-president, de Zenne komt Vlaanderen binnen in Halle in de deelgemeente Lembeek waar ze de grens met Tubize oversteekt om dan door en vooral onder Brussel te stromen voor ze weer in het Vlaamse Gewest komt.
Halle is een stadje dat zijn ontstaan en groei te danken heeft aan zijn ligging aan deze rivier. Voor elke Hallenaar heeft ze een heel speciale betekenis, hoewel ze voor mijn generatie altijd al een negatieve bijklank heeft gehad: we hebben nooit anders geweten dan dat ze sterk vervuild was. Ze stroomt naast het Onze-Lieve-Vrouwecollege, waar we school liepen en het was elke dag uitkijken naar welke kleur ze nu weer zou hebben. Dat ging van gitzwart tot zwavelgeel en alles wat daartussen ligt. Stinken deed ze hoe dan ook altijd. De Zenne werd kapotgemaakt en misbruikt voor de afvoer van afvalwater, zowel van de huishoudens, de industrie als de landbouw.
De vervuiling van de Zenne was voor mij, als tiener, de aanleiding voor mijn allereerste politieke actie uit mijn politieke loopbaan. Dat was eind de jaren zeventig. Agalev bestond zelfs nog niet als politieke partij. Met de Volksuniejongeren (VUJO) voerden we actie bij aanvang van de gemeenteraad van Halle. Met flessen gevuld met de smurrie uit de Zenne maanden we het stadsbestuur aan om actie te ondernemen. We wilden opnieuw vis in de Zenne en we werden in Halle een beetje gek verklaard.
Wij bestaan nog wel, maar de Volksunie niet meer.
Maar wel een waardige opvolger ervan, mevrouw Vogels. Zie ons zitten! Zie de manier waarop we dit parlement na de afgelopen verkiezingen zijn binnengewandeld! (Applaus bij de N-VA)
Omdat we opnieuw vis in de Zenne wilden, werden we uitgelachen, maar toch gebeurde het vele jaren later. In 2003 werd er voor het eerst weer een vis opgemerkt in Lembeek. In 2007 waren het er honderden in Lembeek en verderop in Drogenbos, dankzij de waterzuiveringsinstallaties van Sint-Pieters-Leeuw en Beersel en ook die op Waals grondgebied. Maar in het traject stroomafwaarts Brussel ging de Zenne in 2007 het spectaculairst vooruit dankzij de ingebruikneming van de waterzuiveringsinstallatie van Brussel-Noord. Waar we als VUJO-militanten van droomden, gebeurde stilaan: het aanschijn van de rivier veranderde.
Ondertussen ben ik zelf schepen van milieu in Halle en werken we aan een groen Zennepad. De open riool van weleer is een aangename rivier aan het worden, een troef voor de stad met mogelijkheden voor natuuruitbreiding en zachte recreatie. Gelijkaardige dingen wil men doen in andere gemeenten. Het jaar 2010 zou bijvoorbeeld in Zemst het jaar van de Zenne worden.
Daarom hebben we met des te meer ongeloof en verbijstering, met plaatsvervangende schaamte ook, de gebeurtenissen meer stroomafwaarts, aan het waterzuiveringsstation Brussel-Noord gevolgd. Het is hier al gezegd: het stilleggen van die installatie, die het afvalwater van 1,1 miljoen mensen zuivert, is een ecologische ramp, de ergste milieuramp in Vlaanderen sinds jaren. Dat is het gevolg van het feit dat de privéconcessiehouder voor de waterzuivering, Aquiris, eenvoudigweg de stekker eruit trok na een dispuut met het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest.
Is het u opgevallen dat de Franstalige pers tot en met gisteren heel discreet en terughoudend heeft bericht over de ramp? De drek stroomt natuurlijk naar het noorden, en niet naar het zuiden. De Vlaamse pers was veel alerter en scherper. Zo lazen we in De Tijd: Dit is een van de grootste criminele milieudaden die dit decennium in de Europese Unie zijn gepleegd.
Onze analyse spreekt dat in elk geval niet tegen. Niemand kan ontkennen dat dit een schande is voor iedereen die in Brussel verantwoordelijkheid draagt voor het waterbeheer. Het is ook bijzonder pijnlijk voor de groenen dat de grootste milieuramp sinds jaren wordt veroorzaakt onder een groene minister, een minister van een partij die van de daken schreeuwde dat Brussel de ecologische hoofdstad van Europa zou worden. Ecologische hoofdstad? Met politici die verzuimen om tijdig hun verantwoordelijkheid ten nemen, politici die een gebrek aan vermogen tonen om de problemen juist in te schatten en de nodige acties te ondernemen, is Brussel daar heel ver vanaf. De slogan Brussel, ecologische hoofdstad is een leugen van het zuiverste water. Ecologische hoofdstad? Ecologische rampstad!
Wie de feiten op een rijtje zet, blijft nog met een aantal vragen zitten, waarop Vlaanderen, omdat het met de gevolgen opgescheept zit, toch een antwoord verdient. De onduidelijkheid over de echte sluiting van het waterzuiveringsstation blijft, ook na de diverse persconferenties. Hoe zit dat nu? Waarom bleven de waarschuwingen van Aquiris sinds 2008 onbeantwoord? Waarom werd de Vlaamse Regering pas op 9 december op de hoogte gebracht, terwijl Brussel op 25 november al wist dat de eerste helft van het station buiten werking zou worden gesteld? Zijn de informatieverplichtingen nageleefd? Kan er misschien op een meer performante manier worden gemeten, zodat we sneller op de hoogte zijn?
Welke afspraken zijn er al gemaakt over de verdeling van een eventuele boete tussen de gewesten? Welke invloed zal dit hebben op het uitvoeren van de richtlijn Stedelijk Afvalwater, en op een eventuele boete voor België? Wie zal de schade betalen, en vooral, wanneer wordt op de knop gedrukt, zodat de installatie opnieuw kan werken? En wat, vooral, zullen we doen om ervoor te zorgen dat dit nooit meer kan gebeuren? (Applaus bij CD&V en de N-VA)
De heer Vereeck heeft het woord.
Mijnheer Demesmaeker, ik heb uw vragen gehoord. Ze zijn allemaal zeer terecht, maar hebt u ook eigen voorstellen om dat in de toekomst te vermijden?
Ik ben blij dat u mijn vragen zeer goed vindt. We wachten in eerste instantie de antwoorden van de minister af. Het is natuurlijk niet aan ons om het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest de les te spellen over hoe het dit moet doen. Het moet natuurlijk zijn werk doen: dat verwachten we. Als er één voorstel is, is het dat de Brusselse regering en de Brusselse minister die ter zake verantwoordelijkheid draagt een groene minister, overigens die verantwoordelijkheid heel snel nemen.
De heer Sabbe heeft het woord.
Mijnheer de minister-president, ik was blij dat u ook wat te laat was. Ik ben ook wat te laat, omdat ik het openbaar vervoer heb gebruikt, een andere overheidsinstelling die fantastisch performant is. Ik heb driemaal van perron moeten veranderen in Gent Sint-Pieters om hier te geraken. Dat is meteen ook mijn antwoord aan de heer Vandaele, die verklaart dat de overheid dat moet doen. Welnu, als ik zie hoe performant de overheid is, dan heb ik daar vragen bij.
Ik kom tot het onderwerp van vandaag. We hebben het hier allemaal over 8 december, maar in feite moeten we teruggaan naar 25 november.
Misschien moeten we het ook eens hebben over de performantie van een privébedrijf, met name Aquiris. Als men de allereerste en de simpelste fase in een waterzuiveringsproces de zware fracties uit het water halen niet kan uitvoeren, dan is er toch echt wel iets mis. Het is al van bij de bouw van de installatie misgelopen. (Applaus bij sp.a, N-VA en Groen!)
Men moet zeer voorzichtig zijn in de keuze van de bedrijven waarmee men samenwerkt. Men moet zien dat men contractueel in orde is. Dat is de essentie. Als men gebruik maakt van een privépartner, dan moet men zorgen dat het echt een privépartner is en dat de beslissing om met die firma te werken gebaseerd is op economische criteria en niet op politieke. Dan is er een goed functionerende onderaanneming.
Er is 1500 liter afvalwater per seconde in de waterwegen terechtgekomen. Ik ben blij dat de minister-president hier aanwezig is, maar ik vind het zeer bedroevend dat minister Schauvliege het niet belangrijk vindt om hier aanwezig te zijn. Ik denk dat haar aanwezigheid in Kopenhagen niet zo belangrijk is en dat ze eigenlijk hier moet zijn.
Mijnheer Sabbe, ik vind het bij de haren getrokken dat hier opnieuw wordt geprobeerd om alle verantwoordelijkheid bij minister Schauvliege te leggen. Zij is in deze niet verantwoordelijk en heeft zelfs niet de bevoegdheid om actie te ondernemen. Zij heeft snel contacten gelegd om zich te informeren, omdat ze van niets wist. Ze heeft gezorgd voor een dagvaardiging terwijl ze in Kopenhagen is. Ik vind het niet correct wat u doet. (Applaus bij CD&V en N-VA)
Mijnheer de voorzitter, de minister-president is hier. De Vlaamse Regering kan geen sterker signaal geven dat ze dit een belangrijk dossier vindt, dan haar minister-president in hoogsteigen persoon te sturen. (Applaus bij CD&V en N-VA)
Mijnheer Sabbe, er is vanuit uw fractie of vanuit een andere fractie geen enkel signaal gekomen om te vragen dat minister Schauvliege hier zou zijn. Dit actualiteitsdebat is door de heer Gatz gevraagd op het Uitgebreid Bureau. Er is geen enkel vraag geweest naar de aanwezigheid van mevrouw Schauvliege.
Het Brusselse parlement heeft de Brusselse minister wel laten terugkomen uit Kopenhagen. Dat is een zaak van het Brusselse parlement. Ik heb geen enkele vraag gekregen.
Mijnheer de voorzitter, toen wij maandag op een serene wijze dit debat gepland hebben, wisten wij dat minister Schauvliege afwezig zou zijn. Er is in het Uitgebreid Bureau over gesproken of het opportuun zou zijn om mevrouw Schauvliege te laten komen of niet. In alle sereniteit is er toen gesteld dat dit niet hoefde omdat het probleem zich wel in Vlaanderen voordeed, maar zijn oorzaak in Brussel heeft. Wij vonden dat mevrouw Schauvliege daarvoor haar belangrijke verantwoordelijkheid in Kopenhagen niet moest laten vallen.
De minister-president is hier, wat een overduidelijk, sterk signaal is.
Ik kon vorige maandag inderdaad niet aanwezig zijn, wat ik ook tijdig heb gemeld.
De heer Vereeck heeft zich bij mij verontschuldigd dat hij niet op het Uitgebreid Bureau kon aanwezig zijn.
Ik vind het heel mooi hoe de leden van de meerderheid deze afwezigheid mooi verpakken. Ik vind het niet toelaatbaar dat voor zon belangrijk feit slechts één persoon van de regering aanwezig is. Brussels minister-president Piqué heeft minister Huytebroeck teruggeroepen. Dit is een signaal, want dit is belangrijk.
Het is duidelijk dat iedereen de verantwoordelijkheid afwentelt op Brussel. Uiteraard heeft Brussel een belangrijke verantwoordelijkheid. Denkt u werkelijk dat het drie weken zou duren voor Nederland in actie zou komen wanneer wij de Maas zouden bezoedelen? Ik ben ervan overtuigd dat dit niet het geval zou zijn. Daar zit het probleem. Vlaanderen moet meten en weten wat er gebeurt in zijn rivieren.
Dat is het punt waartoe ik wil komen. Ik heb mij gisteren en eergisteren geïnformeerd. Er is vandaag op geen enkele wijze, behalve aan de universiteit van Antwerpen, een permanente meting van wat er in onze rivieren binnenkomt. Daar moeten wij naartoe. Eén keer per maand een emmertje water nemen om te zien wat erin zit, is van Christus tijd. Er moet een permanente meting zijn, en dat kan op elk ogenblik. Er moet een permanente meting zijn van het pH-gehalte, het zwaremetalengehalte, het chloorgehalte.
Wat is uw voorstel? Eén keer per dag of drie keer per dag meten? Weet u hoe uitgebreid ons watermeetnetwerk vandaag is en hoeveel keer we meten en wat daarvan de resultaten zijn? U hebt het over één keer per maand meten. Hoe rijmt u dat met de kosten en de administratieve vereenvoudiging, waarover ook de heer Dehaene het had? U speelt hier in op één feit. Het hele Vlaamse meetnetwerk is, als we het met andere meetnetwerken vergelijken, zeer uitgebreid.
Mijnheer de voorzitter, ik treed mevrouw Rombouts bij. De Vlaamse Gemeenschap heeft een gigantisch, zeer performant meetnetwerk voor de waterkwaliteit, voor alle mogelijke, vooral fysicochemische stoffen. Wij kunnen zeer snel zien wat er mis is. Er is ook het biologische meetnet. Daar is wat tijd nodig. Je kunt levende organismen niet van vandaag op morgen tot stand laten komen. Wat u nu zegt, mijnheer Sabbe, getuigt van een totaal gebrek aan dossierkennis. Neem uw computer, ga naar de website van de Vlaamse Milieumaatschappij, en u kunt online voor alle mogelijke stoffen zien, op elke plaats in Vlaanderen, hoe de toestand van de waterkwaliteit is. Vandaag, vorig jaar, het jaar daarvoor, het jaar daarvoor, enzovoort. (Applaus bij de meerderheid, Open Vld en Groen!)
Wat u vertelt, is klinkklare nonsens. Als het juist is wat u vertelt, verklaar mij dan waarom het na 25 november, toen de eerste filtereenheid werd afgezet, geduurd heeft tot 8 december vooraleer men gezien heeft dat de verontreiniging in de Zenne zeer fundamenteel was. U zegt dat wij een fantastisch netwerk hebben. Ik zal u daarop antwoorden. Mijnheer Decaluwe weet dat, wij komen uit dezelfde regio. Ik ben geboren in de textiel. Ik weet wat de textielindustrie nu moet doen. Zij moet een permanente meting doen, 24 op 24, of ze heeft onmiddellijk problemen met haar lozing en haar lozingsvergunning, met juridische stappen en veroordelingen en alles wat daaruit voortvloeit, tot gevolg. Hier hebben we drie weken gewacht vooraleer we hebben beseft dat er serieus stront aan de knikker was.
Mijnheer Sabbe, trek het u niet aan dat men u verwijt uw dossier niet te kennen. Men heeft daarnet bij mij juist hetzelfde gedaan. Ik ken mijn dossier ook door en door. Blijkbaar vindt de meerderheid het niet fijn om in het hoekje te worden geduwd. Men vergeet dat Vlaanderen 15,70 percent mee geïnvesteerd heeft in en mee opdraait voor dit zuiveringsstation. (Applaus bij LDD)
Mijnheer de voorzitter, ik vind het zeer spijtig te moeten vaststellen dat het Vlaams Parlement, dat altijd heeft geijverd voor het uitbouwen van een ongelofelijk goed meetnetwerk, het zelf in twijfel trekt, terwijl wij vaststellen, als wij vergelijkingen doen met buurlanden, dat ons meetnetwerk sterker is uitgebouwd dan in eender welk land. Mijnheer Sabbe, u haalt aan dat er om de maand gemeten moet worden. Tussen 25 november en 8 december liggen drie weken. Met uw maand, dat zijn vier weken, komt u te laat.
Bovendien is het niet zo dat pas op dat moment werd vastgesteld dat er een probleem was. Neen. Op het moment dat Aquiris de installatie sloot, wist men dat de normen zouden worden overschreden. De enige vraag is op welke manier die informatie wordt doorgegeven en hoe men daar eventueel acties aan vastkoppelt. Het is niet zo dat wij niet op de hoogte waren en dat er niemand wist dat er gevolgen zouden zijn. De vraag is op welke manier daaraan acties worden gekoppeld.
Ik heb de installatie bezocht in een periode dat ze nog goed draaide, een jaar geleden. Ik heb daar mogen vaststellen dat er inderdaad dagelijks meerdere keren wordt gemeten of de kwaliteit van het gezuiverde water aan de normen voldoet. Die privéfirma doet dat.
Naar aanleiding van dat bezoek heb ik trouwens in mijn eigen gemeente, Zemst, het voorstel verdedigd volgend jaar het Jaar van de Zenne te organiseren. Het is immers 160 jaar geleden dat de eerste officiële berichten over de stank van de Zenne zijn verspreid.
Het probleem zit elders. Aquiris had de plicht de Vlaamse overheid en alle andere partners van die metingen op de hoogte te stellen. Blijkbaar is enkel het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest verwittigd. Ik begrijp het betoog van de heer Sabbe dan ook niet. Hij wil de verantwoordelijkheid naar Vlaanderen halen. Aquiris is een firma die metingen moet verrichten. Die metingen zijn verricht. De vraag is wat met die informatie is gebeurd.
Mijnheer Dehaene, we praten langs elkaar. Ik vind dat de Vlaamse overheid de verantwoordelijkheid voor de zuiverheid van de waterlopen in Vlaanderen niet zomaar aan een privéfirma kan overlaten. Aquiris moet metingen verrichten. Aquiris heeft eenzijdig beslist de eigen installatie geheel of gedeeltelijk stil te leggen. We mogen voor onze metingen zeker niet afhankelijk zijn van de firma die zelf heeft beslist de installatie stil te leggen. We moeten zelf over een meetinstallatie beschikken.
Ik heb de indruk dat u niet goed beseft wat de Vlaamse milieuregelgeving de privébedrijven oplegt. Bedrijven in de textielsector en de chemische sector moeten permanent metingen verrichten. Dit wordt gecontroleerd. Hier gaat het over een zaak die de volksgezondheid in gevaar kan brengen. We willen aan de waterlopen werken. Ik heb gisteren trouwens een lid van de Zennezotten, ongetwijfeld een streekgenoot van u, op Radio 1 horen verklaren hoe de evolutie is verlopen.
Volgens sommigen had Aquiris dat moeten doen. Ik ben het daar niet helemaal mee eens. De Vlaamse overheid is verantwoordelijk voor alle waterlopen die onze regio binnenkomen. We moeten die waterlopen op een permanente wijze controleren. Het argument dat dit duur zou zijn, klopt helemaal niet. Alle mensen die in sectoren als de zwembadtechnologie, de waterwinning of de waterzuivering actief zijn, weten dat de waterkwaliteit op permanente basis kan worden gemonitord. (Opmerkingen van de heer Tom Dehaene)
Mijnheer Dehaene, u mag hier zeggen wat u wilt. De feiten zijn de feiten. Op 25 november 2009 is de installatie voor het eerst uitgevallen. Op 8 december 2009 is de eerste reactie gekomen. Dat is voor elk zichzelf respecterend bedrijf en voor elke overheid te laat.
Mijn tweede punt betreft de juridische aanpak. Er is een kortgeding aangespannen. Aangezien iedereen zich in Kopenhagen bevond, heeft dit veel te lang geduurd. Indien een kortgeding wordt aangespannen, vormt de indiening van een eenzijdig verzoekschrift de snelste weg. Het eenzijdig verzoekschrift biedt de mogelijkheid de betrokkenen onmiddellijk een dwangsom op te leggen. De betrokkene moet hierop reageren om een ontheffing van die dwangsom te verkrijgen. De Vlaamse overheid beschikt over een hele administratie. Ik begrijp niet waarom niemand van die mensen heeft gesuggereerd een eenzijdig verzoekschrift in te dienen. Dit zou veel sneller zijn gegaan. Met een eenzijdig verzoekschrift hadden we onmiddellijk een dwangsom kunnen laten opleggen en hadden we Aquiris en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest onmiddellijk voor hun verantwoordelijkheid kunnen plaatsen.
Het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest had trouwens onmiddellijk kunnen beslissen tot de nodige investeringen in bijkomende filters over te gaan. Hiertoe moest het geld op de geblokkeerde rekening worden gezet. Het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest moet Aquiris sowieso jaarlijks 40 miljoen euro betalen. De discussie over wie net wat zal betalen, had dan achteraf kunnen worden gevoerd. Dat zou een teken van goed, performant beleid zijn geweest.
Mijnheer de voorzitter, aan het einde van dit debat zullen we een actualiteitsmotie indienen om te eisen dat de Vlaamse overheid permanent metingen zou verrichten. Op die manier moeten we ervoor zorgen dat dit in Vlaanderen nooit meer kan gebeuren. (Applaus bij LDD)
De heer Sabbe blijft zaken door elkaar halen. De VMM verricht metingen van de waterkwaliteit. Die metingen wijzen uit welke stoffen er in de oppervlaktewateren zitten. De immissiemeetnetten maken ook duidelijk welk leven er in het water zit. De bedrijven zijn wettelijk verplicht te meten wat ze allemaal lozen. De VMM kijkt erop toe dat ze dit ook doen. Dit geldt ook voor de rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI) van Brussel-Noord. Zoals de heer Dehaene net heeft vermeld, gaan de resultaten van deze metingen naar het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest en niet naar het Vlaamse Gewest. Dat is een kwestie van communicatie. Daar hebben we het al over gehad.
Er is nog een element dat hier nog niet is aangehaald. Er is hier al over rechtszaken en over aansprakelijkheid gesproken. Ik durf amper te geloven dat Aquiris de installatie met opzet zo lang stil zou laten liggen om het beleid onder druk te zetten. Indien dit het geval zou zijn, hebben we hier met een onvoorstelbaar voorbeeld van milieucriminaliteit te maken.
En dat ís het eigenlijk al. De technologie van de waterzuivering bestaat toch al een paar decennia, dus als ze de grote fracties er nu nog niet uit kunnen halen in de eerste fase van de zuivering, dan is er een probleem. Dan hebben we te maken met een vorm van milieucriminaliteit: het moedwillig lozen van stoffen. Misschien moet daar zelfs strafrechtelijk tegen worden opgetreden en moeten we een stap verder gaan dan wat we nu doen, namelijk alleen maar spreken over schade en dergelijke. (Applaus bij CD&V en de N-VA)
Ik heb u en de meerderheid een voorzet gegeven, mijnheer Vandaele.
De heer Watteeuw heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister-president, collegas, deze ecologische ramp raakt mij en vele mensen van Groen! heel erg diep. Ik ben intussen een dertigtal jaar actief in natuurbehoud en natuurontwikkeling. Als je dit dan ziet gebeuren, ben je daar een hele tijd niet goed van. Als je de beelden ziet van de Zenne, kwetst dat.
Wij hebben met Groen! in Brussel altijd een punt gemaakt van de waterzuivering. Wij zijn daar blijven op hameren. We hebben daar in de jaren tachtig en negentig jarenlang op aangedrongen. Als dit dan gebeurt, is dat gewoon rampzalig. Net nu er inderdaad beterschap zichtbaar was, nu de rivier zich aan het herstellen was, nu mensen ook opnieuw naar die rivier willen trekken, gebeurt dit. Dat is dramatisch.
Het is dan ook niet toevallig dat wij vanuit Groen! vrij snel gereageerd hebben. Enkele uren nadat minister Schauvliege een eerste reactie had gegeven, heb ik zelf ook bericht dat dit een regelrechte schande is. Het is ook niet toevallig dat Brussels Groen!-parlementslid Annemie Maes een van de eersten was om een interpellatieverzoek in te dienen. Dit raakt ons heel diep, en wij willen hier absolute duidelijkheid over. We willen duidelijkheid, omdat we dit in de toekomst willen helpen voorkomen, we willen dat de rol van alle betrokkenen op dat moment duidelijk wordt.
Mijnheer Watteeuw, het treft mij dat u geraakt bent door wat er gebeurd is. Maar ik wil toch ook even de discussie van vorige week in herinnering brengen, waarin de meerderheid de les werd gespeld dat men in Brussel, met Groen! in de regering en met een Ecolo-minister van Leefmilieu, ten minste ambitieuze doelstellingen durfde te formuleren in het kader van Kopenhagen, en dat deze meerderheid dat niet durfde. Er werd gezegd dat wij een voorbeeld moesten nemen aan Groen! in de Brusselse regering en aan de Ecolo-minister van Leefmilieu. Ik heb toen gezegd dat symbolische cijfers mij niet veel zeggen, en dat voor mij het resultaat belangrijk is. Welnu, de resultaten en de cijfers van de VMM over de Zenne zijn vandaag realiteit. Dat zijn geen symbolische cijfers. Dat wil ik u maar even meegeven, want dat treft mij ook heel sterk.
De heer Hendrickx heeft het woord.
Mijnheer Watteeuw, u gaat er steeds prat op dat u in het federale en het Brusselse parlement één fractie vormt met Ecolo en goed met hen samenwerkt. U zegt dat u ontzet was over de gebeurtenissen, en ik geloof u. U zegt dat u onmiddellijk gereageerd hebt, dus neem ik aan dat u ook onmiddellijk minister Huytebroeck en de heer De Lille hebt gevat. Ik heb daar echter niets over vernomen. In Mechelen is er een groene schepen die er prat op gaat dat ze maandag met de heer De Lille heeft gebeld, die haar heeft gezegd dat hij er zelf niet veel aan kan doen, omdat het de bevoegdheid van minister Huytebroeck is. Ik vind dat heel bedenkelijk.
De heer Decaluwe heeft het woord.
Ik heb een beetje te doen met mijn groene sympathieke collega. Maar toch heb ik een vraag.
Mijnheer Watteeuw, mocht mocht! een sp.a- of Vld-minister dit meemaken in de Brusselse regering, zou Groen! dan ook zo politiek slap hebben gereageerd? Als u de daad bij het woord zou voegen, zou Groen! in het Brusselse parlement gewoon het ontslag van de Ecolo-minister eisen. (Applaus bij de meerderheid)
Mevrouw Rombouts, inderdaad, ambitieuze doelstellingen vind ik ook heel erg belangrijk. Vlaanderen mag zijn milieudoelstellingen gerust wat ambitieuzer formuleren. Juist daarom raakt het mij fel wat er nu gebeurt. Als we de klimaatsverstoring serieus nemen, moeten we ongelooflijk ambitieus zijn. Dan kunnen we ons zeker zulke episodes niet veroorloven.
Wat onze samenwerking met Ecolo betreft, wij gaan daar prat op soms, dat we een goede samenwerking hebben. Soms gaat het goed en dan durven wij dat zeggen. (Opmerkingen van de heer Marc Hendrickx)
Mag ik uitspreken, alstublieft? Gisteren werd hier gestemd over de begroting. Door onze inspanningen is Ecolo niet in zee gegaan met de Union des Francophones. Ik ben daar fier op, dat is geen klein feitje. Gisteren werd de Vlaamse begroting goedgekeurd dankzij het parlementslid van de Union des Francophones. (Opmerkingen)
Ik vind dat u een beetje afwijkt. Hebt u zondag of maandag via de partij-instanties, via uw contacten met Ecolo, minister Huytebroeck gevat? (Opmerkingen van de heer Filip Watteeuw)
Ja of neen?
De heer Van Dijck heeft het woord.
Mijnheer Watteeuw, nog iets over de loyaliteit van Ecolo. Minister Smet is op 1 december naar de Franse Gemeenschap getrokken om tekst en uitleg te geven over het decreet Faciliteitenonderwijs. Wat me daarvan vooral bijgebleven is, is dat Ecolo daar voorstelde om inderdaad aan dat decreet niets te doen, maar het wel even te vergeten en niet te publiceren. Men stelde voor om te doen alsof het niet bestond. Ik vind het zeer loyaal en democratisch dat een parlementslid voorstelt om een decreet dat is goedgekeurd, niet te publiceren! Ik neem daar akte van.
Ik krijg dus de bevestiging dat ambitieuze doelstellingen belangrijker zijn dan de realistische cijfers die bereikt moeten worden. (Opmerkingen van de heer Filip Watteeuw)
Zelfs die ambitieuze doelstellingen in Kopenhagen gaan verdedigen, is voor u belangrijker dan vandaag de oplossing voor de meetresultaten bereiken. (Opmerkingen van de heren Bart Caron en Carl Decaluwe)
Mevrouw Rombouts, dat heb ik niet gezegd. Ik heb gezegd dat ambitieuze doelstellingen belangrijk zijn, en ze realiseren nog belangrijker. (Opmerkingen van mevrouw Tinne Rombouts)
En juist daarom is deze episode zo dramatisch.
Wat Ecolo betreft, heb ik zaterdagvoormiddag contact gehad met het kabinet van minister Huytebroeck. Ik heb zeer duidelijk mijn ongenoegen laten blijken. Ook Bruno De Lille, onze staatssecretaris, heeft dat gedaan. Of het antwoord voldoende zal zijn, moeten we nog afwachten.
U hebt het constant over contact, contact, contact. In deze situatie is maar één woord op zijn plaats: actie, actie, actie. Dat is niet gebeurd. Uw collegas van Ecolo hebben geen enkele actie ondernomen. Behalve contact, is er niets gebeurd. Acties is nochtans het woord dat u had moeten gebruiken; dat is het woord dat op zijn plaats is in zon dossier. Onmiddellijke actie, niet morgen, niet overmorgen, maar nu!
Mijnheer Watteeuw, de N-VA heeft ook haar ongenoegen laten blijken. Ons enige Brusselse parlementslid, de heer De Ridder, heeft het ontslag gevraagd van Brussels minister Huytebroeck. Dat is het enige dat aan de orde is: ontslag nemen, is het enige dat ze zou kunnen doen.
Daarmee zijn we bij de vraag van de heer Decaluwe aanbeland. Hij vraagt wat we zouden doen. Ik kan hem vragen wat de CD&V, die ook in de regering zit, zal doen.
Als het om een minister van Open Vld, van sp.a of van CD&V zou gaan, zou u hier vooraan staan om het kot af te breken! Nu zegt u enkel: we zijn aan het spreken. U moet een beetje krachtdadiger zijn.
In de Brusselse regering zitten drie partijen aan Vlaamse kant. Dit zou elke minister kunnen overkomen. Het feit dat dit een groene minister overkomt, is voor ons supererg, want het treft ons in onze corebusiness. Of dit alles gebeurd is door die groene minister en door de andere ministers die verantwoordelijkheid dragen op Brussels niveau, daarover gaat op dit moment de interpellatie in het Brusselse parlement. En ook wij zullen daar heel duidelijke en scherpe vragen stellen. Het is aan het Brusselse parlement om te oordelen, niet aan dit parlement, of, ten eerste, die regering voldoende gedaan heeft en of, ten tweede, minister Huytebroeck fouten begaan heeft. Dat debat vindt op dit moment plaats. Ook wij zullen er pertinente en scherpe vragen stellen en duidelijk maken dat wij vinden dat zoiets nooit meer mag gebeuren, niet door een groene minister, niet door een blauwe of een rode, maar door geen enkele.
Inderdaad, Groen! heeft, eigenlijk vrij snel, gecommuniceerd dat er een communicatieprobleem was bij Ecolo. Wij vinden niet dat het uitsterven van het visbestand in de Schelde en de Rupel een probleem van communicatie is. Ik denk dat er wel degelijk een veel fundamenteler probleem is.
Mevrouw Van den Eynde heeft het woord.
Mevrouw Vogels, mijnheer Watteeuw, wat de groenen steeds gedaan hebben in deze discussie, is zeggen dat de minister van Ecolo haar verantwoordelijkheid heeft genomen, maar dat er een communicatiestoornis was. Ze heeft totaal geen verantwoordelijkheid genomen! Ze moet nu haar verantwoordelijkheid nemen door ontslag te nemen!
Mevrouw Vogels, u herinnert zich ongetwijfeld de dioxinecrisis nog. U was er toen voorstander van dat een bepaalde minister zijn ontslag heeft moeten nemen, en dat was het feit waardoor u de volgende verkiezingen heeft gewonnen. Er zijn nog andere ministers voor minder vertrokken. Ook toen Dutroux ontsnapte, heeft een andere minister zijn verantwoordelijkheid moeten nemen. Ook toen is niet de hele regering opgestapt. Het wordt tijd dat u nu zelf verantwoordelijkheid neemt!
Mevrouw Idrissi, u moet ons natuurlijk wel volledig citeren. Ik heb inderdaad gewezen op de communicatiefouten, maar ik heb ook gezegd dat we onmiddellijk moeten bekijken hoe de schade zo snel mogelijk ingeperkt moet worden, hoe wat er gebeurde, gestopt kon worden. U moet ons volledig citeren.
Wat de verantwoordelijkheid betreft, is het zoals mevrouw Vogels zegt: daarover wordt nu gedebatteerd in het Brussels parlement. Ik moet Brussels minister Huytebroeck niet verdedigen; zij moet dat zelf doen, want zij is minister en zij moet haar verantwoordelijkheid nemen. Zij moet zich verantwoorden. Pas een uur geleden heeft ze aan de media toegegeven dat er op het vlak van communicatie, extern en ten aanzien van de andere regeringen, fouten zijn gebeurd. Dat is een begin van het debat. Dat is een begin van het voorkomen dat dit nog gebeurt. Onze parlementsleden zullen heel actief aanwezig zijn in die commissie en de minister kan maar beter een goede uitleg hebben.
Als we dit willen voorkomen, moeten we niet alleen naar minister Huytebroeck kijken, maar ook naar de rol die Aquiris speelt. Ik zit wat dat betreft, volledig op dezelfde lijn als de heer Vandaele. De betwistingen die er waren bij Aquiris inzake het concept van het waterzuiveringsstation, waren er al van in het begin. Al van helemaal in het begin waren er heel wat incidenten, en die betroffen vooral de kwaliteit van het aangevoerde water. Op 18 december 2008 was er een akkoord waarbij Aquiris afzag van die klachten over de kwaliteit van het water. Er was dus een akkoord dat Aquiris geen vorderingen meer zou overmaken. Ondanks dat akkoord kwam er op 19 november 2009 van Aquiris een claim van 40 miljoen euro omwille van de kwaliteit van het water.
Wat volgt, zou misschien best bekeken worden vanuit die claim. Onderzoek moet dat uitwijzen. Het gedeeltelijk afsluiten van het waterzuiveringsstation, zoals op 25 november, is blijkbaar iets wat af en toe gebeurt, voor onderhoudswerken onder andere. Dat is niet zo uitzonderlijk. Wel uitzonderlijk is dat men het waterzuiveringsstation helemaal stillegt.
Ik sluit me volledig aan bij de heer Vandaele: als dit bewust is gebeurd omwille van die claim, lijkt dit op ecologische chantage en is dit een vorm van milieucriminaliteit. Dat moet worden onderzocht. Dat willen wij ook. We willen duidelijkheid over de verantwoordelijkheid van alle betrokkenen.
U vormt in het federaal parlement één fractie met Ecolo. U kunt zeggen dat we moeten onderzoeken en dit en dat. Maar alleen al de traagheid waarmee de betrokken minister in Brussel het dossier heeft aangepakt! Ze beschouwde het niet als prioriteit. Ze zegt: We zijn ermee bezig en we nemen contact op. Per seconde gaat er wel 12.000 liter afvalwater door! Kan die minister nog functioneren? Vindt u niet dat u onmiddellijk het ontslag moet eisen van die minister? U kunt achteraf nog alles onderzoeken.
In de dioxinecrisis was dat niet anders. Men heeft veel onderzoeksdaden gesteld, maar er was een falen van het beleid en een falen van de betrokken minister. Dat is nu ook manifest duidelijk: veel te laat en veel te traag. Als u consequent wilt zijn, recht in uw schoenen wilt staan en de politisering wilt zijn van de ecologische gedachte, moet u dat doen. Als u dat niet doet, kunt u heel uw partijprogramma in de vuilnisbak gooien. (Applaus bij LDD en het Vlaams Belang)
De heer Van Hauthem heeft het woord.
Ik ben verbaasd over de teneur van uw tussenkomst, mijnheer Watteeuw. Wat de politieke verantwoordelijkheid van de minister betreft, is er een communicatiefout gebeurd. Punt. U zegt dat er een probleempje geweest is met de communicatie, en dan schakelt u heel vlug over op de privémaatschappij. Die heeft ongetwijfeld ook verantwoordelijkheden. U legt in het lang en het breed uit wat die verantwoordelijkheden zijn. Maar de notie politieke verantwoordelijkheid is blijkbaar aan uw partij niet besteed, mijnheer Watteeuw. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Mijnheer Watteeuw, u zegt dat u verontwaardigd bent en dat het allemaal grondig moet worden onderzocht en dat we dan over verantwoordelijkheid kunnen spreken. Ik ben in de war. In de discussie in de commissie Leefmilieu van het Brusselse parlement zei een groen parlementslid dat het allemaal niet zo erg is, dat we het probleem niet moeten vergroten en dat de situatie per slot van rekening dezelfde is als voor de komst van het waterzuiveringsstation.
Mevrouw Idrissi, wie heeft dat gezegd?
Het Ecolo-parlementslid Arnaud Pinxteren.
Mevrouw, ik ben lid van Groen!. Er zijn twee parlementsleden van Groen! in het Brusselse parlement en de verontwaardiging bij die mensen is enorm groot! (Rumoer)
Ik hoop dat er in het Brusselse parlement zwaar gedebatteerd zal worden over wat gebeurd is, dat alle mensen verantwoording afleggen en dat er een goede uitleg is. Dan moet het Brusselse parlement zijn conclusies trekken.
Mijnheer de minister-president, het is zaak om beter samen te werken. Wat kunnen wij doen? Welke procedures kunnen wij ontwikkelen? Bent u bereid om met de Brusselse regering aan tafel te gaan zitten om dit te realiseren?
Ik denk dat bijvoorbeeld een groene telefoon tussen de milieuministers absoluut noodzakelijk is. (Opmerkingen van de heer Carl Decaluwe)
Het mag ook een oranje telefoon zijn, mijnheer Decaluwe.
Is dat het voorstel van Groen!: een groene telefoon?!
Een telefoon tussen de groenen en Ecolo is zelfs niet voldoende!
Mijnheer Decaluwe, het is niet omdat het over dode vissen gaat dat u zich moet gedragen als een viswijf. (Rumoer)
Als wat, mijnheer Watteeuw?
Mijnheer de voorzitter, ik heb het zelf niet gehoord maar ik sta er wel op dat het in het verslag staat. Dat is het niveau van Groen! U bent nog niet eens naar de essentie van de zaak durven te gaan. Weet u wat minister Huytebroeck had moeten doen? Ze moest gewoon hebben gezegd dat zij het probleem van het zand zou oplossen en de factuur nadien voor de rechtbank zou bevechten. Dan zou er geen dode vis geweest zijn. Dat is de realiteit, mijnheer Watteeuw. (Applaus bij CD&V en N-VA)
Mijnheer Decaluwe, u bent van het mannelijke geslacht Daarom denk ik dat het woord viswijf niet gepast is, mijnheer Watteeuw.
U hebt gelijk. Ik trek dit woord terug.
Ik wil aan de heer Decaluwe duidelijk zeggen dat dit inderdaad een optie was, maar dat dat dan een beslissing van de voltallige Brusselse regering had moeten zijn. Want dat betekent dat de regering geld op tafel zou gelegd hebben. Ik weet trouwens niet of dat budgettechnisch kan, maar het was een mogelijke oplossing geweest. Zoals daarnet al is gezegd, denk ik dat dit een van de vragen zal zijn die op dit moment in het Brussels parlement worden gesteld, aan de milieuminister en aan de voltallige Brusselse regering. En ik kan alleen maar herhalen dat het dat parlement is dat daarover na beslist, na informatie te hebben gekregen. En wat ons betreft, gaat dat over veel meer dan het al dan niet juist communiceren. De vraag is of de juiste beslissingen door de juiste mensen op tijd zijn genomen. Op basis van dat dossier wordt beslist wat de gevolgen zijn voor de Brusselse regering. Het is het Brusselse parlement dat de Brusselse ministers het vertrouwen heeft gegeven. Het zal ook het Brusselse parlement zijn dat op basis van het dossier zal oordelen of deze ministers in het volle vertrouwen voort kunnen blijven werken.
De heer Delva heeft het woord.
Mevrouw Vogels, dan moet de Brusselse regering ook op tijd worden ingelicht door de bevoegde minister. Ik denk dat ook de interne communicatie binnen de regering zeer laat op gang is gekomen.
Dat zal een van de elementen bij de beoordeling zijn.
Ik wil hier niet veel meer woorden aan vuilmaken. Ik ben, ook als Brusselaar, zo woest en kwaad. Ik heb mijn woede dan ook gekanaliseerd in een kleine haiku. Haikus zijn kort en kunnen soms de carrière vooruithelpen. (Gelach)
Vissen gesneuveld
door de Zenne vergiftigd
de paling lacht groen
(Applaus bij CD&V, het Vlaams Belang, Open Vld, sp.a, N-VA en LDD)
Mevrouw Dillen heeft het woord.
Voorzitter, ik heb een kleine opmerking over het taalgebruik. Als u zegt dat het woord viswijf ongepast is omdat het tegen een heer wordt gezegd, wil ik toch wel even kwijt dat dit evenmin tegen een dame wordt gezegd. (Applaus bij CD&V, het Vlaams Belang, Open Vld, N-VA, LDD en Groen!)
Ik heb eerst en vooral gezegd dat de heer Decaluwe van het mannelijke geslacht is en dat het woord viswijf ongepast is, niet alleen omdat hij een man is maar ook vanwege het woord zelf. Als dat tegen u zou worden gezegd, zou ik dat evengoed vragen aan de persoon die op het spreekgestoelte staat. Laat daarover geen misverstand bestaan.
De heer Decaluwe, ex-viswijf, heeft het woord.
Over de mosselen zullen we zwijgen. Mevrouw Vogels stelt dat dit een oplossing had kunnen zijn. Er is zoiets als algemeen belang. Zoals de heer Delva zegt: de andere leden van de Brusselse regering wisten het niet. Minister Huytebroeck had zelf de regering moeten bijeenroepen en een voorstel lanceren. Desnoods had zij gewoon met een budgetcontrole in de nodige middelen moeten voorzien. Dan was er geen vis gestorven in Vlaamse wateren. Dan had ze tenminste gehandeld. Nadien had ze kunnen proberen voor de rechtbank de factuur van de privésector te recupereren.
Voor een goed begrip: de hele Brusselse regering wist dat er problemen waren met Aquiris. Het feit dat Aquiris geregeld weigerde om het werk op te leveren, wist de hele Brusselse regering. De hele Brusselse regering wist dat Aquiris 40 miljoen eiste. Niemand kon evenwel vermoeden dat Aquiris de Brusselse regering en de minister van Leefmilieu koud zou pakken door op een bepaald ogenblik de waterzuiveringsinstallatie gewoon te sluiten. Uw verhaal klopt dus niet. Maar ik zeg het nogmaals: laat dat debat gevoerd worden waar dat moet gebeuren: in het Brussels parlement. Laat daar alles naar boven gehaald worden wat moet naar boven gehaald worden. En laat ons hier geen tijd verspillen met nattevingerwerk en speculaties over wie wie niet heeft verwittigd en dergelijke.
Het is erg vervelend voor mevrouw Vogels, maar als het klopt wat u zegt, dan mocht minister Huytebroeck nooit naar Kopenhagen zijn vertrokken. Zij had in Brussel moeten blijven om op te treden, zodat was vermeden dat die zware vervuiling zou gebeuren. Dat is de harde realiteit: mevrouw Huytebroeck maakte een zware inschattingsfout.
Minister Huytebroeck had niet naar Kopenhagen mogen gaan. Wij hebben dat heel duidelijk gezegd. En ook onze groene staatssecetaris Bruno De Lille heeft dat duidelijk gezegd. De heer Watteeuw zei het al: minister Huytebroeck heeft na de vergadering van de Brusselse regering van vanochtend in de media duidelijk toegegeven dat ze op dat vlak een inschattingsfout heeft gemaakt. Hoe zwaar die inschattingsfout weegt op het vertrouwen in die minister, is een debat voor de Brusselse regering.
Minister-president Peeters heeft het woord.
Het is belangrijk de feiten correct weer te geven. In de brief die minister-president Picqué me schreef, staat dit: Op 25 november werden de Brusselse maatschappij Waterbeheer en Leefmilieu Brussel er door Aquiris van op de hoogte gebracht dat een van de drie hoofdcollectoren was stilgelegd omdat er zich puin in de leidingen bevond. Deze informatie heeft niet het voorwerp uitgemaakt van een officiële mededeling aan de Brusselse hoofdstedelijke regering.
Ik heb eigenlijk te doen met Groen! Aansluitend bij wat president Delva zei, ben ik ontroerd door de toon die Groen! aanslaat. U zegt dat we zullen luisteren naar de uitleg die in het Brussels parlement wordt gegeven. Mevrouw Vogels zegt ook dat het Brussels parlement moet beslissen wat er met die uitleg moet gebeuren. Wel, ik raad u aan eens opnieuw naar de beelden over de dioxinecrisis te kijken. Toen ging het ook over een communicatieprobleem. Het kot was toen te klein, niet enkel in Vlaanderen maar ook in Brussel en Wallonië. Dat heeft mijn papa zijn premierschap gekost! Als ik nu uw toontje hoor, dan heb ik echt te doen met Groen! Ik vraag me af hoe jullie het groene project de komende jaren nog willen verdedigen.
Ik wil niet herhalen wat ik hier al over Ecolo en Groen! heb gezegd. Wat de minister-president heeft gezegd, is juist tot december. Op 8 december waren ook wij op de hoogte. Wij, als gewone burgers, waren op de hoogte. Dus ook de voltallige Brusselse regering was op de hoogte. Dat betekent dat niemand vanaf 8 december nog kan beweren dat zijn naam haas is. Uiterlijk op 9 december s ochtends wist iedereen dat er serieus wat mis liep; dat er stront aan de knikker was.
Ik richt me tot de heer Decaluwe, die terecht zegt dat de duidelijke en verpletterende verantwoordelijkheid bij de Ecolo-minister ligt. Ze moet haar ontslag aanbieden, dat is de enige oplossing. Maar er zitten ook andere mensen en partijen in die Brusselse Hoofdstedelijke Regering. Een regering is toch een ploeg. Vanaf 9 december treden de krachten van de ploeg toch in werking. Ik zie dat ook een zekere mevrouw Grouwels in die ploeg zit, en zij is CD&V-minister, bevoegd voor Openbare Werken, Vervoer en de Haven van Brussel. Die ploeg, en zeker mevrouw Grouwels, heeft ook een verantwoordelijkheid.
Er is op 9 december niets gebeurd en ondertussen is het al 17 december en er zijn voornamelijk contacten, behalve Aquiris, dat zegt plannen te hebben om de zaak herop te starten. Ik heb nog niets gezien. Vanaf 9 december is dat een verantwoordelijkheid van de voltallige Brusselse regering. Alle partijen en ministers die in die regering zetelen, zijn in de fout gegaan omdat ze, in navolging van minister Huytebroeck, hebben nagelaten snelle en noodzakelijke acties te ondernemen.
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Ik ben niet ontroerd door het groene fundamentalisme van de heer Sabbe. Na zijn toespraak over de groene samenleving eerder deze week maakt hij niet veel indruk.
Mijnheer Watteeuw, Groen! geeft ons al vijfentwintig jaar groene lessen, in elk debat, over elk boompje dat wordt omgehakt. We hebben tien, vijftien jaar lang de discussie over het mestdecreet meegemaakt. U hebt ons verwijten toegestuurd, alsof wij de beken vervuilden. Ik herinner me hoe blij Magda Aelvoet, verkleed als een kip, op de markten in Vlaams-Brabant rondliep ten tijde van de dioxinecrisis. Ze was aan het juichen dat de kippen vol dioxine zaten.
Mevrouw Vogels, ik zie u nog stralen in het stadhuis van Antwerpen toen u uw grootste overwinning behaalde na de dioxinecrisis. Het zou nooit meer gebeuren. Wij zijn daardoor jarenlang in de oppositie terechtgekomen, omdat we onvoldoende controle hadden uitgeoefend op de voedselketen. Nu gebeurt dit, en dat is niet jullie verantwoordelijkheid, mijnheer Watteeuw, maar jullie distantiëren zich daar niet radicaal van en jullie zeggen niet dat dat niet kan en niet mag.
Dat kan niet, dat mag niet.
U durft niet te zeggen wat u eigenlijk zou moeten zeggen.
Mijnheer Van Rompuy, ik heb gezegd: Dit is een regelrechte schande, dit kan niet, dit mag niet.
De voormalige ministers Pinxten en Colla hebben indertijd ontslag genomen. Na de verkiezingen is er een onderzoekscommissie geweest. Wat mij stoort, is dat u ons jarenlang de les hebt gespeld. U hebt de boeren, de industrie, de burgers, iedereen geculpabiliseerd. Nu komt er zon probleem en om puur partijpolitieke redenen probeert u hier de verdediging van minister Huytebroeck op te nemen. Gisteren was ze in Terzake, ze kent geen Nederlands, ze sprak in het Frans, ze heeft gezegd dat ze nooit ontslag neemt en ze heeft op geen enkel punt toegegeven. Dat u haar nog blijft verdedigen, vind ik onbegrijpelijk.
Mijnheer Van Rompuy, dit is een regelrechte schande, dit kan niet, dit mag niet. Dit debat moet worden gevoerd.
De ontboezemingen over het onverwerkt verleden van de heer van Rompuy Wanneer u de verkiezingen wint, dan danst u op de tafel. (Opmerkingen) Over consequent gesproken, ik zou u een aantal voorbeelden geven. (Rumoer)
Ik heb de microfoons in de zaal afgesloten. Het is de bedoeling dat we naar elkaar luisteren. Ik denk dat er nu voldoende van gedachten is gewisseld. Als we nu ook nog over het onverwerkt verleden beginnen, dan zitten we hier morgenvroeg nog.
De heer Watteeuw heeft het woord.
Dit kan niet, dit mag niet. Daarover wordt nu in het Brussels parlement gedebatteerd. Daarover moeten alle betrokkenen verantwoording afleggen. Ik hoop dat er een goede uitleg wordt gegeven. Wanneer dat niet het geval is, moet het Brussels parlement zijn conclusies trekken.
Tot slot moet de wijze worden geanalyseerd waarop de overheid moet omgaan met multinationals en bedrijven als Aquiris. Op die manier kan de overheid meer de vinger op de pols houden en meer worden betrokken bij de werking. Enerzijds is er onze verantwoordelijkheid, anderzijds is er die van die multinationals.
Minister-president Peeters heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, collegas, er zijn vragen gesteld over de historiek, over acties en over de wijze waarop dit in de toekomst kan worden voorkomen. Dat zijn heel pertinente vragen die ook in dit Vlaams Parlement aan bod kunnen en moeten komen.
Ik wil nogmaals benadrukken dat de situatie heel ernstig is. Er is zwaar geïnvesteerd in Vlaanderen om het ecologisch evenwicht in onze rivieren te herstellen. Wat nu is gebeurd, het niet meer zuiveren van het water dat in de Zenne, de Rupel en daarna in de Schelde loopt, is natuurlijk verschrikkelijk. Ik denk dat iedereen in dit Vlaams Parlement het met me eens is dat we alles op alles moeten zetten opdat er zo snel mogelijk opnieuw gezuiverd wordt. Verder moeten we proberen dit in de toekomst te vermijden.
Wat de timing betreft, zal ik een overzicht geven. Op woensdag 9 december om 16.02 uur is het kabinet van minister Schauvliege door de Vlaamse Milieumaatschappij op de hoogte gebracht van het feit dat het zuiveringsstation Brussel-Noord was stopgezet. De reden was een zogeheten protestactie van de werknemers tegen de slechte werking van de installatie.
En het is ook juist dat sinds de stopzetting van het station het afvalwater van circa één miljoen Brusselaars ongezuiverd in de Zenne terecht komt. Het is heel belangrijk te onderstrepen dat er woensdagavond contacten zijn geweest tussen het kabinet en de kabinetschef van minister Huytebroeck om te vragen hoe de situatie in elkaar zat. De volgende ochtend om 8.30 uur is er opnieuw contact geweest en werd bijkomende informatie gegeven. Op donderdag 10 december werden om 9.32 uur de eerste onderzoeksresultaten van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) bekend. Dat was natuurlijk schokkend nieuws omdat de resultaten voor de parameters allemaal zeer slecht waren en omdat de waterkwaliteit, en zeker de zuurstofhuishouding, normen haalde die niet aanvaardbaar zijn. Ze waren zeer laag. Op vrijdag 11 december heeft minister Schauvliege opnieuw contact gezocht met minister Huytebroeck. Op 11 december werd een brief verstuurd.
Het is ook belangrijk te stellen dat op 14 december een aangetekende brief is verstuurd naar de Brusselse Maatschappij voor Waterbeheer (BMWB) en naar minister Huytebroeck om nogmaals duidelijke informatie te krijgen en te vragen hoe de zaak verder zou worden aangepakt om het probleem zo snel mogelijk op te lossen. In die brief stond ook dat als er niet snel actie zou worden ondernomen, mijn collega gerechtelijke stappen zou zetten. Dat is dan ook gebeurd via een kort geding. De heer Sabbe vroeg daarnet waarom men de zaak niet had aangepakt via een eenzijdig verzoekschrift en waarom men heeft gekozen voor een tegensprekelijk debat. Dat tegensprekelijk debat is nu aan de gang. Ik heb begrepen dat het kort geding op dit moment wordt geschorst om de gedelegeerd bestuurder de mogelijkheid te geven aanwezig te zijn. Men heeft het probleem door de juristen en advocaten laten onderzoeken, waarbij de afweging werd gemaakt of er een eenzijdig verzoekschrift zou worden ingediend of een dagvaarding zou worden verstuurd. De advocaten en juristen hebben gekozen voor het kort geding omwille van de kans op slagen en om het tegensprekelijk debat mogelijk te maken. Er werd dus niet geopteerd voor het eenzijdig verzoekschrift. Die afweging is zeer uitdrukkelijk gemaakt.
We wachten het resultaat van het kort geding af. Mogelijk volgt de uitspraak in de loop van de voormiddag. We wachten natuurlijk af wat wordt gezegd in het debat in het Brusselse parlement om te kijken wat de situatie is binnen de Brusselse regering en welke de volgende juridische stappen zijn die we moeten zetten na het vonnis in kort geding.
Daarstraks heb ik ook verwezen naar een brief die ik gisteren heb ontvangen van minister-voorzitter Picqué. Ik heb hem zelf begin deze week opgebeld om te vragen hoe hij, als minister-voorzitter, de zaak wenste aan te pakken, welke acties hij zou ondernemen. Hij heeft me gezegd dat hij me tegen vandaag de nodige informatie zou bezorgen. Gisterenavond heb ik een brief ontvangen, waaruit ik daarnet al even heb geciteerd. Hij geeft daarin een overzicht van de situatie van Aquiris en, mevrouw De Vroe, hoe de participatie in elkaar zit, welke bestuursmandaten men daar heeft. In zijn schrijven heeft hij ook duidelijk vermeld dat het probleem van het steengruis niet de verantwoordelijkheid is van de Brusselse Maatschappij voor Waterbeheer en dat de discussie nog verder wordt gevoerd.
Mijnheer de voorzitter, ik denk dat het belangrijk is dat ik toch nog even uit die brief citeer. Ik heb gezegd dat de verontwaardiging zeer groot is, niet alleen bij de Vlaamse Regering, maar ook bij alle Vlamingen en in het Vlaams Parlement.
In zijn brief zegt minister-voorzitter Picqué op het einde: Het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest betreurt de rampzalige gevolgen die het stilleggen van het waterzuiveringsstation Brussel-Noord meebrengt voor het milieu. Wij zijn solidair met alle inwoners van Vlaanderen in dit dossier. De verantwoordelijken moeten veroordeeld worden en er zullen schadevergoedingen betaald moeten worden.
Mijnheer de voorzitter, we zullen deze problematiek van zeer nabij en uur per uur opvolgen. U mag erop rekenen dat de Vlaamse Regering en de betrokken vakminister de nodige bijkomende acties zullen ondernemen wanneer dat de volgende uren nodig zal zijn.
Geachte leden, het is met dit overzicht voor alle leden van dit parlement overduidelijk dat minister Schauvliege de juiste acties heeft genomen en zeer snel op de bal heeft gespeeld. Mochten er leden zijn van de oppositie die in een andere richting insinuaties of opmerkingen zouden hebben, kan ik alleen maar zeggen dat het niet beter kon. Er kunnen geen andere elementen worden toegevoegd bij wat ze heeft gedaan.
De vragen zijn belangrijk. Ik dank alle leden die een betoog hebben gehouden, zeker in de mate dat ze concrete voorstellen hebben gedaan om dat in de toekomst te voorkomen. Het eerste wat snel moet gebeuren, is het heropstarten van het waterzuiveringsstation. De berichten zijn dat dat tegen vanavond zal gebeuren. Vervolgens moeten de schade, de vergoedingen en de verantwoordelijkheden heel duidelijk worden opgemaakt en aangeduid en moet de betaling van de schade gebeuren.
Ook Vlaanderen kan met wat er contractueel is afgesloten, een aantal bijkomende acties ondernemen naast degene die nu reeds zijn genomen. Dat kan ten eerste ten aanzien van de meetinstrumenten en hoe we daarmee moeten omgaan. Het is heel belangrijk om met Aquiris afspraken te maken of die eenzijdig op te leggen, dat wij op dagbasis de resultaten moeten hebben van het water dat het waterzuiveringsstation verlaat. Wij kunnen heel uitdrukkelijk stellen dat wij maar facturen betalen wanneer de resultaten van het water dat in de Zenne wordt geloosd, ons op dagbasis worden overgemaakt. Dat geeft ons op een heel pragmatische wijze de beste garanties dat wanneer er een probleem zou optreden, we daar zeer snel van op de hoogte zijn. We moeten de maandelijkse metingen voortzetten en goed bewaken, wat op dit moment ook gebeurt.
De facturen worden één keer per jaar overgemaakt. Het is belangrijk dat we naast de dagresultaten van het water dat in de Zenne komt, ook de betalingen van die facturen op een andere manier regelen, niet één keer per jaar maar op een kortere periode, zodat we ook sneller kunnen ageren als dat nodig is.
Het is volgens mij niet noodzakelijk om in de raad van bestuur te willen zetelen. Tussen haakjes: 97 percent van de aandelen van Aquiris zijn in handen van een industriële groep. We hebben een contractuele relatie met Aquiris. In de raad van bestuur zitten, geeft bepaalde verantwoordelijkheden. Ik vind dat die verantwoordelijkheden duidelijk moeten worden gelegd waar ze moeten worden gelegd. Het is geen goed idee om een waarnemer in die raad van bestuur te hebben, maar het is wel heel belangrijk dat we heel snel op de hoogte zijn van de toestand van het water dat in de Zenne komt en dat we zo kunnen ageren als er een probleem is.
We moeten de volgende dagen contacten hebben in eerste instantie met de gemeenten die zijn getroffen of die laten weten hebben dat ze overgaan tot dagvaarding. We moeten dat maximaal en op een gecoördineerde manier aanpakken, de schade die is opgelopen moeten we goed duiden en op die manier moeten we een dossier voor schadevergoeding samenbundelen.
Ik heb ook met minister-voorzitter Picqué afgesproken dat we, na het debat in het Brusselse parlement, na dit debat en na de uitspraak van de rechter in kort geding, zullen bekijken hoe snel het waterzuiveringsstation opnieuw kan worden opgestart. Dat is immers toch wel het belangrijkste. Morgen zal ik met hem overleggen, zodat we duidelijke verdere afspraken kunnen maken.
In deze tijden, waar in Kopenhagen laten we het hopen belangrijke afspraken worden gemaakt voor de volgende generaties, mag wat hier is gebeurd, zich nooit meer herhalen. We moeten er alles aan doen om dat te voorkomen en zo snel mogelijk te herstellen. Zo zal de ecologie van onze waterlopen zich in de toekomst op een goede manier herstellen. (Applaus bij de meerderheid)
Mijnheer de minister-president, ik ben blij dat ik het althans toch op één punt met u eens ben, met name dat het zinloos is in alle raden van bestuur te zetelen. Anders moet de overheid straks iemand in elke raad van bestuur hebben van elke aannemer die voor de overheid werkt. Die politisering willen we helemaal niet. Wat dat betreft, ben ik het volkomen met u eens.
Ik ben het heel wat minder met u eens over het punt van het eenzijdig verzoekschrift. Het eenzijdig verzoekschrift had, zeker gezien de ernst van de feiten, een heel grote kans op slagen. We hebben een expert ter zake in ons midden, namelijk professor Bouckaert. Met een eenzijdig verzoekschrift hadden we een heel grote kans dat er veel sneller actie was gekomen dan met de normale tegensprekelijke procedure van een kort geding.
Ik heb echter heel grote problemen met en ben erg bezorgd over het volgende. We vernemen zonet dat de Brusselse regering zonet unaniem het vertrouwen heeft gegeven aan bevoegd minister Huytebroeck. Dat vind ik erg. Ik heb het hier al aangehaald: ook een van uw partijgenoten zetelt als minister in de Brusselse regering, namelijk minister Grouwels. Een paar minuten geleden eiste de CD&V-fractie het onmiddellijke ontslag van minister Huytebroeck. Ik vind het erg dat diezelfde partij dan, in de gedaante van haar minister in de Brusselse regering, het vertrouwen geeft aan de regering en minister Huytebroeck. Dit is een staaltje van hoe de nieuwe politieke cultuur in dit land functioneert. Het kan niet dat een partij enerzijds het ontslag eist van iemand, omwille van grove feiten, en dan anderzijds unaniem het vertrouwen geeft aan die falende minister. Dat is te veel. (Applaus bij LDD)
Mijnheer de voorzitter, ik betreur ook de hypocriete houding van CD&V in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest en het Vlaamse Gewest.
Mijnheer de minister-president, ik heb echter toch nog een aantal vragen voor u. Ik herinner me nog het debat over de lozing van afval in de Maas. Toen is er een alarmbelprocedure in werking gezet. Dat was wel omdat het over drinkwater ging. Nu is er echter ook een belangrijk feit: diverse rivieren worden nu echt wel heel sterk verontreinigd. Bestaat er een alarmbelprocedure in deze zaak tussen het Brusselse Gewest en de Vlaamse Regering?
Ik ben tevreden dat u alleszins contact zult opnemen met de gemeentebesturen, om de zaak juridisch samen verder te volgen en de gemeenten ook te ondersteunen. Zult u de gemeentebesturen echter op zeer korte termijn ook raad geven over hoe ze moeten omgaan met eventueel aangespoeld afval? Dat lijkt me toch ook heel belangrijk. Ik heb hier daarnet met enkele collegas een gedachtewisseling gehouden over wat er zoal in dat afval kan zitten. Het is niet ondenkbaar dat er dezer dagen wel eens afval in het water zou kunnen terechtkomen dat normaliter zelfs niet in het waterzuiveringsstation terechtkomt. Ik vraag daar aandacht voor. Zult u hier heel snel ingrijpen, zodat er geen verdere verontreiniging komt?
Mijnheer de minister-president, ik dank u voor uw antwoord wat twee punten betreft. We nemen er genoegen mee dat de Vlaamse Regering via minister Schauvliege kort op de bal heeft gespeeld. Ook is er het feit dat u hebt verklaard dat de metingen zullen worden verscherpt.
Maar dan nog blijft er een blinde vlek voor de toekomst. We kunnen nog steeds voor een voldongen feit worden gesteld, zelfs met verscherpte metingen. Als we op de een of andere manier niet intern in het station aanwezig zijn, kunnen we opnieuw voor een voldongen feit worden geplaatst als er zich nieuwe feiten voordoen.
Los van de aandeelhoudersstructuur in de vennootschap die de exploitatie doet van het waterzuiveringsstation, stellen we voor om iemand in huis te hebben. Dat kan een waarnemend bestuurder zijn, een volwaardig bestuurder of iemand anders. Het lijkt ons nodig. Als uit de verscherpte metingen blijkt dat de waterkwaliteit achteruitgaat, dan zullen we het altijd maar achteraf weten. We moeten vooraf kunnen anticiperen, in het belang van de waterlopen van Vlaanderen. Daar moeten we verder over nadenken.
Op het einde van dit debat zullen wij een motie indienen.
Mijnheer Sabbe, het is niet zo dat we hier het ontslag van de minister hebben gevraagd. De heer Decaluwe heeft gezegd dat Groen! heel snel overgaat tot de vraag aan ministers om ontslag te nemen en dat men dat in dit geval eventueel ook had kunnen doen. Dat is alles wat er gezegd is.
Mijnheer Sabbe, voor alle duidelijkheid en ik wil u graag in contact brengen met Brigitte Grouwels als u dat graag wilt Brigitte Grouwels en heel haar kabinet hebben hemel en aarde bewogen om mevrouw Huytebroeck te laten bewegen. Hemel en aarde. Als u hier schiet op Brigitte Grouwels, dan denk ik dat u de verkeerde schietschijf neemt.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister-president, ik dank u voor uw antwoord, dat goed en sereen was. Het was vooral op oplossingen gericht en het is zon houding die we nodig hebben. We kunnen die houding absoluut ondersteunen.
Ik vind het bewonderenswaardig hoe men bij CD&V waarschijnlijk een cursus moet volgen Hoe praat ik mij hieruit en hoe wring ik mij in 37 bochten?.
Dit is duidelijk gezegd. We kunnen misschien het woordelijk verslag nalezen en nagaan wat er gezegd is. Mijn gehoor is nog altijd vrij goed en ik heb het ook duidelijk gehoord, zelfs meerdere malen. Laat ons de woordelijke notulen consulteren en we zullen merken dat het effectief is gezegd.
Ik wil ook nog op een persoonlijk feit van de heer Van Rompuy reageren. De heer Van Rompuy is van de vorige generatie die misschien nog niet beseft dat economische groei gepaard gaat met groene ontwikkeling en met groene economie. Daarom zijn wij ook een partij van groenrechts en kunnen wij hand in hand een groene economie met economische groei ontwikkelen. Het is natuurlijk zeer recent. Misschien heeft hij die beweging nog niet kunnen volgen.
De heer Caluwé heeft het woord.
Mijnheer Sabbe, verantwoordelijkheid in de politiek opnemen is in de eerste plaats een persoonlijk proces. Ik kan u garanderen dat wanneer een CD&V-minister iets gelijkaardigs zou zijn overkomen, hij ongetwijfeld zijn verantwoordelijkheid zou hebben opgenomen, zeker wanneer het ging over iets wat tot de kern van ons gedachtegoed behoorde. (Applaus bij CD&V)
Ik kan me enkel aansluiten bij mijn fractievoorzitter. Ik stel voor dat we inderdaad het woordelijk verslag nalezen. Als blijkt dat CD&V inderdaad niet het ontslag heeft gevraagd, dan stel ik voor dat de beschuldiging ten opzichte van CD&V in datzelfde verslag wordt teruggetrokken.
Mijnheer de voorzitter, in de namiddag is er nog een plenaire vergadering en dan heeft iedereen vakantie, wat ook goed is.
Mijnheer Sabbe, u was daarnet even buiten, maar wij hebben de mogelijkheid van een eenzijdig verzoekschrift door onze advocaten laten onderzoeken. Men heeft toch gemeend om een dagvaarding, dus een tegensprekelijk debat ook met Aquiris, te organiseren.
Die afweging is gemaakt. Wanneer u ervan overtuigd bent dat die afweging zich toch in een andere richting had moeten ontspinnen, dan moet u daarover maar met de advocaten discussiëren. Wij hebben aan onze advocaten gevraagd wat de grootste slaagkansen zijn om dit zo snel mogelijk op te starten. Men is tot die conclusie gekomen.
Mevrouw Van den Eynde, ik zal rekening houden met uw voorstel. Bij ons overleg met de steden en gemeenten zullen wij onderzoeken wat wij zullen doen met dat aangespoelde afval en hoe we dat verder zullen aanpakken. U verwees met betrekking tot een alarmbelprocedure terecht naar die waterlopen waar drinkwater wordt gegenereerd. Daar hebben wij andere afspraken. U herinnert zich de Maas. Dat was toen met Wallonië. Op dit ogenblik is er voor rivieren als de Zenne en de Rupel geen gelijkaardige alarmprocedure. Ik sluit echter niet uit dat we na de contacten met onze collegas in Brussel, naast datgene wat ik daarnet heb gezegd, ook nog andere afspraken kunnen maken om dit absoluut te voorkomen en zeer snel op de bal te kunnen spelen. Het is ook mijn overtuiging dat we daarover bijkomende afspraken moeten maken.
Mijnheer Gatz, ik heb begrepen dat u de idee van een waarnemer blijft verdedigen. Ik heb daar kanttekeningen bij gemaakt. Wij verschillen daarover van mening. Het deel uitmaken van een raad van bestuur, al of niet als waarnemer, is niet de meest aangewezen oplossing. Ook de raad van bestuur, die periodiek samenkomt, wordt mogelijk pas na de feiten geïnformeerd. Ik verdedig dit niet zo vanzelfsprekend als u. Aquiris is volledig in handen van de privésector. Ik betwijfel of het goed is om daar als overheid een bestuurder of waarnemer aan toe te voegen. Maar u houdt uw voorstel aan. Misschien kan daar later, met een bijkomende motivatie, over worden gesproken. Maar we zijn het erover eens dat wij snel op de bal moeten spelen en dat we moeten optreden vanaf het moment dat er ergens iets loos is.
Mijnheer de voorzitter, collegas, het kortgeding is nog lopende. Enfin, het is geschorst. Men heeft een voorstel gedaan om het waterzuiveringsstation opnieuw op te starten. Over dit voorstel wordt nu druk overlegd. In eerste instantie moet het waterzuiveringsstation zo snel mogelijk opnieuw worden opgestart. Ik hoop dat dit een kwestie is van uren en zeker niet van dagen.
Het debat is gesloten.
Actualiteitsmoties
Door mevrouw Rombouts, door de heer Sabbe en door mevrouw Van den Eynde werden tot besluit van dit actualiteitsdebat actualiteitsmoties aangekondigd. Ze moeten uiterlijk om 12.40 uur zijn ingediend.
Door de heer Gatz en mevrouw De Vroe werd tot besluit van dit actualiteitsdebat een actualiteitsmotie ingediend. Ze zal worden gedrukt en rondgedeeld.
Het parlement zal zich daarover straks uitspreken.
Het incident is gesloten.