Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Bothuyne heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister-president, collegas, het is inderdaad zo dat we jammer genoeg al vele keren over dit dossier hebben gesproken in dit parlement, in de commissies. We volgen dit dossier allemaal al heel lang en het is moeilijk om volgen. GM maakt er blijkbaar een spel van om regelmatig te wisselen van positie. Ik herinner u aan het engagement van GM uit 2007, waarvan deze week nog sprake was, om na een zoveelste sanering in Antwerpen opnieuw modellen van een kleine terreinwagen te bouwen. In 2008 zou GM Opel verkopen en werden er verschillende partners genoemd. In 2009 kwamen we in het Magna-scenario terecht, dat plots, enkele weken geleden, abrupt werd gestopt. Nu worden we vanuit GM met een nieuw scenario geconfronteerd.
GM speelt spelletjes, niet alleen met de Vlaamse Regering, maar met alle Europese landen en met de Europese Commissie, maar en dat is nog veel erger ook met de vele duizenden werknemers en hun gezinnen in Vlaanderen en in de andere landen die getroffen dreigen te worden door deze nieuwe herstructurering. Voor CD&V, voor onze fractie kan dit niet, want mensen zijn geen speeltjes!
De strategie van de Vlaamse Regering is altijd kort op de bal spelen geweest. We hebben het flankerend beleid dat er onder meer via opleidingssteun voor heeft gezorgd dat de mensen in de fabriek in Antwerpen altijd heel goed opgeleid en heel competent waren. Opel had nood aan cash en er was een voorstel om 200 miljoen euro in te brengen via een sale-and-rent-back, er waren de waarborgen om nieuwe investeringen te financieren in Antwerpen, en de minister-president en de hele Vlaamse Regering hebben voortdurend contacten onderhouden met alle mogelijke betrokkenen en alle mogelijke landen. Zo was er deze week nog het contact op het niveau van de Europese Commissie.
Dat brengt me meteen tot een belangrijke vraag: wat kan de verdere rol zijn van de Europese Commissie bij de afhandeling van dit dossier? De afspraak was blijkbaar dat er geen bilateraal overleg meer zou zijn tussen landen en GM, maar we hebben de voorbije dagen niets anders gelezen dan dat er contacten waren tussen Duitsland en Opel om zijn toekomst te verzekeren.
We moeten ons ook vragen stellen over de toekomst van de hele automobielindustrie. We moeten trachten om deze industrie hier te verankeren. We kunnen dat doen via kapitaalsverankering. Er is ook het dossier van Volvo, dat we hier vorige week al bespraken. Misschien moeten we ons afvragen of we via het XL-fonds een duurzame verankering in Vlaanderen kunnen verwezenlijken. Er is ook de aankondiging van minister Lieten van een grand project voor de automobielsector, ook daarop moeten we nu volop inzetten.
We moeten er alles aan doen om de getroffen werknemers in Antwerpen, als die effectief getroffen zouden worden, zo goed mogelijk bij te staan en te begeleiden in de richting van een nieuwe job.
Dames en heren, het is de bedoeling dat er wordt geluisterd naar degene die op het spreekgestoelte staat. Als u zaken te bespreken hebt, stel ik voor om dat in het Koffiehuis te doen. Het getuigt van weinig respect om met elkaar te overleggen terwijl iemand hier op het spreekgestoelte staat, ik meen trouwens voor de eerste of tweede keer.
Mevrouw Turan heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister-president, collegas, ik wil niet in herhaling vallen, maar indien de slechte berichtgeving die we vandaag over Opel hebben ontvangen, klopt, dan is dit inderdaad een zwarte dag, een dag om te rouwen. Jobs van tweeduizend werknemers die in Antwerpen alleen al zouden sneuvelen.
Mijnheer de minister-president, u zult me direct kunnen bevestigen of ontkennen of die berichten wel degelijk met de werkelijkheid overeenstemmen, maar in elk geval zijn er een aantal voorgaande.
U hebt in de commissie aangekondigd dat een groep van experten van de Vlaamse Regering en van GM zou samenkomen. Ik geloof niet dat dat gebeurd is want u hebt er niets meer over gemeld. De bevestiging van Nick Reilly, topman bij GM, dat er in Duitsland geen vestigingen sluiten en dat de SUV niet naar Antwerpen komt, vormt zware donkere wolken.
Ik wil de werknemers van Opel Antwerpen mijn medeleven en diepe sympathie betuigen. Al die maanden van onzekerheid en negatieve berichtgeving hebben zij, samen met de vakbonden, dag in dag uit, de productie aan de gang gehouden. Die solidariteit heerste niet alleen in Antwerpen maar in heel Europa. In de Europese ondernemingsraad hebben verschillende vestigingen van Opel dezelfde houding aangenomen. Die solidariteit zou een voorbeeld moeten vormen, ook voor de diverse Europese overheden, mijnheer de minister-president. Indien er ook maar een kleine kans bestaat dat deze berichtgeving klopt, dan vraag ik me af in hoeverre de Europese regeringen die solidariteit en dat motto van samen sterk hebben aangehouden. Is er u geen rad voor de ogen gedraaid? Hebben er achter uw rug geen andere vergaderingen plaatsgevonden die ertoe kunnen leiden dat Antwerpen 80 percent van zijn banen verliest? De vraag van vandaag is: wat moeten we doen? Hoe gaat u dit aanpakken? Welke stappen gaat u ondernemen? U hebt vorige week aangekondigd dat u met Commissievoorzitter Barroso zelf zou overleggen. Heeft dat overleg plaatsgevonden? Welke Europese standvastige positie mogen we verwachten? (Applaus bij sp.a)
Mevrouw Ceysens heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister-president, mevrouw de minister, dames en heren, ik wil eerst duidelijk maken dat de Open Vld-fractie dit dossier vanuit de meerderheid en vanuit de oppositie op dezelfde manier behandelt. Voor ons blijft overeind wat we altijd gezegd hebben. We moeten maximale inspanningen leveren om Opel Antwerpen open te houden. We hebben altijd aangegeven wat dat betekent. Maximale inspanningen betekent: met Europese logica en met marktconforme instrumenten. Die hebben we concreet benoemd; dat kan een overheidswaarborg zijn als er een degelijk businessplan is met investeringen. Het betekent ook: het voorstel van de buy-and-leaseback van de gronden op marktconforme wijze en aan marktconforme prijzen. Dat hebben we altijd gesteld en dat stellen we vandaag.
Ondanks de aangeboden steun zijn de signalen vandaag niet positief. Het werd hier al gevraagd: het zou goed zijn, mocht u ons op dit publieke forum een update geven van de berichten van de afgelopen dagen. We hebben natuurlijk alles gevolgd in de media. Maandag kwamen de Europese Commissarissen samen. Daar werd afgesproken dat er verder geen bilaterale vergaderingen meer zouden volgen tussen GM en de verschillende betrokken landen en deelstaten. Gisteren lazen we dat topman Reilly toch in Bochum was en daar aangekondigde dat Bochum zich weinig zorgen moet maken. Wat is er sinds maandag gebeurd? Is er deze namiddag opnieuw een bijeenkomst? We vragen wat we altijd samen hebben gedaan: maximale inspanningen en maximaal de kansen van Antwerpen bewaken. We moeten blijven hameren op datzelfde criterium: alleen het economische criterium kan hier tellen, geen nationalistische belangen.
Mijn fractie denkt dat we u in dit dossier weinig kwalijk kunnen nemen. Waarom zouden we dat doen? We hebben er samen zo hard voor gestreden.
Mijnheer de minister-president, wat we u wel kwalijk nemen, is dat u ondanks wat u overal zegt en ondanks het onderschrijven van ViA, niet kiest voor een sterke innovatiegedreven economie. Minister Lieten, we hadden het in de commissie Economie zopas over de begroting Wetenschap en Innovatie. Het Rekenhof was daar ook aanwezig en bevestigde nogmaals dat deze regering in de begroting geen keuze maakt voor wetenschap en innovatie. Het Rekenhof plaatst grote vraagtekens bij wat in de beleidsnota en het regeerakkoord staat, namelijk dat men kiest voor een innovatiegedreven economie. Dat betreur ik.
De heer Van Malderen heeft het woord.
De vorige sprekers waren in een heel serene sfeer begonnen met het uiten van hun ongerustheid over het nieuws dat ons stilaan bereikt, en waarvan ik hoop dat het geen bevestiging krijgt. Ik betreur dat mevrouw Ceysens van de gelegenheid gebruik probeert te maken om het debat dat in de commissie Economie werd gevoerd, te herhalen. Ik vraag me af in hoeverre een strategische beslissing van een internationale groep, waarin belangen spelen en waarvan we het spel van aantrekken en afstoten de afgelopen weken hebben gezien, zou worden beïnvloed door een rapport van het Rekenhof.
Mevrouw Ceysens, ik betreur dat u op de kap van de mensen van Opel-Antwerpen probeert om hier uw nummertje te maken. (Applaus bij CD&V, het Vlaams Belang, sp.a, de N-VA en Groen!)
De heer Verstrepen heeft het woord.
Er is tijd voor rouw, maar er is ook tijd voor snelle analyse en actie. We hebben er baat bij om kritisch om te gaan met hoe het zover is kunnen komen. Wie de emotionele toer wil opgaan, is een populist, en probeert aan emo-politiek te doen op de kap van de mensen die het bericht in Antwerpen te horen hebben gekregen. We hebben nu nood aan rationele politiek, en dat betekent ook analyse. Ik steun mevrouw Ceysens.
Er is een verschil tussen mij en de heer Verstrepen. De heer Verstrepen maakt een ijskoude analyse die ook mevrouw Ceysens maakt. In dit dossier moet je meevoelen. Het gaat over 2000 gezinnen die het vandaag heel moeilijk gaan krijgen. Ik weet waarover ik spreek: mijn vader was indertijd zelf werknemer bij Boomse Metaalwerken. Toen dat bedrijf sloot, was dat een drama in de familie. Mijnheer Verstrepen, misschien hebt u dat niet moeten meemaken. Ik hoop dat u het niet zult meemaken.
We moeten met die mensen meeleven. Het is onterecht dat mevrouw Ceysens, die in dit dossier ook verantwoordelijkheid heeft gedragen en had kunnen dragen, vandaag van dit forum misbruik maakt om haar eigen kleine politieke debatje van deze morgen voort te zetten in de plenaire vergadering op de kap van de mensen van Opel.
Ik zit in de oppositie, maar ik probeer in dit debat sereen te zijn en te blijven. We moeten vandaag maar één boodschap brengen: hoe gaan we om met dit drama? Dat is de enige vraag die we ons kunnen stellen, mijnheer de minister-president, en ik hoop dat u op die vraag een degelijk antwoord zult geven. Al de rest is politique politicienne, die we vandaag niet nodig hebben. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Mijnheer Penris, ik neem de beschuldigingen niet die u uit aan mijn persoon. U mag dan wel eens noteren waar dat vandaan komt. Ik ga daar niet koud mee om, ik behandel dit heel rationeel. Als u samen met sp.a nu al een premature verkiezingscampagne wilt voeren om een kiespubliek bij General Motors aan te boren, dan is dat lijkenpikkerij. Ik vind dit zeer erg voor die mensen. De verantwoordelijkheid dat dit had kunnen voorkomen worden, is een politieke verantwoordelijkheid. Als de oppositie en de meerderheid de hand niet in eigen boezem durven steken, dan zijn ze fout bezig. Daar hoort een analyse bij. Voor de mensen die dit nieuws hebben gehoord, is het heel erg. Heel veel mensen verliezen hun job.
Mijnheer Penris, ik heb van u geen lessen te leren over hoe de zaken evolueren, en over wat ik moet meemaken. U hebt zelf waarschijnlijk heel veel meegemaakt, van de oorlog tot weet ik veel wat, maar ik neem het niet dat u een dergelijke emotionele, populistische politiek voert op de kap van GM.
Mevrouw De Vits heeft het woord.
Voorzitter, ik betreur dat het nu niet gaat over het dossier en het drama waarover we bezig zijn en dat men er andere zaken bij haalt. Het is belangrijk dat de Europese ondernemingsraad deze namiddag datgene wat er op tafel zal komen, verwerpt. Ik denk dat de kans heel groot is dat dat gebeurt.
Het is ook belangrijk dat we nagaan of er binnen de Europese ministerraad, die het businessplan zal bekijken, een akkoord bestaat om de beslissingen te onderzoeken op basis van economische en niet van andere criteria. Die zaken moeten op tafel komen. Iedereen weet dat Bochum niet de meest rendabele site is. Dat is het debat dat moet volgen wanneer het businessplan op tafel komt.
Ik vind dat wij juridische stappen moeten kunnen ondernemen met betrekking tot iets wat niet een belofte in de lucht is geweest toen de heer Verhofstadt dit met GM heeft ondertekend. Dit is iets wat contractueel is vastgelegd. Daartegen zijn juridische stappen mogelijk. Ik vraag dus aan de minister-president wat we in deze zaak zullen doen.
Ik ben blij, mevrouw De Vits, dat u nog eens herhaalt wat ik altijd heb gezegd. Maar wat ik eerlijk gezegd niet pik, is de minachting die jullie hebben voor de arbeiders bij Opel. Bevraagd aan de poorten, meerdere keren, in persoonlijke contacten uitgedrukt, zeiden zij: Zorg toch dat de juiste keuzes voor de toekomst worden gemaakt voor een sterke Vlaamse economie. De arbeiders bij GM weten wat dat betekent. Zij weten dat het betekent dat Vlaanderen moet kiezen voor doorgedreven innovatie, voor wetenschap, voor een innovatiegedreven economie. Het getuigt van een onvoorstelbare minachting als u nu zegt: O, laten we het nu vooral alleen hebben over wat hun ocharme overkomt. Deze mensen zijn de eersten om hun toekomst op een heldere wijze in te zien en te weten waar de jobs in Vlaanderen uit zullen voortkomen.
Nogmaals, ik zeg u dat ik u niets kwalijk neem in het Opeldossier, maar we hopen wel op verdere opheldering. Natuurlijk, mevrouw De Vits, ik kan nu alleen maar vragen dat men het doet. Ik heb het zelf een tijd aan de juiste tafels kunnen doen. Nu kan ik alleen maar vragen dat men ons inlicht en daar de belangen bewaakt en behartigt, maar ik zeg u dat er volgende dramas in de maak zijn als wij niet kiezen voor een innovatiegedreven economie.
Dit moet, nogmaals, niet gebeuren op de wijze dat wij moeten geloven dat die middelen zullen komen. Ik heb al twee keer in de commissie gezegd dat wij hier geen geloofsgemeenschap leiden. Het gaat hier om facts and figures. Als het Rekenhof ons deze voormiddag nog eens komt zeggen dat die middelen er niet zijn, dat ViA niet gehaald wordt, dat de Lissabondoelstelling niet gehaald wordt, dan zeg ik u dat u hier tekent voor de volgende dramas in jobs, in werkgelegenheid, in onze economie. Dat zijn keuzes die we zelf maken. (Applaus bij Open Vld)
In het Opeldossier moeten we inderdaad soms lijdzaam toekijken en zijn we afhankelijk van anderen, van de Europese Commissie, van buitenlandse investeerders, van wat andere staten doen. Maar in onze eigen begroting moeten we de schuld niet in andermans schoenen schuiven, dan zijn het onze keuzes. Deze regering maakt ze niet op de juiste manier. De lastenverlaging en de jobkorting verdwenen, en de investeringen in onderzoek en ontwikkeling volgen niet. Ook dat betreur ik, en ook dat neem ik deze regering kwalijk.
Wij zijn voor een innovatiegedreven economie. Wij zullen het debat voeren bij de bespreking van de begroting en de beleidsnota. Mevrouw Ceysens, zet het debat van deze ochtend verder in uw commissie. U moet de zaken niet vermengen. Het debat dat u nu aanhaalt, is geen oplossing voor vandaag in het dossier van Opel.
Het gaat niet alleen over vandaag, het gaat ook over morgen in Vlaanderen.
Mevrouw Ceysens, ik wil erop wijzen dat de beslissingen die door General Motors worden genomen, en die we allemaal betreuren, er zijn gekomen in het kader van het economische beleid en het innovatiebeleid zoals ze werden gevoerd door de vorige regering.
Ik veronderstel dat we hier allemaal achter staan. We moeten hier het debat niet voeren dat we deze ochtend in feite al hebben gevoerd. Mevrouw Ceysens heeft dit nu al twee- of driemaal gezegd. Het heeft geen zin in herhaling te vallen. We moeten stilstaan bij het dossier van Opel Antwerpen. We moeten nagaan wat we concreet kunnen doen om de tewerkstelling te behouden en te verzekeren en om de mensen in het geval van zware ontslagen te begeleiden.
De heer Diependaele heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, ik zou me bij de heer Bothuyne willen aansluiten. Ik zou mevrouw Ceysens erop willen wijzen dat niet enkel het innovatiebeleid voor het behoud van jobs zorgt. Ik denk hierbij aan het tewerkstellingsbeleid van de federale regering. Door haar regeringsdeelname draagt de partij van mevrouw Ceysens op dit vlak een verpletterende verantwoordelijkheid. Ze zou beter eens de hand in eigen boezem steken.
De heer Watteeuw heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, het is niet mijn taak mevrouw Ceysens te verdedigen. Ik ben echter verbaasd door de reacties die ze krijgt. Iedere fractie vindt dit dramatisch, in het bijzonder voor de betrokken werknemers.
Met verontwaardiging alleen zullen we er echter niet komen. De vraag hoe we met dergelijke zaken kunnen omgaan, is volledig terecht. Welk project heeft de Vlaamse Regering voor de toekomst? Naar aanleiding van de discussie die deze ochtend in de commissie is gevoerd, heeft mevrouw Ceysens vragen over innovatie en onderzoek gesteld. Ik zal straks vragen over duurzame ontwikkeling en het groene transitieproces stellen. Dergelijke vragen moeten worden gesteld. Met verontwaardiging alleen zijn de werknemers van Opel niets.
Mijnheer Bothuyne, volgens u moeten we het hier over tewerkstelling hebben. De bevoegde minister had het debat misschien kunnen bijwonen. Zoals u ziet, is het steeds mogelijk er een draai aan te geven in de richting die u het best uitkomt. Ik pik echter niet dat u hier een bepaalde kaart trekt. U weet, diep in uw hart, dat deze waarheid kwetst. Deze Vlaamse Regering kiest niet voor een economisch sterk Vlaanderen. (Applaus bij de Open Vld)
De heer Diependaele heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, ik betreur dat het debat een enigszins andere wending heeft genomen. Ik wil me alvast tot het dossier van Opel beperken. Ik sluit me in eerste instantie aan bij de vorige sprekers, met uitzondering van mevrouw Ceysens. Het gaat hier om een zeer betreurenswaardige beslissing. Het hangt er natuurlijk van af of de berichten die we een uur of twee geleden hebben ontvangen al dan niet worden bevestigd.
We hebben dit dossier al vaak besproken. De Vlaamse Regering heeft hier al veel moeite voor gedaan. Niemand zal ontkennen dat het om een belangrijke aangelegenheid gaat. Het gaat om 2600 banen bij Opel en om een veelvoud daarvan bij de toeleveranciers. Het dossier toont tevens aan voor welke uitdagingen we in Vlaanderen staan.
De laatste tijd sijpelen steeds meer positieve berichten door over het einde van de crisis en over het licht aan het einde van de tunnel. We mogen echter niet vergeten dat we nog steeds met grote problemen zitten. Het is niet onwaarschijnlijk dat nog dergelijke accidenten zullen volgen. We zullen nog dossiers als dat van Opel Antwerpen op ons bord krijgen. We mogen onze sense of urgency zeker niet kwijtspelen. Ik zou de minister-president in het licht van het voorliggend dossier dan ook enkele concrete vragen willen stellen.
Toen Magna als kandidaat-overnemer uit de boot viel, is General Motors weer op de proppen gekomen. Daarmee is ook de in 2007 gedane belofte om in Antwerpen twee of misschien zelfs drie terreinwagens te laten bouwen weer tevoorschijn gekomen. De minister-president heeft die belofte aan toenmalig premier Verhofstadt ondertussen zelf bevestigd. De vraag is in welke mate dit op papier staat. Heeft General Motors zich er zwart op wit toe verbonden die autos daar te laten bouwen? Gaat het om het breken van een belofte, of om een echte contractbreuk?
De heer Penris heeft er ook al naar verwezen: blijkbaar deed de topman van het bedrijf afgelopen maandag eerder smalend over de berichten over de sluiting van Opel Antwerpen. U hebt zich daar boos gemaakt, en als reactie was hij niet meer zo lichtzinnig. Wat hebt u daar precies gezegd? En wat was zijn reactie?
Op dit ogenblik is er nog een bespreking met de Duitse vakbonden bezig. Normaal gesproken zullen we om 16 uur meer duidelijkheid en meer cijfers verkrijgen. Tegen vijf voor twee kwam er een bericht van GM dat de cijfers die de ronde doen, worden gelogenstraft. Zijn de recente cijfers juist? Zouden er ook in Duitsland 4300 banen sneuvelen? Het zouden er 2400 in Rüsselsheim, 2300 in Bochum en 300 in Eisenach en Kaiserslautern zijn. Duitsland en België samen zouden 84 percent van de besparingen dragen. Kunt u daarover meer informatie geven? En als dat klopt, is het correct dat vooral die landen de lasten dragen? Als die cijfers juist zijn, levert ook Duitsland zwaar in. Of vergis ik me?
Als die cijfers kloppen de minister-president moet ons vertellen of hij ze kan bevestigen dan levert ook Duitsland in. U verwijst naar een persconferentie die om 16 uur zou doorgaan. Ik sluit me aan bij wat mevrouw De Vits zei: ik hoop dat de Europese ondernemingsraad erin slaagt om de directie op andere gedachten te brengen. Maar wel is het zo dat, als we de plants vergelijken, Opel Antwerpen tot vier keer zoveel moet inleveren dan de zwaarst getroffen Duitse fabriek. En dan richt ik me opnieuw tot de minister-president: de overblijvende werknemers mogen niet als een soort van gijzelaars worden gebruikt om de overheid de bedrijfsherstructurering te laten betalen.
Ik kan daarmee akkoord gaan. De heer Penris had het over een vermindering van de tewerkstelling van 2600 naar 600 mensen. De facto is dat een sluiting. Aansluitend bij de opmerking van de heer Van Malderen, verwijs ik naar de vergelijking van de productiviteit van Antwerpen met Bochum die de minister-president in de commissie ad hoc maakte. Is die vergelijking ook met de andere fabrieken gemaakt? Die vergelijking toonde aan dat de productiviteit in Antwerpen beter is dan deze in Bochum, ondanks persberichten die iets anders stelden. Hoe zit het met de vergelijking met andere fabrieken?
Als de cijfers kloppen, komt dat neer op een de facto sluiting. Is er een plan B? U hebt altijd gesteld dat er zon plan is. Kunt u daarover iets meer zeggen? Zon plan is mooi, maar we beleven een crisis, en dan zal dat plan wellicht niet zo effectief zijn als gedacht. Hoe zit het met de toekomst van de Vlaamse auto-industrie op iets langere termijn? Ik had gehoopt hier een aantal duidelijke antwoorden op mijn vragen te krijgen. Ik vrees er evenwel voor. Ik hoop evenwel dat u ons gerust kunt stellen, of ten minste toch duidelijkheid kunt verschaffen. (Applaus bij de N-VA)
De heer Verstrepen heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister-president, collegas, veerkracht is het woord dat ik heb opgeschreven. Veerkracht is de sterkte van een natie en een volk. Veerkracht is opstaan en terugslaan. Veerkracht is vooruitkijken. Enkele mensen hebben hier al een aantal emotionele oprispingen verwoord. De Opeldiscussie wordt al een tijdje gevoerd, en als de cijfers kloppen, is het inderdaad een erge zaak. Ik denk dat iedereen, van welke politieke kleur ook, dat onderschrijft. Laten we het daarover eens zijn, en als het kan, ook vooruitkijken, mijnheer de minister-president.
In donkere tijden, en dit zijn donkere tijden voor Antwerpen, mag je blijkbaar niet snel analyseren. Maar dat moet je nu net wel doen. Ik vrees dat we de rekening gepresenteerd krijgen van een flankerend beleid dat niet de gewenste resultaten heeft opgeleverd. De overheidssteun was blijkbaar weggegooid geld. Is dit dus wel het juiste beleid?
Mijnheer de minister-president, u was misschien naïef. Misschien was u wat te braaf. Misschien hebt u zich laten rollen. Ik begrijp dat u kwaad bent geworden. Ik probeer u hier al jaren kwaad te krijgen. Dat is nooit gelukt. Maar nu was u woedend en u liep zelfs rood aan. Mensen verdachten u van een bepaalde strategie. Ik denk dat u echt wel kwaad was.
Mijnheer Verstrepen, ik ben verbaasd over uw heel snelle conclusies dat het flankerend beleid, dat niet enkel over Opel Antwerpen gaat, volledig mislukt is. Het flankerend beleid zorgt er nochtans voor dat Vlaanderen een welvarende regio is die economisch meetelt in Europa en in de wereld.
U moet goed luisteren naar wat ik zeg. Ik stel de vraag of het flankerend beleid wel heeft opgeleverd wat het moest opleveren. Het gaat over buitenlandse investeringen. Die discussie hebben we deze week ook al gevoerd in de Antwerpse gemeenteraad. U zit daar niet. Ik zal dat zo dadelijk even toelichten.
Mijnheer de minister-president, u liep dus kwaad aan. Vooral het zinnetje van GM-topman Nick Reilly gaf u het gevoel dat het een krantenartikeltje betrof. GM laat plotseling op een niet zo fijne manier voelen waar Vlaanderen staat, denk ik dan. In Antwerpen weten we ook waar we staan. We moeten puin ruimen. Als je dat doet, moet je ook onmiddellijk jobs proberen te vinden. Op dat vlak ziet er het niet goed uit. Moeten we ons zorgen maken omdat Opel Antwerpen niet het enige geval is? Ik denk het wel.
Deze ochtend is het nieuwe rapport van de American Chamber of Commerce in Belgium verschenen. Ik weet niet of u het al hebt gelezen. Daarin staat dat de Amerikaanse investeringen in België tussen 2007 en 2008 met bijna de helft zijn gedaald. Dat zijn de feiten. Voor 2008 en 2009 verwachten ze dat de Amerikaanse bedrijven in ons land nog minder jobs gaan creëren. Ze stellen zes maatregelen voor om een investeringsbeleid te ondersteunen. Aan één ervan kunt u rechtstreeks iets doen: massaal investeren in innovatie. Hoe wilt u die jobs naar Vlaanderen halen? Dit heeft mevrouw Ceysens daarnet ook aangehaald. Voor het komende jaar trekt u 33 miljoen euro minder uit voor innovatie. Dat is een beweging die haaks staat op wat de Chamber voorstelt.
Misschien zult u verwijzen naar Vlaanderen in Actie. Dan denk ik: misschien heb ik het niet gezien. Misschien is ViA zo succesvol dat ik het niet heb opgemerkt. Ik heb de agenda even nagekeken. Ik dacht daar misschien een toekomst te vinden voor de jobs in Antwerpen. Voor november staat er een kindercongres gepland, voor december een roadshow en in februari één evenement: Peper en zout doen uw werkvloer smaken u deelt dan hopelijk mijn ontgoocheling. Voor maart, april, mei, juni staat er één zinnetje: Er zijn geen evenementen aangemeld. Blijkbaar is voor ViA de economie gered. Er zijn geen evenementen nodig.
Ik haal dit aan omdat ik had gehoopt dat er daar een antwoord te vinden zou zijn voor mensen die hun job vandaag verliezen in Vlaanderen.
De meest concrete vragen die ik heb, zijn de vragen die iedereen heeft. Mijnheer de minister-president, wat gaat u doen? Hebt u een reserveplan, een plan B of C? We verwachten leiderschap. Wat hebt u de slachtoffers concreet te bieden? Ik noem het immers slachtoffers van een jarenlang beleid. Dit komt niet plotseling uit de lucht vallen, dat weten wij allemaal. Iedere politicus moet zijn verantwoordelijkheid nemen. (Applaus bij LDD)
De heer Watteeuw heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister-president, collegas, dit moeten onvoorstelbaar moeilijke uren zijn voor de werknemers van Opel. Maanden aan een stuk krijgen zij onheilstijdingen, en dan komt er weer een sprankeltje hoop. Dan komt er weer een onheilstijding en weer een sprankeltje hoop. Dat blijft maar duren tot het nieuws vandaag dat er 2000 jobs zouden verdwijnen.
Dat moet een onvoorstelbare opdoffer zijn. Het lijkt wel of ze terechtgekomen zijn in een bitter en slecht geregisseerd toneelstuk. Dan hebben we vandaag nog niet gesproken over de jobs die misschien verloren zullen gaan bij de toeleveranciers.
Verschillende collegas hebben al gevraagd naar het plan B. Dat doe ik ook. U hebt al verschillende malen in het vooruitzicht gesteld in de commissie dat er een plan B zou komen. U moet daar stilaan mee beginnen uit te pakken.
Ik wil waarschuwen dat, ondanks de zeer slechte tijdingen en hoewel we niet naïef optimistisch moeten zijn, we tot de laatste snik, tot de hakbijl is gevallen, moeten blijven vechten om een signaal te sturen dat wij willen dat de fabriek open blijft. Als iedereen hier blijft herhalen dat er een plan B moet komen, bevestigen we net wat sommigen zouden willen dat we doen, namelijk de fabriek opgeven. We moeten de koelbloedigheid bewaren en alle zeilen bijzetten om de fabriek te behouden. We moeten ook de werknemers van Opel Antwerpen steunen alsook de vakbonden om het sociaal overleg op een dusdanige manier te voeren dat de fabriek open kan blijven en dat we de schade die er ongetwijfeld wel zal zijn op het gebied van tewerkstelling, zoveel mogelijk kunnen beperken en de grootste pijn proberen te lenigen.
Men heeft het al gehad over het kader en over innovatie. Dat zijn zeer belangrijke discussies, maar het kwam wel uit de mond van vertegenwoordigers van politieke partijen en politieke bewegingen die voordien helemaal niet hoog opliepen met het beschermen van werknemers, die het ontslagrecht iets lastigs vonden, die sociale wetgeving probeerden af te bouwen, die deregulering probeerden te organiseren en die vooral vonden dat de overheid zich niet moest bezighouden met de economie. Die verontwaardiging vind ik zeer selectief. Ik hoop dat dit parlement op zijn minst het signaal zendt dat we alle zeilen moeten blijven bijzetten en tot de laatste snik, misschien tegen beter weten in, meevechten met de mensen van Antwerpen voor het behoud van Opel Antwerpen.
Mijnheer Van Malderen, ik deel voor een stuk uw redenering. Het is ook de redenering van de minister-president. We moeten plan A ten volle blijven uitvoeren. We moeten ervoor gaan om Opel Antwerpen te behouden op de meest maximale manier. Een rompbedrijf met 600 man is voor mij geen optie. Als we gaan voor de tewerkstelling in Antwerpen, dan moeten we die maximaliseren. Wat General Motors zou voorstellen, daar kunnen we niet mee leven.
Het siert de minister-president dat hij voor de eerste optie heeft gekozen en die moeilijke weg is blijven volgen. Dat mag hem echter niet ontslaan van zijn verantwoordelijkheid als minister-president in dezen. Hij moet ervoor zorgen uiteraard zonder te spreken over een plan B of ons mee te delen dat er aan een plan B wordt gewerkt dat er toch een plan B is. Dan knippert u maar met uw ogen, mijnheer de minister-president. Ik hoop voor de Antwerpenaars dat als plan A mislukt, er effectief een plan B is.
Ik volg de heer Watteeuw voor een stuk. Er is belangstelling voor een nieuw type wagen, onder meer vanuit Zweden. Er zijn heel wat opportuniteiten, maar dan moet de Vlaamse overheid haar verantwoordelijkheden nemen.
Mijnheer de minister-president, ik hoop dat u dat wilt doen, mocht het zo ver komen. Dan kunnen de mensen van Opel in Antwerpen vanavond misschien iets geruster gaan slapen dan ze vanmorgen zijn opgestaan.
Ik wil even reageren op de heer Van Malderen. Ik vind het niet fijn dat u de mensen iets probeert wijs te maken. Ik vraag me af waar u de afgelopen jaren was. Waar was de sp.a? Wat is uw bijdrage geweest om dit te voorkomen? Wat hebben uw vakbonden gedaan om dit te voorkomen? Hoe hebt u geprobeerd dit te voorkomen, terwijl u de hele tijd de minister-president in het veld hebt geduwd? Hij mocht het gaan oplossen. Toen heb ik u niet gehoord. Nu komt u zeggen dat die andere partijen mee schuldig zijn aan dit klimaat. Dat is onzin, en dat weet u.
Mijn allereerste betoog in dit parlement en u kunt er de archieven bijhalen ging over Opel Antwerpen. Ik heb toen gepleit om alle zeilen bij te zetten om die fabriek te redden. Ik zal dit blijven doen, tot de laatste snik.
Als Opel Antwerpen vandaag nog open is, dan is het dankzij de vakbonden en de Europese solidariteit. Dat hebben zij voor de mensen gedaan, en niet u.
Mijn fractie is het eens met de heer Van Malderen, in de zin dat we er alles aan moeten doen om alle jobs te behouden. Iedere job die verloren gaat, krijgt men slechts terug met zeer zware inspanningen. Maar de jobs die er nu zijn, moeten wel worden ondergebracht in een toekomstproject. Opel openhouden zoals het nu is, zal op lange termijn geen goede zaak zijn voor de tewerkstelling. Het is dus belangrijk om naast plan A ook een plan B te hebben, voor de werknemers en voor de toekomst.
Ik wil het nog even hebben over de houding van General Motors. De manier waarop die grote concerns omgaan met de werknemers, met de regio en met de regering, is beneden alle peil. Ze maken afspraken om ze niet na te leven. Bij de ene regering azen ze op een paar miljoen euro, terwijl ze een andere regering afbetalen. Ze ontvangen een minister-president om te zeggen dat de engagementen van vroeger niet belangrijk zijn. Dit is toch wel een vrij arrogante houding. Ik vraag me af of er met die mensen nog te werken is. Net zoals mevrouw De Vits, vraag ik me ook af of er juridische stappen mogelijk zijn.
Mijnheer de minister-president, u hebt op een bepaald moment een aantal miljoenen in het vooruitzicht gesteld. Ik denk dat het belangrijk is dat we die miljoenen momenteel bijhouden. Als het slecht afloopt en ik hoop dat dit niet zo zal zijn , kunnen we dat geld gebruiken voor de reconversie van de regio, want dit is toch wel een zware opdoffer voor die regio. We mogen het industrieel potentieel dat er in die Opelvestiging is, niet zomaar teloor laten gaan.
Ik pleit ervoor dat u zou inzetten op een groen transitieproces, dat we energie-efficiënter gaan produceren, dat we olie-onafhankelijk worden, dat we met het cradle-to-cradleprincipe gaan werken. We moeten inzetten op duurzame mobiliteit, en dan gaat het over groene wagens maar ook over de plaats van de auto in onze samenleving. Dit houdt ook in dat we moeten investeren in openbaar vervoer.
Mijnheer minister-president, onze fractie hoopt eerst en vooral dat Opel open kan blijven, maar we vragen toch om de miljoenen te reserveren voor een groen transitieproces.
Mijnheer Watteeuw, zowel in de commissie als tijdens de plenaire vergadering is al verscheidene keren aangehaald dat het maar evident is dat de Vlaamse Regering enkel en alleen geld zal geven als er een zekere garantie is op het vlak van tewerkstelling. Uw opmerking is wel pertinent als de beweringen kloppen dat men zou teruggaan van 2600 naar 600 werknemers. De vraag is dan in welke mate het bedrag van een half miljard euro wordt aangepast.
Mijnheer Diependaele, ik herhaal dat ik hoop dat het niet slecht afloopt met Opel. In het verleden hebben we een aantal miljoenen in het vooruitzicht gesteld. Als het slecht afloopt, moeten we die miljoenen gebruiken om te investeren in een groen transitieproces. Ik heb gezien dat de Vlaamse Confederatie Bouw (VCB) ook vraagt naar een ecokeynesiaans beleid. We moeten in die richting werken.
Minister-president Peeters heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, collegas, ik deel de mening van een aantal sprekers: dit is een heel belangrijk dossier. Mogelijk is het vandaag ook een heel belangrijke dag, in eerste instantie voor de mensen die daar werken en de meer dan 2600 gezinnen die moeten leven van de lonen die de werknemers daar dagelijks verdienen.
Bij het begin van mijn korte toelichting wil ik onderstrepen dat de berichtgeving, waar verscheidene sprekers naar hebben verwezen, niet is bevestigd. GM heeft zelfs laten weten dat ze de cijfers, waaruit zou blijken dat de vestiging in Antwerpen met 2000 eenheden wordt afgeslankt, tegenspreekt. Ik heb het bericht ontvangen dat de kans bestaat dat straks niet wordt gecommuniceerd over wat men met Antwerpen zal doen.
Daarom wil ik hier ook heel nadrukkelijk zeggen dat ik me vandaag weiger neer te leggen bij de sluiting van Antwerpen. Ik zal, hopelijk samen met u, de volgende uren, dagen, weken en als het moet maanden alles in het werk stellen om ervoor te zorgen dat Antwerpen een duurzame toekomst heeft. We zijn dat verplicht aan de mensen die daar jarenlang hebben gewerkt en die vragen om daar nog jarenlang te kunnen werken. We zijn dat verplicht aan de vorige regeringen en vorige collegas die ook investeringen hebben toegezegd om ervoor te zorgen dat deze fabriek een duurzame toekomst krijgt.
Ik herhaal nogmaals dat ik weiger om op basis van berichten die niet bevestigd worden in te gaan op vragen over een plan B en de manier van aanpakken. Onder anderen mevrouw De Vits en de heer Penris hebben terecht gezegd dat deze strijd al lang aan de gang is. Wat mij betreft, houdt ze vandaag niet op. Ook andere collegas hebben dat gesteld. Want wanneer men met een businessplan naar de Europese ondernemingsraad gaat, wanneer men aan de werknemers een bijdrage vraagt, dan is het natuurlijk zeer belangrijk te weten of die werknemers, of die Europese ondernemingsraad dat ondersteunen. Ook aan hen wordt immers uitdrukkelijk gevraagd een bijdrage te leveren. GM gaat er ook van uit dat heel wat Europese lidstaten een bijdrage leveren op het financiële vlak, inzake waarborgen. Ook wat dat betreft is, godzijdank, het laatste woord nog niet gezegd.
Binnen dit en een aantal uren word ik misschien geconfronteerd met bepaalde beslissingen. We zullen daar dan anders op reageren. Uit respect voor al degenen die vandaag naar ons kijken, wil ik hier vandaag uitdrukkelijk zeggen dat de vestiging in Antwerpen niet dicht is, dat daarover geen officiële berichtgeving is. We hebben de verdomde plicht om te zeggen dat we, ondanks het feit dat het er zeer moeilijk uitziet, er alles aan zullen doen om te zorgen voor ondersteuning en te kijken wat we kunnen doen.
Iemand vroeg zonet wat we de afgelopen weken nog extra hebben gedaan. We hebben heel snel contact opgenomen met Nick Reilly, de nieuwe toponderhandelaar van GM die de klus in Europa moet klaren. Op 16 november heb ik samen met de ministers Muyters en Lieten een onderhoud gehad met GM. We hebben de GM-onderhandelaars toen gewezen op wat hier de laatste jaren is opgebouwd. Ik heb het dan over de unieke positie van Vlaanderen met heel wat automobielfabrikanten en toeleveranciers en met heel wat initiatieven zoals FlandersDRIVE. Die toppositie in de automobielsector willen wij ook de volgende jaren behouden.
We hebben Nick Reilly ook herinnerd aan het feit dat er in 2007 en 2008 engagementen zijn aangegaan. Die zijn ondertekend door de top van het toenmalige GM Europe en de vakbonden. Er is toen ook duidelijke taal gesproken aan het adres van Guy Verhofstadt. Dat staat allemaal op papier.
Wij gaan ervan uit dat vanaf 2010 bijkomende modellen worden toevertrouwd aan Antwerpen. Het zou bijzonder onrechtvaardig zijn indien men nu zou zeggen dat er op economisch vlak vragen zijn bij de Opel-fabriek in Antwerpen, terwijl men in 2008 duidelijk op papier heeft gezet dat er na de Astra twee nieuwe modellen zouden worden ontwikkeld in Antwerpen. Dat doet men niet indien men in 2008 zou twijfelen aan de economische performantie van die fabriek.
Wij hebben ook heel uitdrukkelijk gevraagd dat er op een transparante wijze gegevens zouden worden uitgewisseld over die economische benadering tussen onze experten en de experten van GM. Voor Nick Reilly is dat geen enkel probleem. Wij hebben ook de ranking van Antwerpen gevraagd opdat onze experten die kunnen bekijken.
Er is een conference call geweest tussen de experten. Wij hebben de gegevens daarover opgevraagd. Wat de ranking en de plaats van Antwerpen betreft, hebben we nog geen antwoord gekregen. We hebben er bij de Europese Commissie op aangedrongen om daarover op Europees niveau een vergadering te organiseren. Na lang aandringen hebben op 23 november drie commissarissen alle ministers van Economie samengeroepen die betrokken zijn bij dit dossier om daarover overleg te plegen. Ook Nick Reilly was uitgenodigd. Hij heeft daar nogmaals gezegd dat de deal met Magna om verschillende redenen niet is doorgegaan. Ik heb dat de vorige keer toegelicht. Het businessplan zou heel snel worden overgemaakt aan de vakbonden en met hen worden besproken om het dan vervolgens verder aan te pakken met de regeringen.
Wij hebben toen uitdrukkelijk de vraag gesteld of het klopt dat Antwerpen zou worden gesloten. In de Frankfurter Allgemeiner stond een bericht dat er geen enkele fabriek zou worden gesloten. Daar is toen op geantwoord dat er 9500 mensen moeten afvloeien en dat die afvloeiing op verschillende manier kan gebeuren. De journalist die deze kop op dat artikel zou hebben gezet, zou intussen zijn verontschuldigingen hebben aangeboden.
Een tweede vraag die wij hebben gesteld is of het engagement dat in 2007 en 2008 is aangegaan nog altijd van kracht is. Wij zien immers geen enkele reden dat daarvan afgeweken kan of moet worden.
Hij heeft daar toen op een wat mij betreft heel ongelukkige wijze op geantwoord dat hij zich dat engagement vaag herinnerde, maar dat dat in andere omstandigheden was genomen. Het kwam er eigenlijk op neer dat dat engagement tot nul werd herleid. Om die reden ben ik kwaad geworden. Ik heb onderstreept dat dit een serieus engagement is van een serieuze onderneming aan de gewezen premier van dit land en dat wij dat niet zomaar wegwuiven als een krantenartikel.
Op die vergadering is ook gezegd dat het niet kan dat GM de ene minister-president na de andere bezoekt en ontvangt en aan iedereen vraagt hoeveel geld ze te bieden hebben, om hun businessplan daar dan mogelijk aan aan te passen. Ik heb in het verleden al gezegd dat zon situatie de Europese Unie onwaardig is. Dat moet zo snel mogelijk stoppen. Ik heb gevraagd of het niet mogelijk is te wachten tot wij dat businessplan hebben, om het dan met alle ministers van Economie van de betrokken lidstaten te bekijken en gezamenlijk te reageren, met steun van de Commissie. Ons voorstel was om te wachten tot we het businessplan hebben, en het te agenderen op de Europese Concurrentieraad van 4 december. Het Zweedse voorzitterschap heeft beslist om dat ook te doen, en alle aanwezige leden gingen ermee akkoord om vanaf dat moment tot volgende week geen individuele contacten te hebben, laat staan engagementen te nemen met staatssteun.
Ik heb samen met u vastgesteld dat Nick Reilly de dag nadien op bezoek was bij een aantal ministers-presidenten van verschillende Länder. De Duitse staatssecretaris Homann had het engagement nochtans op zich genomen, maar wellicht was het te kort dag om dat door te praten met de ministers-presidenten van de verschillende lidstaten. Het positieve is dat dit op 4 december wordt geagendeerd op de Concurrentieraad. Wij zullen dat agendapunt daar samen met federaal minister Van Quickenborne bespreken.
Collegas, dit is een heel belangrijke stap in de poging om dit dossier op het Europese niveau wat te coördineren. Ik ga ervan uit dat de vakbonden, die nu geconfronteerd worden met de Europese ondernemingsraad, die coördinatie maximaal gaan uitvoeren.
Met die twee elementen de coördinatie op het vlak van de vakbonden en de coördinatie tussen de lidstaten zal GM beseffen dat men goed moet opletten en dat in dat businessplan niet alles kan zitten. Het zou bijvoorbeeld zeer eigenaardig zijn mochten bepaalde lidstaten steun geven om in andere lidstaten fabrieken te sluiten. Sterker nog: Nick Reilly heeft gezegd dat zij Amerikaanse overheidsgelden kunnen gebruiken om daar in Europa de nodige dynamiek aan te geven. Mocht men Amerikaanse overheidsgelden gebruiken om hier fabrieken te sluiten, dan zou dat toch wel uniek zijn in de geschiedenis. Ik hoop dat GM nu duidelijk heeft begrepen dat men daar met heel veel zorg mee moet omgaan en dat Antwerpen zonder meer afschrijven niet kan.
Op basis van die engagementen, mevrouw De Vits, zullen we bekijken welke juridische elementen we hebben. Ik heb begrepen dat de vakbonden dat al hebben bekeken, omdat zij het document ook hebben ondertekend. Ik heb ook laten bekijken hoe wij overheidssteun kunnen terugvorderen. Al die elementen worden onderzocht.
Positief geduid is het zo dat er 200 miljoen euro sale and rent back en 300 miljoen euro waarborg op tafel ligt. Wanneer het natuurlijk gaat over een duurzame toekomst van de vestiging in Antwerpen, met een toekomstgerichte dynamiek, kan dat alleen in die omstandigheden.
En het is natuurlijk zo, mijnheer Watteeuw, dat dat geld er niet ligt. Ik heb u dit al eens toegelicht, maar ik moet het opnieuw doen. Wanneer we zeggen dat we waarborgen aanbieden, dan betekent dat dat we waarborgen aanbieden waarvan we hopen dat we ze nooit zullen moeten verzilveren omdat de lening die daartegenover staat, kan worden terugbetaald.
Kopen en terug leasen is natuurlijk een heel interessante operatie, maar het is niet zo en ik hoop dat u dit heel goed begrijpt dat wij ergens in onze zakken 500 miljoen euro zitten hebben en op tafel zouden willen leggen, want het werd intelligenter en verstandiger door ons aangepakt.
Wat zal er de volgende dagen gebeuren? Voor morgen hebben wij de werkgroep bij elkaar geroepen, om de zaak te bekijken samen met de collegas Lieten en Muyters en met de vakbonden en de werkgevers van Opel Antwerpen. Ik heb al even aangehaald dat de kwestie op 4 december, dat is volgende week vrijdag, op Europees niveau wordt behandeld door de ministers van Economie. Wij zullen natuurlijk ook bekijken, al naargelang de stappen die worden gezet door GM, of we rechtstreeks met GM en met Opel contact opnemen. Het is heel belangrijk om en dat zal morgen ook gebeuren duidelijke afspraken te maken met de vakbonden over hoe zij zich in dit dossier opstellen. Tot nu toe en dat is uniek in de geschiedenis stonden de Vlaamse Regering, de vakbonden en de werkgevers of het management van Opel Antwerpen altijd op één lijn. En ik hoop dat dit zo lang mogelijk blijft duren, want dit is de enige redding, de enige manier om een punt te maken, om ons gelijk, zijnde Antwerpen een faire kans geven, te halen.
Mijnheer de voorzitter, een laatste deel van de discussie gaat natuurlijk over het brede debat. Mevrouw Ceysens, u hoeft zich op dit moment geen grote zorgen te maken, want wij gaan resoluut voor het transformeren van onze economie in Vlaanderen. Het DNA van de economie in Vlaanderen moet gewijzigd worden. Ik heb gisteren in de commissie de kans gekregen om te reageren op een aantal betogen, onder meer van de heer Van den Heuvel, en ik maak me zorgen omdat de sense of urgency niet meer overal aanwezig is, omdat men denkt dat de crisis voorbij is. Dat komt natuurlijk doordat we in de eerste plaats goede maatregelen hebben genomen, maar ook door het sociale vangnet dat mensen opvangt wanneer het economische crisis is. Ik stel vast dat de banken, maar ook anderen, ervan uitgaan dat we erdoor zijn, dat het ergste achter de rug is, maar ik ben ervan overtuigd, samen met de collegas in de Vlaamse Regering, dat er heel duidelijk nagels met koppen moeten worden geslagen. Die transformatie is de belangrijkste en grootste uitdaging van deze Vlaamse Regering. Dat geldt voor de industrie in haar algemeenheid, maar zeker ook voor de automobielsector in het bijzonder.
Natuurlijk speelt innovatie daarbij een belangrijke rol en wij zullen daartoe de nodige initiatieven nemen, maar het is natuurlijk zo dat wij zelf hier, in dit parlement, hebben gezegd dat het van essentieel belang is dat we zo snel als mogelijk het budget in evenwicht brengen, dat we in 2011 in evenwicht moeten zijn en dat we daar alle prioriteit aan geven, naast investeringen en het leggen van andere belangrijke accenten. Ik daag u uit maar collega Lieten en de andere ministers zullen u ter zake verder van antwoord dienen met de stelling dat deze Vlaamse Regering in 2014 zal kunnen aantonen aan de meerderheid en de oppositie dat ze de transformatie van de economie met succes heeft ingezet en, laten we hopen, voor een groot deel ook heeft afgewerkt. Ik dank u. (Applaus bij de meerderheid)
Mijnheer de minister-president, ik wil reageren op dat laatste punt. Men blijft dat natuurlijk zeggen. We hebben het Rekenhof dat dat doorprikt. We hebben overigens ook onze voorafspiegeling van de meerjarenbegroting, maar natuurlijk maar in De Tijd, en ik neem aan dat De Tijd toen een soort Atoma-schriften heeft kunnen inkijken, want die werd nooit echt tegengesproken. Daar gebeurt dat natuurlijk niet! U schermt dan met de handtekening van GM, maar ik vraag u wat de handtekening van u betekent, die u samen met die van de heer Muyters heeft gezet op 20 januari van dit jaar. Komt u niet zeggen dat we toen niet wisten dat het moeilijke tijden waren, want de crisis was toen volop bezig en er werd een handtekening door u beiden gezet, waarvan we vandaag niets terugvinden in de begroting die we gekregen hebben.
Mijnheer Van den Heuvel, wilt u reageren op de tussenkomst van mevrouw Ceysens?
De heer Van den Heuvel heeft het woord.
Mevrouw Ceysens, ik vind dat nogal smalletjes. We hebben dat debat deze morgen van 10 tot 13 uur gevoerd. U begint opnieuw te orakelen, terwijl we in de commissie een heel constructief debat hebben gehad. Mevrouw Moerman heeft daar een heel constructieve bijdrage geleverd.
We staan inderdaad voor een fantastische uitdaging: de transformatie van de Vlaamse economie. We mogen nu geen laag-bij-de-grondse politieke spelletjes spelen, maar moeten eendrachtig die uitdaging aangaan.
Het is moedig dat deze regering deze financiële luwte gebruikt voor een degelijke rationalisering van onze innovatie-instrumenten. We hebben het rapport-Soete. We weten dat er te veel verschillende instrumenten zijn voor innovatie. Laten we die evalueren en rationaliseren en dan binnen twee jaar volle kracht vooruit naar de Barcelona-doelstelling van 1 percent streven.
Ik ben ervan overtuigd dat deze regering op korte termijn en dat hebben we daarnet gevraagd met een geloofwaardig meerjarenplan moet komen. Ze moet het groeipad uittekenen. Dan zitten we constructief op de goede weg. Het is smalletjes om van deze pijnlijke situatie gebruik te maken om politieke spelletjes te spelen. (Applaus bij CD&V en de N-VA)