Verslag plenaire vergadering
Verslag
Bespreking
Dames en heren, de bespreking is geopend.
De heer Delva, verslaggever, heeft het woord.
Ik verwijs naar het schriftelijke verslag.
Mevrouw Van der Borght, verslaggever, heeft het woord.
Ik verwijs naar het schriftelijke verslag.
Mevrouw Jans heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, geachte collega's, met 200.000 zijn ze: Vlamingen die actief zijn als vrijwilliger in de welzijns- en de gezondheidssector. Een bezoek bij een zieke, een helpende hand bij de maaltijden in het rusthuis, ondersteunen van zieke mensen in een thuissituatie of het werken bij een telefonische hulplijn. Engagement dat een meerwaarde betekent voor onze samenleving maar heel concreet ook voor de vele mensen en hun families die er gebruik van maken.
Er is becijferd dat het vrijwilligerswerk in de welzijns- en gezondheidssector overeenkomt met het werk van 100.000 fulltime-equivalenten. De inzet van deze vrijwilligers is dus niet enkel onvervangbaar, maar ook simpelweg onbetaalbaar.
Vrijwilligerszorg vertegenwoordigt een belangrijk sociaal kapitaal en de maatschappelijke waarde kunnen we moeilijk overschatten. Ons Vlaamse beleid moet het vrijwilligerswerk stimuleren en ondersteunen. Zij moet de voorwaarden creëren voor het behoud en de ontwikkeling van het vrijwilligerswerk, maar zeker ook van de vrijwilligerszorg in het bijzonder. Dat moet blijken, niet alleen uit woorden, maar ook uit positieve maatregelen en het wegwerken van onnodige belemmeringen.
Het voorstel van resolutie dat wij hier vandaag voorleggen, formuleert dan ook een aantal heel concrete vragen aan de Vlaamse Regering. Sta me toe even kort de geschiedenis van dit voorstel te schetsen. Het georganiseerd vrijwilligerswerk wordt geregeld door een decreet uit 1994. Het gaat hier over organisaties die uitsluitend of hoofdzakelijk met vrijwilligers werken, zoals bijvoorbeeld het Rode Kruis of de MS Liga, maar ook kleinere initiatieven zoals een Minder Mobielen Centrale. Dit georganiseerd vrijwilligerswerk is te onderscheiden van het ingebouwd vrijwilligerswerk in een voorziening of instelling, zoals vaak het geval is in een rusthuis of gehandicaptenvoorziening.
Het decreet is echter veertien jaar oud en beantwoordt niet meer aan de noden van het huidige vrijwilligerswerk. De beleidsnota Welzijn geeft ook aan dat het decreet geëvalueerd moet worden. Op basis daarvan werd in de commissie voor Welzijn een hoorzitting georganiseerd. Deze hoorzitting resulteerde in dit voorstel van resolutie.
We moeten beseffen dat het profiel van de vrijwilliger vandaag niet hetzelfde is als het profiel dat we van vroeger kennen. Vroeger nam een vrijwilliger een taak op zich en voerde die jarenlang heel trouw uit. Vandaag is een vrijwilliger ook veeleisender. Het engagement is van korte duur en de vrijwilliger is op zoek naar een boeiende, afgebakende taak. Onder meer daardoor is er een veel grotere vraag naar omkadering en wenst men betere afspraken over onder andere vorming. Dat is dan ook een concrete vraag in de resolutie.
Tevens vraagt deze resolutie dat de bestaande decretale bepalingen die het vrijwilligerswerk belemmeren, verwijderd worden. Ik geef een heel concreet voorbeeld. Vrijwilligersverenigingen met een overschot op hun rekening, konden het daaropvolgende jaar geen subsidie aanvragen als het overschot groter was dan de subsidie. De resolutie vraagt om deze belemmering uit het decreet te verwijderen. Wij vinden dat ook vrijwilligersverenigingen op langere termijn een beleid moeten kunnen voeren en enige reserves moeten kunnen opbouwen.
Verder wordt duidelijk gesteld dat het totale budget voor vrijwilligerswerk mee moet evolueren met het aantal organisaties dat aanspraak maakt op die middelen. Op deze manier groeien de subsidies mee met het aantal verenigingen.
De collega-indieners en ik vragen ook om op korte termijn te overleggen met de provincies en de Vlaamse Gemeenschapscommissie over de mogelijkheden van cofinanciering. Belangrijk is zeker ook dat er wordt gevraagd dat organisaties uit de autonome vrijwilligerszorg beroepskrachten kunnen aantrekken om meer mogelijkheden tot vorming aan te bieden.
Ten slotte, maar zeker niet onbelangrijk: de administratieve verplichtingen moeten niet alleen opgelijst worden, maar moeten ook effectief weggewerkt worden voor de vrijwilligersverenigingen.
De voorbije weken is er al heel wat aan het bewegen voor de vrijwilligers in de welzijns- en gezondheidssector. Op het symposium 'Vrijwilligerswerk verdedigen', dat op 7 maart hier in het Vlaams Parlement plaatsvond, konden we vernemen dat er concreet werk gemaakt zal worden van de verlaging van de administratieve lasten. Ook zou er een forfaitair subsidiebedrag toegekend worden op basis van het aantal vrijwilligers en niet langer op basis van bewezen kosten. Bovendien zal men in de toekomst het geld van de subsidies kunnen aanwenden om personeelskosten te betalen. Ook al is dat een goede stap in de juiste richting, toch moet het mogelijk worden dat vrijwilligersorganisaties beroepskrachten kunnen aantrekken voor welomschreven ondersteunende opdrachten. Dat is een maatregel die ook financiële repercussies zal kennen. We zullen er dan ook op toezien dat hiervoor de nodige middelen worden vrijgemaakt. Samen met de andere indieners zal ik dat tijdens de begrotingsbesprekingen nauwgezet opvolgen en blijven bepleiten.
Ik hoop dan ook in de toekomst te kunnen vaststellen dat deze regering aangaande het vrijwilligersbeleid verder haar verantwoordelijkheden zal opnemen en tegemoet zal komen aan de vragen van heel wat organisaties.
Het voorstel van resolutie werd eenparig goedgekeurd in de commissie voor Welzijn. Ik hoop dat het plenum de mening en de bezorgdheid van de vele vrijwilligers deelt en dit voorstel van resolutie zal goedkeuren. Dan doen wij wat wij moeten doen, en creëren we maatregelen waardoor de vrijwilligers kunnen doen wat zij moeten doen: helpen, geven, luisteren, zorgen voor anderen, kortom: zich engageren. Ik hoop dat dit voorstel op uw goedkeuring mag rekenen. (Applaus bij CD&V)
Mevrouw Dillen heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, collega's, de Vlaams Belangfractie onderschrijft volledig de vragen uit dit voorstel van resolutie. Terecht wordt beklemtoond dat in Vlaanderen zeer veel vrijwilligers actief zijn in het algemeen, maar in de gezondheids- en welzijnssector in het bijzonder. Het vrijwilligerswerk in Vlaanderen vervult een belangrijke sociale functie.
We moeten tegelijkertijd erkennen dat dit vrijwilligerswerk nog te weinig wordt erkend, ondersteund en gewaardeerd. De vragen aan de Vlaamse Regering in dit voorstel van resolutie zijn dan ook terecht. Het voorstel van resolutie bevat een juist pleidooi voor meer zichtbaarheid van het vrijwilligerswerk binnen het professionele kader. Ook belangrijk is dat vrijwilligers meer kunnen samenwerken met beroepskrachten. Er is echter vooral de vraag voor een aanpassing van het decreet van 1994. Iedereen is het erover eens dat het decreet dringend aan een wijziging toe is.
De minister heeft aangekondigd dat hij deze aanpassing van het decreet momenteel voorbereid. Onze fractie dringt erop aan om daar heel snel werk van te maken om te komen tot concrete wijzigingen die nodig zijn om de toestand te actualiseren, en om de bestaande hindernissen weg te werken. Er rest niet veel tijd meer tot het einde van deze legislatuur. Wij steunen in elk geval dit voorstel. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Mevrouw Hoebeke heeft het woord.
De Open Vld zal dit voorstel van resolutie uiteraard goedkeuren. We hebben er in de debatten voor gepleit dat er een gelijkaardige behandeling moet komen voor alle vrijwilligers. Het wettelijke kader wordt verduidelijkt, ook wat betreft de vergoeding. We wensen de aandacht te vestigen op het feit dat men niet naar een verloning kan gaan omdat dit een werkloosheidsval zou inhouden. We zijn heel tevreden met de evaluatie die doorgang zal vinden. Wat voorligt, is geen motie van wantrouwen ten aanzien van de federale wetgever omdat de federale wetgeving ter zake al bestaat, maar omwille van de perikelen met de regeringsvorming, is de evaluatie achterwege gebleven.
Toch vinden we dat er nog enige aandacht moet worden besteed aan het tweede punt van het voorstel van resolutie. Er staat dat het totale budget voor de vrijwilligers in Vlaanderen zou evolueren met de Vlaamse uitgavenbegroting. We hebben in de commissie al gezegd dat dit moet worden voorafgenomen op de budgettering voor Welzijn. We hebben prioriteiten vooropgesteld, dit is er één van.
We zullen hoe dan ook dit voorstel van resolutie onderschrijven en hopen dat voor de sector van de welzijns- en gezondheidszorg hierdoor een goede aanzet komt tot een verdere verbetering en verfijning van het bestaande kader. De ondersteuning van de vrijwilligers in de zorg is een gerechtvaardigd doel op zich.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van resolutie houden.